Voedsel en Waren Autoriteit

Non-food producten die bedrieglijk echt op
levensmiddelen lijken (imitatieproducten)

Informatieblad 81 / januari 2008

Inleiding
Met regelmaat worden door de VWA in het handelskanaal producten aangetroffen die met name door kleine kinderen aangezien kunnen worden als eet- of drinkwaren terwijl het gaat om niet-etenswaren. Een aantal van deze non-food producten kan een gevaar opleveren voor de gezondheid wanneer deze in de mond worden gestoken of genuttigd.
Het gaat hierbij meestal om cosmetische producten: zeepjes in de vorm en met de geur en/of kleur van fruit, shampoo, bad- of doucheschuim in een fles met het uiterlijk van een flesje drinken. Maar ook decoratiematerialen die gebruikt worden in etalages van winkels en/of in de woonkamer zijn tegenwoordig zo mooi dat het echte levensmiddelen lijken. Hierbij kan gedacht worden aan "imitatie" taarten, "imitatie" druiven en kaarsen die lijken op eet- of drinkwaar.

Wettelijke aspecten
Richtlijn 87/357/EEG (2) van 25 juni 1987 (Publ. Nr. L.192/49) betreffende artikelen die door een misleidend uiterlijk een gevaar vormen voor de gezondheid of de veiligheid van de consument. Deze Richtlijn is geïmplementeerd in de Warenwet middels het Warenwetbesluit Imitatieprodukten (1) (Stbl. 253,1989). Vanwege de grote interpretatieruimte is deze wet- en regelgeving voor het bedrijfsleven soms moeilijk naleefbaar, en voor de VWA moeilijk handhaafbaar. Met een beslisboom en een aantal uitgewerkte casussen is geprobeerd om structuur en duidelijkheid te krijgen over wat er wel en niet onder het Warenwetbesluit Imitatieprodukten valt. Deze beslisboom kan zowel voor het bedrijfsleven als voor de VWA zelf als een nuttig instrument fungeren bij de interpretatie van de wetgeving.
In artikel 1 van het besluit worden imitatieproducten omschreven als: producten die geen eet- of drinkwaar zijn en die een zodanig misleidende vorm, geur, kleur, aanzien, verpakking of etikettering hebben, dan wel van een zodanige grootte of omvang zijn, dat de consument, met name het kind, deze producten kan verwarren met eetof drinkwaar en ze daardoor in de mond kan steken, opzuigen of inslikken. Het is dus van belang om imitatieproducten te bekijken vanuit de belevingswereld van het jonge kind. In de Toelichting van het Besluit wordt aangegeven dat er ten aanzien van imitatieproducten tweeërlei verwachting dient te bestaan, namelijk:
dat de consument - met name het kind - die producten kan aanzien voor eet- of drinkwaar én; als gevolg van die verwarring de consument - met name het kind - deze producten in de mond kan steken, opzuigen of inslikken.
Als producten niet aan beide verwachtingen tegemoet komen vallen ze buiten de reikwijdte van het besluit. Daarnaast geldt dat voor het uiterlijk moet zijn gekozen om een eet- of drinkwaar na te bootsen. Producten waarvoor dat niet het geval is vallen niet onder de werking van dit besluit. Uitzonderingen zijn bijvoorbeeld, Versie januari 2008 2
sieraden, kleingoed (zoals dopjes, ringetjes en dergelijke, die verkrijgbaar zijn in doe-het-zelf zaken), en huishoudelijke chemicaliën voorzien van een kinderveilige sluiting. Artikel 2, eerste lid van het besluit verbiedt het vervaardigen, verhandelen of het binnen Nederlands grondgebied brengen van imitatieproducten die gevaar op kunnen leveren voor de veiligheid of de gezondheid van de mens. In het tweede lid van dit artikel wordt onder 'gevaar' in ieder geval verstaan: verstikking, vergiftiging, perforatie of verstopping van het spijsverteringskanaal.
De volledige tekst van het Warenwetbesluit Imitatieprodukten is te vinden op http://www.overheid.nl (zoeken op Warenwetbesluit imitatieprodukten; imitatieproducten levert geen treffers). Bij de tenlastelegging van een overtreding van het Warenwetbesluit Imitatieprodukten moet de VWA tenminste de drie volgende elementen aandragen:

· het betreft een non-food product;

· de vorm, geur, kleur, uiterlijk, verpakking of etikettering kan een consument - met name een kind - in de verwarring brengen dat het product een eet- of drinkwaar is, als gevolg waarvan deze producten in de mond kunnen worden gestoken, opgezogen of ingeslikt;
· in deze situatie moet het product aanleiding kunnen geven tot een gevaar, waartoe de wetgever in ieder geval verstikking, vergiftiging, of perforatie of verstopping van de maag of de darmen rekent.

Beslisboom
In 2003 is er een bijeenkomst geweest van deskundigen van het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC) en de VWA. Hieruit is een beslisboom (zie bijlage 1) en een invulformulier (bijlage 2) tot stand gekomen welke als hulpmiddel kan dienen bij het beoordelen van imitatieproducten. Verder zijn er voorbeelden van imitatieproducten uitgewerkt (zie referentie) en de daarbij behorende onderbouwing waarom iets wel of niet tot een imitatieproduct wordt gerekend.

Enkele kanttekeningen bij het Warenwetbesluit Imitatieprodukten. De bijzondere positie van het kind
In artikel 1 van het Warenwetbesluit Imitatieprodukten worden imitatieproducten gedefinieerd als: waren, geen eet- of drinkwaar zijnde, die een zodanig misleidende vorm, geur, kleur, aanzien, verpakking of etikettering hebben, dan wel van een zodanige grootte of omvang zijn, dat de consument, met name het kind, deze producten kan verwarren met eet- of drinkwaar en ze daardoor in de mond kan steken, opzuigen of inslikken. De nadruk wordt hier met name op het kind gelegd.

Eet- of drinkwaar waarmee non-food producten worden geïmiteerd Het Warenwetbesluit Imitatieprodukten heeft uitsluitend betrekking op non-food producten die abusievelijk voor eet- of drinkwaar kunnen worden aangezien. Er zijn ook voorbeelden van het omgekeerde. Daarbij worden eet- of drinkwaren zodanig verpakt dat ze sterk lijken op een non-food product. Een aantal voorbeelden hiervan is via de link in de referentie opvraagbaar.
Zoals gesteld is het Warenwetbesluit Imitatieprodukten hierop niet van toepassing. Echter, door dergelijke producten vervaagt de grens tussen eet- en drinkwaren enerzijds en non-foodproducten anderzijds nog verder, met name voor het kind. Het is zeer goed denkbaar dat kinderen door snoepgoed dat is vermomd als bv. een deodorantstick of spuitbus in verwarring worden gebracht, en food- en non-food producten gaat verwisselen, met alle consequenties van dien. Er is voor de VWA geen wettelijke basis om op te treden tegen deze producten.

Aansprakelijkheid
In alle gevallen geldt dat de fabrikant/importeur aansprakelijk is voor het product dat op de Nederlandse markt wordt verhandeld. De volgende link bevat nuttige informatie t.a.v. algemene productveiligheid: http://www.vwa.nl/portal/page?_pageid=119,1639827&_dad=portal&_schema=PORTAL&p_file_id=10827

Referentie:
Marktverkenning en onderzoek naar reikwijdte van het Warenwetbesluit Imitatieprodukten. VWA rapportage april 2006 (http://www.vwa.nl/portal/page?_pageid=119,1639827&_dad=portal&_schema=PORTAL&p_file_id=16554) Versie januari 2008 3

Nota bene
Ondanks dat geprobeerd wordt de infobladen zo up-to-date mogelijk te houden, kan het voorkomen dat er inmiddels nieuwe regelgeving is afgekondigd. De tekst van de geldende wetgeving is bepalend. Indien u over de inhoud van dit informatieblad vragen heeft, kunt u zich wenden tot de Warenklachtenlijn van de Voedsel en Waren Autoriteit op 0800-0488.
Versie januari 2008 4
Bijlage 1
Beslisboom
Versie januari 2008 5
Bijlage 2
Omschrijving imitatieproduct:
Voldoet het product aan één of meer van de volgende voorwaarden: Ja / Nee/onbekend
Is het product een eet- of drinkwaar?
Heeft het product een misleidende vorm?
Heeft het product een misleidende geur?
Heeft het product een misleidende kleur?
Is het product misleidend t.a.v. aanzien, verpakking of etikettering? Kan het product verward worden met eet- of drinkwaar? Valt het product onder het Warenwetbesluit Speelgoed? Verstikking
Vergiftiging
Perforatie
Chemische longontsteking
Geeft dit product aanleiding tot enig gevaar?
Anders
Kan het gevaar onderbouwd worden?
Toelichting: