SGP


13 - 12 - 07 | Bijdrage SGP Burgerinitiatief Stop Fout Vlees

De oplossing van het burgerinitiatief is niet haalbaar en niet wenselijk. De oplossingen waar de SGP-fractie voor gaat, sluiten aan op de huidige situatie, versterken en versnellen het proces van verduurzaming en bieden meer perspectief voor boer én samenleving.
---

----------

Burgerinitiatief Stop Fout
Vlees

13 december 2007
ir B.J. van der Vlies

Het burgerinitiatief âStop fout vleesâ is een feit. Afgezien van onze bezwaren tegen de politieke noodzaak van dit initiatief, wil ik een inhoudelijke reactie geven. Het gaat om een rammelaar voor het varken, en niet om een rammelaar voor de politiek.

De SGP-fractie is blij dat de initiatiefnemers het boerenbelang in hun overwegingen mee hebben genomen. Althans, een poging hebben gedaan. In de notitie âBoeren met toekomstâ staat: âEen land dat zijn landbouw geen plaats meer gunt, is een land dat zijn ziel verliest.â Dat klinkt goed in mijn SGP-oren. De uitwerking is een ander verhaal.

âStop fout vleesâ. Wat is fout? De veehouderij in Nederland voldoet aan de wettelijke normen en hier en daar wordt er nog een schepje bovenop gedaan. Laat ik het anders zeggen: de veehouderij in Nederland voldoet aan steeds strengere wettelijke normen en doet er steeds vaker een schepje bovenop. De veehouder, de ondernemer, maakt dan terecht gebruik van de ruimte die de markt hem biedt. De veehouder is daarom niet verantwoordelijk voor ongewenste ontwikkelingen op het gebied van dierenwelzijn, milieu en soja import. De samenleving zelf is hier verantwoordelijk voor. In het burgerinitiatief is het echter de sector die het moeten bezuren: kleine marges en structurele afhankelijkheid van overheidsgeld. Hebben de initiatiefnemers zich trouwens al afgevraagd of veehouders interesse hebben voor deze manier van boeren? Wat is wel fout? De handelsliberalisatie, gekoppeld aan de prijsbewuste consument.

Eén van de gevolgen van âStop fout vleesâ, waar ook het MNP en CPB op wijzen, is de verschuiving van dierlijke productie naar andere landen. De consumptie van vlees in de EU zal nauwelijks dalen, dus zal de productiekrimp in Nederland overgenomen worden door andere EU-landen. Dit betekent een verschuiving van het probleem, terwijl Nederland hier diep voor in de buidel moet tasten en het dierenwelzijn in andere EU-landen er minder goed uitziet. Dit wijst erop dat de aanpak van de problemen op EU-niveau moet plaatsvinden. Op EU-niveau kan de eigen markt beter afgeschermd worden door voorwaarden te stellen bij de import van vlees en vleesproducten. Ook moeten op EU-niveau de regels wat betreft dierenwelzijn aangescherpt worden.

De integraliteit van het burgerinitiatief bepaalt de effectiviteit, maar is tegelijkertijd een groot knelpunt. Als de heffing op vlees ingevoerd wordt, is er een hap geld beschikbaar voor warme sanering, omschakeling en structurele inkomenscompensatie. Als overblijvende veehouders structurele inkomenscompensatie krijgen, kunnen ze met een boterham op de nieuwe voet verder gaan. Alsâ¦als⦠Het is onwaarschijnlijk dat hoge structurele inkomenscompensatie én op EU-niveau én in WTO-verband geaccepteerd wordt. Wat betreft de heffing op vlees zijn de bijkomende administratieve lasten groot. Het sluitend krijgen van alle schakels is daarom niet haalbaar.

In het burgerinitiatief lijkt schaalvergroting synoniem te staan voor verslechtering van dierenwelzijn en milieu. Dat is bezijden de waarheid. De huidige schaalvergroting, en dan heb ik het niet over de echte megastallen, gaat vaak gepaard met maatregelen die dierenwelzijn en milieu juist nÃet verslechteren. De kleinschaligheid die het burgerinitiatief voorstelt gaat bovendien veel minder efficiënt om met de inputstromen. Het gezinsbedrijf staat ook voor de SGP-fractie voorop, maar de kleinschaligheid die de initiatiefnemers voorstellen is niet nodig.

Het burgerinitiatief legt terecht de vinger bij enkele pijnpunten van de intensieve veehouderij. Het aangrijpingspunt om deze problemen aan te pakken is het eind van de keten en niet het begin. De consument, het grootwinkelbedrijf, de horeca en niet de veehouder en de slachterij. U vraagt, wij draaien. Via etikettering en collectieve afspraken kunnen grootwinkelbedrijven hier een bijdrage aan leveren. De afspraken rond scharreleieren en weidemelk kunnen tot voorbeeld gesteld worden. Welke rol moet de overheid spelen? De consument op een eerlijk manier met de neus op de feiten drukken, ondersteuning bij het opzetten van etiketteringssystemen, meer samenwerking in Europa en misschien fiscale regelingen voor het maken van onderscheid tussen duurzamer en minder duurzaam vlees en voor de omschakeling naar aangepaste stalsystemen.

Eén pijnpunt wil ik er nog uitlichten. Dat is de import van soja uit bijvoorbeeld Brazilië voor veevoer. De problemen bij de productie van deze soja zijn bekend. Wat de SGP-fractie betreft moet alle soja die in Europa geïmporteerd wordt aan duurzame criteria voldoen en wordt de productie van eiwitrijke gewassen in Europa gestimuleerd.

De pijnpunten van de intensieve veehouderij zijn duidelijk, waren al duidelijk. De oplossingen zijn minder duidelijk. De oplossing van het burgerinitiatief is niet haalbaar en niet wenselijk. De oplossingen waar de SGP-fractie voor gaat, grijpen aan op de huidige situatie, versterken en versnellen het proces van verduurzaming en bieden meer perspectief voor boer én samenleving.

Bijdrage SGP Burgerinitiatief Stop Fout Vlees