Ministerie van Algemene Zaken

NOS, Gesprek met de minister-president, Nederland 1

Radio / TV-interview | 29-02-2008

Minister-president Balkenende, na afloop van de wekelijkse ministerraad, over de voorgenomen film van Wilders.


VAN GALEN:
De kijkers hebben zojuist live uw persconferentie kunnen zien. U zei daar in een tussenzin iets belangrijks. U zei: het woord 'crisis' zal misschien later nog te mild blijken. Hoe zou u deze affaire willen karakteriseren?


BALKENENDE:
Het is een heel ernstige situatie op basis van de signalen die we gewoon nu horen. We krijgen informatie van veiligheidsdiensten. We krijgen informatie van ambassades. Bedrijven die hun zorgen overbrengen. Het is ook het gesprek van de dag, ik merk het zelf ook, bij internationale bijeenkomsten.


VAN GALEN:
Iedereen spreekt daarover met u?


BALKENENDE:
Ja.


VAN GALEN:
Wat gebeurt er in Nederland? Wat gaat u eraan doen? En zegt u dan ook: dit is een grote crisis voor ons. Gebruikt u dat woord?


BALKENENDE:
Nou, ik zeg dat wij ons grote zorgen maken over een mogelijk te verschijnen film met grote gevolgen internationaal.


VAN GALEN:
We hebben net in het Journaal kunnen zien dat u net geen oproep doet. U spreekt regeringen in het Midden-Oosten aan hun verantwoordelijkheden te nemen. U spreekt eenieder die het aangaat aan, dus de heer Wilders en ook de media misschien. Maar waarom niet, zoals Verhagen gisteren deed, zeggen: Geert, doe het niet. Die woorden heeft u niet uitgesproken.


BALKENENDE:
Nee, maar u heeft ook de reactie gehoord van de heer Wilders. Hij zegt: je kan de pot op. En wat had zich voorgedaan? Het is goed om dat nog eens uit te leggen. Woensdag zijn minister Hirsch Ballin en minister Verhagen bij de heer Wilders geweest. Toen hebben ze uitgelegd wat op het ogenblik allemaal aan de orde is. Welke signalen we krijgen. Wat ook de risico's voor de heer Wilders zelf zijn. En toen zei hij: het is intimidatie. Dus hij heeft voortdurend grote woorden. Ik heb vandaag geconstateerd dat in het kabinet de zorgen die de heer Verhagen naar voren heeft gebracht gisteren deelt.


VAN GALEN:
De heer Bos zei net ook na afloop van de ministerraad: de heer Verhagen heeft voor zijn beurt gesproken. Dat heeft Verhagen zelf ook wel toegegeven. Hij heeft iets te hard van stapel gelopen, toch?


BALKENENDE:
Dat was omdat natuurlijk gisterenavond voor de tv er opmerkingen zijn gemaakt, vooruitlopend op het kabinetsberaad. Nou, dat heeft geleid tot enige discussie, maar ik vind eerlijk gezegd dat we wel op de hoofdzaak moeten letten. Die hoofdzaak is behoorlijk ernstig en wat dat betreft hebben we vandaag echt een goede en belangrijke bespreking gehad in het kabinet, waarin de zorgen die gisteren door minister Verhagen naar voren zijn gebracht nog eens voluit zijn gedeeld.


VAN GALEN:
U noemde 3 voorbeelden op uw persconferentie, waaruit blijkt dat er dreiging is.


BALKENENDE:
In sommige gevallen heb je te maken met eenvoudige voorbeelden, bijvoorbeeld een kinderfilm die niet vertoond wordt op een festival in Egypte. Nu is dat maar een klein voorbeeld, maar het is iets wat een hele grote dimensie kan krijgen. Tweede voorbeeld: de Taliban in Afghanistan heeft gezegd dat ze extra aanvallen zouden gaan uitvoeren op Nederlandse militairen. En ik kreeg het verhaal te horen dat stewardessen op het ogenblik niet meer mee willen vliegen op grond van dreigende...


VAN GALEN:
Even over die Taliban. Ik hoor Defensie zeggen: ok, maar als het zo gaat dan is Wilders in onze ogen rechtstreeks verantwoordelijk en dan moet hij straks de ouders van die gesneuvelde soldaten maar gaan uitleggen hoe dit kan. Is dat ook een beetje het gevoel wat u heeft?


BALKENENDE:
Dat kwam ook bij de persconferentie aan de orde. Een terechte vraag van een journalist: wie stel je nu verantwoordelijk? Toen heb ik ook gezegd: degene die verantwoordelijk zijn voor aanslagen dat zijn de terroristische groeperingen en degene die aanslagen plegen. Alleen - en dat is het probleem - deze groepen, deze terroristen of extremisten, die voelen zich gelegitimeerd door een film van de heer Wilders. En daarmee kan de heer Wilders niet zomaar voorbij gaan aan zijn eigen verantwoordelijkheid, want hij kan wel zeggen: het is de verantwoordelijkheid van die mensen en ik heb altijd gezegd dat ze niet betrouwbaar zijn. Maar daar schiet die Nederlandse ambassademedewerker, de Nederlandse werknemer bij een bedrijf in het buitenland of een militair niks mee op. Kijk, de heer Wilders heeft ook deze week gezegd: ik heb te maken met Al-Qaida en bedreigingen en de premier heeft niks gezegd. Dan zeg ik op mijn beurt: de Nederlandse overheid zorgt dat de heer Wilders zeer goed wordt beschermd. Zeer goed. En daarom kan hij ook zoveel dingen zeggen. En dat hoort bij onze democratie. Maar als je zelf die beveiliging hebt, dan moet je ook eens nadenken over het lot van diegenen die die beveiliging niet hebben.


VAN GALEN:
Nou zal Wilders zeggen: als het kabinet dit doet dan zwicht u voor terreurregimes, waarbij die terroristische groepen ook soms samenvallen met de regering. Maar het gaat erom dat u zwicht precies voor wat Wilders bestrijdt.


BALKENENDE:
Weet u, dat is eigenlijk dat gemakkelijke antwoord. Want ik ben het er met Wilders over eens dat er tal van groeperingen zijn, dat heb ik nooit ontkend, die bijvoorbeeld religie misbruiken om vreselijke dingen...


VAN GALEN:
Maar dat regeringen ook wel orkestreren.


BALKENENDE:
Daar spreek ik mijn afschuw over uit. Alleen, het effect van het optreden van deze mensen, die zich gelegitimeerd voelen door de heer Wilders, is wel dat bijvoorbeeld Nederlanders in andere landen en ook heel andere mensen wel eens te maken kunnen krijgen met hele ernstige consequenties. En dat is iets waar we niet aan voorbij mogen gaan. Kijk, ik voel mij verantwoordelijk voor de veiligheid van de heer Wilders en dat geldt voor het hele kabinet, meer in het bijzonder de minister van Justitie, maar ik voel me ook verantwoordelijk voor diegenen die in andere landen te maken kunnen krijgen met de reacties. U heeft vandaag ook gezien hoe het Nederlandse bedrijfsleven bezorgd is.


VAN GALEN:
Die zeggen eigenlijk: Wilders doe het niet.


BALKENENDE:
Ja.


VAN GALEN:
Maar u herhaalt dat niet?


BALKENENDE:
Ik heb aangegeven: gisteren heeft minister Verhagen er iets over gezegd, maar ik heb vandaag een ander pleidooi gehouden. Ik heb tegen de heer Wilders gezegd: denk nog eens heel goed na over de grote vrijheid die je in Nederland hebt en wat de gevolgen daarvan zijn. Je kunt niet voorbij gaan aan het feit dat sommigen die film zien als een legitimatie om vreselijke dingen te gaan doen. En dus rust er ook op de heer Wilders een grote verantwoordelijkheid en hij moet niet zomaar zeggen van: dat zijn anderen die het doen.


VAN GALEN:
Nou zijn er ook deskundigen die hebben gezegd: als je kijkt naar de Nationale Veiligheidsstrategie en het EVRM, dan kan je als vitale belangen van de Staat in het geding komen een verbod uitvaardigen. Heeft u dat laten onderzoeken?


BALKENENDE:
Laten we niet te veel praten over onze juridische activiteiten.


VAN GALEN:
Daar wil ik u toch onderbreken. Als u zegt: het is zo ernstig, ik kan levens redden als ik zo'n vergaand middel neem, dan moet u dat toch onderzocht hebben.


BALKENENDE:
Zoals gezegd: wanneer wij onze voorbereidende activiteiten doen, dan stuiten we wel op een heel belangrijk gegeven. Dat je in de Nederlandse rechtsorde niet zomaar als kabinet zaken kunt laten verbieden.


VAN GALEN:
Kan je dat niet vooraf doen?


BALKENENDE:
Dat is een buitengewoon moeilijke geschiedenis. En vandaar ook dat de minister van Justitie deze week heeft gewezen op de juridische consequenties en wat de gangbare methoden in Nederland zijn. Dat is dat je na publicatie van een film, nadat die is vertoond, kunt optreden. Nou, we zullen uiteraard zien wat die film gaat behelzen, maar zo werkt de rechtstaat in Nederland wel. Wij werken niet met censuur.


VAN GALEN:
Nou ja, zo'n oproep van Verhagen komt daar natuurlijk wel een beetje op neer. Een soort morele censuur.


BALKENENDE:
Ik heb vandaag aangegeven, ook in de richting van de heer Wilders: denk nog eens goed na waar je mee bezig bent. Je wilt een verhaal kwijt. Kijk, en op sommige punten van wat de heer Wilders zegt, de analyse dat sommige zaken mis zijn, vind hij mij aan zijn zijde, maar ik heb vaak gezegd: wat zijn nu de antwoorden die je geeft? En wat zich nu met die film afspeelt betreft een totaal andere dimensie. Ik merk ook dat het debat tot nu toe in Nederland vooral is gevoerd aan de hand van de vrijheid van meningsuiting, maar dan zeg ik: dat is een gegeven en dat is een groot goed in Nederland. Maar we praten op het ogenblik over een andere discussie. We zitten op een andere speelhelft. Het heeft te maken met veiligheid, Nederlandse belangen, bedrijven, ambassades en militairen.


VAN GALEN:
Die belangen gaan dus nooit uit, zegt u, boven de vrijheid van meningsuiting? Dus er komt nooit een moment dat u zegt: en nou is het afgelopen, hier met die film.


BALKENENDE:
Nee, het is buitengewoon lastig om het van te voren te doen. Dat is nu eenmaal... En ik zeg ook, dat is ook de consequentie van de Nederlandse rechtstaat en mijn boodschap vandaag in de persconferentie was ook: juist omdat je die grote vrijheden hebt, werkt dat alleen maar als je een combinatie hebt van vrijheid en verantwoordelijkheid. En wat wij hebben gedaan is appelleren aan de verantwoordelijkheid van de heer Wilders.


VAN GALEN:
U heeft ook een paar keer gezegd: wij zijn als kabinet niet hetzelfde als de heer Wilders. Dat is voor Nederlanders nogal logisch, waarom heeft u dat zo benadrukt?


BALKENENDE:
Omdat in andere landen soms alles op een hoop wordt gegooid. Het subtiele onderscheid tussen regering, parlement en dan weer oppositie en regeringspartij, wordt in andere landen soms totaal anders beleefd. We hebben het over Nederland.


VAN GALEN:
In Iran circuleren foto's van de heer Wilders op de voorzittersstoel, want hij is af en toe plaatsvervangend voorzitter. Dat geeft hem in dat land een cachet wat we uit moeten leggen?


BALKENENDE:
Ja, ik vind dat het noodzakelijk is om aan te geven dat wanneer iemand zich op een bepaalde manier lijkt te gaan uitlaten over een godsdienst
- op een manier die mogelijk krenkend is voor heel veel mensen - dan heb ik graag gezegd dat dat de opvatting is van de heer Wilders en dat men niet dat soort signalen moet vereenzelvigen met Nederland. Want Nederland is een land van vrijheid, van tolerantie, van het kunnen omgaan met verschillen, het respecteren van elkaars godsdienst. En dat betekent dat er over en weer begrip behoort te zijn. Wat zich nu afspeelt is heel wat anders. Dat is ook de reden waarom ik behoefte had om aan te geven dat de heer Wilders bepaalde visies heeft die niet de visie zijn van de Nederlandse regering.


VAN GALEN:
Hoe reageert u eigenlijk op de uitspraak van de heer Wilders 'Balkenende is een beroepslafaard'?


BALKENENDE:
Ach weet u, ik ben een premier die graag rekening houdt met alle Nederlanders die hier zijn en die in andere landen zich bevinden. En ik ben een premier die zich zorgen maakt over het feit dat anderen in gevaar komen doordat de heer Wilders activiteiten verricht waarin anderen legitimatie vinden om erge dingen te gaan doen.


VAN GALEN:
Als het nu een vrij nette, misschien wel saaie, film blijkt te zijn en Wilders heeft zich bedacht. Is dit dan niet een beetje overacting wat u nu doet?


BALKENENDE:
We zullen het maar eens afwachten. Ik weet niet wat er in die film staat, dat zullen we dan afwachten, maar ik vind dat er alle reden is voor grote bezorgdheid. Ik maak mezelf zorgen en het is op basis van het effect die deze aangekondigde film wereldwijd heeft. De signalen zijn ernstig. Dat is ook de reden geweest waarom we vandaag in het kabinet in alle duidelijkheid hebben gezegd: er behoort een signaal te worden gegeven, na onze eerdere signalen, en dat wij spreken de heer Wilders aan op zijn verantwoordelijkheid. (letterlijke tekst, ongecorrigeerd, IW)