Raad voor Werk en Inkomen


Den Haag, 29-02-2008

Breed maatschappelijk initiatief voor âtweede leerwegâ

Permanente opleiding beroepsbevolking in de steigers

Een brede coalitie van publieke en private onderwijsorganisaties, sociale partners en gemeenten gaat actie ondernemen om het opleidingsniveau van de Nederlandse beroepsbevolking te verhogen. Centraal in een gezamenlijk actieplan staat het ontwikkelen van een `tweede leerweg' voor werkenden en werkzoekenden, die voorziet in de veranderende en - vooral ook kwalitatief - stijgende vraag van werkgevers naar goed opgeleid personeel. Leidend is hierbij de behoefte zoals die zich op de regionale en sectorale arbeidsmarkt manifesteert.
De doelstelling is om in aansluiting op de ambities van de overheid per jaar minimaal 10.000 extra gediplomeerden op hoger onderwijsniveau en 5.000 op mbo-niveau af te leveren.
Betrokken partijen hebben dit na overleg met de bewindslieden van Onderwijs en Sociale Zaken & Werkgelegenheid bekendgemaakt. Het kabinet is gevraagd de ambitieuze plannen te ondersteunen. De bewindslieden van OCW en SZW onderschrijven het belang van een leven lang leren en de betrokkenheid van alle partijen daarbij. Over een aantal concrete onderwerpen wordt nader overleg gevoerd. Het actieplan is een initiatief van de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) en het Nationaal Initiatief `Lang Leve Leren'.

Nederland behoort nog lang niet tot de meest dynamische kenniseconomieën ter wereld. Een doorbraak op het gebied van leven lang leren is noodzakelijk, omdat de `eerste leerweg' (het initieel onderwijs van basisschool tot en met universiteit) niet kan voldoen aan de jaarlijkse nieuwe behoefte aan middelbaar en hoger opgeleiden. Ook het onderwijsaanbod voor werkenden is ontoereikend om de kennistekorten weg te werken.
Op dit moment zijn er drie grote knelpunten op de arbeidsmarkt: tekorten aan specialisten op hoger niveau, tekorten aan vakmensen op het niveau van mbo-3 en mbo-4, en de moeilijk realiseerbare verhoging van de kwalificaties van laagopgeleiden en mensen zonder startkwalificatie. Het kennistekort op de Nederlandse arbeidsmarkt kan een belemmering vormen voor verdere economische groei.

Sociale partners, het publieke en private onderwijsveld en gemeenten willen werkenden en werkzoekenden gemakkelijk toegankelijke mogelijkheden bieden om een hogere kwalificatie voor de arbeidsmarkt te halen. Op termijn streven de partijen naar een volwaardige en zelfstandige `tweede leerweg'. Volwassenen kunnen hierin vrijelijk keuzes maken uit verschillende vormen van leren. Variërend van leren op de werkplek, cursussen van particuliere opleidingen en onderwijs gericht op formele diploma's.

Een van de middelen om het kennistekort terug te dringen is een samenwerking in `open netwerken'. Hierin laten arbeidsmarkt- en onderwijspartijen regionale en sectorale personeelsbehoeften het uitgangspunt zijn voor individuele of collectieve onderwijstrajecten. Publieke en private onderwijsaanbieders gaan daarin hun opleidingsaanbod op elkaar afstemmen en elkaar aanvullen. Open netwerk-onderwijs kenmerkt zich onder andere door een vraaggestuurd, flexibel en modulair scholingsaanbod, met veel ruimte voor innovaties. Voor het HBO is inmiddels de Netwerk Open Hogeschool in ontwikkeling, met daarin een actieve ondersteunende rol van de Open Universiteit richting regionale onderwijsaanbieders. Ook zijn er initiatieven in het MBO en het WO. Het succes van deze initiatieven hangt voor een belangrijk deel af van het gezamenlijk oppakken van dit actieplan.

Om de beroepsbevolking te stimuleren zich voortdurend te laten scholen, is een betere loopbaanbegeleiding nodig. De samenwerkende partijen willen scholingsmogelijkheden voor werklozen, waaronder `leren met behoud van uitkering', beter benutten en zo nodig vergroten. Ook hierbij geldt dat de scholing op bestaande of te verwachten vacatures gericht moet zijn. Daarnaast bepleiten de partijen dat competentietesten een basisvoorziening van het CWI worden.

De samenwerkende partijen vragen de rijksoverheid hun plannen voor een tweede leerweg ook te steunen met betere fiscale regelingen voor leven lang leren en met financiële steun voor regionale netwerkvorming tussen onderwijs- en arbeidsmarktpartijen.
Verder vragen zij de overheid in de - nu nog van elkaar gescheiden - strategische ontwikkelingen van het beroeps- en hoger onderwijs voor volwassenen rekening te houden met deze open en vraaggestuurde benadering van tweede leerwegen. Voor het aanbieden van de tweede leerweg moet er speelruimte zijn voor zowel publiek als privaat onderwijs.

De brede coalitie die het kennistekort gaat aanpakken, bestaat uit de geledingen van de Raad voor Werk en Inkomen (werkgevers, werknemers en gemeenten) en de brancheorganisaties in het publieke en private onderwijs (VSNU, HBO-Raad, MBO-Raad, VO-Raad en Paepon). Later dit jaar vindt er een nieuw `Scholingsoverleg' tussen de samenwerkende partijen en de bewindslieden van OCW en SZW plaats.

Voor de redactie,

Raad voor Werk en Inkomen