Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Uw brief 28 september 2007 2070800750 Ons kenmerk SV/WV/07/32268 Onderwerp Vragen van het lid Heerts Datum 15 oktober 2007

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Heerts (PvdA) over de inkomensproblematiek van arbeidsongeschikte grensarbeiders.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)

Ons kenmerk SV/V&G/07/32268

2070800750

Vragen van het lid Heerts (PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de inkomensproblematiek van arbeidsongeschikte grensarbeiders. (Ingezonden 27 september 2007)


1. Vraag
Bent u bekend met het feit dat mensen die in Nederland wonen maar in Duitsland werken en ziek worden slechts gedurende 78 weken een inkomen krijgen op grond van de Duitse regelgeving, terwijl zieke werknemers in Nederland 104 weken loon krijgen doorbetaald?

Antwoord
Ja.


2. Vraag
Bent u ook bekend met het feit dat in Duitsland werkende grensarbeiders pas na 104 weken in aanmerking komen voor een WIA-uitkering, dat deze groep mensen in die tussentijd geen uitkering krijgt in Nederland, dat de Duitse en Nederlandse uitkeringsinstanties elkaar de zwarte piet toespelen en de werknemer de dupe is?


3. Vraag
Bent u bereid maatregelen te treffen om deze groep grensarbeiders in de periode tussen de 78 en 104 weken op enigerlei wijze financieel tegemoet te komen? Zo ja, hoe? Zo neen, waarom niet? Hoe dienen de betreffende grensarbeiders volgens u deze periode financieel te overbruggen in geval van arbeidsongeschiktheid?

Antwoorden op de vragen 2 en 3
Om te voorkomen dat migrerende werknemers in de uitoefening van hun recht op vrij verkeer worden gehinderd door verschillen tussen nationale socialezekerheidsstelsels, zijn in Europees verband afspraken gemaakt om de toepassing van de verschillende nationale socialezekerheidsstelsels zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. De afspraken zijn neergelegd in Verordening (EEG) nr. 1408/71. De verordening voorziet derhalve niet in harmonisatie maar in coördinatie van de wettelijke regelingen van de lidstaten; zij laat bestaande verschillen tussen de socialezekerheidsregelingen van de lidstaten intact.

Op grond van de aanwijsregels van Verordening (EEG) nr. 1408/71 is op grensarbeiders de wetgeving van het werkland van toepassing. Dat betekent dat iemand die in Nederland woont en in Duitsland werkt, is verzekerd ingevolge de Duitse invaliditeitswetgeving en niet ingevolge de Wet WIA.


---

Ons kenmerk SV/V&G/07/32268

Naast de aanwijsregels kent Verordening (EEG) nr. 1408/71 specifieke regels voor de toekenning en de berekening van uitkeringen. De regels voor het berekenen van de arbeidsongeschiktheidsuitkering van een werknemer die in meer dan één land verzekerd is geweest, luiden dat elk land waar de betrokkene verzekerd is geweest een arbeidsongeschiktheidsuitkering toekent waarvan de hoogte evenredig is aan de verzekeringsduur in het desbetreffende land ten opzichte van de totale verzekeringsduur in alle EU-landen. Dit is een zogenoemde pro-rata uitkering. De pro-rata uitkering wordt toegekend met toepassing van het nationale recht van de betrokken lidstaten.

Een grensarbeider met een Nederlands arbeidsverleden die in Nederland woont en in Duitsland werkt en die ziek wordt, heeft recht op Duits ziekengeld gedurende 78 weken. Na 78 weken ziekengeld heeft deze persoon recht op een Duitse pro-rata invaliditeitsuitkering, waarvan de hoogte afhankelijk is van de duur van de Duitse verzekering. De Nederlandse pro-rata WIA- uitkering wordt toegekend na 104 weken. Dit komt voort uit het verschil in wetgeving tussen beide landen en valt niet met behulp van de coördinatieregels in Verordening (EEG) nr. 1408/71 op te lossen. Wel kan de in Nederland wonende grensarbeider, afhankelijk van zijn financiële omstandigheden, een beroep doen op een toeslag op grond van de Toeslagenwet. Indien de grensarbeider gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, kan op grond van de resterende verdiencapaciteit een WW-uitkering worden toegekend met toepassing van Verordening (EEG) nr. 1408/71, mits voldaan wordt aan de voorwaarden van de WW. Indien de grensarbeider volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, bestaat de mogelijkheid tot het aanvragen van een verkorte wachttijd, die de wachttijd van 104 weken kan terugbrengen naar (maximaal) 78 weken.

De staatssecretaris van Financiën heeft in mei van dit jaar een tijdelijke Commissie grensarbeiders ingesteld1. Deze Commissie heeft ­volgens de instellingsbeschikking- als taak te adviseren over oplossingsrichtingen voor knelpunten waarmee grensarbeiders in de relatie met België en Duitsland kunnen worden geconfronteerd. De verschillende regelgeving bij ziekte en arbeidsongeschiktheid is daarbij ook geagendeerd.


1 De Commissie grensarbeiders is ingesteld bij Besluit van 30 mei 2007, nr. CPP2007/1037M, Stcrt. Nr. 109.
---