Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Tussenrapportage Plantkeur

29 februari 2008 - kamerstuk

Directie Landbouw

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal


Postbus 20018

2500 EA 's-GRAVENHAGE

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum


17 januari 2008 08-LNV-B-04

DL. 2008/209 29 februari 2008 onderwerp bijlagen

Tussenrapportage Plantkeur

Geachte Voorzitter,

Met deze brief ga ik in op uw verzoek om uw Kamer middels een tussenrapportage te informeren over het project Plantkeur.

Inleiding
Het project Plantkeur is in 2005 gestart met als doel te komen tot een herstructurering van het fytosanitaire inspectiestelsel om een eind te maken aan de bestuurlijke lappendeken, met instandhouding van de eindverantwoordelijkheid van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Realisatie vindt plaats door de overdracht van de fytosanitaire inspectie- en certificeringstaken van de Plantenziektenkundige Dienst (PD) in mandaat aan de vier plantaardige keuringsdiensten, die reeds wettelijke taken op gebied van kwaliteit uitvoeren. Dit betreft de Nederlandse Algemene Keuringsdienst voor zaaizaad en pootgoed van landbouwgewassen (NAK), de Bloembollenkeuringsdienst (BKD), het Kwaliteits Controle Bureau (KCB) en de Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Ministerie van Landbouw, Tuinbouw (Naktuinbouw). Hierdoor ontstaat een vereenvoudiging van het inspectie- en Natuur en Voedselkwaliteit keuringsstelsel.
Directie Landbouw
Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: Postbus 20401 Implementatie nieuw fytosanitair inspectiestelsel. 2500 EK 's-Gravenhage In vervolg op het in 2006 tussen LNV, de keuringsdiensten en het bedrijfsleven afgesloten Telefoon: 070 - 3786868 convenant Plantkeur over de herinrichting van het fytosanitaire inspectiestelsel in Fax: 070 - 3786100 Nederland zijn op 15 juni 2007 meerjarige overeenkomsten tussen LNV en de vier betrokken keuringsdiensten ondertekend, waarin per keuringsdienst de afspraken zijn uitgewerkt. De keuringsdiensten hebben deze afspraken vervolgens geïmplementeerd en de daarvoor noodzakelijke wijzigingen in hun organisatie doorgevoerd.

Per 1 september 2007 is Plantkeur in werking getreden en zijn de fytosanitaire import- en exportinspecties, alsmede de exportcertificering, overgedragen aan de keuringsdiensten. Hierbij zijn 85 medewerkers van de PD in dienst getreden bij de keuringsdiensten, waarmee de hoge kwaliteit van de fytosanitaire inspecties gecontinueerd kon worden. De PD vervult sinds 1 september 2007 de rol van fytosanitaire autoriteit, kennisdienst en toezichthouder op de uitvoering van de inspecties door de keuringsdiensten. Hiermee is na twee jaar van intensieve voorbereiding een einde gekomen aan het project Plantkeur.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 29 februari 2008 DL. 2008/209 2

De inwerkingtreding van Plantkeur is in de praktijk soepel verlopen. Zowel de keurings- diensten als de PD hebben hun nieuwe rol goed opgepakt. Ook vanuit het bedrijfsleven zijn geen noemenswaardige klachten binnengekomen naar aanleiding van de overdracht van taken aan de keuringsdiensten.
Voordeel voor het bedrijfsleven is met name gelegen in het feit dat de kwaliteitscontroles en fytosanitaire inspecties nu gecombineerd kunnen worden en dat elk bedrijf in principe één keuringsdienst als aanspreekpunt heeft. Dit heeft tot gevolg dat er minder inspecteurs op het bedrijf komen, waardoor er sprake is van meer efficiency en dus vermindering van administratieve lasten voor het bedrijfsleven.
Ook leidt dit tot kostenvermindering voor het bedrijfsleven, hetgeen in de tarieven voor fytosanitaire inspecties tot uiting komt. Afhankelijk van de tijdsduur van de inspecties vallen de tarieven van de keuringsdiensten over de hele linie in meer of mindere mate lager uit in vergelijking met de tarieven van de PD. Voor inspecties in de avonduren en in het weekeinde geldt dat deze bij uitvoering door de keuringsdiensten aanmerkelijk goedkoper uitvallen ten opzichte van uitvoering door de PD. Op termijn kan door voortschrijdende automatisering (in bijvoorbeeld het Cliëntsysteem) mogelijk verdergaande efficiencywinst en vermindering van administratieve lasten behaald worden.

Internationale ontwikkelingen
Met de Europese Commissie is vanaf 2006 intensief ambtelijk overleg gevoerd over de voorgenomen wijzigingen in het fytosanitaire inspectiestelsel in Nederland. In de tweede helft van 2007 is met name gesproken over de zorgpunten van de Commissie ten aanzien van de onafhankelijkheid van de keuringsdiensten en de rol van laboratoria in relatie tot Richtlijn 2000/29/EG. Tijdens ambtelijk overleg en middels correspondentie met de Commissie heeft Nederland nadere toelichting gegeven over deze aspecten. Mijn inspanningen bij de besprekingen met de Commissie over het systeem van planten- bescherming in Nederland zijn erop gericht om in de loop van 2008 tot definitieve overeenstemming te komen. De Europese Commissie heeft in dit verband aangegeven dat de betrokkenheid van private laboratoriumondernemingen zal moeten worden beëindigd. Hierover heb ik uw Kamer separaat geïnformeerd (mijn brief d.d. 11 februari 2008 met kenmerk DL. 2008/293 over marktwerking fytosanitaire laboratoria). Voor export met bestemming Rusland geldt dat de fytosanitaire inspecties en de certificering vooralsnog volgens het systeem van vóór 1 september 2007 worden uitgevoerd, dat wil zeggen door de PD, en voor groenten en fruit door het KCB. Met de Russische autoriteiten is bilateraal overleg gaande om te komen tot acceptatie van het nieuwe inspectiesysteem in Nederland. Inspanningen zijn erop gericht om in de loop van 2008 te komen tot overeen- stemming met Rusland.

Tarieven voor fytosanitair onderzoek in EU-lidstaten Tijdens het Algemeen Overleg van 14 februari 2008 over marktwerking in het quarantaine onderzoek vroeg de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit of Nederland met door de minister vastgestelde tarieven voor het onderzoek naar het aardappelcysteaaltje niet verder gaat dan andere lidstaten in de Europese Unie (EU). Het staat de lidstaten vrij om een kostendekkend tarief voor de inspectie te heffen, een forfaitair Europees tarief te heffen, dan wel de bemonstering en analyse door de overheid te laten financieren.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 29 februari 2008 DL. 2008/209 3

Nederland kiest, conform het vigerend kabinetsbeleid, voor het vaststellen van een kostendekkend tarief dat wordt doorbelast aan het bedrijfsleven. In een aantal lidstaten financiert de overheid de kosten van het onderzoek naar het aardappelcysteaaltje, zelfs als de bemonstering door de overheid wordt uitgevoerd en de laboratoriumanalyse is uitbesteed aan een commerciële organisatie. In verschillende andere lidstaten worden de kosten van het onderzoek daarentegen doorberekend aan de teler, ook als het onderzoek geheel door de overheid wordt uitgevoerd. In Duitsland zijn de deelstaten zelf verant- woordelijk voor het vaststellen van een tarief voor het onderzoek. De federale lijn daarbij is dat de ondernemer betaalt voor het onderzoek naar het aardappelcysteaaltje.

Plantenpaspoortsysteem
Verder heeft uw Kamer mogelijk kennisgenomen van berichten in de pers over kennelijke tekortkomingen aan het plantenpaspoortsysteem die door het Food & Veterinary Office (FVO) van de Europese Commissie in een aantal lidstaten van de EU zijn geconstateerd. De FVO voert jaarlijks audits uit op de implementatie en uitvoering van Europese fyto- sanitaire richtlijnen in Europese lidstaten. In dat kader heeft de FVO van 2004 tot 2006 in
17 lidstaten, waaronder Nederland, de werking van het plantenpaspoortsysteem onder- zocht. De FVO heeft een rapport uitgebracht waarin voor de betrokken lidstaten een groot aantal aanbevelingen en adviezen ter verbetering zijn opgenomen. Deze aanbevelingen zijn niet allemaal overgenomen door de lidstaten, mede vanwege het feit dat de inter- pretatie van de regelgeving en de noodzaak van de gevraagde verbetering niet altijd duidelijk is. Naar aanleiding van bespreking van het rapport in het overleg van de Chief Officers Plant Health van december 2007 heeft de Europese Commissie onlangs aange- geven met verbetervoorstellen te zullen komen.
Ten aanzien van het Nederlandse plantenpaspoortsysteem kwam de FVO overigens tot de conclusie dat dit naar behoren functioneert. Wel heeft Nederland enkele aanbevelingen van de FVO gekregen en op die punten inmiddels verbeteringen doorgevoerd aan het plantenpaspoortsysteem. Op een tweetal punten van technische aard zal Nederland, waarschijnlijk gesteund door andere lidstaten, in het Permanent Fytosanitair Comité pleiten voor bijstelling van de Europese richtlijn inzake plantenpaspoorten. Overigens kan ik u melden dat de resultaten van de steeksproefsgewijze controles door de PD mij geen aanwijzingen geven dat de door FVO bij de lidstaten gesignaleerde tekort- komingen aan het plantenpaspoortsysteem voor Nederland zouden leiden tot bijzondere fytosanitaire risico's.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


---- --