Ingezonden persbericht


Leiden, 21 november 2007

Brabants bont in Afrika

Galerijtentoonstelling over de betekenis van Nederlands bedrukt katoen en zijn wonderlijke verbondenheid met West-Afrika
in Museum Volkenkunde
29 november 2007 tm 29 juni 2008

'Kom naar mijn slaapkamer op je sandalen', het brein van Kofi Anan' en 'het oog van mijn rivale': zo maar 3 namen die West-Afrikaanse vrouwen aan de hoog gewaardeerde, exclusieve en kostbare ontwerpen van de Nederlandse VLISCO fabriek hebben gegeven. De tentoonstelling Brabants Bont in Afrika in Museum Volkenkunde vertelt het bijzondere verhaal van een fel begeerd Nederlands product en hoe dat de mode in West-Afrika bepaalt.

Al sinds de vroege middeleeuwen waren rijke Afrikaanse heersers geïnteresseerd in luxe goederen uit Europa. Textiel was heel gewild. Vanaf de oprichting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie speelden de Nederlanders hierin een belangrijke rol: ze verhandelden Indische stoffen aan de West-Afrikaanse kust. Toen Indonesië aan het einde van de 19e eeuw de grenzen sloot voor Nederlandse imitatie batiks (om de eigen batikwerkplaatsen te beschermen) vonden ook deze stoffen hun weg naar Afrika. Verschillende Nederlandse fabrieken leverden aan West-Afrika. De een na de ander sloot in de loop van de 20e eeuw de poorten. Alleen het bedrijf dat Pieter Fentener van Vlissingen in 1846 opricht, de Helmondse katoendrukkerij, later Vlisco, blijkt een langer leven beschoren en bestaat in 2007 nog steeds.

Waxprints zijn de geïndustrialiseerde variant van de batiktechniek. De oudste stoffen vertonen dan ook typisch Indonesische motieven zoals draken en gestileerde bloemen. In de jaren '30 ondernam directeur Jan van Vlissingen zelf een reis naar Afrika om ideeën op te doen voor de patronen en kleuren van de stoffen voor de Afrikaanse markt. Ook werden er Afrikaanse voorwerpen ter inspiratie meegenomen. In de loop van de jaren '70 werden ontwerpers die de kunstacademie hadden doorlopen werkzaam bij Vlisco. Nieuwe technieken en nieuwe stromingen beïnvloedden de ontwerpen. Pas in 1986 zetten Vlisco-ontwerpers voor het eerst zelf voet op Afrikaanse bodem. Ze zagen nu met eigen ogen hoe en door wie hun stoffen werden gedragen. Dit leidde tot aanpassingen in de kleurstelling en het toepassen van meer Afrikaanse motieven. De inventiviteit en originaliteit van de Nederlandse ontwerpen wordt in Afrika nog steeds enorm gewaardeerd. Het scala aan dessins is enorm: van abstracte, kleurige patronen en klassiekers als 'De Leidsche ruit' tot afbeeldingen van moderne uitvindingen als ventilatoren en rollerskates.

Omdat de Nederlandse waxprints zeer gewild en duur zijn, wordt er veel gekopieerd. De kopieën zijn van veel mindere kwaliteit, maar de prijs ligt dan ook stukken lager. Namaak is in de loop van de tijd steeds meer op echt gaan lijken. Vanaf 1952 werden de teksten 'Genuine Dutch Waxblock Print', 'Real Dutch Wax' of 'Véritable Wax Hollandais' op de rand van het doek geprint. Deze aanduidingen vormden een kwaliteitsgarantie en ze werden vaak zichtbaar in de kleding verwerkt.

Z.O.Z.
Een dessin verlaat de Vlisco-fabriek met een nummer. De mammies, lokale vrouwelijke handelaren, geven de stof een naam. Deze traditie is ontleend aan de Asante die hun Kente-doeken namen gaven die verwezen naar een roemrijk verleden. De namen van de waxprints verwijzen naar personen en gebeurtenissen in het dagelijks leven. Van een speciale groep stoffen wordt de naam gekoppeld aan lokale spreekwoorden of gezegden. De verwijzing wordt bedacht door de verkoper, herkend door de koper en 'gelezen' door de oplettende kijker. Deze dessins bieden de mogelijkheid kenbaar te maken wat meestal onuitgesproken blijft. Ze geven een stem aan vrouwen die lang niet altijd de mogelijkheid hebben zich in het openbaar uit te spreken. Door het dragen van een waxprint uit deze laatste categorie kan de drager waarschuwen, beledigen, klagen, kleineren of troosten. Alleen een geoefend oog kan de boodschap decoderen.

Waxprints dienen in Afrika verschillende doelen: ze worden beschouwd als investering, verzameld en veilig weggeborgen en er worden kledingstukken van gemaakt. Mannen, vrouwen en kinderen uit de rijke bovenlaag dragen dit bij speciale gelegenheden, zoals doop, kerkbezoek, bruiloften en begrafenissen.

Brabants bont in Afrika
Galerijtentoonstelling over de betekenis van Nederlands bedrukt katoen en zijn wonderlijke verbondenheid met West-Afrika in Museum Volkenkunde 29 november 2007 tm 29 juni 2008

Museum Volkenkunde | Steenstraat 1 Leiden | t 071 5168 800 | www.volkenkunde.nl | info@volkenkunde.nl

Openingstijden: di tm zo 10-17 uur. Maandagen, 25 dec, 1 jan en 3 okt is het museum gesloten. Entree: 7,50 / 4,00 / Mk geldig.
Elke woensdag is de entree voor de vaste en galerijtentoonstellingen gratis.



Ingezonden persbericht