Maatschappelijke opvang

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport



De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DMO/SSO-2812842

13 november 2007

U heeft de minister van Financiën en mij verzocht de Kamer te informeren over het gesprek met de vier grote steden over de middelen voor de opvang van dak- en thuislozen. Met deze brief kom ik aan dit verzoek tegemoet.

Op 7 november jl. heeft er een vruchtbaar overleg plaatsgevonden tussen de minister van Financiën, mijzelf en de wethouders maatschappelijke opvang van de vier grote steden.

Het kabinet steunt het Plan van aanpak. In het overleg is vastgesteld dat het Plan goed blijkt te werken en zijn vruchten afwerpt. Het Leger des Heils noemt in zijn jaarverslag de aanpak in de G4 als een verklaring waarom het aantal daklozen daalt.
Het resultaat van dit overleg is dat de onzekerheden die bij de steden waren ontstaan over de financiering van het Plan van aanpak maatschappelijke opvang van de G4 zijn weggenomen. De onzekerheden hadden te maken met de verdeelsleutel maatschappelijke opvang en ontwikkelingen in de AWBZ.
Met de VNG heeft er op 26 september 2007 bestuurlijk overleg plaatsgevonden over de verdeelsleutel maatschappelijke opvang. Daarin is afgesproken dat er vanaf 2009 op een zorgvuldige wijze begonnen wordt met een herverdeling van het bestaande budget om te komen tot een minder scheve verdeling dan nu het geval is. Nu krijgt een aantal steden op historische gronden en niet op basis van objectieve criteria een hogere uitkering dan andere steden. Net als in 2007 krijgen de G4 een bedrag van EUR 15 mln. vooruitlopend op de uitkomsten van de herverdeling.
In het overleg is ook gesproken over de gevolgen in 2008 van het schrappen van de grondslag psychosociaal voor de functie ondersteunende begeleiding algemeen. Ik heb aangegeven dat er een geleidelijke overgang van zorgkantoren naar gemeenten in 2008 zal plaatsvinden. Ik heb de G4-wethouders gezegd dat deze maatregel geen gevolgen heeft voor de regierol die de steden vervullen bij de uitvoering van het Plan van aanpak. Sterker, de maatregel zal ertoe leiden dat zij hierdoor vanaf 2009 nog beter de regie kunnen voeren.

Mede namens de Minister van Financiën,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker