Sociaal-Economische Raad

Jongerenpanel presenteert rapport maatschappelijke stages aan SER

15 februari 2008

Vanochtend presenteerde het Jongerenpanel Maatschappelijke Stages haar rapport in de openbare raadsvergadering. Het Jongerenpanel is vorig jaar door het dagelijks bestuur van de SER ingesteld, als experiment om jongeren meer te betrekken bij het werk van de SER. Het bestaat evenals de SER uit ondernemers- en werknemersvertegenwoordigers en onafhankelijke leden.
Tamim Chébti, vice-voorzitter en woordvoerder van het Jongerenpanel, was trots op het rapport. Alle scholieren moeten â ongeacht hun opleiding of achtergrond â een maatschappelijke stage kunnen volgen, om onbetaald iets goeds te kunnen doen voor de maatschappij. Dat is een ervaring die voor iedereen belangrijk is om mee te maken. Wel moet er nog veel gedaan worden aan het verbreden van het draagvlak ervoor, omdat er met name bij scholen soms nog onduidelijkheden over bestaan.

FNV-Jong-voorzitter Judith Ploegman was uitermate tevreden met het rapport, maar had bedenkingen bij het Jongerenpanel als vorm om jongeren bij de SER te betrekken. Zij vond het jammer dat het Jongerenpanel geen echte SER-commissie was: âIk wil de status en het stempel van de SER zelf.â Wel positief vond ze dat de jongeren in het Jongerenpanel vrij makkelijk tot overeenstemming kwamen.

Ook CNV-Jongeren-voorzitter Klaas-Pieter Derks was positief over het Jongerenpanel. Hij had er veel van geleerd en wil er graag mee verder âin welke vorm dan ookâ. Als aandachtspunten noemde hij dat er voldoende stageplaatsen moeten komen en dat er gezorgd moet worden voor adequate begeleiding. Uiteraard mag er geen sprake zijn van verdringing van regulier werk. Hij was het oneens met de stelling van de voorzitter van de Tweede Kamercommissie Dijsselbloem dat maatschappelijke stages een ideologische erfenis uit de jaren negentig zouden zijn die evenals de onderwijsvernieuwingen uit die tijd gedoemd zouden zijn te mislukken.

Wolter Smit, voorzitter van Jong Management VNO-NCW, onderstreepte dat jongeren maatschappelijke stages niet leuk hoeven te vinden. Achteraf zullen zij ze echter vaak wel als nuttig en waardevol ervaren. Over de uitvoerbaarheid merkte hij op dat we daar geen al te groot punt van moeten maken. Het gaat om 75 uur, dus slechts twee weken, in drie jaar. Bovendien doet de helft van alle scholen al aan maatschappelijke stages.

Het was een geslaagd experiment, vond Jongerenpanel-voorzitter Hans Kamps. Hij vroeg zich af of de reguliere SER met hetzelfde â unanieme â resultaat zou zijn gekomen. Die zou het onderwerp zwaar geproblematiseerd hebben en meer beren op de weg hebben gezien, dacht hij. Het rapport van het Jongerenpanel is juist onbevangen.

Het kroonlid Marco Wilke vond het rapport âeen waardevolle bijdrage aan het SER-arsenaalâ. Zelfs de grootste scepticus zal na lezing van het rapport moeten toegeven dat er toch wel iets in zit, in die maatschappelijke stages. Hij waarschuwde er wel voor scholen niet te overladen met nieuwe eisen.

SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan deelde tot slot mee dat het dagelijks bestuur binnenkort de participatie van jongeren in de SER gaat evalueren. Er zijn in 2007 twee experimenten geweest. Eén met het Jongerenpanel en eerder in het jaar met een reguliere SER-commissie waarin enkele zetels van de sociale partners werden ingenomen door leden van hun jongerenorganisaties. Deze commissie bracht in februari 2007 een advies uit over de arbeidsmarktpositie van allochtone jongeren.

---