(29538, nr. 61)

Reactie op motie Van Miltenburg c.s. (29538, nr. 61)

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport



De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DMO/WMO-2814089

20 november 2007

Tijdens het VAO Wmo van 14 november jl. heeft de geachte afgevaardigde Van Miltenburg (TK-VVD) een motie ingediend waarin mij wordt verzocht om de Arbeidsinspectie in te schakelen om (mogelijke) misstanden in de thuiszorg op korte termijn te onderzoeken, de Arbeidsinspectie bij gebleken misstanden adequaat op te laten treden en de Kamer daarover zo snel mogelijk te informeren. Daarbij ging het in het bijzonder om de idee dat de stelselwijziging Wmo door sommige werkgevers wordt misbruikt om de rechtspositie van de medewerker uit te hollen.

Zoals u bekend, is de (rechts)positie van de medewerker in de thuiszorg ook mij een zorg. Ontslagen moeten zoveel mogelijk voorkomen worden. Gedwongen overgang naar de alfahulpconstructie acht ik onwenselijk. We hebben daarover al eerder gesproken. Ik probeer dit alles - samen met alle betrokken partijen - dan ook te voorkomen. Naast de subsidieregeling uit hoofde van het amendement Joldersma / Bussemaker en de activiteiten van het Mobiliteitscentrum Thuiszorg zal ik ook de nodige initiatieven ontplooien om medewerkers in de thuiszorg goed te informeren over hun rechten. Eventuele misstanden, zoals bedoeld in de motie, zal ik aan de orde laten stellen tijdens het periodiek regulier overleg dat mijn ministerie voert met de werkgevers en vakbonden over de onvoorziene arbeidsmarktgevolgen van de Wmo. Als er sprake is van de door de Kamer vermoede misstanden, dan is het (immers) primair aan de bij de CAO betrokken sociale partners om die misstanden te signaleren, te onderzoeken en vervolgens op te lossen. Het is evenwel niet mogelijk om daarbij de Arbeidsinspectie in te schakelen. De missie van de Arbeidsinspectie luidt als volgt:

`'De Arbeidsinspectie bevordert de naleving van de wetgeving op het gebied van de veiligheid en gezondheid op het werk en bestrijdt illegale tewerkstelling. Daarbij wordt prioriteit gegeven aan de aanpak van ernstige risico's en eventuele misstanden. De Arbeidsinspectie levert relevante informatie over de naleving op deze terreinen en draagt daarmee bij aan het inzicht in de werking en vergroting van de effectiviteit van het overheidsbeleid''.

De Arbeidsinspectie houdt geen toezicht op de naleving van bepalingen uit het Burgerlijk Wetboek en op de rechtspositie als zodanig. De Arbeidsinspectie houdt toezicht op de naleving van een aantal wetten zoals de Arbeidsomstandighedenwet en de Arbeidstijdenwet (ATW). Voor het tegengaan van illegale tewerkstelling - ter bevordering van eerlijke concurrentieverhoudingen, bescherming van de arbeidmarkt en het tegengaan van uitbuiting - biedt de Wet arbeid vreemdelingen de wettelijke grondslag. Ook de Wet minimumloon en minimum vakantiebijslag is een pijler in deze aanpak. Ook hier is de Arbeidsinspectie met het toezicht belast. Andere belangrijke taken van de Arbeidsinspectie zijn het onderzoeken van meldingen van ernstige (meldingsplichtige) arbeidsongevallen en van klachten van werknemers over hun arbeidsomstandigheden en/of arbeidstijden.

De in de motie genoemde activiteiten vallen kort en goed buiten bovengenoemde taken.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker