abcdefgh
Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG
Contactpersoon Doorkiesnummer
- -
Datum Bijlage(n)
15 oktober 2007 1
Ons kenmerk Uw kenmerk
VENW/DGP-2007/6456 07-VW-B057
Onderwerp
Aanvullende vragen spoorse doorsnijdingen
Geachte voorzitter,
Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen van de vaste kamercommissie
Verkeer en Waterstaat inzake de Regeling eenmalige uitkering spoorse doorsnijdingen.
1. In de beantwoording geeft u aan dat de subsidieregeling wordt geëvalueerd.
Kan de commissie er van uitgaan dat deze evaluatie vóór de nieuwe begroting
komt, zodat een mogelijke voortzetting nog in de begroting van 2008 kan
worden opgenomen of bij de begrotingsbehandeling van 2008 kan worden
meegenomen?
1. De resultaten van de evaluatie zijn bekend voor de begrotingsbehandeling van
2008. Ik stel voor om de wenselijkheid en de mogelijkheid tot voortzetting
van de subsidieregeling te bespreken tijdens de begrotingsbehandeling.
Ik ben mij er van bewust dat het enthousiasme in de verschillende regio's voor
deze regeling groot is. Ik onderzoek daarom of een tweede tranche spoorse
doorsnijdingen wenselijk en mogelijk is.
2. Kunt u nu al de verleende en de niet toegekende bijdragen aan de
afzonderlijke gemeenten noemen, dit ter voorbereiding van een mogelijke
tweede tranche en ook om een afgewogen beeld te krijgen van de verdeling
van de 300 mln en de benodigde middelen voor een tweede tranche?
Postadres Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 351 61 71
Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 351 78 95
bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)
VENW/DGP-2007/6456
2. In bijlage 1 vindt u een overzicht van alle toegewezen subsidieaanvragen met
daarbij de hoogte van de verstrekte bijdragen. Tevens staan de afgewezen
subsidieaanvragen en de gevraagde bijdragen weergegeven. Uit het overzicht
blijkt dat van de beschikbare 300 mln 241.980.603 is beschikt aan
gemeenten. Er resteert derhalve 58.019.397. Dit bedrag staat onder meer
gereserveerd voor de vijf lopende beroepsprocedures (zie verder onder 3).
Tevens heeft mijn ambtsvoorgangster in oktober 2005 onder strikte
voorwaarden een reservering van 40 mln voor de gemeente Ede getroffen.
In februari 2007 is deze toezegging schriftelijk door mijn ambtsvoorgangster,
onder strikte voorwaarden herhaald. Voor 1 december dient de gemeente mij,
conform de genoemde criteria in de brief van mijn ambtsvoorganger van 12
februari 2007, uitsluitsel te geven over de stand van zaken rondom het
projectplan. Op basis daarvan zal ik bezien of de gereserveerde middelen
daadwerkelijk ingezet zullen worden of niet.
3. Is u bekend of naast Heerlen er andere gemeenten in beroep zijn gegaan of
zullen gaan tegen de afwijzing op technische en/of inhoudelijke gronden?
3. Van de in totaal 43 afgewezen aanvragen, zijn 6 gemeenten aan de
beroepsprocedure begonnen. Inmiddels heeft de rechtbank één beroep
ongegrond geacht.
De subsidie-aanvragen van deze gemeenten zijn niet gehonoreerd omdat de
projectaanvragen niet voldeden aan de in de regeling gestelde criteria.
Overeenkomstig de regeling, zijn deze projecten door mijn ambtsvoorgangster
afgewezen.
Zoals ik eerder heb laten blijken, doen de afwijzingen van subsidieaanvragen
niets af aan de waardering die ik heb voor de beoogde kwaliteitsimpuls van
het project van de gemeente Heerlen en alle andere ingediende projecten.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Camiel Eurlings
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat