Gemeente Arnhem

Rapport signaleert leefbaarheidsproblemen in diverse wijken (15-02-08)

Arnhem scoort slecht, maar heeft kansen voor verbetering

Arnhem kampt met grote leefbaarheidsproblemen die vergelijkbaar zijn met grootstedelijke problemen. Tegelijkertijd heeft de stad veel te bieden, waardoor er mogelijkheden zijn om de situatie te verbeteren. Deze conclusies worden door de stichting Atlas voor gemeenten getrokken in het rapport Leefbaarheid doorgrond. Het rapport is in opdracht van het college van B&W opgesteld naar aanleiding van de slechte scores in de grotestedenbeleid (GSB)- monitor van 2006. Over de conclusies van het rapport en de maatregelen die genomen moeten worden, gaat het college in gesprek met de gemeenteraad en met partners in de stad. Dit moet resulteren in beleidsmaatregelen voor de tweede helft van deze bestuursperiode.

In de landelijke GSB-monitor van 2006 werd Arnhem op een aantal terreinen waaronder leefbaarheid betiteld als achterblijver. Dit was voor het college van B&W aanleiding om een studie te laten doen naar de leefbaarheid in Arnhem.

Gunstig
Uit de studie blijkt dat Arnhem, in vergelijking met andere - soortgelijke - steden, het weliswaar niet goed doet, maar wel veel mogelijkheden heeft om haar positie te verbeteren. Arnhem scoort namelijk gunstig als het gaat om factoren die moeilijk te beïnvloeden zijn, zoals geografische ligging en de nabijheid van natuur. Dit zijn factoren die het aantrekkelijk maken voor hoogopgeleiden en/of hogere inkomensgroepen zich hier te vestigen en die Arnhem dus van nature al heeft. Juist het vasthouden en aantrekken van deze bevolkingsgroepen wordt door de opstellers van het rapport gezien als een middel om de leefbaarheid te verbeteren.

Aanpak
De stichting Atlas voor gemeenten heeft scherp in kaart gebracht waar in de stad zich welke problemen voordoen. De onderzoekers doen dit vanuit een wetenschappelijk getoetst causaal model. Er worden in Arnhem twaalf probleemgebieden onderscheiden en daarnaast nog eens veertien gebieden die zonder interventie gemakkelijk tot probleemgebied kunnen uitgroeien.
Uit het rapport blijkt dat de sociaal-economische positie en de samenstelling van de bevolking en de fysieke woonomgeving belangrijke factoren zijn die de leefbaarheid beïnvloeden. Gezien de hardnekkigheid van de problemen is een bredere en andere aanpak van de problematiek vereist dan tot nu toe gebruikelijk.

Raad en partners
Op donderdag 14 februari is de gemeenteraad tijdens een studieavond bijgepraat over de bevindingen uit het rapport. Komende maand volgen gesprekken met maatschappelijke partners uit de stad die actief op terreinen als onderwijs, wonen, zorg, cultuur en veiligheid. De gesprekken met raad en partners uit de stad vormen input voor het college voor het vervolgtraject. Dit begint met voorstellen voor nieuw beleid in de perspectiefnota. Deze nota wordt in mei behandeld in de gemeenteraad en is de opmaat voor de meerjarenbegroting die in het najaar op de agenda staat. Doel is een koerswijziging te bewerkstelligen voor de tweede helft van deze collegeperiode om de problemen aan te pakken.