ChristenUnie
Biobrandstof niet altijd milieuvriendelijk
maandag 24 september 2007 17:48 Met de slinkende
energievoorraden in het achterhoofd, moet Europa zich meer richten op
duurzame energiebronnen in plaats van fossiele brandstoffen aan te
blijven spreken. Biobrandstof klinkt heel milieuvriendelijk maar
schijn bedriegt soms. Bas Belder benadrukte deze week in het EP dat
Europa bij biobrandstoffen kritisch moet kijken naar de productie en
verbranding van de biomassa. Het productieproces mag het milieu geen
schade toebrengen of de voedselvoorziening van arme landen in gevaar
brengen. Dit zei hij in Straatsburg tijdens het EP-debat over een
routekaart voor hernieuwbare energie in Europa.
Diversificatie energiebronnen
Het EP- rapport waarover het EP deze week sprak, bepleit concrete
stappen om meer duurzame energiebronnen te gebruiken in plaats van
fossiele brandstoffen. Hier zijn we het als fractie van harte mee
eens. Fossiele brandstoffen zijn eindig en het gebruik van duurzame
energie vermindert de uitstoot van broeikasgassen. Bovendien zorgt dit
voor de nodige diversificatie waardoor we minder afhankelijk worden
van slechts enkele energiebronnen.
Milieu en voedselproductie
Aan het gebruik van biobrandstoffen zitten echter een aantal haken en
ogen. De brandstof is ten eerste niet altijd zo milieuvriendelijk als
zij klinkt. Bij de verbranding kunnen schadelijke stoffen vrijkomen
die het milieu aantasten. Daarnaast zijn er volgens Belder vergaande
strategische keuzes nodig vanwege ongewenste effecten van
biobrandstoffen. Hij noemt de aantasting van oerbossen voor
productiedoeleinden en de concurrentie met de voedselvoorziening.
Vooral in arme landen bestaat het gevaar dat de productie van biomassa
landbouwgrond opeist, die bestemd was voor voedselvoorziening. Dit
leidt tot hogere voedselprijzen. Belder vraagt de Commissie tijdens
het debat welke actie zij onderneemt om deze ongewenste effecten
concreet te ondervangen.
Verschillen lidstaten benutten
Het is volgens Belder tevens belangrijk te kijken naar de verschillen
tussen lidstaten. In de ene lidstaat is zonne-energie goed op te
wekken, terwijl een andere lidstaat vooral mogelijkheden heeft op het
gebied van windenergie. Een geharmoniseerd steunstelsel zoals het
rapport voor de langere termijn voorziet, ligt volgens Belder daarom
niet voor de hand. Belder onderstreept dat een steunstelsel het meest
doelmatig is wanneer het is toegesneden op de duurzame energiebronnen
met de grootste potentie. Dit verschilt per lidstaat.
Als bovengenoemde punten in acht worden genomen kunnen biobrandstoffen
een goede aanvulling zijn op het huidige energie-aanbod.