Universiteit van Tilburg

19 september 2007

Europeanen denken genuanceerd over armoede in eigen land

Promotie sociologe Lepianka over opvattingen over armoede in Europa

Hoe komt het dat mensen leven van een bijstandsuitkering of op straat zwerven? De heersende denkbeelden daarover zijn van belang voor sociaaleconomisch beleid. Dorota Lepianka zocht naar de antwoorden binnen Europa. Op vrijdag 28 september promoveert ze op haar studie aan de Universiteit van Tilburg.

De publieke opinie over armoede is van belang voor politici en beleidsmakers bij wie de hervorming van de verzorgingsstaat op de agenda staat. Toch wordt er maar weinig onderzoek naar gedaan, en het meeste onderzoek gaat over de opinies van Amerikanen. Sociologe Dorota Lepianka heeft die leemte opgevuld met haar studie naar opvattingen van Europeanen over armoede, onder de titel: Are the poor to be blamed or pitied?

Europeanen houden "de armen" over het algemeen niet zomaar verantwoordelijk voor hun toestand en hebben ook niet alleen maar medelijden. Hun opvattingen zijn complexer dan dat, blijkt uit Lepianka's analyses van bestaande datasets. Europeanen schrijven armoede toe aan een combinatie van individuele, structureel/maatschappelijke en fatalistische oorzaken. Volgens de individuele verklaring zijn armen persoonlijk verantwoordelijk voor hun positie, terwijl de structurele verklaring de oorzaak buiten de minderbedeelde ligt ("falen van het systeem"). De fatalistische verklaring is onder te verdelen in een combinatie van familiale en omgevings factoren en "het lot" (pech bijvoorbeeld), of een combinatie van het lot met structurele oorzaken zoals discriminatie. Veel Europeanen blijken bovendien een voorkeur te hebben voor een allesomvattende verklaring als "de moderne wereld", die individuele, structurele en fatalistische elementen combineert. Lepianka bestudeerde ook waarvan denkbeelden over de oorzaken van armoede afhankelijk zijn. Allereerst is dat het land waar mensen wonen, en op de tweede plaats komt het individuele waardenpatroon. Andere factoren die denkbeelden kunnen voorspellen zijn subjectieve ervaring met achterstelling en bewustzijn van armoede.

Verschil oost-west
De meeste West-Europeanen zien sociaal onrecht als de belangrijkste oorzaak van armoede, terwijl in Oost-Europa luiheid populairder is als verklaring. De denkbeelden van Europeanen over armoede verschillen echter per land, wat voornamelijk afhankelijk is van de sociaaleconomische structuur en in iets mindere mate van het heersende waardepatroon. In Oost-Europa zijn armoededenkbeelden wel meer afhankelijk van eigen ervaring met en bewustzijn van armoede.

Dorota A. Lepianka (1970, Warschau) studeerde sociologie aan de Centraal-Europese Universiteit in Warschau, Polen. Als onderzoeker werkte richtte ze zich op armoede en sociale uitsluiting en de publieke opinie daarover.Het promotieonderzoek voerde ze uit aan het Departement Sociologie van de Faculteit Sociale Wetenschappen in Tilburg.