Brussel, 24 September 2007
Begroting 2006: kwaliteitsverbetering van de EU-uitgaven bevestigd
De recentste financiële gegevens voor 2006 bevestigen de positieve tendens
die zich aftekent in de ontwikkeling van de EU-begroting. Door een verdere
modernisering van de uitgaven konden meer middelen voor het
concurrentievermogen worden vrijgemaakt; dankzij verbeteringen op het vlak
van toezicht en planning bleef de uitvoeringsgraad van de begroting op een
historisch hoog niveau; en de aanzienlijke stijging van het aandeel van de
EU-10 landen in de begroting heeft geleid tot een toenemende betrokkenheid
van deze landen bij het EU-beleid. Uit het "Financieel Verslag over de
EU-begroting voor 2006", dat vandaag wordt gepubliceerd, blijkt dat de EU
zich blijft inspannen om de agenda voor groei en werkgelegenheid te
realiseren.
"In 2006 werd de vorige financiële periode afgesloten, waarin de
uitgaven voor concurrentievermogen met het oog op groei en
werkgelegenheid met bijna 70% zijn gestegen," verklaarde commissaris
Dalia Grybauskaite, die bevoegd is voor financiële programmering en
begroting. Met name in 2006 was er tegenover een jaar eerder een
toename met 19% van de middelen die rechtstreeks bestemd waren voor
het concurrentievermogen.
Van het bedrag van 106,6 miljard euro dat in 2006 ten uitvoer werd
gelegd, is meer dan 37% besteed aan de bevordering van cohesie en
concurrentievermogen met het oog op groei en werkgelegenheid in alle
EU-lidstaten; 35% was bestemd voor directe steun en marktgerelateerde
uitgaven, en 12% voor plattelandsontwikkeling, visserij en milieu.
Voor de versterking van de EU als mondiale speler werd 5% van de
middelen uitgetrokken.
Bijna 91% van de EU-uitgaven - meer dan 97,4 miljard euro - werd
binnen de EU-25 lidstaten uitgegeven. De vijf grootste lidstaten
ontvingen 57,8 miljard euro, wat neerkomt op bijna 60% van de totale
uitgaven binnen de EU-25. De meeste middelen gingen naar de lidstaten
met het grootste inwonertal: Frankrijk (13,5 miljard euro) en
vervolgens Spanje (12,9 miljard euro), Duitsland (12,2 miljard euro),
Italië (10,9 miljard euro) en het Verenigd Koninkrijk (8,3 miljard
euro, zonder rekening te houden met de correctie voor het Verenigd
Koninkrijk van 5,2 miljard euro in 2006).
In vergelijking met het jaar waarin zij tot de EU zijn toegetreden
(2004) is het aandeel van de EU-10 bijna verdubbeld en steeg het met
2,4 miljard euro tot 11,5 miljard euro, hetgeen neerkomt op bijna 12%
van de totale uitgaven binnen de EU-25. De belangrijkste begunstigden
waren Polen (5,3 miljard euro, een stijging met 1,3 miljard euro ten
opzichte van het vorige jaar), Hongarije (1,8 miljard euro, een
toename met 0,5 miljard euro) en Tsjechië (1,3 miljard euro, een
stijging met 0,3 miljard euro). Voorts ontvingen Roemenië en Bulgarije
bijna 1,1 miljard euro in de vorm van pretoetredingsbetalingen.
"In het algemeen waren de resultaten voor de nieuwe lidstaten
positief, aangezien zij allemaal meer middelen uit de EU-begroting
hebben ontvangen dan in 2005. Dit jaar moeten zij het evenwel beter
doen, met name op het vlak van het cohesiebeleid," aldus Dalia
Grybauskaite, commissaris voor financiële programmering en begroting.
In 2007 wordt het voor de eerste maal mogelijk om beschikbare middelen
uit de Structuurfondsen die niet door deze lidstaten werden benut,
overeenkomstig de regel "jaar n + 2" automatisch te schrappen.
Het grootste aandeel van middelen voor structurele maatregelen (5,8
miljard euro of 17,8% van het EU-totaal) ging opnieuw naar Spanje,
gevolgd door Italië (14,0%), Duitsland (13,6%), Griekenland (11,1%) en
het Verenigd Koninkrijk (9,3%).
Zoals de voorbije jaren ook het geval was, was Frankrijk de grootste
ontvanger van landbouwuitgaven (10,1 miljard euro of 20,3% van het
EU-totaal), gevolgd door Spanje en Duitsland (respectievelijk 13,4% en
13,2%), Italië (11,0%) en het Verenigd Koninkrijk (8,7%).
Kenmerkend voor de periode 2000-2006 is, aldus commissaris
Grybauskaite, dat er vooral meer EU-middelen werden besteed aan
vrijheid, veiligheid, rechtvaardigheid en burgerschap (+78%) en aan
concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid (+68%). Dit is ook
de tendens voor de huidige periode (2007-2013).
In de voorbije zeven jaar gingen de meeste EU-middelen naar Spanje
(99,5 miljard euro voor de gehele periode), gevolgd door Frankrijk
(89,6 miljard euro), Duitsland (79,1 miljard euro), Italië (70,2
miljard euro) en het Verenigd Koninkrijk (50,2 miljard euro, zonder
rekening te houden met de correctie voor het Verenigd Koninkrijk van
36,6 miljard euro voor de gehele periode).
Wat betreft de EU-10 voor de periode 2004-2006, die samenvalt met hun
lidmaatschap van de EU, was Polen de grootste ontvanger van
EU-middelen (12,1 miljard euro), gevolgd door Hongarije (3,9 miljard
euro), Tsjechië (3,2 miljard euro), Litouwen (2,0 miljard euro) en
Slowakije (1,7 miljard euro).
In 2006 bedroegen de totale nationale bijdragen aan de EU-begroting
87,3 miljard euro, een toename met minder dan 0,6 miljard euro in
vergelijking met 2005. De landen die de grootste bijdrage leverden aan
de EU-begroting, bleven ongewijzigd: Duitsland (20,1% van het
EU-totaal), Frankrijk (17,6%), Italië (13,7%), het Verenigd Koninkrijk
(11,3% na correctie) en Spanje (9,9%). De andere ontvangsten waren
afkomstig van de traditionele eigen middelen (douaneheffingen,
landbouwheffingen en heffingen en bijdragen "suiker" ten belope van 15
miljard euro) die namens de Unie door de lidstaten worden geïnd, het
overschot van 2005 (2,4 miljard euro) en andere bronnen (3,7 miljard
euro).
Ten opzichte van de EU-welvaart is de omvang van de EU-begroting vorig
jaar verhoudingsgewijs gedaald tot 0,93% van het bruto nationaal
inkomen (BNI) van de EU, in vergelijking met 0,97% in 2005.
De uitvoeringsgraad blijft toenemen en bedroeg 99,3% in 2006. Deze
vooruitgang is hoofdzakelijk het gevolg van betere planning en
toezicht door de diensten van de Commissie. Het waarschuwingssysteem,
dat door een gezamenlijke inspanning van de Commissie, het Europees
Parlement en de lidstaten in het begrotingsbeheer is opgenomen, heeft
aanzienlijk bijgedragen tot dit resultaat.
Het "Financieel Verslag over de EU-begroting voor 2006" kan worden
geraadpleegd op:
http://ec.europa.eu/budget/publications/fin_reports_en.htm
European Union