Gemeente Gemert-Bakel


Gemert, 8 oktober 2007

Zaterdag onthulling kunstwerk Gerard van Lankveld

Gemert krijgt de poort naar vrijheid en openheid

Iedereen is zaterdag welkom bij de onthulling van het ruim 10 meter hoge en 7 ton zware kunstwerk Klaida (spreek uit: Kla-ida) van de Gemertse kunstenaar Gerard van Lankveld. Het stalen kunstwerk is speciaal voor de gemeente Gemert-Bakel gemaakt. Het staat op de hoek Heuvel/West-Om in Gemert. Het wordt zaterdag 13 oktober om 11 uur onthuld door de kunstenaar en burgemeester mr. Jan H.A.G. van Maasakkers. De`open poort' Kla-ida moet een beeld oproepen van een entree naar vrijheid en openheid.

Gerard van Lankveld (1947) wordt zaterdag onder muzikale begeleiding thuis aan het Stereind opgehaald. De stoet met gilden en harmonie Excelsior vertrekt vanaf het Ridderplein richting Stereind en gaat via de Heuvel naar de West-Om.

Gemert-Bakel wil een gemeente zijn waar verleden en heden hand-in-hand gaan. Al geruime tijd bestaat de wens om de toegang tot de `vrije en soevereine Heerlijkckheid Gemert' vanuit het westen met een kunstwerk te markeren. Het kunstwerk is bedoeld om de verbinding tussen heden en verleden te leggen en openheid en gastvrijheid te verbeelden. De werktitel `Vrije en soevereine heerlijckheid' geeft de basis aan van de tolerantie die de gemeente wil koesteren en behouden. Vanaf de lokatie van het kunstwerk kun je ook `binnendoor' over de Schabbert naar het kasteel lopen of fietsen.

De gemeenteraad van Gemert-Bakel heeft in 2006 90 duizend euro beschikbaar gesteld voor een kunstwerk aan de West-Om/Heuvel. Met betrokkenheid van de Kunstcommissie Gemert-Bakel is de opdracht gegund aan Van Lankveld.

De status aparte van Gemert
Een notitie van de Gemertenaar A. Otten over de rijke geschiedenis van het dorp diende als inspiratiebron voor de kunstopdracht. "Gemert vormde van zeg maar 1200-1800 een apart en onafhankelijk landje met heel bijzondere privileges. Een Vrijstaat onder soevereiniteit van de internationaal in hoog aanzien staande Duitse Ridderorde. De basis voor de status aparte van Gemert legde Vrijheer Rutger van Gemert door diens toetreding tot de Orde, nog in de periode van haar ontstaan tijdens de kruistochten. De Orde, alleen verantwoording schuldig aan de Paus, verwierf van de laatste ook het recht tot het oprichten van eigen kerken en het aanstellen van eigen priesters zonder bemoeienis van de bisschop. Van meet af aan beijverden alle christelijke west- en middeneuropese vorstenhuizen zich in het begunstigen van de Orde en haar onderhorigeheden. Zo wierp de hertog van Brabant zich op als de exclusieve beschermer van de Vrijheid van Gemert, zonder daarvoor enige rechten te claimen."

"Na de Vrede van Munster in 1648 wordt Gemert door Staatse troepen van de Republiek der Zeven Provincien bezet. Er wordt gemuit, geplunderd en gebrandschat bij het leven. Na 80 jaar oorlogsellende viel alleen hier in een vrij gebleven enclave nog iets te halen, zo lijkt het wel. De koning van Spanje wierp zich op als beschermer van de Vrijheid Gemert, maar naar hem wenste men in Den Haag niet meer te luisteren. Pas nadat de Duitse Keizer, een vriend van de Republiek en tevens broer van de grootmeester van de Duise Orde, zich met de `Kwestie Gemert' in laat, komt er garen op de klos. Na 14 jaren procederen wordt Gemert in 1662 weer een soevereine vrijheid. De Gemertenaren moeten daarvoor wel 40.000 gulden procesgeld betalen, de vrije uitoefening van de gereformeerde religie waarborgen en ook opdraaien voor de kosten van huisvesting van een dominee en een protestantse schoolmeester. De vrije uitoefening van de gereformeerde godsdienst naast de katholieke is in de Nederlanden van die tijd bijna uniek."

Monera
Gerard van Lankveld is vertegenwoordiger van de zogenaamde `outsiderkunst', ook bekend van zijn keizerrijk Monera. Met een rood-wit-groene vlag. Rood staat voor strijd, wit voor hoop en groen voor vrede. De Stichting Monera bevordert de bekendheid en het behoud van de kunstzinnige wereld van Monera, geschapen door Gerard van Lankveld.