Regering.nl

Nederland en Frankrijk: 'uitstekende samenwerking'

Nieuwsbericht | 15-10-2007

De Franse premier Fillon en minister-president Balkenende willen de betrekkingen tussen beide landen intensiveren. Daarbij gaat het onder meer om innovatie.

De Franse premier Fillon bracht op 15 oktober 2007 een bezoek aan Nederland. 'Onze bilaterale samenwerking is uitstekend, politiek en economisch', zei Balkenende op de gezamenlijke persconferentie.

Haven

Minister-president Balkenende heeft Fillon de Rotterdamse haven laten zien. Ook minister Eurlings (VenW) was aanwezig. Daarbij ging het vooral over innovatie op maritiem gebied.

'Ook op dat vlak zijn er goede samenwerkingsmogelijkheden', zei minister-president Balkenende. Hij noemde als voorbeeld de samenwerking tussen de Rotterdamse haven en die van Marseille.

Hervormingsverdrag

Fillon en Balkenende spraken ook over het nieuwe hervormingsverdrag van de Europese Unie. Nadat de bevolkingen van beide landen 'nee' zeiden tegen de grondwet, ligt er een veel beter verdrag, aldus Balkenende.

Volgens de ministers-presidenten kan tijdens de komende informele Raad in Lissabon een politiek akkoord bereikt worden over het verdrag.

Midden- en kleinbedrijf

Het midden- en kleinbedrijf is volgens Fillon en Balkenende de motor van de Europese industrie.

Nederland en Frankrijk hebben afgesproken samen een werkgroep op te richten voor innovatie in het MKB. Zo kunnen zij ervaringen uitwisselen en voorstellen doen.

Klimaat

Een ander thema was klimaatverandering. Nederland en Frankrijk zijn heel ambitieus en vinden dat Europa een voortrekkersrol moet spelen, aldus Balkenende. Nederland en Frankrijk willen samen optrekken om de emissiehandel te versterken.

Re-integratie

Na het gesprek met Balkenende bezocht Fillon met minister Donner (SZW) twee re-integratieprojecten voor jongeren in de Haagse Schilderswijk.

VERKLARING
De Franse premier François Fillon en de Nederlandse minister-president Jan Peter Balkenende zijn verheugd over de vruchtbare samenwerking op economisch en politiek terrein tussen Frankrijk en Nederland. Dit blijkt onder andere uit de nauwe banden tussen verschillende grote Nederlandse en Franse bedrijven op gebieden als luchtvaart en transport. De twee ministers-presidenten hebben besloten de bilaterale betrekkingen te intensiveren om de uitdagingen van vandaag aan te kunnen gaan. Zij zetten zich daarbij in voor de versterking van het innovatieve vermogen en de duurzaamheid van hun economieën.
1. Beide ministers-presidenten zijn van mening dat er een politiek akkoord bereikt kan worden over het nieuwe Hervormingsverdrag tijdens de komende informele Europese Raad in Lissabon. Dit verdrag zal de Europese Unie, met haar half miljard inwoners, geven wat de lidstaten en de burgers van haar verlangen: meer dynamiek, meer doeltreffendheid, meer democratie en een sterkere positie van Europa in de wereld.
2. EU en globalisering
Beide ministers-presidenten benadrukken dat open markten reeds decennialang de basis van onze welvaart vormen. De interne Europese markt speelt een belangrijke rol bij de economische groei van de EU-lidstaten. In de internationale handel is de euro een sleutelrol gaan spelen. Deze open houding, die ons veel goeds heeft gebracht, volstaat echter niet. Enerzijds moeten we op adequate wijze omgaan met de risico's die met open markten samenhangen en erop toezien dat al onze partners zich aan de spelregels houden. Anderzijds moeten we de noodzakelijke randvoorwaarden creëren om het Europese bedrijfsleven voor Europa te behouden en te laten excelleren op de wereldmarkt. Het verder doorvoeren van economische hervormingen is hierbij van groot belang. Zowel de lidstaten als de Europese Unie moeten hier actie ondernemen. Frankrijk en Nederland zetten zich hiervoor samen in op Europees niveau.
3. MKB en innovatie
Nederland en Frankrijk onderstrepen het belang van het midden- en kleinbedrijf als motor van de Europese industrie en steunen de Europese initiatieven om meer aandacht aan het MKB te besteden en innovatie op de volgende gebieden te bevorderen: verlichting van administratieve lasten d.m.v. de agenda voor betere wetgeving, verbetering van de groeimogelijkheden voor het MKB, toegang tot kapitaal en het wegnemen van belemmeringen voor het MKB bij het aanbesteden. Nederland en Frankrijk hebben op nationaal niveau vernieuwende regelingen getroffen om innovatie binnen het MKB te stimuleren. Beide landen hebben afgesproken een bilaterale werkgroep op te richten om ervaringen en beste praktijken op dit terrein uit te wisselen en, in voorkomende gevallen, voorstellen te doen op communautair niveau.
4. Klimaat en energie
De strijd tegen de klimaatverandering is een topprioriteit voor zowel Frankrijk als Nederland. Beide ministers-presidenten benadrukken het grote belang van Europees leiderschap tijdens internationale klimaatonderhandelingen. De gevolgen van klimaatverandering worden in de ontwikkelingslanden het sterkst gevoeld. De ontwikkelde landen, die hier een bijzondere verantwoordelijkheid hebben, zijn bereid steun te geven aan ontwikkelingslanden, bijvoorbeeld om hen te helpen adaptatiemaatregelen te nemen. De Europese Unie moet zich ambitieuze doelen stellen. Een goed werkende CO2-markt vereist het vaststellen van uitstootplafonds per sector voor de hele EU en, zoveel mogelijk, het veilen van emissierechten, waarbij de concurrentiekracht van de Europese ondernemingen uiteraard niet mag worden aangetast. Beide ministers-presidenten maken zich sterk voor een groenere economie. Zij streven ernaar effectieve interne gas- en elektriciteitsmarkten te creëren en de voorzieningszekerheid en de toegang tot energie van Europa te bevorderen, factoren die essentieel zijn voor de concurrentiekracht van Europese ondernemingen. Den Haag, 15 oktober 2007