Ministerie van Buitenlandse Zaken

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Directie Personenverkeer, Migratie en Vreemdelingenzaken Afdeling Asiel- en Migratiezaken
Den Haag
(070) 348 4517
september 2007

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Inhoudsopgave Pagina
1 Inleiding 4
2 Landeninformatie 5
2.1 Basisgegevens 5
2.1.1 Land en volk 5 2.1.2 Geschiedenis 7 2.1.3 Staatsinrichting 8 2.2 Politieke ontwikkelingen 10 2.3 Veiligheidssituatie 19 2.4 Sociaaleconomische situatie 27
3 Mensenrechten 30 3.1 Juridische context 30 3.1.1 Verdragen 30 3.1.2 Nationale wetgeving 31 3.2 Toezicht 32 3.3 Naleving en schendingen 34 3.3.1 Vrijheid van meningsuiting 34 3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering 36 3.3.3 Vrijheid van godsdienst 36 3.3.4 Bewegingsvrijheid en (reis)documenten 38 3.3.5 Rechtsgang 38 3.3.6 Arrestaties, detenties en verdwijningen 41 3.3.7 Mishandeling en foltering 44 3.3.8 Buitengerechtelijke executies en moorden 44 3.3.9 Doodstraf 45 3.3.10 Mensenhandel en slavernij 45 3.4 Positie van specifieke groepen 46 3.4.1 Vrouwen en meisjes 46 3.4.2 Minderjarigen 50 3.4.3 Etnische groepen en minderheden 54 3.4.4 Dienstplichtigen en deserteurs 56 3.4.5 Homoseksuelen 56
4 Migratie 58 4.1 Migratiestromen 58 4.1.1 Vluchtelingen 58 4.1.2 Ontheemden 62 4.2 Activiteiten van internationale organisaties 63 4.3 Standpunt UNHCR 64
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007


5 Bijlagen 65 I Lijst van gebruikte afkortingen 65
II Lijst van geraadpleegde bronnen 67
III Kaart van Liberia 73

3

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007


1 Inleiding
In dit algemeen ambtsbericht wordt de huidige situatie in Liberia beschreven voor zover deze van belang is voor de beoordeling van asielverzoeken van personen die afkomstig zijn uit Liberia en voor besluitvorming over de terugkeer van afgewezen Liberiaanse asielzoekers. Dit ambtsbericht is een actualisering van eerdere ambtsberichten over de situatie in Liberia (laatstelijk mei 2006). Het algemeen ambtsbericht beslaat de periode van mei 2006 tot en met augustus 2007. Dit ambtsbericht is gebaseerd op informatie van openbare en vertrouwelijke bronnen. Bij de opstelling is gebruik gemaakt van informatie van verschillende organisaties van de Verenigde Naties, niet-gouvernementele organisaties, vakliteratuur en berichtgeving in de media. Een overzicht van de geraadpleegde openbare bronnen is opgenomen in de literatuurlijst. Daarnaast liggen bevindingen ter plaatse en vertrouwelijke rapportages van de Nederlandse vertegenwoordiging in Dakar (Senegal) en van EU-lidstaten aan dit algemeen ambtsbericht ten grondslag. In het algemeen ambtsbericht wordt veelvuldig verwezen naar geraadpleegde openbare bronnen. Daar waar openbare bronnen zijn vermeld, wordt de tekst in veel gevallen ook ondersteund door informatie die op vertrouwelijke basis is ingewonnen.
In hoofdstuk twee wordt ingegaan op de recente ontwikkelingen op politiek, veiligheids- en sociaaleconomisch gebied. Deze beschrijving wordt voorafgegaan door een overzicht van de recente geschiedenis van Liberia. Ook is een korte passage over geografie en bevolking van Liberia opgenomen. In hoofdstuk drie wordt de mensenrechtensituatie in Liberia geschetst. Na een beschrijving van wettelijke garanties en van internationale verdragen waarbij Liberia partij is, komen de mogelijkheden van toezicht op de naleving van de mensenrechten aan de orde. Vervolgens worden de naleving dan wel schendingen van bepaalde mensenrechten behandeld. Daarnaast wordt in dit hoofdstuk de positie van specifieke groepen belicht.
In hoofdstuk vier komen de opvang van binnenlands ontheemden en vluchtelingen en activiteiten van internationale organisaties, waaronder UNHCR, aan de orde. 4

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007


2 Landeninformatie
2.1 Basisgegevens
2.1.1 Land en volk
Land
De Republiek Liberia is gelegen aan de westkust van Afrika en beslaat een gebied ter grootte van ruim 110.000 vierkante kilometer (bijna drie maal Nederland). Het land grenst in het westen aan Sierra Leone, in het noorden aan Guinee, in het oosten aan Ivoorkust en in het zuiden aan de Atlantische Oceaan.1 Liberia is administratief verdeeld in vijftien provincies (zogenaamde counties) met elk een eigen hoofdstad.2
Volk
De bevolking van Liberia telt naar schatting tussen de 3 en 3,5 miljoen personen3 en is etnisch divers.4 De bevolking valt uiteen in zestien etnische groepen, waarvan geen enkele groep een meerderheid vormt.5 Deze groepen vormen samen 95% van de bevolking. De overige 5% wordt gevormd door Americo-Liberians (2,5%) die afstammen van destijds uit de Verenigde Staten gekomen ex-slaven6 en `buitenlanders' (2,5%), onder wie Afrikanen en Aziaten, waaronder veel
1 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
2 Vanaf de grens met Sierra Leone met de wijzers van de klok mee heten de counties met hun hoofdsteden: Grand Cape Mount (Robertsport), Gbarpolu (Bopolu), Lofa (Voinjama), Bong (Gbarnga), Nimba (Sanniquellie), Grand Gedeh (Zwedru), River Gee (Fish Town), Maryland (Harper), Grand Kru (Barclayville), Sinoe (Greenville), River Cess (River Cess), Grand Bassa (Buchanan), Margibi (Kakata), Montserrado (Monrovia ­ tevens nationale hoofdstad) en Bomi (Tubmanburg). Voor een landkaart van Liberia, waarop alle counties zijn aangeduid, zie bijlage III van dit ambtsbericht. Zie tevens Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
3 Volgens Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007) telt Liberia circa 3 miljoen inwoners. US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007 noemt daarentegen een inwonersaantal van 3,5 miljoen.

4 Ethnologue, Languages of the World, 2005.
5 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
6 Volgens enkele bronnen behoren ook de zogenaamde Congo People tot deze groep. Dit zijn afstammelingen van immigranten uit het Caraïbisch gebied die voorheen slaven zijn geweest. Het zou gaan om ongeveer 4.000 personen. Levy, Patricia, Cultures of the world-Liberia 1999, Times Editions Pte Ltd.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Libanezen.7 De grootste groep wordt gevormd door de Kpelle (bijna 500.000 personen) die het centrale deel van het land bewonen, in het bijzonder Bong county. Op de tweede en de derde plaats komen de Bassa in de regio rond Buchanan en de Gio in Nimba. Andere bekende groepen zijn de Krahn, Mandingo, Gbandi (ook wel Bandi genoemd), Kru en Vai.8
Begin 2008 zal de Liberiaanse regering voor het eerst sinds het einde van de burgeroorlog in 2003 weer een volkstelling houden. De laatste volkstelling vond plaats onder het militaire regime van president Samuel Doe in 1984.9 Van de bevolking is circa 40% christen of aanhanger van een combinatie van het christendom en traditionele inheemse godsdiensten. Circa 20% van de bevolking van Liberia is moslim. Ongeveer 40% van de bevolking hangt een traditionele inheemse godsdienst aan. Daarnaast kent Liberia andere kleine religieuze gemeenschappen, zoals hindoes, bahai of boeddhisten. Het christendom en de traditionele inheemse godsdiensten komen in het hele land voor. Met name de Mandingo en de Vai, die in het westen van Liberia wonen, hangen de islam aan.10 Talen
De officiële voertaal in Liberia is het Engels11, dat ook in het onderwijs wordt gebruikt. Het gesproken Liberiaans Engels vindt zijn oorsprong in het Engels van de bevrijde slaven die zich in de negentiende eeuw vanuit de Verenigde Staten op het huidige grondgebied vestigden. Dit Liberiaanse Engels kent verschillende varianten, waarvan het gebruik onder meer afhankelijk is van de sociale klasse. Het Liberiaanse Engels wijkt af van de op het Engels gebaseerde pidgin-talen in landen ten oosten van Liberia en van het Krio, dat wordt gesproken in Sierra Leone.12 Naast het Liberiaanse Engels worden nog ruim twintig traditionele talen gesproken: Bandi, Bassa, Dan, Dewoin, Gbii, Glaro-Twabo, Glio-Oubi, Gola, Grebo, Kisi, Klao, Kpelle, Krahn, Krumen, Kuwaa, Loma, Maninka, Mano, Manya, Mende, Sapo, Tajuasohn en Vai.13 Een aantal van deze traditionele talen wordt niet alleen gesproken, maar ook gebruikt als schrijftaal.14 Veel Liberianen
7 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
8 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
9 AFP, Liberia: premier recensement de l'après-guerre civile début 2008, 27 juni 2007 en Reuters, War-damaged Liberia starts first census in 23 years, 28 juni 2007.
10 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007); US Department of State, International Religious Freedom Report 2006, 15 september 2006.
11 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007); Ethnologue, Languages of the World, 2005; Artikel 41 van de Liberiaanse grondwet..
12 Liberia: A country study, verkrijgbaar via http://www.globalsecurity.org
13 Ethnologue, Languages of the World, 2005.
14 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

beheersen verschillende talen. Sprekers van verschillende lokale talen gebruiken vaak het (gesproken) Liberiaans Engels als lingua franca.15 Geld
De Liberiaanse dollar (officiële afkorting: LRD) is de nationale munteenheid. Eind juli was 1 EUR = 82 LRD.16 Volgens de Centrale Bank van Liberia zijn er Liberiaanse bankbiljetten van 5, 10, 20, 50 en 100 dollar, en munten van 5, 10, 25, 50 cent en 1 dollar in omloop.17
2.1.2 Geschiedenis
Liberia, dat nooit gekoloniseerd is geweest, werd tot 1980 politiek sterk gedomineerd door de nazaten van bevrijde Amerikaanse slaven (de Americo- Liberians), die de republiek Liberia in 1847 hadden gesticht. In 1980 vond na een periode van onrust over deze dominantie een militaire staatsgreep plaats door Samuel Doe. Doe's wrede en autoritaire bewind luidde een periode in van verzet en burgeroorlog: tussen 1989 en 1997 werd Liberia geteisterd door gewapende strijd tussen verschillende facties. Die strijd werd uiteindelijk in het voordeel van krijgsheer Charles Taylor beslecht. Taylor bezegelde zijn militaire overwinning met zijn verkiezing tot president in 1997. Tijdens het bewind van Taylor brak voor de burgerbevolking van Liberia een nieuwe periode aan van intimidaties, armoede en onzekerheid. Tussen 1999 en 2003 laaiden de conflicten tussen regeringstroepen, waaronder Charles Taylors Anti Terrorist Unit (ATU), en gewapende oppositiegroeperingen Liberians United for Reconciliation and Democracy (LURD) en Movement for Democracy in Liberia (MODEL) sterk op. Met de hulp van buurlanden Guinee en Ivoorkust veroverden deze groeperingen 70% van het Liberiaanse grondgebied.18 Na diverse (internationale) vredesinitiatieven werd in Accra op 18 augustus 2003 uiteindelijk een vredesakkoord gesloten tussen de drie voormalige strijdende partijen, te weten LURD, MODEL en de National Patriotic Party, (NPP). Charles Taylor verliet Liberia op 11 augustus 2003 onder grote internationale druk voor een tijdelijke ballingschap in Nigeria.

15 Liberia: A country study, verkrijgbaar via http://www.globalsecurity.org
16 Zie http://www.oanda.com
17 Zie http://www.cbl.org.lr en Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).

18 Amnesty International, Liberia: Truth, Justice, Reparation for Liberia's victims, 15 februari 2007.

---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

In oktober 2003 werd een overgangsregering geïnstalleerd onder leiding van zakenman Gyude Bryant. In diezelfde maand werden troepen van de United Nations Mission in Liberia (UNMIL) in het land gelegerd om de regering steun te verlenen bij het herstellen van het staatsgezag. De overgangsregering, die bestond uit leden van de verschillende strijdende facties en partijen die het vredesakkoord hadden ondertekend, duurde ongeveer twee jaar. Van de implementatie van hervormingen zoals voorzien in het vredesakkoord kwam echter weinig terecht.19 Het hervormingsproces kwam pas goed op gang toen de nieuwe regering aan de macht kwam. Op 11 oktober 2005 vonden in Liberia presidents- en parlementsverkiezingen plaats. Ellen Johnson-Sirleaf (Unity Party) won de presidentsverkiezingen. Zij versloeg presidentskandidaat en voormalig voetbalster George Weah in de beslissende ronde en werd daarmee de eerste vrouwelijke president van Afrika. Volgens binnenlandse en internationale waarnemers verliepen de verkiezingen vrij en eerlijk20. Het verkiezingsresultaat zorgde ervoor dat het sinds het einde van de burgeroorlog gegroeide vertrouwen van de Liberianen in de toekomst werd versterkt. Met de samenstelling van de nieuwe regering kwam het herstel van het staatsgezag verder op gang. Corruptiebestrijding, vrede en stabiliteit in de regio, herstructurering van het veiligheidsapparaat en verbetering van het rechtssysteem vormden de voornaamste prioriteiten van de nieuwe regering. De benoeming van een Waarheids- en Verzoeningscommissie (Truth and Reconciliation Commission, TRC) op 20 februari 2006 werd door zowel de Liberianen als de internationale gemeenschap ervaren als een positieve ontwikkeling voor de toekomst van Liberia. Op 29 maart 2006, na een officieel verzoek van president Johnson-Sirleaf aan de Nigeriaanse president Obasanjo om de uitlevering van Charles Taylor, werd de Liberiaanse oud-president overgedragen aan het Speciale Strafhof voor Sierra Leone in Freetown.21 Op 3 april werd Taylor voorgeleid en aangeklaagd wegens oorlogsmisdrijven en misdaden tegen de menselijkheid begaan in Sierra Leone. Taylor verklaarde onschuldig te zijn en gaf aan de jurisdictie van het Speciale Strafhof niet te erkennen.
2.1.3 Staatsinrichting
Liberia is een constitutionele republiek met een presidentieel stelsel naar Amerikaans model. De grondwet dateert van 1986 en werd voor het laatst in 1988
19 Amnesty International, Liberia: Truth, Justice, Reparation for Liberia's victims, 15 februari 2007.

20 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
21 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

gewijzigd. De grondwet kent in principe een scheiding van de drie machten22 - de wetgevende, de uitvoerende en de rechtsprekende.
Uitvoerende macht
De uitvoerende macht ligt in handen van de president, die staatshoofd, regeringsleider en opperbevelhebber van het leger is. De president wordt door middel van algemene verkiezingen gekozen voor een periode van zes jaar en is herkiesbaar.23 De president benoemt een kabinet van ministers. Vervolgens dient de benoeming van een kabinet te worden bekrachtigd door de Senaat.24 Wetgevende macht
De wetgevende macht berust bij een volksvertegenwoordiging (parlement), die bestaat uit een Senaat en een Huis van Afgevaardigden.25 De leden van de Senaat worden gekozen voor een termijn van negen jaar, terwijl de leden van het Huis van Afgevaardigden zes jaar dienen. De Senaat telt 30 leden (twee per provincie) en het Huis van Afgevaardigden telt 64 leden.26 In de Liberiaanse volksvertegenwoordiging zijn verschillende partijen vertegenwoordigd. Liberia is een sterk gecentraliseerde staat. De president benoemt de provinciebestuurders, governors of superintendents genaamd.27 De leiders op gemeentelijk en tribaal niveau dienen elke zes jaar door de bevolking gekozen te worden.28
Rechterlijke macht
De rechterlijke macht is gebaseerd op het Anglo-Amerikaanse model29 en kent drie niveaus. De hoogste instantie is het Supreme Court in Monrovia. In elke provincie zetelt een aan het Supreme Court ondergeschikte algemene rechtbank, het Circuit Court. Daarnaast, op hetzelfde niveau, zetelen in beginsel in elke provincie vijf Specialised Courts die ook ondergeschikt zijn aan het Supreme Court en die zijn belast met respectievelijk jeugdzaken, arbeidsrecht, schuldvordering, erfrecht en belastingen. Indien deze speciale hoven niet in een provincie aanwezig zijn, worden hun taken overgenomen door het Circuit Court van de betreffende provincie. Op lokaal niveau wordt, afhankelijk van de grootte van het ressort, rechtgesproken door Magistrate Courts of Justices of the Peace.30
22 Zie ook artikel 3 van de Liberiaanse grondwet. Een Engelstalige versie van de grondwet is verkrijgbaar via http://www.if.cx/conlib.html
23 Zie ook artikel 50 van de Liberiaanse grondwet.
24 Zie ook artikel 54 van de Liberiaanse grondwet.
25 Zie ook artikel 29 van de Liberiaanse grondwet.
26 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
27 Zie ook artikel 54 van de Liberiaanse grondwet.
28 Zie ook artikel 56 van de Liberiaanse grondwet.
29 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
30 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

2.2 Politieke ontwikkelingen
Algemeen
De politieke ontwikkelingen die van mei 2006 tot en met augustus 2007 in Liberia plaatsvonden, gaven een redelijk stabiel beeld weer. De Liberiaanse bevolking had aanzienlijk meer vertrouwen in de regering van nationale eenheid van president Johnson-Sirleaf dan in die van haar voorgangers. President Johnson-Sirleaf onderhield goede betrekkingen met internationale organisaties en donoren. Van Afrikaanse leiders kreeg de president eveneens veel steun.31 De Liberiaanse president die herhaaldelijk heeft aangegeven dat zij slechts één termijn zal dienen, heeft een mandaat voor vijf jaar.32 Op 16 januari 2007, tijdens de viering van haar éénjarige regeringstermijn, bracht de president de belangrijkste punten waarop in het afgelopen jaar vooruitgang was geboekt onder de aandacht. Zo noemde ze o.a. het herstel van de vrede, de vooruitgang op economisch gebied, de groei van de overheidsinkomsten, het gedeeltelijke herstel van de gezondheidszorg, de toename van het aantal schoolgaande kinderen, en de levering van elektriciteit en leidingwater aan bepaalde delen van Monrovia. Ze ging tevens in op de vele taken die nog in het verschiet liggen, zoals het creëren van werkgelegenheid, het herstel van het wegennet, en de implementatie van de hervormingsplannen van de regering.33
Binnen de Liberiaanse politiek spelen de volgende politieke partijen momenteel een belangrijke rol: The Coalition for the Transformation of Liberia (COTOL), de Unity Party (UP) van Ellen Johnson-Sirleaf, het Congress for Democratic Change (CDC), de Alliance for Peace and Democracy (APD), de Liberty Party (LP), de National Patriotic Party (NPP) van voormalig president Charles Taylor, de National Democratic Party of Liberia (NDPL), de National Reformation Party (NRP), de All Liberian Coalition Party (ALCOP), de United Democratic Alternative (UDA) en de New Deal Movement (NDM).34 Herstel staatsgezag
Het herstel van het staatsgezag vordert traag en staatsgezag is in delen van het land slechts minimaal aanwezig.35 De Liberiaanse regering heeft slechts een beperkt budget beschikbaar. Dit jaar bedroeg het budget 129 miljoen USD, zonder financiële bijdrage van donoren, die mede uit angst voor corruptie projecten direct
31 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
32 Jeune Afrique, Cent jours et déjà, no. 2362, 16-22 april 2006.
33 VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
34 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
35 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
10

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

zelf financieren.36 Overigens bedraagt het begrotingsvoorstel voor de periode juli 2007 - juni 2008 182,4 miljoen USD.37
In het gehele land werd het werk van de provinciebestuurders tijdens de verslagperiode gehinderd door een gebrek aan o.a. communicatiemiddelen, kantoorruimte, vervoermiddelen, het slechte wegennet en door achterstallige betalingen.38 Op lokaal niveau werden er voor ambtenaren verschillende werkgroepen georganiseerd over goed bestuur en bestuurlijke en financiële verantwoordelijkheid.39 Deze werkgroepen komen maandelijks in één van de vijftien provincies bijeen om actieplannen te ontwikkelen voor de behoeften van elke provincie.40 Een aantal problemen uit het verleden werd door de regering aangepakt. Zo heeft het ministerie van Financiën de salarissen en pensioenen van ambtenaren verhoogd en werd het betalingsproces verbeterd. Dit laatste heeft geresulteerd in de verwijdering van een groot aantal `ghost workers' van de loonlijsten. De overheid is verder bezig met de stroomlijning van de administratieve procedures.41 Ook werden er stappen ondernomen om burgers beter te informeren.42
De invloed van LURD, MODEL en aanhangers van de voormalige president Taylor op het staatsgezag is sterk afgenomen. Volgens een UNMIL-rapport van mei 2006 over de situatie op vijf van de zeven belangrijkste rubberplantages in Liberia ontbreekt het staatsgezag op verschillende plantages en worden de regels van de wet niet nageleefd.43 In augustus 2006 herstelde de Liberiaanse overheid het staatsgezag op de Guthrie rubberplantage in de provincie Bomi, die voorheen (illegaal) werd bezet door voormalige strijders van LURD.44 De VN-
36 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
37 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
38 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007;VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007;VN-veiligheidsraad, Thirteenth Progress Report of the Secretary- General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.
39 VN-veiligheidsraad, Eight Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2005/560, 1 september 2005.
40 VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
41 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2006; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006;VN-veiligheidsraad, Thirteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.

42 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
43 UNMIL, Human Rights in Liberia's Rubber Plantations: Tapping into the future, mei 2006; IRIN, Liberia: rubber plantations `lawless', says UN, 11 mei 2006.
44 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, 15 maart 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

vertegenwoordiger voor Liberia, Alan Doss, beloofde de Liberiaanse regering daarop tevens steun bij het herstellen van het staatsgezag op de Sinoe rubberplantage, gelegen in het zuidoosten van Liberia.45 Ondanks eerdere positieve berichten46, vermeldde het meest recente rapport van de secretaris- generaal van de VN dat nog geen einde is gekomen aan de illegale bezetting van deze plantage door voormalige LURD-strijders. Ook de Cocopa rubberplantage zou nog illegaal bezet worden.47 Het gebrek aan staatsgezag op de rubberplantages wordt door voornamelijk oud-strijders uitgebuit om illegaal rubber af te tappen. Het zorgt tevens voor veiligheidsproblemen (zie paragraaf 2.3).48 Generaal Charles Julu, voormalig stafchef van het Liberiaanse leger onder oud- president Doe en leider van een couppoging in 1994, werd samen met George Koukou, voormalig voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, in juli 2007 gearresteerd wegens `subversieve activiteiten', waaronder mogelijkerwijs het plannen van een staatsgreep.49
Corruptie
Corruptie bleef gedurende de verslagperiode een belangrijke destabiliserende factor in het land. De Liberiaanse president heeft herhaaldelijk aangegeven dat het bestrijden van corruptie hoge prioriteit heeft50 en gedurende de verslagperiode heeft ze samen met haar regering dan ook verdere concrete stappen gezet om corruptie aan te pakken. Zo werd er de door de Commissie inzake Bestuurlijke Hervorming (Governance Reform Commission51) opgestelde nationale anti- corruptie-strategie aangenomen. De commissie beoogt met dit plan straffeloosheid tegen te gaan en geloofwaardigheid en integriteit van het overheidsapparaat te

Liberia, september 2006; UNMIL, Government of Liberia restores state authority at Guthrie rubber plantage; UNMIL to support efforts to ensure law and order at the plantation, 16 augustus 2006; IRIN, Liberia: Gov't reclaims rubber plantation from former fighters, 16 augustus 2006.

45 Reuters, Liberia to repossess occupied rubber estates, 30 mei 2006; IRIN, Liberia: UN vows to reposses another troubled rubber plantation, 23 augustus 2006.
46 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
47 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
48 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007;VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.

49 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; AFP, Tentative de coup d'Etat au Liberia: un ex-président de l'Assemblee arrêté, 19 juli 2007; Reuters, Liberia charges general, ex-speaker with treason, 20 juli 2007; Reuters, Liberia says `arms cache' was actually scrap metal, 15 augustus 2007.
50 IRIN, Liberia: new allegations of corruption by former transition government, 6 juni 2006.
51 Deze commissie is in het vredesakkoord van augustus 2003 opgericht. Zie voorgaande algemene ambtsberichten Liberia.

12

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

vergroten.52 Tevens ontsloeg de president een aantal overheidsfunctionarissen wegens slecht functioneren of betrokkenheid bij corruptiepraktijken.53 Alle door voorgaande regeringen afgegeven contracten en concessies werden grotendeels herzien. In dit kader werd o.a. het contract met staalgigant Mittal heronderhandeld en goedgekeurd door het parlement.54 Voor de Liberiaanse regering was dit een belangrijke stap, aangezien Mittal volgens verschillende bronnen momenteel bijdraagt aan een zeer groot deel van de inkomsten van het land. Het is niet bekend welke rol de onder de overgangsregering opgerichte Public Procurement and Concessions Commission hierin heeft gespeeld.55 In augustus 2006 ratificeerde het Huis van Afgevaardigden het VN-verdrag tegen corruptie en het Verdrag van de Afrikaanse Unie ter voorkoming en bestrijding van corruptie.56 De voormalige voorzitter van de overgangsregering, Gyude Bryant en leden van de overgangsregering zouden zich tijdens hun regeerperiode schuldig hebben gemaakt aan corruptie.57 Eind februari 2007 werd Gyude Bryant gearresteerd en aangeklaagd wegens verduistering van 1,3 miljoen USD. Ook Wesley Johnson, de voormalige vice-voorzitter is door de politie ondervraagd in verband met financiële malversatie. Ook Luseni Kamara (voormalig minister van Financiën), Sam Wlue (voormalig minister van Handel) en Tubge Doe (voormalig onderminister van Handel) werden gearresteerd.58
Het probleem van het stelen van overheidseigendommen (dienstauto's) door voormalige overheidsfunctionarissen59 is inmiddels opgelost. De voormalige
52 VN-veiligheidsraad, Twelfth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/743, 12 september 2006;VN-veiligheidsraad, Thirteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007.
53 IRIN, Liberia: senior officials sacked following corruption probe, 12 juni 2006.
54 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007; AFP, Liberia: la présidente Sirleaf valide l'accord signé avec Arcelor Mittal, 7 mei 2007.
55 De Commissie ziet erop toe dat overheidsgelden op een doelmatige en rechtmatige manier gebruikt worden en dat publieke aanbestedingen en gunningen van contracten op een eerlijke, transparante en non-discriminatoire wijze verlopen. Zie voorgaande algemene ambtsberichten Liberia.

56 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
57 IRIN, Liberia: new allegations of corruption by former transition government, 6 juni 2006. Zie verder algemene ambtsberichten Liberia van mei 2006 en augustus 2005.
58 VN-veiligheidsraad, Fourtheenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007; Reuters, Liberia arrests ex-minister for `economic sabotage', 2 december 2006.

59 Zie algemeen ambtsbericht Liberia mei 2006.
13

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

overheidsfunctionarissen kregen de mogelijkheid de auto's tegen een redelijke marktprijs over te nemen.60
Begin februari 2007 werden de toezichthouders op het anti-corruptie programma GEMAP (Governance Economic Management Assistance Programme61) aangesteld voor de uitvoering van hun taak.62 President Johnson-Sirleaf heeft duidelijk laten blijken dat zij GEMAP ondersteunt en dat ze de afspraken zal respecteren en uitvoeren.63 Het akkoord over en de implementatie van GEMAP is een stimulans voor de wederopbouw en veiligheid van Liberia, aangezien internationale donoren hun (financiële) hulp afhankelijk hebben gemaakt van het slagen van GEMAP.64 Volgens de secretaris-generaal van de VN vordert het programma gestaag, het financiële management van de regering is aanzienlijk verbeterd.65 De Liberiaanse auditeur-generaal, General John Morlu, beschuldigde in juni de regering Johnson-Sirleaf ervan drie maal zo corrupt te zijn als de voorgaande regering. Hij bekritiseerde tevens het nationale begrotingsvoorstel voor 2007/2008.66 Hierin zou volgens hem belangrijke informatie over te verwachten inkomsten ontbreken. Het conflict over de begroting leidde tot onenigheid tussen de auditeur-generaal en de regering. Invloed Taylor
Aan het einde van de vorige verslagperiode werd oud-president Charles Taylor, die sinds de zomer van 2003 in Nigeria verbleef, overgedragen aan het Speciale Strafhof voor Sierra Leone in Freetown.67 Omdat de aanwezigheid en berechting van Taylor in Sierra Leone de fragiele stabiliteit in West-Afrika zou kunnen schaden, diende het Speciale Strafhof een verzoek in bij het Internationale Strafhof en de Nederlandse autoriteiten om de rechtszaak in Nederland te laten plaatsvinden. Nederland willigde dit verzoek in, op voorwaarde dat Taylor na zijn berechting elders zijn straf zou uitzitten. Nadat in juni 2006 de Britse regering zich bereid verklaarde een eventuele straf ten uitvoer te leggen, keurde de
60 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006.
61 Het driejarig programma behelsde onder meer een beperking van de mogelijkheden van de regering om contracten te gunnen, het monitoren van alle uitgaven en de stationering van internationale toezichthouders op belangrijke ministeries en andere staatsinstellingen. Zie algemene ambtsberichten Liberia van mei 2006 en augustus 2005.
62 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; IRIN, Liberia: foreign corruption spotters now in place, 24 mei 2006.
63 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; IRIN, Liberia: new allegations of corruption by former transition government, 6 juni 2006.
64 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
65 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
66 Reuters, Liberia auditor stings gov't with corruption charge, 19 juni 2007; Reuters, Liberia graft watchdog says official threatened him, 27 juni 2007.
67 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006.
14

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Veiligheidsraad van de VN de berechting in Nederland goed.68 Op 20 juni 2006 werd Charles Taylor per VN-vliegtuig uit Sierra Leone naar Nederland overgebracht, waar hij verblijft in de detentie-unit van het Internationaal Strafhof in de gevangenis van Scheveningen.69 Het proces tegen Taylor is op 4 juni 2007 begonnen, maar werd verschillende malen geschorst, omdat Taylor weigerde op de zitting te verschijnen en omdat hij zijn advocaat ontsloeg. Op 3 juli verscheen Taylor plotseling toch op de zitting, waar hij herhaaldelijk verklaarde niet schuldig te zijn.70 Tevens liet hij per brief aan de rechters van het Strafhof weten dat hij meent geen eerlijk proces te zullen krijgen, omdat het Speciale Strafhof voor Sierra Leone de verdediging onvoldoende menskracht en onvoldoende voorbereidingstijd zou geven.71 Op 17 juli 2007 kreeg Taylor nieuwe advocaten toegewezen.72 Op 20 augustus 2007 werd besloten dat het proces in januari 2008 zal worden voortgezet.73
Begin juli 2007 diende de Liberiaanse regering een wetsvoorstel in over het bevriezen van bezittingen van regeringsfunctionarissen die worden beschuldigd van corruptie. Charles Taylor behoort tot deze groep mensen. Taylor zou in Liberia en in Nigeria beschikken over verborgen financiële activa. Hij zou tevens financiële banden hebben met een belangrijke Liberiaanse maatschappij van mobiele telefoons.74 Naar aanleiding van deze berichten verzocht de Veiligheidsraad van de VN de secretaris-generaal middels een resolutie om hernieuwd onderzoek naar schendingen van de tegen Liberia ingestelde sancties (reisverbod en een verbod op financiële tegoeden). Taylor verklaarde eerder in de rechtszaal armlastig te zijn. Hij verzocht het Speciale Strafhof voor Sierra Leone om vergoeding van de kosten van zijn verdediging.75 Op 20 juli 2007 verlengde de
68 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1688 (2006), S/RES/1688 (2006), 16 juni 2006; UN New, UN Council authorizes trial of former Liberian president in the Netherlands, 16 juni 2006.
69 NRC Handelsblad, Taylor vast in gevangenis Scheveningen, 21 juni 2006.
70 AFP, Charles Taylor comparaît pour la première fois à son procès, 3 juli 2007; World News Connection/Radio France Internationale, Liberia's former leader makes surprise court appearance after boycott, 3 juli 2007.
71 ANP, Chaotische tweede dag in Taylor-proces, 25 juni 2007.
72 AFP, Une nouvelle équipe pour défendre Charles Taylor à son procès à la Haye, 18 juli 2007.
73 BBC News, Taylor trial delayed until 2008, 20 augustus 2007; UN News Service, War crimes tribunal of former Liberian leader postponed by UN-backed court, 20 augustus 2007.
74 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, september 2006; BBC News, Liberia `to seize Taylor assets', 12 juli 2007; AFP, Liberia: les biens des dirigeants corrompus, dont Taylor, peut-être gelés, 13 juli 2007.
75 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1760 (2007), S/RES/1760 (2007), 20 juni 2007;VN- veiligheidsraad, Security Council resolution requests Secretary-General to renew expert panel investigating violations of Liberia timber, diamond sanctions, 20 juni 2007;VN- veiligheidsraad, Report of the Panel of Experts submitted pursuant to paragraph 4 (d) of Security Council resolution 1731 (2006) concerning Liberia, S/2007/340, 7 juni 2007.
15

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Amerikaanse president de bevriezing van de tegoeden van Charles Taylor, van zijn familie en oud-verantwoordelijken van zijn regiem.76 Gedurende de verslagperiode verschenen er nog enkele berichten over de invloed van Taylor in Liberia. De invloed van Taylor zou vooral zijn afgenomen sinds zijn vertrek uit de regio. Er is nog een kleine groep aanhangers die zijn herinnering probeert levend te houden door middel van het aanplakken van affiches en het organiseren van discussies op de radio.77 Leden van de elite, die tijdens zijn bewind tot zijn politieke entourage behoorden, hebben echter nog wel zitting in het huidige parlement. Daarbij moet worden opgemerkt dat de twee Senaatszetels voor de provincie Nimba bezet worden door voormalige bondgenoten van Taylor, te weten Adolphus Dolo en Prince Johnson.78 Edwin Snowe, Taylors voormalige schoonzoon, die beschuldigd is van het aanzetten tot onrust in het land, het voeren van financiële transacties met Taylor tijdens diens ballingschap en het verduisteren van miljoenen als directeur van de staatsraffinaderij, trad medio februari 2007 af als voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, na een aanklacht wegens het plegen van politieke misdrijven.79 Volgens een andere internationale waarnemer is in de provincie Bong, waar Taylor zijn hoofdkwartier had in de plaats Gbarnga, het aantal aanhangers afgenomen. Zijn ex-vrouw Jewel Taylor is verkozen tot Senator namens deze provincie. Sekou Damate Conneh, voormalig LURD-leider, is hoofd van de Progressive Democratic Party (PRODEM). Zowel Jewel Taylor als Sekou Damate Conneh verzette zich tegen de oprichting van een oorlogstribunaal dat het werk van de Truth and Reconciliation Commission (TRC, zie paragraaf 3.1.3) zou kunnen completeren.80
Internationale betrekkingen
Tijdens het eerste jaar van haar regeringsperiode heeft Ellen Johnson-Sirleaf veel tijd besteed aan het afleggen van buitenlandse bezoeken, teneinde steun van andere regeringsleiders te verwerven voor haar land en sterke internationale betrekkingen te ontwikkelen. Zo bracht ze o.a. bezoeken aan de Verenigde Staten, Canada, een aantal Europese landen, Japan en Libië. Hoogtepunten van de bezoeken vormden o.a. een informele vergadering met de secretaris-generaal van de VN, Ban Ki-moon en besprekingen met de Duitse Bondskanselier, Angela Merkel, de huidige leider van de G8.81 Ook sprak ze het Europese Parlement in
76 AFP, Bush proroge le décret gelant les avoirs de l'ex-président libérien Taylor, 20 juli 2007.
77 Jeune Afrique, Nous ne décevrons pas, no. 2421, 3-9 juli 2007.
78 Zie algemeen ambtsbericht Liberia van mei 2007.
79 Alex Tyler werd in april 2007 gekozen tot de nieuwe voorzitter van het Huis van Afgevaardigden. Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007;VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.

80 The Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006.
81 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
16

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Straatsburg en het Amerikaanse Congres in Washington toe.82 Inmiddels onderhoudt ze zeer goede betrekkingen met de internationale gemeenschap en heeft ze veel goodwill gekweekt bij donoren, schuldeisers en investeerders. Ze geniet tevens brede steun van regeringsleiders in heel Afrika. Wel staat haar regering nog steeds onder druk om meer verantwoordelijkheid te nemen en meer openheid van zaken te geven, maar tot dusver zijn donoren tevreden over de vooruitgang. Van de VS ontvangt Liberia o.a. steun op technisch, financieel en militair gebied. Daarnaast geniet het land een groeiende belangstelling van China. Zo ondersteunt China het land op economisch en technisch gebied, draagt het bij aan de schuldverlichting en levert het een bijdrage aan de gezondheidszorg.83 Een groot Chinees project vormde de renovatie van het Samuel K. Doe sportcomplex in Paynesville, dat eind juli 2007 gereed was.84
Gezien de situatie in de buurlanden Guinee en Ivoorkust, maar ook wegens afwezigheid van douaniers, blijft er in de subregio85 bezorgdheid bestaan over grensoverschrijdende wapenhandel en activiteiten van huursoldaten.86 Tijdens een conferentie van de staatshoofden van de drie landen van de Mano River Union (Liberia, Sierra Leone en Guinee) op 30 april 2007, benadrukte Ellen Johnson- Sirleaf het belang van goede samenwerking.87 Guinee presenteerde een ontwerpovereenkomst over goed nabuurschap, stabiliteit en solidariteit tussen de staten en volken van de Mano River Union en kwam met het voorstel om Ivoorkust in de Unie op te nemen.88
VN-sancties
Op 27 april 2007 heeft de Veiligheidsraad van de VN het embargo op de export van diamanten uit Liberia, dat sinds 2001 van kracht was, opgeheven.89 Op 25 juni 2007 trok de Europese Unie het verbod op de invoer van ruwe Liberiaanse diamanten in, zodat voor het eerst sinds 2004 weer diamanten uit Liberia naar de Europese Unie konden worden geëxporteerd.90 De sancties konden worden
82 Europees Parlement, De president van Liberia, Ellen Johnson-Sirleaf, spreekt de plenaire zitting toe, 25 september 2006; Jeune Afrique, Liberia: Jeune Afrique evaluates one year of Johnson-Sirleaf governance, 18 januari 2007.
83 IRIN, Liberia: China steps in to end lassa fever outbreak, 27 oktober 2006; The Liberian Times, Chinese President departs Liberia, signs seven agreements with Government of Liberia, 4 februari 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
84 The Inquirer, SKD Renovation completed, 23 juli 2007.
85 Met subregio wordt bedoeld de buurlanden, te weten Guinee, Sierra Leone en Ivoorkust.
86 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
87 Reuters, Guinea, Liberia, Sierra Leone seek to revive bloc, 30 april 2007.
88 VN-veiligheidsraad, Report of the Secretary-General on cross-border issues in West Africa, S/2007/143, 13 maart 2007.

89 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1753 (2007), S/RES/1753 (2007), 27 april 2007; AFP, Levée de l'embargo sur les diamants du Liberia, 27 april 2007; ANP, Liberia mag weer diamanten exporteren van VN, 27 april 2007.

90 AFP, L'Union européenne lève son embargo sur les diamants bruts du Libéria, 25 juni 2007.
17

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

opgeheven, omdat Liberia voldoet aan de voorwaarden voor toetreding tot het internationale certificatiesysteem voor diamanten, bekend onder de naam Kimberley Process.91 Liberia wordt nu geacht de oorsprong van alle te exporteren diamanten te bepalen en de stenen te laten registreren. Hiertoe heeft de regering tien regionale kantoren geopend waar inmiddels meer dan 100 speciaal opgeleide toezichthouders zijn aangesteld. Het ministerie van Land, Mijnen en Energie heeft strafmaatregelen voor overtreders aangekondigd.92 Op 30 juli 2007 werd ook het binnenlands moratorium op diamantwinning en export van diamanten, dat nog van kracht was in Liberia, opgeheven.93 Verder erkende de regering het bestaan van goudwinningbedrijven die op illegale wijze diamanten winnen. De president heeft toegezegd de status van alle bedrijven die delfstoffen winnen in Liberia te onderzoeken en te controleren of deze bedrijven de overheidsbepalingen in acht nemen.94
Het verbod op de uitvoer van Liberiaans hout werd reeds in juni 2006 door de VN- veiligheidsraad opgeheven95, terwijl het wapenembargo versoepeld werd, teneinde de nieuw-getrainde Liberiaanse politie- en veiligheidstroepen te kunnen bewapenen.96 Het reisverbod, dat geldt voor bepaalde personen die een bedreiging vormen voor de stabiliteit en de veiligheid in Liberia en de subregio, blijft vooralsnog van kracht tot 20 december 2007.97 Hieronder vallen: Adolphus Dolo, Edwin Snowe, en Jewel Taylor. Op Prince Yormi Johnson, de leider van de voormalige rebellengroep Independent National Patriotic Front of Liberia (INPFL) en de man achter de marteling en executie van Samuel Doe in 1990, zijn volgens een bron bij UNMIL geen VN-sancties meer van toepassing (reisverbod). De Nederlandse zakenman Guus Kouwenhoven werd op 7 juni 2006 door de Nederlandse rechtbank in Den Haag veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf voor wapenhandel in Liberia in de periode 2000-2003. Onder de vlag van zijn houtkapbedrijven in Liberia voerde hij wapens in die bestemd waren voor de toenmalige Liberiaanse president Charles Taylor. Hij handelde daarmee in strijd
91 AFP, Diamants: le Liberia accepté dans le système international de certification, 4 mei 2007.
92 Economist Intelligence Unit, Liberia Country Report, juni 2007; Reuters, UN lifts Liberia diamond ban, 27 april 2007.

93 BBC News, Liberia lifts diamond mining ban, 28 juli 2007; Reuters, Liberia begins issuing diamond licences after ban, 30 juli 2007.
94 Economist Intelligence Unit, Liberia Country Report, juni 2007; IRIN, Liberia: government ban on diamond mining continues despite UN go-ahead, 5 juni 2007.
95 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1689 (2006), S/RES/1689 (2006), 20 juni 2006; Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007; UN News Centre, Security Council extends diamond sanctions against Liberia, lifts timber ban, 20 juni 2006.
96 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1683 (2006), S/RES/1683 (2006), 13 juni 2006; IRIN, Liberia: Security Council draws back on arms embargo, 14 juni 2006.
97 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1731 (2006), S/RES/1731 (2006), 20 december 2006.
18

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

met VN-sancties. Hij werd vrijgesproken van oorlogsmisdaden.98 Hij mag zijn proces in vrijheid afwachten, al is zijn hechtenis niet opgeheven maar geschorst. Verder mag hij niet zonder toestemming naar het buitenland reizen en moet hij zich eens in de twee weken melden op het politiebureau.99 2.3 Veiligheidssituatie
Algemeen
Gedurende de verslagperiode bleven grote veiligheidscrises uit. De secretaris- generaal van de VN geeft echter ook aan dat de huidige vrede in Liberia fragiel is. Naar aanleiding van een evaluatie van de veiligheidssituatie door UNMIL en de Liberiaanse regering worden de provincies Sinoe en Lofa omschreven als `relatively high risk areas'. De situatie in de provincies Bomi, Grand Cape Mount en Margibi wordt omschreven als `relatively benign'.100 Invloed UNMIL
De United Nations Mission in Liberia (UNMIL), sinds 21 juli 2005 onder leiding van de Brit Alan Doss, ondersteunt de regering op civiel gebied en op veiligheidsgebied. UNMIL bestaat uit 15.000 manschappen en blijft conform een resolutie van de VN-veiligheidsraad formeel tot 30 september 2007 in het land.101 De secretaris-generaal van de VN gaf in zijn vijftiende voortgangsrapportage aan dat de afbouw van UNMIL in verschillende stadia zal plaatsvinden. Net als in voorgaande rapportages, is terugtrekking afhankelijk van de veiligheidssituatie en de stabiliteit in Liberia. Daarnaast zal de capaciteit van de nationale veiligheidstroepen in ogenschouw worden genomen, aangezien de veiligheidstroepen de taak van UNMIL zullen moeten overnemen na het vertrek van de missie. UNMIL zal in ieder geval nog tot en met de verkiezingen in 2011 in Liberia aanwezig zijn.102 Veel mensen zijn bang dat `alles in zal storten' als UNMIL weggaat.

98 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, september 2006; ANP, Kouwenhoven krijgt acht jaar cel voor wapenhandel, 7 juni 2006.

99 De Telegraaf, Kouwenhoven voorlopig op vrije voeten, 19 maart 2007.
100 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

101 VN-veiligheidsraad, Resolutie 1750 (2007), S/RES/1750 (2007), 30 maart 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
102 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of het Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007; UNMIL, UNMIL here till the job is done, says UN Envoy, as he
19

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Hoewel de veiligheidssituatie langs de grenzen met Sierra Leone, Ivoorkust en Guinee gedurende de verslagperiode stabiel was, vormde de voortdurende onzekerheid in Ivoorkust en Guinee een mogelijke bedreiging voor stabiliteit in Liberia. UNMIL bleef daarom in samenwerking met United Nations Operations in Côte d'Ivoire (ONUCI) en Guinese strijdkrachten de grensgebieden bewaken. Er werden verschillende gezamenlijke patrouilles langs de grens met Guinee en Sierra Leone uitgevoerd.103
Ontwapening104
Sinds 1 november 2004 is iedereen die nog een wapen draagt en niet tot de politie, het leger of paramilitaire eenheden behoort, in overtreding van de Liberiaanse wapenwet.105 Wapens en munitie werden gedurende de verslagperiode ofwel vrijwillig overgedragen aan UNMIL, ofwel ontdekt tijdens zoekacties. UNDP voerde een gemeenschapsproject uit waarbij wapens werden verzameld en vernietigd.106
De Nationale Commissie voor Disarmament, Demobilisation, Reintegration and Rehabilitation (DDRR) heeft zes advies- en verwijzingsbureaus, te weten in Buchanan, Gbarnga, Harper, Monrovia, Voinjama en Zwedru. Medio 2006 verlengde president Johnson-Sirleaf het mandaat van de Nationale Commissie voor DDRR met een jaar. 107

decorates Senegalese peacekeepers, 7 april 2007; UNMIL, UNMIL will continue to ensure Liberia's security says UN Envoy, 11 mei 2007.
103 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of het Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

104 In het door het Draft Interim Secretariat opgestelde Liberian DDRR-programme: Strategy and Implementation van 31 oktober 2003 staan de voorwaarden voor deelname aan het programma: "The DDRR exercise will demobilise and reintegrate combatants from the following groups: AFL; LURD; MODEL; and para military groups and other militias. In order to be accepted for participation in the programme, every combatant must: 1) Demonstrate participation as an adult combatant member of one of the above fighting forces at the time of the signature of the Accra Peace Agreement; or 2) Be an underage combatant, accompanying minor, unaccompanied minor, or any other participant under the age of 18, or female, presenting with any of the above mentioned groups; or 3) Present acceptable proof of participation in the armed conflict as a member of at least one of the above mentioned groups which includes: a) A weapon presented by each combatant; or b) A group comprised of up to five combatants with a group weapon."
105 AP, UN gives Liberia's fighters two months to disarm or face prosecution, 1 september 2004.
106 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
107 VN-veiligheidsraad, Eleventh progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/376, 9 juni 2006.
20

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Het reïntegratie- en rehabilitatieprogramma voor voormalige strijders lijkt langzaam op gang te zijn gekomen. Ondanks het blijvende gebrek aan financiële middelen zijn er sinds maart 2007 ongeveer 75.000 gedemobiliseerde voormalige strijders die deelnemen, staan ingeschreven of hebben deelgenomen aan reïntegratie- en rehabilitatieprojecten.108 Van de 23.000 oud-strijders die nog moesten worden getraind, hadden 9.000 mannen eind juli 2007 nog geen training ondergaan. Omdat het DDRR-programma is afgesloten, is besloten deze groep te integreren in bestaande programma's. Verschillende bronnen noemden de vertraging van het reïntegratie- en rehabilitatieproces een belangrijk punt van zorg. Zo waren er gedurende de verslagperiode regelmatig (gewelddadige) demonstraties van ontevreden oud-strijders over betalingsproblemen en deelname aan reïntegratieprogramma's.109 Demonstranten, politieagenten en journalisten liepen tijdens sommige demonstraties verwondingen op. Ook werden soms eigendommen van UNDP vernield.110 Veel oud-strijders zijn volgens een internationale bron werkzaam in de vervoerssector (taxidiensten). Ontwapende strijders die nog niet aan een opleiding of baan zijn geholpen zijn gemakkelijk te mobiliseren voor allerlei illegale activiteiten.111 Volgens de secretaris-generaal van de VN zijn duizenden oud-strijders nog steeds werkloos en hebben zij zich gehergroepeerd in de gebieden met natuurlijke hulpbronnen, zoals goud, diamanten en rubber, om deze op illegale wijze te exploiteren.112 Voor zover bekend zijn tijdens de verslagperiode geen berichten verschenen over nieuwe ontwikkelingen op het gebied van rekrutering. Dit geldt eveneens voor de eventuele invloed die Taylor nog zou hebben op destabilisering in de regio. Ondanks de ontwapening van meer dan 100.000 oud-strijders, blijft echter de dreiging bestaan dat oud-strijders zullen worden gerekruteerd voor regionale milities, met name in Ivoorkust, die gemakkelijk de grens kunnen oversteken.113 Kinderen tussen de 14 en de 17 jaar vormden tijdens de burgeroorlog een aanzienlijk deel van de strijdende partijen in Liberia, met name in de milities aan
108 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
109 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; Human Rights Watch, World Report 2007.

110 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
111 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
112 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
113 Economist Intelligece Unit, Country Report Liberia, juni 2007; VN-veiligheidsraad, Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.

21

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

regeringszijde.114 Onder de 101.495 personen die deelnamen aan het DDRR- proces bevonden zich 8.523 minderjarige jongens en 2.440 meisjes115, hetgeen aanzienlijk minder is dan aanvankelijk was verwacht. Bij genoemde aantallen dient aangetekend te worden, dat hierin zowel de kinderen zijn meegerekend die daadwerkelijk gevochten hebben, als de kinderen die anderszins met de gewapende partijen optrokken. In de meeste gevallen ging het om gedwongen rekrutering, waaraan in Liberia niet of nauwelijks viel te ontsnappen. Sinds juli 2006 zijn er geen rebellengroeperingen meer bekend die kindsoldaten of voormalig kindsoldaten rekruteren.116 UNICEF heeft met behulp van een reïntegratieprogramma tot dusver reïntegratiemogelijkheden verzorgd voor 9.704 van een groep van 11.000 gedemobiliseerde kinderen. Hieronder vallen 4.967 kinderen die aan het Community Education Investment Programme (CEIP) deelnemen of hebben deelgenomen en 4.737 kinderen die vaardigheidstrainingen volgen of hebben gevolgd. Het International Committee of the Red Cross (ICRC) faciliteerde gedurende de verslagperiode bij de repatriëring van voormalig kindsoldaten.117 Sinds juni 2006 keerden 55 voormalige kindsoldaten of kinderen die geassocieerd werden met de strijdende partijen terug naar hun landen van oorsprong.118
Op 7 februari 2007 vond in Parijs voor de eerste keer een internationale conferentie over kindsoldaten plaats, `The Free Children from War' conference. De conferentie, waaraan verschillende VN-organisaties, dertig ngo's en bijna zestig landen deelnamen, waaronder Liberia, werd geleid door Frankrijk in samenwerking met UNICEF. Liberia was één van de landen die de `Paris Commitments' ondertekenden.119
Opbouw van een nieuw leger
Het officiële Liberiaanse leger, de Armed Forces of Liberia (AFL) onder leiding van de Nigeriaanse Generaal Luka Yusuf120, speelt in de huidige veiligheidscontext geen rol van betekenis, afgezien van een aantal gewelddadige
114 Commission on Human Rights, Report of the High Commissioner for Human Rights - Situation of human rights and fundamental freedoms in Liberia, E/CN.4/2004/5, 8 augustus 2003; Human Rights Watch, How to fight, how to kill: child soldiers in Liberia, 17 mei 2004.
115 UNMIL, Disarmament, Demobilization, Reintegration and Rehabilitation; verkrijgbaar via http://www.unmil.org

116 VN-veiligheidsraad, Algemene Vergadering, Children and armed conflict, A/61/529- S/2006/826, 26 okober 2006; US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.

117 ICRC, Liberia: ICRC activity report 2006.
118 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report ot the Secretary-General on the United Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
119 UN OCHA-IRIN, Africa: Fighting for children, 7 februari 2007.
120 Reuters, Liberia leader gets flak for hiring Nigeria general, 14 februari 2006.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

demonstraties in 2006. De grootste demonstratie vond plaats op 25 april 2006 toen een groep van ongeveer 400 man voormalig legerpersoneel uit ontevredenheid over betalingen de drie toegangswegen naar het ministerie van Defensie blokkeerde en autobanden en militaire checkpoints in brand stak.121 De VS helpen de Liberiaanse regering bij het opzetten en trainen van een nieuw nationaal leger. Het oude leger is gedurende de verslagperiode volledig gedemobiliseerd en er is voor de belangen van gedemobiliseerde soldaten een `Office of Veterans' opgericht.122 Het nieuwe leger zal uiteindelijk 4.000 soldaten gaan tellen. Alle Liberianen met een onbesmet blazoen op het gebied van mensenrechten kunnen naar een functie in het nieuwe leger solliciteren, ook soldaten van de 15.000 tellende `oude' AFL en voormalige LURD- en MODEL- strijders. De rekrutering zou in september 2005 van start gaan, maar wegens geldgebrek voor de ontmanteling van het oude leger, is de rekrutering voor het nieuwe leger pas gestart in januari 2006. Naast militaire training leren de nieuwe rekruten over de grondwet, mensenrechten en genderkwesties.123 De eerste groep van 106 soldaten die in november 2006 de basistraining heeft gevolgd, is inmiddels bezig met een gevorderde individuele training. Voor een tweede basistraining zijn ongeveer 500 man geselecteerd.124 Volgens een bron zullen elk half jaar 500 man worden getraind. Het herstructureringsproces loopt door een gebrek aan fondsen maanden achter op het schema en het eerste volledig getrainde bataljon zal naar verwachting pas in 2008 operationeel zijn.125 Het zal nog enige tijd duren voordat de nieuwe AFL zich in een positie bevindt dat het de veiligheid kan waarborgen en veiligheidstaken kan overnemen van UNMIL. Opbouw van een nieuwe politiemacht
Gedurende de verslagperiode is onder supervisie van de VN vooruitgang geboekt met de herstructurering en training van de Liberia National Police (LNP). De nieuwe politiemacht bestaat zowel uit agenten afkomstig uit de oude LNP en de
121 VN-veiligheidsraad, Eleventh Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/376, 9 juni 2006; VN-veiligheidsraad, Twelfth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/743, 12 september 2006.

122 US Department of State, Country Report on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007.
123 VN-veiligheidsraad, Ninth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2005/764, 7 december 2005; BBC News, Liberia recruits a new army, 26 januari 2006; Reuters, Old foes sign up as comrades in Liberia's new army, 26 januari 2006.

124 VN-veiligheidsraad, Thirteenth Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006; VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

125 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007; Eonomist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.

23

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

veiligheidsdienst Special Security Services (SSS), als uit nieuwe rekruten die afkomstig zijn uit verschillende etnische groepen in Liberia. De nieuwe rekruten worden in overleg met de mensenrechtenfunctionarissen van UNMIL gescreend op hun mensenrechtenverleden. Ook verzorgt UNMIL voorlichting over mensenrechten aan leger en politie.126 Volgens de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch verliep de in 2004-2005 door UNMIL uitgevoerde screening en selectie van rekruten op hun mensenrechtenverleden echter problematisch. Duidelijke criteria voor het uitsluiten van mogelijke mensenrechtenschenders zouden o.a. ontbreken.127 In september 2005 opende de LNP een speciale afdeling voor de bescherming van kinderen en vrouwen, de Women´s and Children´s Protection Section (WACPS). De afdeling had gedurende de verslagperiode te kampen met onderbezetting en beperkte middelen.128 Tot maart 2007 zijn 2.610 nieuwe rekruten getraind, terwijl 210 man de opleiding voor seaport police officer en 358 man de opleiding voor de special security services officer aan de politieacademie hebben afgerond. Op 1 maart 2007 volgden 736 rekruten een veldtraining en ondergingen 184 rekruten een basistraining. Begin juli 2007 werd het beoogde aantal van 3.500 volledig getrainde LNP- agenten behaald. In totaal werden 3.522 man opgeleid.129 Naast dit aantal van 3.500 politieagenten heeft de Liberiaanse regering besloten de komende vijf jaar een quick reaction force van 500 man op te richten. Deze gespecialiseerde eenheid moet na het vertrek van UNMIL in staat zijn om snel, efficiënt en proactief te reageren in geval van inbreuk op de veiligheid.130 Op 20 januari 2007 werd een door Nederland gefinancierd opleidingsonder- steuningsprogramma voor vrouwelijke politiekandidaten gestart, waarmee de werving van gekwalificeerde vrouwen bij de politie moet worden gegarandeerd. Het programma beoogt het opleidingsniveau van vrouwen tussen 18 en 35 jaar die geïnteresseerd zijn in een baan bij de politie, te verbeteren. Toegelaten sollicitanten krijgen een intensief trainingsprogramma van drie maanden om een diploma op high school-niveau te behalen. Op 1 maart 2007 waren 309 sollicitaties ontvangen en eind juli 2007 hadden ongeveer 100 vrouwen het special tutor class
126 VN-veiligheidsraad, Sixth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2005/177, 17 maart 2005.
127 Human Rights Watch, World Report Liberia, januari 2007.
128 US Department of State, Country Report on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
129 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; UNMIL, UN Mission and Liberian Government achieve key target in police recruitment, 9 juli 2007.
130 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007; AFP, Liberia: une unite spéciale de police prendra le relais des Casques bleus, 16 april 2007.

24

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

diploma behaald. Het uiteindelijke streven van de LNP is een vrouwelijke vertegenwoordiging van minimaal 20% te behalen.131 De regering hoopt tevens dat de aanwezigheid van een vrouwelijke VN-vredesmacht uit India de Liberiaanse vrouwen zal inspireren om bij de politie te gaan werken.132' De politie is in alle provincies aanwezig en in Monrovia, Ganta en Gbarnga zijn alarmnummers operationeel die burgers kunnen bellen in geval van nood.133 Op politiebureaus, vooral in de provincies, ontbreken echter allerlei faciliteiten. Zo wordt het werk gehinderd door de afwezigheid van een goed wegennet en het gebrek aan politie-uitrustingen en vervoer- en communicatiemiddelen.134 Volgens de secretaris-generaal van de VN waren in augustus 2007 slechts 676 agenten in de provincies actief.135 Er zijn plannen om vóór december 2007 op alle provinciehoofdkantoren en nieuwe politiebureaus agenten in te zetten. In verschillende provincies worden nieuwe politiebureaus gebouwd en oude hersteld of weer opgebouwd. Internationale partners verlenen de Liberiaanse overheid financiële steun bij deze projecten.136
Gedurende de verslagperiode ontvingen politieagenten soms maandenlang geen salaris137, ondanks verbeteringen in het betalingssysteem (zie paragraaf 2.2). Daarnaast waren de salarissen ondermaats, vooral in vergelijking met de salarissen voor beveiligingsfuncties in de private sector.138 Bovendien moesten de salarissen vaak in Monrovia worden opgehaald, terwijl de kosten van de reis naar Monrovia hoger waren dan het bedrag dat aan salaris werd ontvangen. Tijdens de verslagperiode gedroeg de nieuwe politiemacht zich vaak onprofessioneel en soms zelfs crimineel.139 Ook hadden burgers over het algemeen
131 VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007; UNMIL Press Release 53, 10 mei 2007; UNMIL, Launching of special education programme for potential female recruits of Liberia national police, 22 januari 2007.
132 The Christian Science Monitor, All-female unit keeps peace in Liberia, 21 maart 2007.
133 VN-veiligheidsraad, Report of the Secretary-General persuant to Security Council resolution 1579 (2004) regarding Liberia, S/2005/376, 7 juni 2005.
134 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007; US Department of State, Country Report on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.

135 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
136 VN-veiligheidsraad, Fourteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
137 US Department of State, Country Report on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
138 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2006.
139 Human Rights Watch, World Report Liberia, januari 2007.
25

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

weinig vertrouwen in het politieapparaat.140 Op 1 december 2006 kregen agenten van de LNP voor het eerst sinds drie jaar weer de beschikking over een wapen, na de aanpassing van het VN-wapenembargo.141
Special Security Service
De Special Security Service (SSS), ook wel Presidentiële Garde genoemd, is een dienst ten behoeve van de veiligheid van de president. Gedurende de verslagperiode werd oud-directeur Helb opnieuw benoemd.142 Andere benoemingen binnen de SSS zijn toegekend aan familieleden en bekenden van de president, waarmee de praktijk van bescherming door vertrouwelingen blijft bestaan.
Overigens is de Liberiaanse regering bezig met plannen voor een herstructurering van de veiligheidssector, waarbij ook de (nieuwe) rollen van de verschillende diensten, zoals AFL, LNP, SSS, Bureau voor Immigratie en Naturalisatie en Douane, omschreven zullen worden.143
Veiligheid van burgers
Over het algemeen verbeterde volgens verschillende bronnen de veiligheidssituatie voor burgers gedurende de verslagperiode. De secretaris-generaal van de VN maakt zich echter zorgen over de stijging in het aantal (gewelddadige) criminele activiteiten. Met name gewapende overvallen en verkrachting vormen het grootste veiligheidsrisico voor burgers. Daarnaast blijft straffeloosheid bestaan.144 Gedurende de verslagperiode waren er incidenten met de handhaving van de openbare orde, criminaliteit en demonstraties van voormalige strijders.145 Naar aanleiding van de stijging in het aantal criminele activiteiten, waaronder gewapende overvallen, besloot de regering `Operation calm down fear' te starten, als aanvulling op `Operation Sweeping Wave', een operatie georganiseerd door
140 US Department of State, Country Report on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
141 AFP, Nigeria hands over arms to Liberia's new police, 1 december 2006; Reuters, UN eases Liberia arms embargo, eyes timber relief, 13 juni 2006.
142 Helb was eerder, net als enkele andere leden van de SSS, ontslagen, nadat in juli 2006 een brand was uitgebroken in het `Executive Mansion' van de president tijdens een bezoek van drie West-Afrikaanse staatshoofden. Reuters, Liberia leader replaces key staff after blaze, 31 juli 2006.

143 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
144 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
145 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of het Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

26

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

UNMIL, de Liberiaanse politie en andere nationale veiligheidsagentschappen bedoeld om geweldsmisdrijven in Monrovia aan te pakken.146 De operatie bestaat o.a. uit opsporingsactiviteiten en een verhoging van het aantal dag- en nachtpatrouilles in gebieden met een hoog misdaadrisico.147 Daarnaast werden in een andere operatie, `Operation Spider Web', op strategische plaatsen in Monrovia controleposten opgezet om voertuigen steekproefsgewijs te controleren.148 Verschillende bronnen maken zich zorgen over het feit dat er nog wapens in omloop zijn, ondanks successen in het ontwapeningsproces. Deze wapens worden ingezet bij criminele activiteiten en zouden vooral afkomstig zijn uit buurlanden Ivoorkust en Sierra Leone.149
Voor de burgers in de gebieden met natuurlijke hulpbronnen, zoals goud, diamanten en rubber, vormt de aanwezigheid van voornamelijk oud-strijders en de afwezigheid van staatsgezag, inclusief politie, een veiligheidsrisico.150 Personeel van particuliere bewakingsdiensten op rubberplantages wordt regelmatig bedreigd met geweren, messen en machetes.151
2.4 Sociaaleconomische situatie
Liberia is vanwege de aanwezigheid van grondstoffen in potentie een welvarend land, dat als gevolg van economisch wanbeleid en een geschiedenis van voortdurende gewapende strijd kampt met een zeer slechte sociaaleconomische situatie.
Ongeveer 80 % van de bevolking leeft onder de armoedegrens van 1 USD aan inkomsten per dag. Van de Liberiaanse bevolking heeft naar schatting ongeveer 40% toegang tot veilig drinkwater, terwijl ongeveer 35% van de bevolking
146 Economist Intelligence Unit, Liberia Country Report, juni 2007; UNMIL, UN Envoy joins Liberian police on special night patrol in the capital, 18 april 2007.
147 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of het Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

148 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of het Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
149 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
150 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007; VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
151 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
27

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

ondervoed is.152 Minder dan 20% van de bevolking heeft toegang tot medische voorzieningen.153 Een groot aantal ziekenhuizen en centra voor gezondheidszorg werd hersteld, maar gezondheidsvoorzieningen blijven slecht. De gezondheidssector is voornamelijk afhankelijk van de hulp van internationale niet- gouvernementele organisaties (ngo's), die zich steeds meer terugtrekken uit het land, nu Liberia niet meer als `emergency case' wordt beschouwd.154 Het kindersterftecijfer behoort tot de hoogste ter wereld.155 Eén op de vier kinderen sterft voor het bereiken van de leeftijd van vijf jaar als gevolg van een gebrekkige of afwezige gezondheidszorg.156 Slechts de helft van alle kinderen gaat naar school157 en van die groep kinderen volgen meer jongens dan meisjes onderwijs.158 Het percentage analfabeten wordt geschat op 75%.159 Het aantal HIV/AIDS-geïnfecteerden in Liberia is niet precies bekend, maar schattingen lopen uiteen van 8,2% tot 12%.160
Ongeveer 767.000 Liberianen zijn aangewezen op voedselhulp van het World Food Programme (WFP).161 Liberia behoort tot de landen met de grootste voedselonzekerheid ter wereld.162
Volgens cijfers van de VN bedraagt de werkloosheid in Liberia meer dan 80%.163 Er is sprake van achterstallige loonbetalingen door de overheid, financieel mismanagement op macro-niveau en de betrouwbaarheid van overheidsinstanties blijft problematisch.164 Met het oog op efficiëntere loonuitbetalingen zijn filialen
152 UNDP, National Human Development Report 2006 Liberia, juli 2006; UNICEF, Humanitarian Action Report 2007 Liberia, 29 januari 2007.
153 VN-veiligheidsraad, Report of the Panel of Experts on Liberia submitted pursuant to resolution 1607 (2005), S/2005/745, 7 december 2005; UNICEF, Humanitarian Action Report 2006 Liberia, 31 januari 2006; DPA, Liberian analysts paint dim picture of war-torn country, 6 januari 2006.

154 Economic Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

155 UNDP, National Human Development Report 2006 Liberia, juli 2006.
156 UNMIL, UN Envoy stresses need to improve health delivery for Liberia's recovery, 20 april 2007.

157 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
158 UNDP, National Human Development Report 2006 Liberia, juli 2006.
159 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
160 UNICEF, Humanitarian Action Report 2007 Liberia, 29 januari 2007; UNDP, National Human Development Report 2006 Liberia, juli 2006; WFP, Food Assistance for Relief and Recovery in Post-Conflict Liberia, 16 maart 2007.
161 WFP, Food Assistance for Relief and Recovery in Post-Conflict Liberia, 16 maart 2007.
162 UNDP, National Human Development Report 2006 Liberia, juli 2006.
163 United Nations News Service, Liberia: UN-backed jobs project jumpstarts economic growth, 13 juni 2007.

164 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices 2006, 6 maart 2007
28

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

van de Central Bank of Liberia geopend. Overheidsdienaren hoeven hierdoor niet meer naar Monrovia te reizen om hun salaris te ontvangen.165 Omdat het uitbetalen van salarissen in de praktijk echter nog steeds een probleem vormt, is het ministerie van Financiën plan `paymasters' in alle vijftien provincies aan te stellen.
De Liberiaanse infrastructuur verkeert nog steeds in slechte staat: alhoewel alle provincies en districten bereikbaar zijn, zijn de meeste wegen buiten Monrovia onverhard en moeilijk begaanbaar, zijn (spoor)wegen overwoekerd door het oerwoud en zijn bruggen tijdens de oorlog verwoest. Stroom- en watervoorzieningen zijn gedurende de verslagperiode alleen in delen van de hoofdstad hersteld.
Voor 2007 is met het IMF een hernieuwd `Staff Monitored Program' (SMP) afgesproken. Naar verwachting zal dit in 2008 worden vervangen door een `Poverty Reduction and Growth facility' (PRGF).166


165 UNMEE, Newly-constructed Central Bank of Liberia payment centre opens in Voinjama, Lofa county, 4 augustus 2006; VN-veiligheidsraad, Twelfth progress report of the Secretary- General on the United Mission in Liberia, S/2006/743, 12 september 2006;
166 Economist Intelligence Unit, Country Report Libera, juni 2007.
29

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

3 Mensenrechten
3.1 Juridische context
3.1.1 Verdragen
Liberia is partij bij de belangrijkste internationale verdragen ter bescherming van mensenrechten, waaronder:
· de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens;167 · het Vluchtelingenverdrag van 1951 en het daarbij behorende Protocol van 1967;168
· het Statuut van het Internationaal Strafhof;169 · het Verdrag inzake de rechten van het kind;170 · het Internationaal verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie;171
· het Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen;172
· het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing;173
· het Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide; 174 · het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten;175 · het Internationaal verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten;176 · het VN-verdrag tegen corruptie;177

167 Liberia is sinds 2 november 1945 lid van de Verenigde Naties; zie http://www.un.org
168 Liberia heeft het verdrag op 15 oktober 1964 geratificeerd en het protocol op 27 februari 1980; zie http://www.unhcr.org
169 Liberia heeft het statuut op 22 september 2004 geratificeerd; zie http://www.icc-cpi.int
170 Liberia heeft dit verdrag op 4 juni 1993 geratificeerd; zie Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights; http://www.ohchr.org
171 Liberia heeft dit verdrag op 5 november 1976 geratificeerd; zie Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights; http://www.ohchr.org
172 Liberia heeft dit verdrag op 17 juli 1984 geratificeerd; zie Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights; http://www.ohchr.org
173 Liberia heeft dit verdrag op 22 september 2004 geratificeerd; zie Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights; http://www.ohchr.org
174 Liberia heeft dit verdrag op 9 juni 1950 geratificeerd; zie http://www.preventgenocide.org
175 Liberia heeft dit verdrag op 22 september 2004 geratificeerd; zie Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights; http://www.ohchr.org
176 Liberia heeft dit verdrag op 22 september 2004 geratificeerd; zie Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights; http://www.ohchr.org
177 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
30

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

· het Verdrag van de Afrikaanse Unie ter voorkoming en bestrijding van corruptie.178
Voorts is Liberia lid van de Afrikaanse Unie.179 Het land heeft de volgende Afrikaanse verdragen geratificeerd:
· het Afrikaanse Handvest inzake de rechten van de mens en van volkeren;180 · het Verdrag van de Afrikaanse Unie inzake de specifieke aspecten van vluchtelingenproblemen in Afrika;181 · het Verdrag van de Afrikaanse Unie inzake de uitbanning van huursoldaten in Afrika.182
Liberia heeft de volgende Afrikaanse verdragen ondertekend, maar nog niet geratificeerd183:
· het Protocol behorende bij het Afrikaans Handvest inzake de rechten van de mens en van volkeren over de oprichting van het Afrikaanse Hof voor de rechten van de mens en van volkeren;184 · het Protocol behorende bij het Afrikaans Handvest inzake de rechten van de mens en van volkeren over de rechten van vrouwen in Afrika;185 · het Afrikaans Handvest inzake de rechten en welzijn van het kind.186 Artikel 2 van de Liberiaanse grondwet stelt dat de grondwet de hoogste en belangrijkste wet van het land is, die bindend is voor alle in de Republiek Liberia verblijvende instanties en personen. De Liberiaanse grondwet staat boven alle internationale verdragen waarbij Liberia partij is.187 3.1.2 Nationale wetgeving
Grondwet
In de grondwet van 6 januari 1986 (geamendeerd in 1988) zijn de algemene beginselen van de rechtsstaat opgenomen. De grondwet voorziet in de
178 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
179 Liberia heeft het Verdrag van de Afrikaanse Unie op 26 februari 2001 geratificeerd; zie http://www.africa-union.org
180 Liberia heeft het Handvest geratificeerd op 4 augustus 1982; zie http://www.africa-union.org
181 Liberia heeft het verdrag op 1 oktober 1971 geratificeerd; zie http://www.africa-union.org
182 Liberia heeft het verdrag op 31 maart 1982 geratificeerd; zie http://www.africa-union.org
183 stand van zaken 31 juli 2007.
184 Zie http://www.africa-union.org
185 Zie http://www.africa-union.org
186 Zie http://www.africa-union.org
187 Zie ook artikel 2 van de Liberiaanse grondwet.
31

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

bescherming van een aantal klassieke mensenrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van vereniging en vergadering, vakbondsvrijheid, bewegings- en vestigingsvrijheid. Ook is een aantal sociale rechten in de grondwet opgenomen, zoals het recht op huisvesting en scholing. Vredesakkoord
In het vredesakkoord van 18 augustus 2003 benadrukten de ondertekenaars het belang van respect voor de mensenrechten zoals vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, het Afrikaanse Handvest inzake Mensenrechten en de Rechten van Volkeren en de Liberiaanse wetgeving. Een aantal rechten en fundamentele vrijheden wordt in het vredesverdrag met name genoemd: het recht op leven, het recht gevrijwaard te zijn van foltering, het recht op een eerlijke rechtsgang, vrijheid van geweten, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vergadering en het recht op deelname aan het landsbestuur. 3.2 Toezicht
Nationaal gouvernementeel
In het vredesakkoord van 18 augustus 2003 is sprake van de oprichting van een Independent National Commission on Human Rights. Deze commissie ziet in samenwerking met internationale organisaties en niet-gouvernementele organisaties toe op naleving van de mensenrechten en bevordert kennis van en respect voor deze rechten.188 Tijdens de verslagperiode werd enige vooruitgang geboekt ten aanzien van de benoeming van de leden van de commissie. Op 10 augustus 2006 werden interviews gehouden met een aantal kandidaten. Op 17 januari 2007 overhandigde het Independent Selection Panel een lijst met geselecteerde kandidaten aan de president. De president zal de uiteindelijke selectie van kandidaten maken, terwijl de Senaat vervolgens de benoemingen zal bekrachtigen.189 Een internationale bron was eind juli 2007 nogal kritisch over de geringe voortgang ten aanzien van de selectie van kandidaten. De commissie is niet geaccrediteerd bij de International Coordinating Committee of National Institutions for the Promotion and Protection of Human Rights (ICC).190 Door het uitblijven van benoemingen en daarmee de werking van de commissie, is er ook geen nationaal actieplan voor mensenrechten ontwikkeld.191
188 Comprehensive Peace Agreement, artikel XII, 18 augustus 2003.
189 VN-veiligheidsraad, Twelfth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/743, 12 september 2006; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

190 National Human Rights Institutions Forum, verkrijgbaar via http://www.ohchr.org
191 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007.
32

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Op 20 februari 2006 werd de ook onder het vredesakkoord opgerichte Waarheids- en Verzoeningscommissie (Truth and Reconciliation Commission ­ TRC) officieel geïnstalleerd en eind juni 2006 begon zij met haar werkzaamheden.192 De commissie is bevoegd om grove mensenrechtenschendingen en oorlogsmisdrijven, gepleegd tijdens de burgeroorlogen in de periode 1979-2003, te onderzoeken.193 De commissie is aangesteld voor een periode van ruim twee jaar, tot aan september 2008 en zal haar werk afsluiten met een eindrapport.194 Na maanden van trainingen en voorbereidingen, is de commissie in oktober 2006 begonnen met het afnemen van getuigenverklaringen die tijdens officiële verhoren zullen worden gebruikt.195 Regering, burgers en de internationale gemeenschap hadden aanvankelijk hoge verwachtingen van het werk van deze commissie, die een belangrijke rol zou moeten spelen in de strijd tegen straffeloosheid.196 Verschillende internationale bronnen zijn echter zeer kritisch. De Waarheids- en Verzoeningscommissie werkte gedurende (een groot deel) van de verslagperiode niet, met name wegens financiële tekorten en managementproblemen.197 Ook zouden maar weinig Liberianen de commissie om hulp vragen. Nationaal niet-gouvernementeel
Gedurende de verslagperiode waren verschillende Liberiaanse ngo's actief op het gebied van mensenrechten, democratisering en goed bestuur. Voor meer informatie, zie algemeen ambtsbericht Liberia van mei 2006, paragraaf 3.2. Internationaal
De internationale gemeenschap volgt de mensenrechtensituatie in Liberia met aandacht. Het mandaat van de United Nations Mission in Liberia (UNMIL), zoals verwoord in Veiligheidsraadresolutie 1509, bepaalt nadrukkelijk dat VN-soldaten toezien op de naleving van mensenrechten. Ook dient UNMIL het respect voor de mensenrechten te bevorderen en een bijdrage te leveren aan activiteiten van andere organisaties op het gebied van de rechten van de mens.198 Met deze doelen voor
192 AFP, Liberia's truth commission starts probing atrocities, 23 juni 2006.
193 Voor een uitgebreide beschrijving van het werk van de commissie, zie het algemeen ambtsbericht Liberia van mei 2006, paragraaf 2.2.
194 Amnesty International, Liberia: a brief guide tot the Truth and Reconciliation Commission,
1 november 2006.

195 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
196 Amnesty International, Liberia: Truth, Justice, Reparation for Liberia's victims, 15 februari 2007.

197 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
198 VN, Veiligheidsraad, Resolutie 1509 (2003), S/RES/1509 (2003), 19 september 2003.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

ogen heeft UNMIL mensenrechtenmedewerkers geplaatst in alle vijftien provincies.199
In februari en november 2006 bezocht de Onafhankelijk Expert van de Mensenrechtencommissie van de VN, Charlotte Abaka, Liberia. Abaka concludeerde in haar laatste rapport d.d. 28 februari 2007 dat de uitdagingen op civiel, politiek, economisch, sociaal en cultureel gebied voor Liberia nog steeds ontzettend groot zijn. Met name het versterken van het rechtssysteem is cruciaal voor de bevordering en bescherming van de mensenrechten en het beëindigen van straffeloosheid. Ondanks de inzet van de Liberiaanse autoriteiten, was er sprake van langzame vooruitgang als gevolg van gebrek aan kwaliteit, deskundigheid en financiële middelen. Ze deed enkele belangrijke aanbevelingen, waaronder het opnemen van internationale verdragen in de Domestic Law middels een grondwetswijziging en capaciteitsversterking van de wetgevende, rechtssprekende en rechtshandhavende instellingen, onder meer op het gebied van internationale mensenrechten. Ook bepleitte zij het verlenen van beurzen aan rechtenstudenten voor postgraduate studies in de VS en het interesseren van meer vrouwelijke studentes voor de rechtspraktijk door middel van positieve discriminatie. Ten aanzien van de voortgang van het werk van de Waarheids- en Verzoeningscommissie concludeerde ze dat het functioneren en de bevoegdheden van de commissie dringend moeten worden herzien.200 3.3 Naleving en schendingen
Gedurende de verslagperiode was er sprake van mensenrechtenschendingen. Zo kwamen willekeurige arrestaties voor en was er sprake van mishandeling en verkrachting.201 Als gevolg van destabiliserende factoren als beperkt staatsgezag, corruptie, een gebrekkig functionerend justitieel systeem, financiële tekorten om voormalige strijders door onderwijs te herintegreren en voortdurende regionale instabiliteit, is bescherming van de mensenrechten in Liberia niet gegarandeerd.202 3.3.1 Vrijheid van meningsuiting
Vrijheid van meningsuiting wordt door de grondwet (artikel 15b) gegarandeerd. Gedurende de verslagperiode werd dit recht in de praktijk over het algemeen door de regering gerespecteerd. Wel is er een aantal voorvallen bekend waarbij
199 UNMIL, Human Rights and Protection Section, zie http://www.unmil.org
200 VN-veiligheidsraad, Mensenrechtenraad, Report of the independent expert on technical cooperation and advisory services in Liberia, Charlotte Abaka, A/HCR/4/6, 28 februari 2007.
201 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
202 Human Rights Watch, World Report 2007, 11 januari 2007.
34

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

journalisten en een mensenrechtenactivist door politiefunctionarissen werden geïntimideerd, bedreigd, lastig gevallen of geslagen.203 In februari 2007 kreeg de regering veel kritiek na de (tijdelijke) sluiting van het kantoor van de krant `The Independent'.204
In Monrovia wordt een twaalftal kranten uitgegeven. Zes daarvan zijn onafhankelijke dagbladen. Vijf andere onafhankelijke bladen verschijnen ten minste twee keer per week. Daarnaast verschijnt de regeringskrant de `New Liberian'. De prijs van een krant, de kosten van vervoer, de slechte infrastructuur in de rest van het land en het feit dat ongeveer 75% van de Liberianen analfabeet is205, zorgen ervoor dat de meeste kranten alleen in en rondom Monrovia verschijnen. De berichtgeving in de kranten is vaak van slechte kwaliteit en heeft hoofdzakelijk betrekking op gebeurtenissen in en rond Monrovia. Ook accepteren journalisten regelmatig geld in ruil voor het publiceren van artikelen.206 Voor de meeste Liberianen is de radio het belangrijkste middel van informatievoorziening. Monrovia telt vijftien onafhankelijke radiostations die regelmatig uitzenden, ongeveer 24 lokale stations, één UNMIL-radiostation en één radiostation dat door de overheid wordt beheerd.207 Verder zijn er drie lokale televisiezenders die slechts toegankelijk zijn voor Liberianen die zich een televisie, een generator en benzine kunnen veroorloven. Het ministerie van Post en Telecommunicatie is verantwoordelijk voor de verstrekking van radiolicenties. De president doet één keer per maand mee aan een radioprogramma, genaamd: `conversations with the president'.
Er zijn geen berichten bekend van beperkingen van overheidswege op de toegang tot internet of van overheidstoezicht op emailverkeer en internet chatrooms. De hoge graad van analfabetisme onder de Liberianen en de gebrekkige infrastructuur in het land zorgen er echter voor dat weinig Liberianen van deze communicatiemiddelen gebruik kunnen maken.208
De Press Union of Liberia is verantwoordelijk voor de jaarlijkse verstrekking van individuele accreditaties, terwijl het ministerie van Informatie verantwoordelijk is voor de verstrekking van licenties aan de geschreven en elektronische pers.
203 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
204 Economist Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007.
205 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007
206 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
207 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
208 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
35

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Liberia staat op de 84e plaats (van 168 landen) van de Worldwide Press Freedom Index 2006 van de internationale organisatie Reporters without Borders.209 3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering
De grondwet (artikel 17) garandeert de vrijheid van vereniging en vergadering. Over het algemeen respecteert de regering dit recht in de praktijk.210 Voor demonstraties moet 72 uur van tevoren een vergunning worden aangevraagd bij het ministerie van Justitie. Deze toestemming is niet gebonden aan politieke voorwaarden; het gaat om een formaliteit die de politie in staat stelt de benodigde verkeers- en andere maatregelen te treffen om de demonstratie in goede banen te leiden.
Liberia kende tijdens de verslagperiode dertig geregistreerde politieke partijen. Ook was er in het land een groot aantal maatschappelijke organisaties actief, die zich bezig hielden met onderwerpen als mensenrechten, vrouwenzaken, ontwikkelingsprojecten, armoedebestrijding en gezondheidszorg.211 Voor zover bekend werden politieke partijen tijdens de verslagperiode niet lastig gevallen en waren er geen belemmeringen om politieke activiteiten te ontplooien. In mei 2007 schorste de National Elections Commission in navolging van de grondwet echter negen politieke partijen van elke politieke activiteit omdat ze geen hoofdkantoor in Monrovia hadden.212
3.3.3 Vrijheid van godsdienst
De grondwet (artikel 14) garandeert de vrijheid van godsdienst. Elke godsdienstige gezindte is voor de wet gelijk. De regering respecteerde voor zover bekend het recht van vrijheid van godsdienst in de praktijk.213 Liberia kent het principe van scheiding van kerk en staat en heeft geen staatsgodsdienst, al is het land als christelijke staat gesticht. De (week-)kalender is volgens de christelijke rust- en feestdagen ingericht. Moslims hebben tegen deze laatste praktijk bezwaar aangetekend bij het parlement en het Supreme Court. Volgens een bron is hierover tijdens de verslagperiode nog geen uitspraak gedaan. Ook bekritiseerden moslims de president omdat zij te weinig moslims zou hebben
209 Reporters without borders, Worldwide Press Freedom Index 2006.
210 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
211 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
212 The Analyst, NEC slaps nine parties with suspension, 10 mei 2007.
213 US Department of State, International Religious Freedom Report 2006, 15 september 2006.
36

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

benoemd in haar kabinet. Enkele moslimleiders beklaagden zich tevens over het feit dat er niet genoeg geld voor islamitische scholen zou zijn gereserveerd.214 Ter bevordering van de geest van nationale verzoening gaf president Johnson-Sirleaf in 2006 een feestelijk diner om het einde van de ramadan te vieren. Aan dit diner namen moslimleiders, leden van de Mandingo en leden van voormalig strijdende partijen deel. De president herhaalde bij deze gelegenheid de toezegging van haar regering van vrijheid en tolerantie van godsdienst.215 Alle organisaties, ook religieuze groeperingen, moeten zich laten registreren bij de overheid en het doel van hun organisatie vastleggen. Alleen traditionele inheemse godsdienstgroeperingen zijn gevrijwaard van deze plicht. Registratie is routinematig en er zijn geen gevallen bekend waarbij het registratieproces moeizaam is verlopen of waarbij sprake was van discriminatie.216 In Liberia wonen christenen, aanhangers van traditionele godsdiensten en een groeiend aantal moslims. Er zijn christelijke kerkgenootschappen van rooms- katholieken, baptisten, methodisten, zevendedagsadventisten, leden van de pinkstergemeente en Jehova's getuigen. Er is tevens een groot aantal buitenlandse zendingsgroepen werkzaam in het land.
De Inter-religious Council is een overkoepelend orgaan waarbinnen zowel christenen als moslims zijn vertegenwoordigd. De Council bevordert samen met andere religieuze organisaties de dialoog tussen aanhangers van verschillende godsdiensten. De relatie tussen de verschillende religieuze groepen is over het algemeen vriendschappelijk te noemen, maar ondanks regelmatige interactie was er gedurende de verslagperiode sprake van enige spanning tussen de belangrijkste religieuze gemeenschappen. Deze spanning bestond uit een vermeende voorkeur van de particuliere sector in de steden (en met name Monrovia) voor christelijke ceremonies of uit eigendomskwesties.217
De regering staat (voornamelijk christelijk) godsdienstonderwijs aan openbare scholen toe, maar vereist dit niet. Leerlingen zijn niet verplicht godsdienstlessen te volgen.218

214 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
215 VN-veiligheidsraad, Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.
216 US Department of State, International Religious Freedom Report 2006, 15 september 2006.
217 US Department of State, International Religious Freedom Report 2006, 15 september 2006; US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
218 US Department of State, International Religious Freedom Report 2006, 15 september 2006.
37

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

3.3.4 Bewegingsvrijheid en (reis)documenten
Reizen naar het buitenland
Volgens artikel 13 (b) van de Liberiaanse grondwet heeft iedere Liberiaanse burger het recht om zonder voorafgaande voorwaarden en op elk gewenst moment Liberia te verlaten en binnen te komen. Er zijn tientallen grensovergangen. De belangrijkste punten om Liberia in en uit te reizen zijn Bo Waterside (vanuit Sierra Leone), Voinjama (vanuit Guinee), Harper (vanuit Ivoorkust), de haven van Monrovia en de internationale luchthaven Robertsfield bij Harbel. Over het algemeen respecteerde de regering het recht op bewegingsvrijheid.219 Liberia is lid van de Economic Community of West- African States (ECOWAS). Binnen deze gemeenschap is onder andere een aantal richtlijnen opgesteld ten behoeve van het vrij verkeer van personen. Liberia heeft deze richtlijnen slechts in beperkte mate geïmplementeerd. Zo heeft Liberia alleen de verplichte visa voor ECOWAS-nationals afgeschaft, maar heeft het bijvoorbeeld niet de immigratie- en emigratieformulieren geharmoniseerd. 220 In welke mate Liberianen profiteren van de richtlijnen, hangt af van de implementatie in de andere lidstaten (zie bijvoorbeeld ook paragraaf 4.1.1).
Interne bewegingsvrijheid
Volgens verschillende bronnen konden burgers gedurende de verslagperiode binnen Liberia zonder problemen reizen. Voor zover bekend zijn er geen irreguliere wegversperringen meer, maar het komt voor dat de Liberiaanse politie reizigers in en rond Monrovia onderwerpt aan willekeurig onderzoek en op kleinschalige wijze afperst.221
Voor uitgebreide informatie omtrent de afgifte van (reis)documenten wordt verwezen naar het algemeen ambtsbericht Liberia van mei 2006, paragraaf 3.3.4. Tijdens de verslagperiode is hierover geen nadere informatie bekend geworden. Over naleving van de regelgeving in de praktijk is niets bekend. 3.3.5 Rechtsgang
De grondwet stipuleert een onafhankelijke rechterlijke macht. De rechtspraak is gebaseerd zowel op de Amerikaanse common law principes als op traditioneel recht. 222 Volgens de grondwet heeft de verdachte recht op een eerlijk proces.
219 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
220 Informatie is verkregen via http://www.ecowas.int .
221 U.S. Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
222 International Crisis Group, Liberia: resurrecting the justice system, Africa Report Nº 107, 6 april 2006.

38

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Eén van de grootste problemen tijdens de verslagperiode was de trage rechtsgang. Dit probleem werd veroorzaakt door een groot gebrek aan rechtbanken en een tekort aan gekwalificeerd juridisch personeel223, waardoor ernstige vertragingen in de afhandeling van zaken ontstonden.224 Veel mensen zaten lang in voorarrest en moesten lang wachten tot hun zaak voorkwam bij de rechter. Het aantal rechtszaken voor ernstige misdrijven als moord, verkrachting en gewapende overvallen, nam toe. Dit was deels het gevolg van de inzet van nationale rechters (met steun van UNMIL) als aanklager en openbaar verdediger. De minister van Justitie en de Chief of Justice dienden een verzoek in om rechters voor een periode van zes maanden te mogen inzetten. UNMIL heeft tijdens de verslagperiode een aantal bouw- en renovatieprojecten van rechtbanken in het land gefinancierd. Zes van deze projecten zijn inmiddels afgerond en zeven projecten lopen nog.225 UNMIL verzorgde tevens trainingen voor juridisch personeel. Sinds mei 2006 hebben 330 magistraten een training gehad en namen magistraten en justices of the peace uit de vijftien counties deel aan een aantal workshops. Daarnaast hielp UNMIL de Chief of Justice bij het vaststellen van trainingsbehoeften van circuit court rechters en ander juridisch personeel. De Governance Reform Commission stelde een ontwerp op over hervormingen in de juridische sector.226 In september 2006 lanceerde UNMIL een radioprogramma genaamd `Community Court'. Het doel van dit programma was het publiek bewust te maken van de activiteiten van de rechterlijke macht en van de eigen fundamentele rechten. Onderwerpen als huiselijk geweld en traditioneel recht kwamen in dit radioprogramma aan de orde.227
Ondanks bovengenoemde maatregelen, bleef het rechtssysteem tijdens de verslagperiode zwak en onderontwikkeld.228 Liberianen bleven ongeïnformeerd over hun rechten en hoe die te verkrijgen en hun vertrouwen in het rechtssysteem was klein. In veel delen van het land functioneerden de rechtbanken niet en lage salarissen en slechte werkomstandigheden voor rechters, magistraten en justices of
223 Een bron geeft aan dat slechts twee van de 20-25 rechters een juridische opleiding hebben afgerond.

224 Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
225 Twelfth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/743, 12 september 2006.

226 Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
227 Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.

228 International Crisis Group, Liberia: resurrecting the justice system, Africa Report Nº 107, 6 april 2006; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
39

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

the peace werkten corruptie in de hand. Vaak beschikten rechtbanken niet over relevante wetsteksten en ontbraken middelen voor adequate registratie.229 Ook vormde het verschil in toepassing van de wet een probleem. In september 2005 bepaalde het Supreme Court dat alle justice of the peace rechtbanken zonder officiële aanstelling gesloten moesten worden. Sommige van deze rechtbanken bleven echter gewoon functioneren en er kwamen geen vervangende rechtbanken.230
Het Supreme Court wees gedurende de verslagperiode rechters aan op functies in provincies buiten Montserrado, maar rechters en magistraten verlieten hun post herhaaldelijk, omdat ze bij voorkeur in Monrovia verbleven. Het Supreme Court ontsloeg om deze reden 34 magistraten.231
Berechting van minderjarigen bleef een serieus probleem. In veel provincies werden jongeren samen met volwassenen lang in voorarrest gehouden zonder enige vorm van aanklacht of proces. Alleen in Monrovia functioneerde een juvenile court. Minderjarigen in andere provincies worden vaak door magistrate courts berecht.232 Minderjarigen worden vaak volgens het volwassenenrecht berecht.233
Traditioneel recht
Naast het formele recht van de Domestic Relations Law bestaat in Liberia van oudsher het traditionele recht. Traditionele leiders (paramount chiefs) spreken per bevolkingsgroep recht op basis van ongeschreven traditioneel recht, het zogenoemde sassywood-systeem.234 Binnen dit systeem is het mogelijk dat een schuldige wordt aangewezen door middel van een uiterst pijnlijke lichamelijke beproeving. Methoden die worden toegepast om te bepalen of de verdachte de waarheid spreekt, zijn onder meer het plaatsen van een gloeiend heet metalen voorwerp op het lichaam van de verdachte of het in hete olie leggen van één van de ledematen van de verdachte. Deze vorm van rechtspraak komt nog veelvuldig
229 International Crisis Group, Liberia: resurrecting the justice system, Africa Report Nº 107, 6 april 2006.

230 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
231 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
232 VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.

233 UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, August-October 2006; VN- veiligheidsraad, Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission of Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.
234 International Contact Group, Liberia: resurrecting the justice system, Africa Report Nº 107, 6 april 2006.

40

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

voor op het platteland. Rechtbanken en autoriteiten van verschillende counties staan deze vorm van rechtspraak nog steeds toe.235 Niettemin verklaarde de regering het gebruik van sassywood (trial by ordeal) bij traditioneel recht in november 2006 illegaal.236
Daarnaast is er sprake van eigenrichting en `mob justice'. Dit heeft vooral te maken met het gebrek aan vertrouwen in de politie en in het rechtssysteem. Zo werden, bijvoorbeeld, in Grand Gedeh county op 12 juni 2006 vijf personen gearresteerd die een illegale vorm van sassywood (trial by ordeal) toepasten, waarbij zeven personen gedwongen werden een vloeistof te drinken die gemaakt was van giftige boomschors.237
In september 2006 riep de minister van Justitie burgers op zich te organiseren in burgerwachten om buurten en wijken tegen toenemende criminaliteit te beschermen.238 Bij de opening van een nieuw politiebureau in Monrovia in augustus 2007 drong Alan Doss er bij burgers op aan mob violence te voorkomen en criminele activiteiten en/of verdachte gedragingen bij de politie te rapporteren.239 Mob justice komt volgens verschillende bronnen nog wel voor, maar er is sprake van een afname van het aantal gevallen. 3.3.6 Arrestaties, detenties en verdwijningen
De grondwet verbiedt willekeurige arrestaties en detenties. Tijdens de verslagperiode was er echter sprake van willekeurige arrestaties en detenties van burgers door politie- of andere overheidsfunctionarissen.240 Voor zover bekend wordt één van de vermeende coupplegers van 17 juli 2007, generaal Charles Julu, door de overheid gevangen gehouden. Volgens een internationale bron verblijft hij in de centrale gevangenis van Monrovia. Situatie in gevangenissen
Het gevangenissysteem functioneert slecht. Er is sprake van overbevolking, slechte voorzieningen en corruptie.241 Van de veertien gevangenissen in Liberia
235 UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006- January 2007.
236 UNMIL, Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006-January 2007; Reuters, U.N. urges Liberia to outlaw trials by ordeal, 17 mei 2007.
237 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
238 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
239 UN News Service, UN envoy urges Liberians to prevent mob violence ; another police station opened, 13 augustus 2007.
240 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
41

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

zijn er elf operationeel. UNMIL monitort tien gevangenissen in negen verschillende provincies. Het ICRC bezoekt één maal per twee maanden alle gevangenissen in het land. In totaal zitten er 900 tot 950 gevangenen in Liberiaanse gevangenissen. Slechts 44 van hen zijn veroordeeld. In 2006 en 2007 liet de regering in samenwerking met internationale partners renovaties uitvoeren aan een aantal gevangenissen (Voinjama, Gbarnga, Buchanan, Kakata, Zwedru, Monrovia en Harbel). In sommige provincies, waar geen officiële detentiecentra zijn, doen containers dienst als gevangenis.242 In de periode november 2006 - januari 2007 heeft UNMIL de mensenrechtensituatie in een aantal Liberiaanse gevangenissen en detentiecentra onderzocht. In de meeste gevangenissen en detentiecentra werden de mensenrechten van gevangenen geschonden, omdat niet werd voldaan aan de minimumvoorwaarden voor de behandeling van gevangenen. Zo zaten er in de centrale gevangenis van Monrovia in november 2006 drie tot vier maal zoveel gevangenen als de maximaal toegestane capaciteit.243 Eind juli 2007 zaten er 700 gevangenen in deze gevangenis. De gevangenis heeft er inmiddels een nieuwe vleugel bij gekregen, maar deze is nog niet in gebruik genomen. Alle gevangenissen hebben te kampen met personeelstekorten en met slechte voorzieningen, onder meer op het gebied van voedsel, transport en medische zorg. Voor hun voedsel zijn gedetineerden vaak afhankelijk van WFP en familie. Detentie vindt verder plaats in politiecellen van de LNP, onder doorgaans erbarmelijke omstandigheden. Ook worden politieregisters vaak slecht bijgehouden.244
Het merendeel van de gedetineerden is niet veroordeeld en zit langer dan de voorgeschreven termijn van 48 uur in voorarrest. De overschrijding van de termijn is doorgaans het gevolg van het niet of slecht functioneren van rechtbanken.245


241 UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006-January 2007; US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
242 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
243 UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006 - January 2007, mei 2007; US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.

244 UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006 - January 2007, mei 2007; US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.

245 US Department of State, Country reports on human rights practices 2006 - Liberia, 6 maart 2007.

42

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Personen die niet over de middelen beschikken om op borgtocht vrij te komen, zitten daarom langdurig in voorarrest en worden soms zelfs `vergeten'.246 Op 7 juli 2006 ontsnapten tenminste 58 gevangenen uit de gevangenis van Gbarnga247 en op 27 november 2006 ontsnapten 57 gevangenen uit de centrale gevangenis van Monrovia.248 De president bezocht de gevangenis van Monrovia op 21 december 2006. Zij beloofde de arbeidsomstandigheden voor gevangenisstaf te gaan verbeteren. Een tekort aan stafleden zou de hoofdoorzaak voor de ontsnapping zijn geweest.249
Hoewel vrouwen en kinderen volgens het beleid van de regering gescheiden van mannen dienen te worden opgesloten, komt het in de praktijk vaak voor dat ze samen worden gedetineerd. In de door UNMIL gemonitorde gevangenissen werden mannen en vrouwen wel van elkaar gescheiden.250 Er bevindt zich een klein, maar groeiend aantal kinderen in de centrale gevangenis in Monrovia. Deze gevangenis beschikt, evenmin als overigens alle andere gevangenissen, niet over gescheiden voorzieningen voor kinderen.251 De Women and Children Protection Section (WACPS) binnen de LNP zorgde ervoor dat in de centrale gevangenis van Monrovia een aparte `holding area' voor jeugdige delinquenten is gecreëerd.
Vrouwen, maar vooral jeugddelinquenten zijn regelmatig slachtoffer van geweld door gevangenbewaarders en andere gevangenen.252
De regering heeft, voor zover bekend, geen onofficiële detentiecentra. Het ICRC, de media en verschillende lokale, nationale en internationale mensenrechtenorganisaties hadden toegang tot gedetineerden, die verbleven in politiecellen en in de centrale gevangenis van Monrovia.253
246 FIDH i.s.m. LWHR, Ballots, not bullets! Will human rights be respected in Liberia?, januari 2006; US Department of State, Country reports on human rights practices 2005 - Liberia, 8 maart 2006; UNMIL Human Rights and Protection Section, Bimonthly Report August ­ September 2005, 16 november 2005.

247 AFP, Au moins 58 prisonniers évadés dans la deuxième ville du Liberia, 7 juli 2006.
248 VN-veiligheidsraad, Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006.
249 UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006 - January 2007, mei 2007.

250 US Department of State, Country reports on human rights practices 2005 - Liberia, 8 maart 2006.

251 UNMIL Human Rights and Protection Section, Bimonthly report October - November 2005, januari 2006; NACROG, Situational report on childs rights violations in Liberia, December 2004 ­ December 2005, februari 2006.
252 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
253 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
43

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Gedurende de verslagperiode zijn er geen meldingen geweest van politiek gemotiveerde verdwijningen.254
3.3.7 Mishandeling en foltering
Artikel 21 van de Liberiaanse grondwet bevat een verbod op foltering en onmenselijke behandeling en stelt overtreding van dit verbod door overheidsfunctionarissen strafbaar. De grondwet garandeert de mogelijkheid voor slachtoffers van foltering of een onmenselijke behandeling in een civiele procedure verhaal te halen.255
Volgens het landenrapport over mensenrechtenpraktijken van de US Department of State hebben politiefunctionarissen zich in 2006 schuldig gemaakt aan mishandeling, treitering, bedreiging en afpersing van burgers, vooral bij reguliere checkpoints. Zo maakten twee parlementsleden op 20 september 2006 melding van mishandeling door politiefunctionarissen van de LNP bij respectievelijk een checkpoint en een rechtbank. De inspecteur-generaal van de LNP heeft zich hierover op 26 september 2006 formeel verontschuldigd tegenover zowel de betrokkenen als het parlement. De bewuste politiefunctionarissen zijn berispt, maar niet officieel bestraft of geschorst.256 Volgens een internationale bron worden mensen op sommige politiebureaus mishandeld door de politiefunctionarissen van de LNP. Dit zou te maken hebben met een oude cultuur van `bad habits' onder politieagenten.
Vrouwen en kinderen waren gedurende de verslagperiode vaak slachtoffer van seksueel geweld en mishandeling (zie paragrafen 3.4.1.en 3.4.2.).257 Gedurende de verslagperiode was er sprake van mishandeling van burgers door voormalige strijders op de rubberplantages.258 3.3.8 Buitengerechtelijke executies en moorden
Tijdens de verslagperiode is er voor zover bekend geen sprake geweest van buitengerechtelijke executies en moorden door de Liberiaanse autoriteiten. Wel
254 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
255 Zie ook artikel 21 van de Liberiaanse grondwet.
256 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
257 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
258 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

zouden voormalige strijders betrokken zijn geweest bij moord, diefstal en andere misdaden gepleegd tegen werknemers op rubberplantages.259 3.3.9 Doodstraf
De Liberiaanse wetgeving kent de doodstraf voor moord en landverraad.260 Op basis van de ratificatie op 16 september 2005 van het Tweede Facultatieve Protocol behorende bij het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten zou dit artikel uit de wet geschrapt moeten worden. Tijdens de verslagperiode is hierover niets bekend geworden. De laatste tenuitvoerlegging van de doodstraf vond plaats in 1995.261 3.3.10 Mensenhandel en slavernij
Volgens de grondwet heeft elke Liberiaan recht op persoonlijke vrijheid (artikel 11) en is elke vorm van slavernij of dwangarbeid verboden (artikel 12).262 In de praktijk komt mensenhandel echter wel voor in Liberia. Slachtoffers van mensenhandel worden vooral gedwongen te werken als huishoudelijke hulp, als arbeider of in de prostitutie. Vooral jonge kinderen, met name wezen of kinderen afkomstig uit bijzonder arme families, lopen het risico slachtoffer te worden van mensenhandel. Mensenhandelaren beloven hun slachtoffers een beter leven. Ouders van slachtoffers wordt voorgehouden dat hun kinderen betere voeding en onderwijsmogelijkheden zullen krijgen en dat ze hun kinderen uiteindelijk weer terug zullen zien.263
Volgens de Anti-Human Trafficking Act uit 2005 lopen de straffen voor mensenhandel uiteen van één jaar tot levenslange gevangenisstraf. Tijdens de verslagperiode zijn er geen strafzaken inzake mensenhandel geweest. De ministeries van Justitie en Arbeid dragen de eerste verantwoordelijkheid voor de bestrijding van mensenhandel. In oktober 2006 benoemde de president een nationale Anti-Trafficking Task Force die wordt voorgezeten door de minister van Arbeid.264

259 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
260 Criminal Procedure Law, Liberia, januari 1969; UNMIL, Human Rights and Protection Section, Quarterly Report August - September 2005, 16 november 2005.
261 Amnesty International, West Africa: Time to abolish the death penalty, oktober 2003.
262 Zie de Liberiaanse grondwet. Een Engelstalige versie van de grondwet is verkrijgbaar via http://www.if.cx/conlib.html
263 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
264 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
45

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

3.4 Positie van specifieke groepen
3.4.1 Vrouwen en meisjes
Wetgeving en maatschappelijke positie
De grondwet bepaalt dat de positie van mannen en vrouwen voor de wet gelijk is. In de praktijk hebben vrouwen echter te kampen met een maatschappelijke achterstand. Zo gaan meisjes minder vaak naar school dan jongens en is pas in 2003 een wet aangenomen die het vrouwen mogelijk maakt te erven. Deze wet verhindert ook dat vrouwen als het eigendom van hun echtgenoot worden beschouwd en als zodanig geërfd kunnen worden door mannelijke familieleden van de echtgenoot. De invoering van deze wet heeft dergelijke traditionele opvattingen en praktijken echter nog steeds niet uitgebannen.265 De huidige regering kent naast een vrouwelijke president, vijf vrouwelijke ministers, een aantal vrouwelijke vice-ministers, vijf vrouwelijke senatoren, negen vrouwelijke afgevaardigden en vier vrouwelijke county superintendents. De ministersploeg bestaat voor 31% uit vrouwen. Daarnaast kent het Supreme Court één vrouwelijke rechter en één vrouwelijke kandidaat-rechter. Van de groep lokale ambtenaren is 33% vrouw. 266 President Johnson-Sirleaf geldt voor veel vrouwen in Liberia als een rolmodel en het feit dat zij een groot aantal vrouwen op sleutelposities in haar regering heeft aangesteld wordt gezien als een stap in de goede richting ter vermindering van vrouwendiscriminatie.267 De United Nations Development Fund for Women (UNIFEM) is begonnen aan een tweejarig programma genaamd `Supporting Women's Engagement in Peacebuilding and Preventing Sexual Violence in Conflict: Community-Led Approaches', waaraan zes landen in conflict- en post-conflictsituaties meedoen, waaronder Liberia. Voor Liberia ligt de focus op het creëren van gendergevoeligheid bij de lokale politie en het verbeteren van de toegang voor vrouwen tot lokale rechtsinstellingen.268 Daarnaast werkt UNIFEM samen met een aantal internationale organisaties (UNFPA, WHO, UNICEF, UNHCR en UNDP) en het ministerie van Gender en Ontwikkeling aan een driejarig programma om seksueel geweld en gender based violence in Liberia tegen te gaan. Dit programma is een antwoord op het National Plan of Action on Gender Based Violence van de overheid, dat in november 2006 werd goedgekeurd. Verder is er een Sexual
265 FIDH i.s.m. LWHR, Ballots, not Bullets! Will human rights be respected in Liberia?, januari 2006.

266 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
267 UNMIL, Liberia: UN Envoy stresses importance of women's participation in society; emphasizes need for secure invironment for investment, 27 april 2007.
268 UNIFEM, UNIFEM launches community-based programme to support women in peacebuilding and prevention of sexual violence, 12 april 2007.
46

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Gender Based Violence Task Force waarin de ministeries van Gender en Ontwikkeling, Justitie, Gezondheidszorg en enkele ngo's zitting hebben. De Task Force komt twee keer per maand bijeen en heeft o.a. als doelstelling het bewustzijn onder de vrouwen te vergroten en informatie te verstrekken. Het secretariaat van deze Task Force bevindt zich op het ministerie van Gender en Ontwikkeling.269
Het familierecht in Liberia is niet eenduidig, omdat een deel van de bevolking valt onder het traditionele gewoonterecht. Sassywood (trial by ordeal) wordt toegepast op huwelijks-, erf- en voogdijkwesties. Het is aan de betrokkenen om op deze terreinen de keuze te maken tussen het formele recht van de Domestic Relations Law of het traditionele recht, doorgaans voordat een huwelijk wordt voltrokken. Bewoners op het platteland zullen hierbij op basis van traditie en mogelijk sociale druk doorgaans kiezen voor het traditionele recht, terwijl de hoger opgeleide stadsbewoners meestal liever onder het formele rechtssysteem vallen.270 Onder de Domestic Relations Law is de huwbare leeftijd voor vrouwen 18 jaar, maar het is met toestemming van de ouders voor meisjes mogelijk vanaf het zestiende jaar te trouwen. Onder het gewoonterecht kunnen meisjes reeds op twaalfjarige leeftijd in het huwelijk treden. Polygamie is voor mannen onder het traditionele recht mogelijk. De Domestic Relations Law laat hiervoor geen ruimte.271 (Seksueel) geweld tegen vrouwen
Geweld tegen vrouwen, inclusief seksueel geweld, komt veel voor in Liberia. Vrouwenmishandeling in de vorm van huiselijk geweld is bij wet verboden, maar terwijl het frequent voorkwam, pakte de regering het probleem niet serieus aan. De zwaarste straf voor huiselijk geweld is een gevangenisstraf van zes maanden. De Liberiaanse wet kent geen verbod op ongewenste intimiteiten.272 In Grand Bassa county werkt het Women Non-Governmental Organizations Secretariat of Liberia (WONGOSOL) aan de bewustwording onder vrouwen van het probleem van huiselijk geweld, door o.a. het uitzenden van radioprogramma's. Op instigatie van de Association of Female Lawyers of Liberia (AFELL), daarbij gesteund door de toenmalige regeringsvoorzitter Gyude Bryant en de minister voor Gender en Ontwikkeling, is in december 2005 de nieuwe wetgeving (Rape Amendment Act) tegen verkrachting in werking getreden. De wetgeving omvat zowel de verkrachting van vrouwen als mannen. Uit hoofde van deze wet kan iemand die schuldig wordt bevonden aan verkrachting zeven jaar tot levenslange gevangenisstraf krijgen. Bovendien is borgstelling niet meer mogelijk. De
269 UNMIL, Liberia: Un envoy outlines proposal for prevention of rape, 3 augustus 2007.
270 International Contact Group, Liberia: resurrecting the justice system, Africa Report Nº 107, 6 april 2006.

271 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
272 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
47

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

doodstraf is niet opgenomen in de nieuwe wet.273 Volgens de minister van Gender en Ontwikkeling betekent de nieuwe wetgeving gerechtigheid voor alle vrouwen in Liberia en het einde van de straffeloosheid van de daders. Verschillende bronnen erkennen dat de nieuwe wetgeving een positieve ontwikkeling is, maar weten tegelijkertijd dat het moeilijk is om de wetgeving te implementeren vanwege het slecht functionerende politie- en rechtssysteem. Bovendien is de juridische wereld niet bekend met de regels uit de nieuwe verkrachtingswet. In de praktijk wordt nog veel terughoudendheid betracht bij vervolging in verkrachtingszaken.274 Vaak worden zaken zelfs niet onderzocht of voor de rechter gebracht.275 Het aantal meldingen van verkrachting is gedurende de verslagperiode volgens verschillende bronnen toegenomen.276 De AFELL geeft trainingen en workshops en voert bewustwordingscampagnes om een einde te maken aan de stigmatisering en om vrouwen bekend te maken met hun rechten. De Foundation for International Dignity (FIND) werkt in acht provincies om de nieuwe verkrachtingswet onder de aandacht te brengen van vrouwen. Het grootste probleem blijft de straffeloosheid van de daders. Er heerst terughoudendheid om aangifte te doen van verkrachting of seksueel misbruik, zeker wanneer dit binnen de familie heeft plaatsgevonden, wat volgens een bron meestal het geval is. Vrouwen, en met name tieners, krijgen zelf vaak de schuld van seksueel misbruik of worden na aangifte gestigmatiseerd door familie en gemeenschap. Aangifte leidt doorgaans niet tot een veroordeling, maar tot nieuwe bedreigingen en intimidaties door de dader.277 In veel gevallen worden incidenten van seksueel geweld binnen de familie of de gemeenschap afgehandeld, al probeert een aantal advocaten en de mensenrechtensectie van UNMIL dergelijke zaken - soms met succes- voor de rechtbank te krijgen.278 Volgens een internationale waarnemer komt het regelmatig voor dat de ouders van de dader aan de ouders van het slachtoffer een bepaalde som geld betalen, om te voorkomen dat de ouders van het slachtoffer naar de politie gaan. Overigens is de straffeloosheid groter in landelijke gebieden zoals in River Gee, Sinoe en Gbarpolu, dan bijvoorbeeld in Monrovia en Gbarnga.
In september 2005 richtte UNICEF binnen de LNP de Women and Children Protection Section (WACPS) op. In samenwerking met LNP, UNPOL werkt de
273 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; UNMIL, Human Rights and Protection Section, Bimonthly report August- September 2005, 16 november 2005.

274 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
275 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Missin in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
276 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
277 Amnesty in actie, Stop straffeloosheid in Liberia, juni 2005.
278 International Contact Group, Liberia: resurrecting the justice system, Africa Report Nº 107, 6 april 2006; IRIN, Rape victims' voices not heard, 7 april 2006.
48

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

WACPS aan de capaciteit van de politie om zaken die betrekking hebben op de bescherming van vrouwen en kinderen beter te kunnen aanpakken. UNMIL startte daarom in samenwerking met de overheid een publieke bewustwordingscampagne op in de vorm van radioprogramma's, jingles en bill boards die het onrecht van seksueel misbruik benadrukten. Lokale en internationale ngo's probeerden het publiek eveneens ontvankelijker te maken voor vrouwenrechten en het belang van een samenleving zonder gender based violence.279
De WACPS heeft inmiddels tien politie-units in het hele land opgezet die gespecialiseerd zijn op het gebied van geweld tegen vrouwen en kinderen. Hier werken 82 rechercheurs, terwijl nog eens 25 rechercheurs door UNPOL worden getraind. Verder is het een vereiste geworden dat elk nieuw politiebureau een aparte afdeling voor vrouwen en kinderen krijgt.280 Vrouwen en kinderen die slachtoffer zijn van seksueel geweld kunnen 24 uur per dag terecht in een opvanghuis (safe home). Zo'n opvanghuis biedt tijdelijk bescherming aan een slachtoffer van seksueel geweld, terwijl de dader zijn proces ondergaat. UNICEF onderhoudt één opvanghuis in Liberia, terwijl andere opvanghuizen door lokale en internationale ngo's worden geleid.281 Genitale verminking
Genitale verminking (`vrouwenbesnijdenis' in de volksmond, doorgaans afgekort als FGM - female genital mutilation) is in Liberia niet bij wet verboden. De meest voorkomende genitale verminking in Liberia betreft type II ­ het verwijderen van de clitoris van de vrouw. In Liberia wordt de meest ernstige vorm, infibulatie, voor zover bekend niet toegepast. FGM komt volgens verschillende bronnen veel voor, maar er is weinig exacte informatie bekend. Vanwege de geheimzinnigheid waarmee FGM is omgeven, is dit niet verwonderlijk. FGM vindt vooral plaats op het Liberiaanse platteland en traditionele leiders (paramount chiefs) zien het vaak als een bron van inkomsten. Voor vrouwen op het platteland is het vrijwel onmogelijk zich te onttrekken aan genitale verminking. FGM komt binnen de meeste etnische groepen voor, behalve bij de Congo People en de Americo- Liberians. FGM is een onderdeel van een initiatieproces voor vrouwen dat plaatsvindt binnen geheime genootschappen, Sande geheten. Het initiatieproces, dat zich vaak in het oerwoud afspeelt en daarom ook wel bush school wordt genoemd, besloeg voor de burgeroorlog drie maanden tot twee jaar, maar blijft tegenwoordig vaak beperkt tot één of twee maanden. Gedurende de verslagperiode werd één geval van FGM gerapporteerd.282

279 UNMIL FOCUS, Vol. 3, no. 3, maart ­ mei 2007; International Rescue Committee (IRC), IRC helps lead the fight against sexual violence in Liberia, 14 augustus 2007.
280 UNMIL FOCUS, Vol. 3, no. 3, maart ­ mei 2007.
281 UNMIL FOCUS, Vol. 3, no. 3, maart ­ mei 2007.
282 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
49

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Op politiek niveau blijft FGM nog een bijzonder gevoelig onderwerp, al probeert het ministerie van Gender en Ontwikkeling het onderwerp nu voorzichtig op verschillende niveaus ter sprake te brengen. De overheid bood gedurende de verslagperiode geen bescherming tegen de uitvoering van genitale verminking.283 UNMIL heeft een genderadviseur, die ook verantwoordelijk is voor FGM-beleid. Prostitutie
Ondanks het feit dat prostitutie in Liberia illegaal is, kwam het gedurende de verslagperiode wijdverbreid voor.284
3.4.2 Minderjarigen
Minderjarigheid
De Liberiaanse wet definieert een kind als `een persoon die nog niet volwassen is' (has not reached his maturity). De Liberiaanse grondwet geeft geen leeftijdsdefinitie van een kind dan wel minderjarige. Er is slechts omschreven dat de stemgerechtigde leeftijd 18 jaar is. Hoofdstuk acht, artikel 77 (b) zegt: `iedere Liberiaan van achttien jaar of ouder heeft het recht om zich als stemgerechtigde te registreren en te stemmen in publieke verkiezingen en referenda'. De nieuwe wetgeving tegen verkrachting geeft aan dat de age of consent 18 jaar is, overeenkomstig het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind.285 Liberia is partij bij het Verdrag voor de Rechten van het Kind. In de praktijk is de implementatie in Liberia door de burgeroorlogen ernstig vertraagd. Vooralsnog zijn er volgens het Comité van Toezicht van het Verdrag voor de Rechten van het Kind inconsistenties tussen het gestelde in het Verdrag en de nationale wetgeving. Ook is het Verdrag nog niet voldoende bekend gesteld bij de diverse overheidsinstellingen en het grote publiek.286 De leeftijd om arbeid in loondienst te mogen verrichten, is gesteld op 16 jaar. De huwelijksgerechtigde leeftijd voor mannen is vastgesteld op 21 jaar en voor vrouwen op 18 jaar. Mannen tussen de 16 en de 21 jaar oud en vrouwen tussen de 16 en de 18 jaar oud kunnen met toestemming van de ouders in het huwelijk treden.287 De officiële minimumleeftijd voor dienstneming in het leger is 16
283 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
284 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
285 Rape Amendment Act, 17 januari 2006; UNMIL Human Rights and Protection Section, Quarterly Report August ­ September 2005.
286 Committee on the rights of the child, Thirty-six session, Consideration of reports submitted by states parties under article 44 of the Convention, 1 juli 2004.
287 Domestic Relations Law of Liberia, hoofdstuk 2, subsection 2.2.
50

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

jaar.288 Liberia heeft het Optionele Protocol inzake de betrokkenheid van kinderen bij gewapend conflict bij het Verdrag inzake de Rechten van het Kind wel getekend, maar nog niet geratificeerd.
Meer dan 43 % van de Liberiaanse bevolking is jonger dan 15 jaar.289 Reis- en identiteitsdocumenten
Mannen beneden 21 jaar en vrouwen beneden de 18 jaar kunnen niet zelfstandig een reisdocument aanvragen. De aanvraag wordt namens hen gedaan door de ouders of voogd die tevens het aanvraagformulier dienen te ondertekenen. Zelfstandigheid
In sociaal-maatschappelijk opzicht worden personen in de leeftijd van zestien en zeventien jaar niet beschouwd als zelfstandig. Zelfs meerderjarige personen die al getrouwd zijn worden vaak niet beschouwd als zelfstandig in de volledige betekenis van het woord. De ouders blijven hun beslissingen beïnvloeden en hen vaak ook moreel en financieel ondersteunen.
Voogdij
De Liberiaanse wet kent geen maximumleeftijd inzake voogdij. In de praktijk wordt voor mannen de leeftijd van 21 jaar en voor vrouwen van 18 jaar gehanteerd. 290 In geval van een officiële echtscheiding worden kinderen conform de wet aan de vader toegewezen, al is het voor de vader niet verplicht de voogdij daadwerkelijk op zich te nemen. In de praktijk blijven de kinderen doorgaans bij de moeder. Ook biedt de wet de moeder de mogelijkheid de automatische voogdij van de vader bij de rechtbank aan te vechten.
Opvang van wezen
Wezen worden doorgaans opgenomen, of - indien de alleenstaande minderjarige al wat ouder is - financieel bijgestaan door de familie in brede zin. Onder het traditionele recht worden wezen doorgaans toegewezen aan de oudste broer van de overleden vader. Indien de moeder van het kind nog leeft, wordt ook zij aan deze broer van haar overleden echtgenoot toegekend, hoewel dat sinds 2003 wettelijk verboden is. Indien er geen familie is, ligt de verantwoordelijkheid voor de zorg van wezen bij de overheid. Weeshuizen vallen onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Gezondheid en Sociaal Welzijn, maar zijn doorgaans in particuliere handen. De kwaliteit van de leefomstandigheden in deze opvang ligt over het algemeen op hetzelfde lage niveau als de gemiddelde leefomstandigheden van de bevolking.

288 National Defense Law of Liberia, artikel 20.
289 Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated 15 March, 2007).
290 Domestic Relations Law of Liberia.
51

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

In maart 2007 bracht UNMIL een onderzoeksrapport uit over de mensenrechtensituatie in weeshuizen in Liberia.291 In het rapport, genaamd `Human rights in Liberia's orphanages', doet UNMIL verslag van een onderzoek naar de situatie in 97 weeshuizen in elf provincies gedurende de periode juli- november 2006. Uit dit onderzoek is gebleken dat de leefomstandigheden van veel kinderen in een groot deel van de Liberiaanse weeshuizen slecht zijn, dat basisvoorzieningen ontbreken, dat het personeel niet goed is opgeleid en dat het onderwijs dat wordt gegeven niet aan de normen voldoet. Veel weeshuizen zijn niet geaccrediteerd bij het ministerie van Gezondheidszorg en Welzijn en weeshuizen die in 2004 al in aanmerking kwamen voor sluiting, zijn nog steeds niet gesloten. Verder zou meer dan de helft van de kinderen die in de weeshuizen leven nog familieleden hebben. Pogingen, ondernomen door het ministerie van Gezondheidszorg en Welzijn, om kinderen met hun familieleden te herenigen, werden door de eigenaren van de weeshuizen afgewezen. Ten slotte is gebleken dat er, als gevolg van onduidelijke adoptieprocedures, veel illegale overzeese adopties via weeshuizen plaatsvinden.292 In augustus 2007 werd bekend dat het ministerie verschillende `wezen' met hun ouders heeft verenigd. Vaak waren deze minderjarigen onder valse voorwendselen in de tehuizen geplaatst.293 Liberiaanse overheidsfunctionarissen en kinderrechtenactivisten bevestigen dat veel wezen die in Liberiaanse weeshuizen leven nog familieleden hebben. Weeshuizen ontvangen jaarlijks miljoenen dollars aan internationale hulp voor deze kinderen. Volgens The National Child Rights Observation Group (NACROG) kan een weeshuis makkelijker buitenlandse fondsen werven, naarmate het meer kinderen telt.294
Verschillende bronnen, waaronder de Britse organisatie `Save the Children' stellen dat armoede het wezenlijke probleem vormt. Veel Liberiaanse gezinnen zijn zo arm dat ze hun eigen kinderen niet kunnen onderhouden. Daarom sturen ouders hun kinderen naar weeshuizen.295
Volgens de minister van Gezondheidszorg en Welzijn zijn er momenteel meer dan 120 weeshuizen in Liberia.296

291 UNMIL, Human Rights in Liberia's Orphanages, maart 2007.
292 UNMIL, UNMIL launches report on human rights in Liberia's orphanages, 28 maart 2007 en UNMIL, UN report calls for action to help Liberian children living in orphanages, 28 maart 2007.

293 IRIN, Liberia: Some fake orphans reunify with their parents, 7 augustus 2007.
294 IRIN, Fake orphans to attract donor funds, 17 mei 2007; IRIN, Liberia: Some fake orphans reunify with their parents, 7 augustus 2007.
295 IRIN, Fake orphans to attract donor funds, 17 mei 2007.
296 IRIN, Fake orphans to attract donor funds, 17 mei 2007.
52

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Onderwijs
Liberia is op grond van artikel 28 van het Verdrag inzake de rechten van het kind, dat Liberia in 1993 heeft geratificeerd, verplicht basisonderwijs gratis aan te bieden en een leerplicht in te stellen. Kinderen zijn in Liberia leerplichtig tot de leeftijd van 16 jaar.297 Sinds het aantreden van president Ellen Johnson-Sirleaf heeft de regering deelname aan het onderwijs actief gepromoot, met als resultaat dat het aantal schoolgaande kinderen (met name meisjes) aanmerkelijk is toegenomen. Omdat het ministerie van Onderwijs niet genoeg budget heeft voor voldoende schoolmateriaal (tafels, stoelen, boeken, pennen en papier), blijft het risico van schooluitval bestaan.298 In oktober 2006 verlaagde het ministerie van Onderwijs het schoolgeld voor het basisonderwijs naar maximaal 200 Liberiaanse dollars (ongeveer 4 USD).299 Voor veel ouders is dit bedrag nog te hoog, waardoor onderwijs slechts voor 50% van de Liberiaanse kinderen toegankelijk is.300 Kinderarbeid
Kinderarbeid, meestal als gevolg van extreme armoede, was gedurende de verslagperiode een serieus en wijdverbreid probleem in Liberia. Kinderen werden veelvuldig ingezet om in familiebedrijven of als straatverkoper te werken, of voor jongere broertjes of zusjes te zorgen. Op verschillende rubberplantages werden kinderen onder slechte arbeidsomstandigheden te werk gesteld.301 Geweld
Kinderen zijn nog vaak slachtoffer van geweld, meestal binnen de familie. Daarbij worden traditionele vormen van bestraffing gebruikt, zoals het slaan met stokken en riemen, en ook foltering wordt niet geschuwd.302 Seksueel misbruik
Het aantal gevallen van seksueel geweld tegen kinderen nam tijdens de verslagperiode toe, met name het aantal gevallen van verkrachting van meisjes beneden de 12 jaar.303 Volgens een rapport uit 2006 van de hulporganisatie `Save
297 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
298 Ministry of Education, Liberia, Priorities for Education for Post-Conflict Recovery of the Liberian Education Sector, 2007-2012; IRIN, Liberia: squeezing in an education, 12 april 2007.

299 UNMIL, Quarterly Report on the Human Rights Situation in Liberia, August - October 2006, februari 2007.

300 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.
301 UNMIL, Human rights in Liberia's Rubber Plantations: Tapping into the future, mei 2006; US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007; Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007.
302 US Department of State, Country reports on human rights practices 2005 - Liberia, 8 maart 2006; NACROG, Situational report on childs rights violations in Liberia, December 2004 - December 2005, februari 2006.

303 US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2006.
53

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

the Children' maken blauwhelmen en hulpverleners in Liberia zich op grote schaal schuldig aan seksueel misbruik van jonge meisjes in ruil voor hulp. 304 Meisjes vanaf acht jaar zouden worden gedwongen tot seks in ruil voor voedsel en onderwijs.305 In 2006 werden dertig gevallen van seksueel misbruik door VN- personeel gerapporteerd, waarbij het in tien gevallen ging om minderjarigen. UNMIL heeft herhaaldelijk verklaard de strijd aan te zullen gaan met de praktijk van seksueel misbruik overeenkomstig het `zero tolerance' beleid van de secretaris-generaal van de VN. 306
Gedurende 2005 documenteerde NACROG 48 gevallen van verkrachting van kinderen tussen vier en dertien jaar in acht provincies en zeven gevallen van groepsverkrachting van kinderen in Monrovia. Dat maakte verkrachting voor NACROG het meest gedocumenteerde misdrijf tegen kinderen.307 NACROG meldde dat van de 48 gedocumenteerde gevallen in 26 gevallen de aanklacht óf buiten de rechtzaal werd afgehandeld óf werd ingetrokken.308 De nieuwe wetgeving tegen verkrachting is ook voor kinderen die het slachtoffer zijn van verkrachting van toepassing, hetgeen een verbetering betekent. De implementatie van de wetgeving vormt echter nog steeds een probleem, vooral door het slecht functionerende politie- en rechtssysteem. Veel verkrachtingszaken worden niet onderzocht of voor de rechter gebracht.309 3.4.3 Etnische groepen en minderheden
De grondwet verbiedt etnische discriminatie. Alle etnische groepen hebben volgens de grondwet gelijke rechten.310 Een belangrijke uitzondering op het verbod op etnische discriminatie vormen echter niet-negroïde personen. Artikel 27 van de grondwet stipuleert dat alleen `negroïde personen of personen van negroïde afkomst' door geboorte of naturalisatie burger van Liberia kunnen worden. Een
304 Save the Children UK, From Camp to Community: Liberia study on exploitation of children, 8 mei 2006.

305 Elsevier, Seks voor voedselhulp wijdverbreid in Liberia, 8 mei 2006.
306 AFP, UN says staffer suspended in Liberia sex exploitation scandal, 9 mei 2006; UN News Service, UN's Liberia mission calls for immediate investigation into possible sexual abuse, 19 januari 2007; UNMIL, Liberia: UNMIL releases 2006 sexual exploitation and abuse report, 9 maart 2007.

307 IRIN, Sexual abuse of children still rampant, report says, 22 februari 2006; NACROG, Situational report on childs rights violations in Liberia, December 2004 - December 2005, februari 2006.

308 IRIN, Sexual abuse of children still rampant, report says, 22 februari 2006.
309 Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007; VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
310 Constitution of the Republic of Liberia, 6 januari 1986, artikel 11.
54

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

negroïde vrouw die met een Liberiaan in het huwelijk treedt kan de Liberiaanse nationaliteit verwerven indien ze ook aan de andere voorwaarden voor naturalisatie voldoet.311 De nationaliteitswetgeving zegt niets over de naturalisatiemogelijkheden voor een negroïde man die met een Liberiaanse vrouw in het huwelijk treedt. Niet-negroïde en daarmee niet-Liberiaanse personen zouden in sommige gevallen gediscrimineerd worden.312 Zo is het niet-Liberianen (en dus ook niet-negroïde personen) die in Liberia rechten hebben gestudeerd niet toegestaan een advocatenpraktijk te beginnen, terwijl dit voor Liberianen wel mogelijk is. In praktijk beschikken bijvoorbeeld sommige Libanezen uit Liberia wel over een Liberiaans (diplomatiek) paspoort.
Sinds 1989, toen de gewelddadige opstand tegen de toenmalige president Doe begon, zijn de strijdende partijen in Liberia steeds langs etnische lijnen verdeeld. De leiders van gewapende groeperingen speelden ten tijde van de burgeroorlog bij het in handen krijgen van de natuurlijke rijkdommen de etnische kaart om steun te verwerven. Hoewel rivaliserende groeperingen in de loop der jaren verschillende keren van naam en samenstelling veranderden, was een voortdurend element in het gewapende conflict de rivaliteit tussen groepen Mano en Gio enerzijds en groepen Krahn en Mandingo anderzijds. Ofschoon gewapende groeperingen uit deze laatste bevolkingsgroepen ook gezamenlijk zijn opgetrokken tegen de Mano en de Gio (zoals ten tijde van het bewind van Samuel Doe bijvoorbeeld gebeurde), duurde het doorgaans niet lang voordat een dergelijk samenwerkingsverband van Krahn- en Mandingo-strijders ook weer langs etnische lijnen werd opgesplitst. Dit was wederom duidelijk zichtbaar bij de laatste gewapende machtswisseling in Liberia: president Taylor, een Americo-Liberiaan die met steun van de Mano en de Gio aan de macht was gekomen, werd bestreden door LURD, die hoofdzakelijk uit Mandingo bestaat, en MODEL, dat vele Krahn in de gelederen heeft.313 Tijdens de verslagperiode waren er berichten over etnische spanningen in Ganta (Nimba county) tussen Mano, Gio en Mandingo. De aanleiding hiervoor waren geruchten dat de uit vluchtelingenkampen in Guinee teruggekeerde Mandingo huizen en grondgebied van Mano en Gio zouden opeisen.314 De president bepaalde naar aanleiding van een demonstratie van Mandingo op 22 januari 2007 dat betwist eigendom in Nimba county aan de rechtmatige eigenaar moest worden teruggegeven.315 Teneinde animositeit tegen te gaan en te komen tot vreedzame
311 Aliens and Naturalization Law of Liberia (15 mei 1973), artikel 21.30.
312 US Department of State, Liberia: Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007.

313 Nicole Itano, Small boys with florescent guns and the leaders behind them: Charles Taylor and the rebels who unseated him, 18 oktober 2003.
314 IRIN, Liberia: Ethnic tension high as returnees claim homes, land, 22 mei 2006; IRIN, Liberia: refugee returns creating ethnic `time bomb', 12 april 2007.
315 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
---

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

oplossingen, ondernam UNMIL samen met traditionele leiders (paramount chiefs), lokale overheden en de commissie voor eigendomsgeschillen, verschillende verzoeningspogingen.316
In juli 2004 constateerde het comité van toezicht van het Verdrag voor de Rechten van het Kind dat er op het gebied van de kinderrechten sprake was van discriminatie jegens kinderen van verschillende etnische groepen.317 Gedurende de verslagperiode waren hierover geen berichten. Een aantal wijken in Monrovia is genoemd naar de bevolkingsgroep die in die wijk de meerderheid vormt, zoals Lorma quarter en Bassa community. In de wijk Jacob Town zouden vooral Mandingo leven.318 Het is niet bekend of andere wijken in Monrovia of in andere steden ook een dergelijke concentratie van leden van een bepaalde bevolkingsgroep kennen.
3.4.4 Dienstplichtigen en deserteurs
Liberia kent een algemene dienstplicht voor gezonde mannen vanaf 16 jaar.319 In de praktijk wordt deze plicht slechts in werking geroepen als het land in oorlog is. Mannen zijn verplicht zich zo snel mogelijk na hun zestiende verjaardag te laten registreren voor militaire dienst, op straffe van maximaal een jaar gevangenisstraf.320 Bepaalde beroepsgroepen zijn vrijgesteld van de dienstplicht en op verzoek van een werkgever kan de vervulling van de dienstplicht maximaal een jaar worden uitgesteld.321
3.4.5 Homoseksuelen
Artikel 14.72 van het Liberiaanse wetboek van strafrecht betreft vrijwillige sodomie. Het artikel stelt dat `afwijkende seksuele gemeenschap' een misdrijf is.322 Sodomie wordt bestraft met een boete en/of gevangenisstraf. Om voor homoseksualiteit vervolgd te worden dient een persoon op heterdaad betrapt te worden. Er is niets bekend over vervolging wegens homoseksualiteit gedurende de verslagperiode.

316 VN-veiligheidsraad, Fourteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007.
317 Committee on the rights of the child, 1 juli 2004.
318 DPA, 1 november 2004.

319 Artikel 20 National Defense Law.
320 Artikel 21 National Defense Law.
321 Artikel 22 National Defense Law.
322 ILGA, World Legal Survey, Liberia (last updated 31/07/00).
56

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

In Liberia bestaan voor zover bekend geen organisaties die de belangen van homoseksuelen behartigen.
Er is nauwelijks informatie bekend over de maatschappelijke houding jegens homoseksualiteit. Verschillende bronnen stellen dat er in Liberia een taboe rust op homoseksualiteit. Een Liberiaanse krant berichtte in juni 2005 dat bij sommige banken in Liberia veel homoseksuelen werken en dat een Liberiaanse geestelijke zou hebben gewaarschuwd niet op homoseksuele politici te stemmen, omdat God homoseksualiteit zou verafschuwen.323 In februari 2005 sprak een zakenman die zich kandidaat heeft gesteld voor een Senaatszetel namens de provincie Montserrado zich uit tegen homoseksualiteit, dat hij `onrein, on-Bijbels, onacceptabel en ongezond' noemde. De oorzaken van homoseksualiteit zocht hij in `omgevingsfactoren, groepsdwang en hormonale onevenwichtigheid' en hij schetste voor homoseksuelen `in zekere samenlevingen' een leven als verschoppeling.324


323 The News, Bank executive accused of sexual harassment by his junior employees, 10 juni 2005.

324 The Analyst, Elect leadership with quality track records, 22 februari 2005.
57

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

4 Migratie
4.1 Migratiestromen
4.1.1 Vluchtelingen
Liberia heeft met UNHCR en de regionale buurlanden Ivoorkust, Guinee, Sierra Leone, Nigeria en Ghana overeenkomsten gesloten over de veilige en waardige vrijwillige terugkeer van Liberiaanse vluchtelingen.325 In de overeenkomsten garandeert Liberia de bewegingsvrijheid van teruggekeerde vluchtelingen en belooft het dat de overheid teruggekeerde vluchtelingen niet zal vervolgen, discrimineren of bestraffen vanwege hun vlucht uit Liberia.326 Sinds februari 2005 zijn alle Liberiaanse provincies door de County Resettlement Assessment Committees (CRAC), waarin onder meer de LRRRC zitting heeft, veilig verklaard voor de (vrijwillige) terugkeer van vluchtelingen en ontheemden. Verschillende internationale bronnen zijn van mening dat de veiligheidssituatie geen belemmering meer is voor terugkeer naar Liberia en naar de plaats van herkomst. Veel mensen die terugkeren zijn echter vaak nog bang dat het niet veilig genoeg is. Ook maken ze zich zorgen over het gebrek aan basisvoorzieningen op het gebied van bestuur, gezondheidszorg en onderwijs. Problemen van teruggekeerde vluchtelingen en ontheemden betreffen volgens LRRRC vooral conflicten over eigendomsrechten.
Johnson-Sirleaf heeft op 16 januari 2006 in een videoboodschap alle Liberiaanse vluchtelingen opgeroepen terug te keren naar Liberia en bij te dragen aan de wederopbouw van het land.327 Daarbij kondigde ze aan dat haar regering er alles aan zal doen om de terugkeerders te helpen bij hun reïntegratie en zoektocht naar werkmogelijkheden. Sinds deze oproep en later herhaalde oproepen door de president is het aantal teruggekeerde personen sterk toegenomen.328 Gedurende de verslagperiode hebben zich geen noemenswaardige incidenten voorgedaan die het terugkeerproces hebben beïnvloed.
UNHCR besloot in februari 2006 om het beleid te veranderen van `faciliteren' naar `promoten'. Dit hield in dat de organisatie naast ondersteuning ook vrijwillige terugkeer naar Liberia actief is gaan promoten. Zo vonden meer
325 DPA, Another 300,000 refugees get green light to go home, 27 september 2004; AP, Nigeria to reptriate 2,000 Liberian refugees after 15 years, 23 juni 2005.
326 AP, First UN-sponsored wave of Liberian refugees scheduled to return home Friday, 27 september 2004.

327 UNHCR, New president appeals for refugees to return to Liberia, 16 januari 2006.
328 IRIN, Liberia: UN refugee agency short of funds to help Liberians home, 21 juni 2006.
58

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

informatiecampagnes plaats over de omstandigheden in Liberia en werd vluchtelingen de mogelijkheid geboden Liberia te bezoeken, zodat zij de situatie zelf konden aanschouwen. Bovendien werden bezoeken van prominente Liberianen aan vluchtelingenkampen georganiseerd. Aanleiding voor het besluit waren de positieve ontwikkelingen in Liberia, met name op het gebied van ontwapening, veiligheid en mensenrechten, aldus UNHCR. Ook de verkiezing van Johnson-Sirleaf, een mijlpaal in het tweejarig proces van democratisering en stabilisatie, werd als positieve ontwikkeling ervaren.329 In 2007 is bij de uitvoering van het terugkeerprogramma van UNCHR het accent verschoven van repatriëring naar ondersteuning bij integratie.330
De Liberiaanse overheid voert voor zover bekend geen reïntegratieprogramma's uit voor terugkeerders. De International Organisation for Migration (IOM) houdt zich vooral bezig met capacity building en ondersteuning van terugkerende vluchtelingen en voormalige Liberiaanse asielzoekers. Liberiaanse vluchtelingen in andere landen
Onder het repatriëringsprogramma bood UNHCR sinds 1 oktober 2004 ondersteuning aan Liberiaanse vluchtelingen die vrijwillig terugkeerden uit Sierra Leone, Ivoorkust, Guinee en Ghana. Zij verbleven voor een periode van maximaal 24 uur in één van de zeventien transitcentra alvorens ter hoogte van hun oorspronkelijke woonplaats op de grote weg te worden afgezet.331 Bij aankomst in het terugkeergebied ontvingen zij hulppakketten bestaande uit voedsel, huishoudelijke artikelen en geld om binnen het land te reizen. Daarnaast kregen ze gratis scholing en gezondheidszorg.332
Sinds de start van de repatriëringsoperatie in oktober 2004 zijn met de assistentie van UNHCR meer dan 110.000 Liberiaanse vluchtelingen uit Ivoorkust, Ghana, Guinee, Nigeria en Sierra Leone naar hun land teruggekeerd.333 Daarmee was het één van de grootste UNHCR-operaties in Afrika tijdens de afgelopen tweeënhalf jaar. Naast dit aantal van 110.000 vluchtelingen, waarvan de helft afkomstig was uit Guinee, keerden nog eens 50.000 Liberiaanse vluchtelingen zelfstandig terug
329 UNHCR, Global Appeal 2006 Liberia, november 2005; UNHCR, UNHCR to promote voluntary repatriation following positive changes, 17 februari 2006.
330 UNHCR, Global Appeal 2007 Liberia, november 2006.
331 De transitcentra bevonden zich in Perry Town, VOA (beide bij Monrovia), Bo Waterside, Sinje, Tubmanburg, Gbarnga, Ganta, Saclapea, Zwedru, Toe Town, Greenville, Harper, Pleebo, Salayea, Zorzor, Kolahun en Voinjama. Zie LRRRC, Performance report, 19 oktober 2004.

332 UNHCR, Liberia: 2006 Strategies and Programmes, februari 2006.
333 UNHCR, Liberia repatriation to end this weekend, 29 juni 2007; UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007.
59

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

naar hun land.334 Hoewel de operatie op 30 juni 2007 ten einde liep, blijft UNHCR nog tenminste 18 maanden in Liberia om de reïntegratie van teruggekeerde vluchtelingen te ondersteunen.335 In de buurlanden probeert UNHCR een duurzame oplossing te zoeken voor de achtergebleven Liberiaanse vluchtelingen (zie hieronder).336
Liberiaanse vluchtelingen die uit de buurlanden zijn teruggekeerd, ondervonden volgens verschillende bronnen geen moeilijkheden. Voor zover bekend ondervonden ook afgewezen Liberiaanse asielzoekers die vanuit Europa terugkeerden naar Liberia geen problemen.
· Guinee
In Guinee bevonden zich begin juli 2007 nog ongeveer 14.000 Liberiaanse vluchtelingen.337 UNHCR werkt samen met de nieuw opgerichte Guinese National Commission for the Integration and Monitoring of Refugees aan duurzame en lokale integratie van de achtergebleven Liberianen. In het zuiden bevindt zich een groep van 9.000 Liberiaanse vluchtelingen. Ongeveer 600 daarvan hebben aangegeven te willen integreren in de Guinese samenleving.338 · Ivoorkust
In september 2006 werd een begin gemaakt met de actieve ondersteuning van terugkeer van Liberianen vanuit de door de Forces Nouvelles (FN)339 gecontroleerde gebieden.340 De actieve promotie van vrijwillige terugkeer van Liberiaanse vluchtelingen was een hoofdonderdeel van het programma van UNHCR in Ivoorkust voor 2006.341 In dit kader sloot UNHCR in juli 2006 tevens het transitcentrum in Tabou, waar 2.600 vluchtelingen verbleven.342 Begin juli 2007 bevonden zich nog ongeveer 22.000 (officieel geregistreerde) Liberiaanse
334 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007.

335 UNHCR, Liberia: drawing the curtain down on West Africa's last big repatriation operation, 15 juni 2007.

336 UNHCR, UNHCR helps Guinea ease the local integration of Liberian refugees, 16 augustus 2007; Reuters, Liberian, S.Leonean refugees to settle in Nigeria, 7 augustus 2007.
337 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007; UNHCR, UNHCR helps Guinea ease the local integration of Liberian refugees, 16 augustus 2007.

338 UNHCR, UNHCR helps Guinea ease the local integration of Liberian refugees, 16 augustus 2007.

339 De rebellenbewegingen in Ivoorkust worden met de gezamenlijke naam Forces Nouvelles aangeduid.

340 UNHCR, First Liberians repatriation from northern Côte d'Ivoire, 15 september 2006.
341 UNHCR, Global Report 2006 Côte d'Ivoire, juni 2007.
342 UNHCR, UNHCR closes a transit centre for Liberian refugees in Côte d'Ivoire, 7 juli 2006.
60

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

vluchtelingen in Ivoorkust.343 Volgens een schatting van UNHCR bestaat de groep vluchtelingen in Ivoorkust (inclusief de vluchtelingen die niet officieel geregistreerd staan) echter uit 30.000 tot 40.000 mensen.344 De meeste Liberianen in Ivoorkust345 verblijven in het westen van het land in een ontvangstzone (zone d'accueil). In deze zone worden zij prima facie als vluchteling erkend, buiten deze zone niet. Er zijn geen kampen voor Liberianen, maar zij worden in de dorpen door de lokale bevolking opgevangen en maken gebruik van lokale faciliteiten. Sommigen zijn daar al bijna 15 jaar. De betrekkingen tussen de Liberiaanse vluchtelingen en de lokale gemeenschappen en de Ivoriaanse autoriteiten zijn bijna overal verbeterd. Ten behoeve van hun sociale en economische integratie heeft de Ivoriaanse regering het plan opgevat de niet teruggekeerde Liberiaanse vluchtelingen in de ontvangstzone in aanmerking te laten komen voor officiële vestiging in Ivoorkust. · Sierra Leone
In Sierra Leone bevonden zich begin juli 2007 ongeveer 13.000 Liberiaanse vluchtelingen.346
· Ghana
In Ghana bevonden zich begin juli 2007 nog meer dan 23.000 Liberiaanse vluchtelingen.347
· Nigeria
In Nigeria bevonden zich begin juli 2007 ongeveer 5.000 vluchtelingen uit Liberia.348 De meesten van hen willen zich in Nigeria vestigen. De Nigeriaanse en Liberiaanse regeringen hebben besloten dat deze Liberianen zich kunnen vestigen in Nigeria. Indien Liberia hen voorziet van een paspoort, verliezen zij hun vluchtelingenstatus en hebben zij net als Nigerianen en andere ECOWAS- nationals, toegang tot onderwijs, werk en gezondheidszorg.349
343 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007.

344 UNHCR, Global Appeal 2007 Côte d'Ivoire, november 2006.
345 Tussen 2004 en juli 2007 zijn er ongeveer 20.000 Liberianen met ondersteuning van UNHCR en 20.000 Liberianen spontaan uit Ivoorkust teruggekeerd. UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100.000 go home, 2 juli 2007.
346 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007.

347 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007.

348 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007; Reuters, Liberian, S.Leonean refugees to settle in Nigeria, 7 augustus 2007.
349 Reuters, Liberian, S.Leonean refugees to settle in Nigeria, 7 augustus 2007.
61

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Vluchtelingen uit andere landen in Liberia Binnen de grenzen van Liberia bevindt zich een aantal gevluchte burgers uit andere landen.
· Ivoorkust
Eind juni 2007 verbleven in Liberia nog ongeveer 12.000 Ivoriaanse vluchtelingen, waarvan de meesten oorspronkelijk afkomstig zijn uit de districten Danane, Man en Toulepleu. Zij bevonden zich hoofdzakelijk in de provincies Grand Gedeh, Maryland, Nimba en River Gee.350 Door de instabiele politieke situatie in Ivoorkust is het onwaarschijnlijk dat deze vluchtelingen in de nabije toekomst naar hun land kunnen terugkeren. UNHCR blijft deze groep daarom bescherming en hulp verlenen.351 UNHCR moedigt vrijwillige terugkeer niet aan. · Sierra Leone
In Liberia verblijven nog ongeveer 3.500 Sierra Leoonse vluchtelingen. Ze zijn achtergebleven nadat UNHCR in juli 2004 het repatriëringsprogramma voor Sierra Leoonse vluchtelingen beëindigde en hebben te kennen gegeven dat zij niet terug willen keren naar hun land. Ze vrezen dat zij niet worden opgenomen in hun gemeenschap en dat ze slachtoffer worden van wraakacties van rivaliserende etnische groepen. Sommige vrouwen zijn bang onderworpen te worden aan female genital mutilation (FGM) voordat zij binnen hun gemeenschap worden geaccepteerd.352 UNHCR is actief op zoek naar mogelijkheden voor lokale integratie van deze vluchtelingen en garandeert hun tevens bescherming en gezondheidszorg.353
· Overige landen
IOM houdt zich o.a. bezig met de vrijwillige terugkeer van third country nationals. Het gaat hierbij om personen uit acht verschillende landen die hoofdzakelijk in de provincie Grand Gedeh verblijven. 4.1.2 Ontheemden
UNHCR is in november 2004 van start gegaan met het terugkeerprogramma van Liberiaanse ontheemden. Dit programma liep in april 2006 af, nadat meer dan 326.000 ontheemden waren teruggekeerd.354 De meeste ontheemden woonden in kampen rondom de hoofdstad, Monrovia. Alle ontheemdenkampen zijn door de
350 UNHCR, Liberia: 2006 Strategies and Programmes, februari 2006.
351 UNHCR, Global Appeal 2007 Liberia, november 2006.
352 UNHCR, Liberia: 2006 Strategies and Programmes, februari 2006.
353 UNHCR, Global Appeal 2007 Liberia, november 2006.
354 Internal Displacement Monitoring Centre, Liberia: focus for IDP returnees moves from conflict ot development, 27 juli 2007.
62

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Liberiaanse regering gesloten.355 Verschillende bronnen bevestigen dat er nog een onbekend aantal ongeregistreerde ontheemden onder slechte omstandigheden in verlaten openbare gebouwen in Monrovia woont.356 4.2 Activiteiten van internationale organisaties Een groot aantal internationale organisaties en niet-gouvernementele organisatie houdt zich bezig met de hulpverlening aan ontheemden en (teruggekeerde) vluchtelingen in Liberia. De hulpverlening wordt vooral bemoeilijkt door de slechte infrastructuur in Liberia, met name in de regentijd. Activiteiten van de VN-organisaties
In het kader van het United Nations Consolidated Appeal for Liberia voeren diverse VN-organisaties activiteiten uit op het gebied van de voedselvoorziening, landbouw, gezondheidszorg, huisvesting, onderwijs en bescherming van mensenrechten en opbouw van de rechtsstaat. Naast UNHCR en UNICEF zijn o.a. de volgende organisaties actief: FAO, UNDP, UNFPA, UNMAS, WFP en WHO.357 OCHA heeft zich in juli 2004 teruggetrokken uit Liberia. Sindsdien worden diens taken door de Humanitarian Coordination Section van UNMIL overgenomen. UNHCR heeft zeven veldkantoren in Liberia.358 Activiteiten van het International Committee of the Red Cross (ICRC) Het ICRC houdt zich bezig met bescherming van en hulpverlening aan ontheemden. De activiteiten van het ICRC bestaan onder meer uit het zuiveren van drinkwaterbronnen, voedselverstrekking aan weeshuizen in Monrovia, tracing en het herenigen van familieleden. Het ICRC houdt zich verder bezig met medische hulp en vaccinatieprogramma's en registreert schendingen van het internationaal humanitair recht. Het ICRC verzorgde tijdens de verslagperiode trainingen voor verloskundigen.359 Daarnaast bezocht het ICRC gevangenen. Het ICRC heeft een hoofdkantoor in Monrovia en veldkantoren in Zwedru, Voinjama en Harper.
355 UNHCR, UNHCR ends Liberian operation after helping more than 100,000 go home, 2 juli 2007.

356 Internal Displacement Monitoring Centre, Liberia: key challenge is ensuring sustainability of IDP return, 3 augustus 2006; Internal Displacement Monitoring Centre, Liberia: focus for IDP returnees moves from conflict to development, 27 juli 2007.
357 OCHA, Common Humanitarian Action Plan (CHAP) Liberia 2007, 12 februari 2007, verkrijgbaar via http://ochaonline.un.org
358 UNHCR, Global Appeal 2007 Liberia, november 2006.
359 ICRC, Liberia: ICRC helps upgrade the skills of over 100 traditional midwives, 18 april 2007.

63

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Activiteiten van niet-gouvernementele organisaties In Liberia zijn ongeveer zestig internationale niet-gouvernementele organisaties actief. Zij ontmoeten elkaar wekelijks in de Monitoring and Steering Group, een informeel forum dat is opgericht ter bevordering van de samenwerking en uitwisseling van informatie.360 Veel lokale ngo's implementeren de activiteiten van VN-organisaties en internationale ngo's. 4.3 Standpunt UNHCR
Het UNHCR-hoofdkantoor adviseert landen van opvang om asielaanvragen van Liberianen op hun individuele merites te behandelen en daarbij aandacht te schenken aan uitsluitingsgronden zoals verwoord in artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag. Bij de beoordeling van asielverzoeken van slachtoffers van uiterst wrede vormen van vervolging vraagt UNHCR om rekening te houden met het effect hiervan op het slachtoffer, indien de blijvende gevolgen van de vervolging het welzijn van het slachtoffer bij terugkeer in gevaar brengt. Voor de positie van de Mandingo is volgens UNHCR geen speciale aandacht meer nodig. Mandingo worden door de overheid niet gediscrimineerd. Wel worden ze volgens UNHCR beschouwd als vreemdelingen door Liberianen van andere etnische groepen.
UNHCR heeft geen bezwaar tegen de terugkeer van asielzoekers die niet in aanmerking komen voor de vluchtelingenstatus. UNHCR neemt geen standpunt in ten aanzien van gedwongen terugkeer. Volgens UNHCR zijn er van overheidswege geen gevallen van discriminatie bekend ten aanzien van teruggekeerde asielzoekers.

360 Humanitarian Information Centre for Liberia, zie http://www.humanitarianinfo.org
64

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

5 Bijlagen
I Lijst van gebruikte afkortingen
AFELL Association of Female Lawyers of Liberia AFL Armed Forces of Liberia
AFP Agence France-Presse
AIDS Acquired Immunodeficiency Syndrome ALCOP All Liberian Coalition Party
ANP Algemeen Nederlands Persbureau ATU Anti Terrorist Unit
APD Alliance for Peace and Democracy BBC British Broadcasting Corporation CIA Central Intelligence Agency
CIVPOL United Nations Civilian Police CDC Congress for Democratic Change CEIP Community Education Investment Programme COTOL Coalition for the Transformation of Liberia CRAC County Resettlement Assessment Committees DDRR Disarmament, Demobilisation, Reintegration and Rehabilitation DPA Deutsche Presse-Agentur
ECOWAS Economic Community of West African States EGAP Liberia Economic Governance Action Plan EU Europese Unie
EUR Euro
FAO Food and Agricultural Organisation FGM Female Genital Mutilation
FIND Foundation for International Dignity FN Forces Nouvelles
GEMAP Government Economic Management Assistance Programme HIV Human Immunodeficiency Virus
HRW Human Rights Watch
ICC International Criminal Court
ICRC International Committee of the Red Cross IOM International Organisation for Migration IMF Internationaal Monetair Fonds
IRC International Rescue Committee IRIN Integrated Regional Information Networks LNP Liberian National Police
LP Liberty Party
LPRC Liberian Petroleum Refinery Corporation
65

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

LRRRC Liberian Refugee Repatriation and Resettlement Commission LRD Liberiaanse dollar
LURD Liberians United for Reconciliation and Democracy MODEL Movement for Democracy in Liberia
NACROG National Child Rights Observation Group NDM New Deal Movement
NDPL National Democratic Party of Liberia ngo niet-gouvernementele organisatie
NPP National Patriotic Party
NRP National Reformation Party
OCHA United Nations Office for the Coordination of Humanitarian Affairs
ONUCI United Nations Operations in Côte d'Ivoire PRGF Poverty Reduction and Growth Facility PRODEM Progressive Democratic Party
SMP Staff Monitored Program
SSS Special Security Service
TRC Truth and Reconciliation Commission UDA United Democratic Alternative
UNDP United Nations Development Programme UNFPA United Nations Population Fund
UNHCR United Nations High Commissioner for Refugees UNICEF United Nations Children's Fund
UNIFEM United Nations Development Fund for Women UNMAS United Nations Mine Action Service
UNOCI United Nations Operations in Côte d'Ivoire UNMEE United Nations Mission in Ethiopia and Eritrea UNMIL United Nations Mission in Liberia
UP Unity Party
US United States (of America)
VN Verenigde Naties
WACPS Women and Children Protection Section WFP World Food Programme
WONGOSOL Women Non-Governmental Organizations Secretariat of Liberia
66

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

II Lijst van geraadpleegde bronnen
Amnesty International, Liberia: a brief guide to the Truth and Reconciliation Commission, 1 november 2006;
Amnesty International, Liberia: Truth, Justice, Reparation for Liberia's victims,15 februari 2007;
Central Intelligence Agency, The World Factbook, (last updated on 15 March, 2007);
Commission on Human Rights, Report of the High Commissioner for Human Rights - Situation of human rights and fundamental freedoms in Liberia, E/CN.4/2004/5, 8 augustus 2003;
Committee on the rights of the child, Thirty-six session, Consideration of reports submitted by states parties under article 44 of the Convention, 1 juli 2004;
Comprehensive Peace Agreement, 18 augustus 2003;
Economic Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2006; Economic Intelligence Unit, Country Report Liberia, september 2006; Economic Intelligence Unit, Country Report Liberia, maart 2007; Economic Intelligence Unit, Country Report Liberia, juni 2007; Ethnologue, Languages of the World, 2005;
FIDH i.s.m. LWHR, Ballots, not bullets! Will human rights be respected in Liberia?, januari 2006;
Human Rights Watch, How to fight, how to kill: child soldiers in Liberia, 17 mei 2004;
Human Rights Watch, World Report 2007, januari 2007; ICRC, Liberia: ICRC activity report 2006;
ILGA, World Legal Survey, Liberia (last updated 31/07/00);
67

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

International Crisis Group, Liberia: resurrecting the Justice System, Africa Report no. 107, 6 april 2006;
Levy, Patricia, Cultures of the world - Liberia 1999, Times Editions Pte Ltd.;
Liberia: A country Study;
Ministry of Education, Liberia, Priorities for Education for Post-Conflict Recovery of the Liberian Education Sector, 2007-2012; NACROG, Situational report on childs rights violations in Liberia, December 2004 - December 2005, februari 2006;
Nicole Itano, Small boys with florescent guns and the leaders behind them: Charles Taylor and the rebels who unseated him, 18 oktober 2003; OCHA, Common Humanitarian Action Plan (CHAP) Liberia 2007, 12 februari 2007;
Reporters without borders, Worldwide Press Freedom Index 2006; Save the Children UK, From Camp to Community: Liberia study on exploitation of children, 8 mei 2006;
UNDP, National Human Development Report 2006 Liberia UNHCR, Global Appeal 2006 Liberia, november 2005;
UNHCR, Global Appeal 2007 Liberia, november 2006;
UNHCR, Global Appeal 2007 Côte d'Ivoire, november 2006; UNHCR, Global Report 2006 Côte d'Ivoire, juni 2007; UNHCR, Liberia: 2006 Strategies and Programmes, februari 2006; UNICEF, Humanitarian Action Report 2006 Liberia, 31 januari 2006; UNICEF, Humanitarian Action Report 2007 Liberia, 29 januari 2007. UNMIL, Disarmament, Demobilization, Reintegration and Rehabilitation; UNMIL, FOCUS, Vol. 3, no. 3, maart ­ mei 2007;
UNMIL Human Rights and Protection Section, Bimonthly Report August
68

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007


- September 2005, 16 november 2005;
UNMIL, Human Rights and Protection Section, Quarterly Report August
- September 2005, 16 november 2005;
UNMIL, Human Rights in Liberia's Orphanages, March 2007; UNMIL, Human Rights in Liberia's Rubber Plantations: Tapping into the future, mei 2006;
UNMIL, Report on the Human Rights Situation in Liberia, August - October 2006, februari 2007;
UNMIL Report on the Human Rights Situation in Liberia, November 2006
- January 2007, mei 2007;
US Department of State, Country reports on human rights practices 2005 ­ Liberia, 8 maart 2006;
US Department of State, Country Reports on Human Rights Practices - 2006, 6 maart 2007;
US Department of State, International Religious Freedom Report 2006, 15 september 2006;
VN-veiligheidsraad, Algemene Vergadering, Children and armed conflict, A/61/529-S/2006/826, 26 okober 2006;
VN-veiligheidsraad, Eleventh progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/376, 9 juni 2006; VN-veiligheidsraad, Fifteenth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/479, 8 augustus 2007; VN-veiligheidsraad, Fourtheenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2007/151, 15 maart 2007; VN-veiligheidsraad, List of individuals subject to the measures imposed by paragraph 4 of Security Council Resolution 1521 (2003) concerning Liberia (The Travel Ban List), (last updated on 15 December 2006); VN-veiligheidsraad, Ninth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2005/764, 7 december 2005;
69

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

VN-veiligheidsraad, Report of the independent expert on technical cooperation and advisory services in Liberia, Charlotte Abaka, A/HCR/4/6, 28 februari 2007;
VN-veiligheidsraad, Report of the Panel of Experts on Liberia submitted pursuant to resolution 1607 (2005), S/2005/745, 7 december 2005; VN-veiligheidsraad, Report of the Panel of Experts submitted pursuant to paragraph 4 (d) of Security Council resolution 1731 (2006) concerning Liberia, S/2007/340, 7 juni 2007;
VN-veiligheidsraad, Report of the Secretary-General on cross-border issues in West Africa, S/2007/143, 13 maart 2007;
VN-veiligheidsraad, Report of the Secretary-General pursuant to Security Council resolution 1579 (2004) regarding Liberia, S/2005/376, 7 juni 2005;
VN-veiligheidsraad, Resolutie 1509 (2003), S/RES/1509 (2003), 19 september 2003;
VN-veiligheidsraad, Resolutie 1683 (2006), S/RES, 1683 (2006), 13 juni 2006; VN-veiligheidsraad, Resolutie 1688 (2006), S/RES/1688 (2006), 16 juni 2006; VN-veiligheidsraad, Resolutie 1689 (2006), S/RES/1689 (2006), 20 juni 2006; VN-veiligheidsraad, Resolutie 1731 (2006), S/RES/1731 (2006), 20 december 2006;
VN-veiligheidsraad, Resolutie 1750 (2007), S/RES/1750 (2007), 30 maart 2007;
VN-veiligheidsraad, Resolutie 1753 (2007), S/RES/1753 (2007), 27 april 2007; VN-veiligheidsraad, Resolutie 1760 (2007), S/RES/1760 (2007), 20 juni 2007;
VN-veiligheidsraad, Sixth Progress Report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2005/177, 17 maart 2005; VN-veiligheidsraad, Thirteenth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/958, 11 december 2006;
70

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

VN-veiligheidsraad, Twelfth progress report of the Secretary-General on the United Nations Mission in Liberia, S/2006/743, 12 september 2006; World Food Programme, Food Assistance for Relief and Recovery in Post- Conflict Liberia, 16 maart 2007.
persberichten
Voor dit ambtsbericht is gebruik gemaakt van relevante artikelen en nieuwsberichten die (in de verslagperiode) zijn gepubliceerd. De in het ambtsbericht genoemde bronverwijzingen zullen hier niet worden herhaald. In het bijzonder is gebruik gemaakt van de volgende persoverzichten en -agentschappen: Africa Confidential
Agence France-Presse (AFP)
Algemeen Nederlands Persbureau (ANP)
British Broadcasting Corporation (BBC) News
De Telegraaf
Deutsche Presse-Agentur (DPA)
Elsevier
Integrated Regional Information Networks
Jeune Afrique
NRC Handelsblad
Radio France International
Reporters sans frontières
Reuters
The Analyst
The Christian Science Monitor
The Guardian
The Inquirer
The Liberian Times
The News
World News Connection
Worldpress

71

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

Websites
http://allafrica.com
http://ochaonline.un.org
http://www.afp.com
http://www.africa-confidential.com
http://www.africa-union.org
http://www.amnesty.org
http://www.anp.nl
http://www.bbc.co.uk
http://www.cbl.org.lr
http://www.cia.gov
http://www.crisisgroup.org
http://www.dpa.de
http://www.ecowas.int
http://www.ethnologue.com
http://www.globalsecurity.org
http://www.hrw.org
http://www.humanitarianinfo.org
http://www.icc-cpi.int
http://www.icrc.org
http://www.if.cx/conlib.html
http://www.ilga.info
http://www.irinnews.org
http://www.mask.org.za
http://www.nrc.nl
http://www.oanda.com
http://www.ohchr.org
http://www.reliefweb.int
http://www.reuters.com
http://www.rfi.fr
http://www.rsf.org
http://www.state.gov
http://www.un.org
http://www.unhcr.org
http://www.uninfo.state.gov
http://www.unmil.org
http://www.wfp.org

72

Algemeen Ambtsbericht Liberia

september 2007

III Kaart van Liberia


73