Senternovem


26-09-2007 | Klimaatverandering maakt Nederlander duurzamer

Duurzaamheid stijgt op consumentenagenda

De veranderingen in het klimaat hebben bijna 60 procent van de Nederlandse bevolking aan het denken gezet over duurzame ontwikkeling. Meer dan de helft heeft zijn leven al gebeterd. Dat blijkt uit de Duurzaamheidsmonitor 2007, een onderzoek waarvan een deel werd uitgevoerd in opdracht van het overheidsprogramma Leren voor Duurzame Ontwikkeling (LvDO). Ruim 1300 Nederlanders namen deel aan het onderzoek. Over de klimaatverandering maakt de Nederlander zich méér zorgen dan over andere problemen, zoals de internationale veiligheid of de kwaliteit van de gezondheidszorg.

Gaf vorig jaar nog een kwart van de ondervraagden aan dat ze vaak duurzame producten kochten, dit jaar is dat aantal gestegen naar eenderde. En het aantal mensen dat zelden tot nooit duurzame producten koopt, daalde van 20% naar 7%. "Duurzaamheid staat nu hoog op de agenda bij de consument", concludeert Arjan Klopstra van het programma Leren voor Duurzame Ontwikkeling (LvDO) van SenterNovem. "Daarbij hebben de voelbare veranderingen in het weer en berichten in de media een belangrijkere rol gespeeld dan de film van Al Gore. Maar die had wel invloed op de agenda-setting, en speelt misschien wel een grotere rol op de achtergrond."

Gedragsverandering

Meer dan de helft van de ondervraagden (52%) leeft daadwerkelijk duurzamer dan een jaar geleden. Vooral in het energieverbruik en bij keuzes in het huishouden hebben ze hun gedrag veranderd (zie tabel). Gevraagd naar de redenen waarom ze duurzame producten kopen, antwoordt 83% van de respondenten dat ze de toekomst belangrijk vinden. Datzelfde percentage vindt het milieu/klimaat belangrijk en 72% voelt zich verantwoordelijk voor milieu/klimaat. 60% voelt zich goed bij een duurzame aankoop. Groepsdruk (`anderen doen het ook'), schuldgevoel, schaamte of angst voor de gevolgen voor niet-duurzame aankopen zijn minder belangrijk. (resp. 8%, 17%, 7% en 21%). Wanneer de prijzen van duurzame producten zouden dalen, zou dat voor 80% van de respondenten een stimulans zijn om (nóg) duurzamer te gaan leven.

Top-5 van gedragsverandering

Hoe heeft u uw gedrag veranderd? (meerdere antwoorden mogelijk)


1. Energie (energiebesparing, verwarming, isolatie)

84%


2. Huishouden (scheiding afval, koopgedrag, waterbesparing)

79%


3. Mobiliteit (vervoermiddel om naar werk of op vakantie te gaan)

35%


4. Financieel/economisch (groen beleggen/sparen, minder consumeren)

22%


5. Anders

4%

Bijna elke deelnemer aan het onderzoek beschikt thuis over dubbel glas. Ook oplaadbare batterijen en een hr-ketel zijn in veel huishoudens aanwezig. Maar bijna iedereen heeft tevens een energievretende vriezer en/of een wasdroger, tweederde van de huishoudens gebruikt wasverzachter. Volgens Arjan Klopstra van LvDO willen consumenten wel duurzame aankopen doen, maar is de bereidheid om gedrag te veranderen nog vrij laag. "Duurzaamheid is belangrijk en mag ook wel iets meer kosten. Maar het gemak dient nog steeds de mens. Dingen die een heel ander gedrag vragen, zoals het ophangen van de was in plaats van drogen, zijn moeilijk. Dat zie je ook terug in de mobiliteitskeuze."

Betrouwbare informatie

Informatie over duurzaam gedrag is het meest geloofwaardig als die afkomstig is van milieu- of consumentenorganisaties (62%). Fabrikanten daarentegen worden het minst geloofwaardig geacht; 51% van de ondervraagden staat daar neutraal tegenover en 30% vindt die informatie zelfs ongeloofwaardig. Informatie die door de overheid wordt verstrekt, wordt door 43% geloofd.

Voorbeeldfunctie

Wel heeft de overheid volgens de respondenten een belangrijke voorbeeldfunctie. Ruim tweederde van de deelnemers aan het onderzoek zegt dat de overheid het goede voorbeeld moet geven als het gaat om duurzame ontwikkelingen.

Onderzoeksopzet

Het onderzoek bestond uit 62 vragen over de houding van Nederlanders ten opzichte van duurzaamheid in zowel gedrag als opvattingen. Deelnemers uit het internet panel hebben de vragen in drie rondes beantwoord. In totaal vulden 1359 personen de enquête geheel in. Het onderzoek is uitgevoerd door Flycatcher Internet Research in opdracht van stichting iNSnet en met steun en participatie van het programma Leren voor Duurzame Ontwikkeling (LvDO). Andere deelnemende organisaties zijn Wageningen Universiteit, de ASN Bank, milieuorganisatie De Kleine Aarde en de Provincie Utrecht.

Contact
Over Het programma Leren voor Duurzame Ontwikkeling (LvDO)

LvDO ondersteunt initiatieven om de samenleving te leren duurzaamheid een belangrijke rol te geven bij de keuzes die dagelijks gemaakt worden. Daarbij gaat het dan vooral om rijksoverheid, provincies, waterschappen en het onderwijs. Het programma wordt uitgevoerd door SenterNovem, in opdracht van 7 ministeries, de provincies en de waterschappen.

Over iNSnet

iNSnet - InterNetwork for Sustainability (Internetwerk voor duurzaamheid) is een stichting die integrale duurzame ontwikkeling ondersteunt en ontwikkelt. De stichting biedt daartoe een internet platform dat een overzicht biedt van nieuws en actuele ontwikkelingen op gebied van duurzaamheid. iNSnet ziet duurzame ontwikkeling als een geïntegreerd instrument om de kwaliteit van het leven te verbeteren.