Voedsel en Waren Autoriteit

Jaarplan VWA 2007, in het kort

Jaarplan VWA 2007, in het kort

04 maart 2008 - nieuwsbericht

Kernbegrip in de totstandkoming van dit jaarplan is het toezichtarrangement. In een toezichtarrangement wordt een specifiek deel van het werkterrein van de VWA beschreven. Startend met de maatschappelijke ontwikkelingen en risico's en de beleidsdoelstellingen van de opdrachtgevers/departementen worden de operationele doelstellingen en activiteiten van de VWA beschreven. Aangezien beleids- en operationele doelstellingen zich veelal over een lange(re) termijn uitstrekken, heeft een toezichtarrangement meestal een meerjarig karakter. Een toezichtarrangement kan slechts in nauw overleg en met voldoende inhoudelijke inbreng van alle partijen, departementen en stakeholders tot stand komen. Daarbij ontstaat een beter zicht op de meerjarige ontwikkelingen.

Meer informatie:

Levensmiddelen en genotmiddelen
Productveiligheid/consumentenbescherming
Veterinaire volksgezondheid, diergezondheid/-welzijn en diervoeders levende
dieren
welzijn
van dieren
cosmetica huishoudchemicaliënen eieren
diergezondheid
/
dierziekte
Productveiligheid
Gezonde dieren
Voedselveiligheid
Genotmiddelen
Jaarplan 2007
in het kort
Jaarplan VWA 2007
februari 2007
De VWA werkt aan veilig en gezond voedsel, veilige producten en gezonde dieren. Daartoe brengt de VWA risico's in beeld, beoordeelt ze, communiceert erover, en maakt ze beheersbaar in de samenleving.
In het kort
Jaarplan VWA 2007
2
Jaarplan VWA 2007
3
VOORWOORD
De Voedsel en Waren Autoriteit is een organisatie die, op basis van onafhankelijke risicobeoordeling, oordeelt over gezondheids- en veiligheidsrisico's van voedsel en consumentenproducten en alert en slagvaardig optreedt tegen de oorzaken en veroorzakers als deze risico's te groot worden. De VWA vervult hiervoor drie kerntaken:

1. toezicht: toezicht op het naleven van wet- en regelgeving op het gebied van voedsel, consumentenproducten, diergezondheid en dierenwelzijn, alsmede de Drank- en Horecawet en Tabakswet
2. risicobeoordeling: het signaleren en analyseren van (mogelijke) bedreigingen op het hierboven aangegeven VWA-werkterrein

3. risicocommunicatie: het actief communiceren over risico's en mogelijkheden tot risicoreductie op basis van betrouwbare informatie
De VWA wil als autoriteit opereren en wordt daarin gesteund door de "Wet onafhankelijke risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit", zoals die in april 2006 is aangenomen. De VWA voert de genoemde kerntaken uit in opdracht van:
- VWS als het gaat om voedsel- en productveiligheid, gezonde voeding en genotmiddelen (omvang circa ¤ 75 mln.);

- LNV als het gaat om de voedselveiligheid van veterinaire producten, dierwelzijn en diergezondheid (omvang circa ¤ 20 mln.);

- LNV als het gaat om de uitvoering van de wettelijk opgedragen taak van toezicht op onder meer de vleeskeuring (omvang circa ¤ 41 mln., afkomstig uit retributies). De inkomsten van ¤ 136 mln. die worden gegenereerd door werkzaamheden dekken de kosten die daarvoor gemaakt worden niet. De verwachte kosten liggen ca. ¤ 28,6 mln. hoger. Dit tekort aan opbrengsten wordt door de departementen gecompenseerd als 'buitengewone baten'. De VWA vervult haar ambities door intensieve communicatie met de omgeving. Ze wil weten wat er speelt en heeft een antenne voor het opvangen van signalen en het beheersen en terugdringen van risico's. Hiervoor treedt zij in contact met bedrijven, organisaties en instanties waarop toezicht gehouden wordt en met de stakeholders. En vanwege de toenemende mondialisering van productie en handel is een inbreng in het (inter)nationale toezicht- en kennisnetwerk van groot belang. Kernbegrip in de totstandkoming van dit jaarplan is het toezichtarrangement. In een toezichtarrangement wordt een specifiek deel van het werkterrein van de VWA beschreven. Startend met de maatschappelijke ontwikkelingen en risico's en de beleidsdoelstellingen van de opdrachtgevers/departementen worden de operationele doelstellingen en activiteiten van de VWA beschreven. Aangezien beleids- en operationele doelstellingen zich veelal over een lange(re) termijn uitstrekken, heeft een toezichtarrangement meestal een meerjarig karakter. Een toezichtarrangement kan slechts in nauw overleg en met voldoende inhoudelijke inbreng van alle partijen, departementen en stakeholders tot stand komen. Daarbij ontstaat een beter zicht op de meerjarige ontwikkelingen.
De VWA is in beweging en zal ook de komende jaren in beweging blijven. Een, mede als gevolg van taakstellingen van het kabinet Balkende IV krimpend budget en een krimpende toezichtmarkt vragen om een herbezinning van taken en het reorganiseren van de uitvoering. Daarvoor heeft de VWA een nieuwe meerJaarplan VWA 2007

4
jarenvisie 2007-2011 en het Meerjarenplan Risicobeoordeling opgesteld. De VWA zal ontwikkelingen als Handhaven met Verstand en Gevoel, Transparantie en Effectief Toezicht voortzetten en uitbreiden. Dit vraagt ook om investeringen in de medewerkers en organisatie. En zal zodoende de nodige lenigheid en flexibiliteit van de gehele organisatie vragen.
André Kleinmeulman
Inspecteur-generaal
Jaarplan VWA 2007

5
INHOUDSOPGAVE

1. De maatschappij in beweging: De VWA in ontwikkeling 6
1.1 Meerjarenvisie 2007- 2011 6

1.2 Speerpunten voor 2007 7

1.3 Onafhankelijke Risicobeoordeling 7

1.4 Toezicht met effect 8

1.5 Terugtreden van de overheid 10

2. Toezichtarrangementen 11

2.1 Effectief Toezicht in de praktijk 11

2.2 Jaararrangementen 12

2.3 Bijzondere arrangementen 19

3. Financieel overzicht 21
3.1 Opbrengsten 22
3.2 Kosten 24

4. Organogram 25

5. Auditjaarplan 2007-2008 26
Jaarplan VWA 2007

6

1. DE MAATSCHAPPIJ IN BEWEGING: DE VWA IN ONTWIKKELING Een toezichthouder als de VWA is er primair om de naleving van wetten te bevorderen. Het gaat hierbij om wetgeving die is opgesteld om de consument te beschermen en de gezondheid te verbeteren. Toezicht houden brengt overlast met zich mee. Er moet gecontroleerd worden of de wet nageleefd wordt en indien dat niet het geval is dient actie ondernomen te worden. Maar terecht mag verwacht worden dat die overlast tot een minimum beperkt blijft, zeker voor degene die zich aan de wet houdt. Het is kabinetsbeleid om de overlast tot een minimum te beperken. De VWA werkt daar van harte aan mee. Door samenwerking te zoeken met andere toezichthouders in dezelfde branche, zoals de Algemene Inspectie Dienst, Plantkundige Dienst, Arbeidsinspectie en VROM-Inspectie. Door betere afstemming van activiteiten en door taken van elkaar over te nemen. Met programma's als Effectief Toezicht en Toezicht met Verstand en Gevoel treedt de VWA terug waar het kan, maar treedt hard op waar het moet.
1.1 Meerjarenvisie 2007- 2011
De VWA brengt dit voorjaar een nieuwe meerjarenvisie 2007- 2011 uit. De doelstellingen van de VWA voor deze periode zijn:

- blijvend slagvaardig optreden bij risico's

- met haar taken bijdragen aan het bereiken van gewenste maatschappelijke effecten
- transparant zijn in haar handelen en communicatief naar de samenleving
- verminderen van lasten en ergernis veroorzaakt door het toezicht
- verbeteren van de doelmatigheid en efficiency van de organisatie Deze strategische lijnen betekenen samengevat: 'meer effect met minder'. Om deze ambitie te kunnen waarmaken zal worden geïnvesteerd in de medewerkers en de organisatie. Hiervoor heeft de VWA een meerjarenontwikkelagenda opgesteld. De uitwerking van deze doelstellingen voor de komende jaren is hieronder samengevat. Hiermee intensiveert de VWA de lijn die al eerder in gang is gezet.

· Het bedrijfsleven zal meer dan nu het geval is worden aangesproken op zijn verantwoordelijkheid voor de veiligheid van producten die op de markt komen en de gezondheid en het welzijn van dieren. De VWA handhaaft proportioneel: 'zacht waar het kan, hard waar het moet'. Daartoe investeert de VWA in een adequaat sanctie-instrumentarium en in de doorontwikkeling van het instrument 'hulp bij naleving'. De zwaarte van de sancties wordt beter afgestemd op de ernst van de overtreding.
· Het toezicht van de VWA is toegespitst op reële risico's voor de consument. Import en de toenemende globalisering van productie en distributie van levensmiddelen en producten spelen daarbij een belangrijke rol.

· Versterking van de internationale samenwerking met collega-inspectiediensten in andere lidstaten van de EU, de Europese Commissie, de EFSA en het FVO in Dublin.
· Het verder professionaliseren van de crisis- en incidentenorganisatie van de VWA.
· De VWA houdt toezicht op kwaliteitssystemen van bedrijven en op het toezicht dat door andere publiekrechtelijke partijen wordt verricht (toezicht op controle). Het eigen toezicht sluit hierop aan en maakt ervan gebruik.

· Samenwerking met andere inspecties is een uitgangspunt, gericht op verhogen van de effectiviteit en efficiency van het toezicht en verminderen van toezichtlasten voor het bedrijfsleven. Dit betekent onder Jaarplan VWA 2007

7
meer dat de VWA tezamen met andere inspecties en het bedrijfsleven front offices vormgeeft in de horeca en vleesketen.

· De VWA introduceert een bonus-malusaanpak waarbij bedrijven die zich aantoonbaar houden aan de geldende wet- en regelgeving minder frequent geïnspecteerd worden door de VWA.
· Actief openbaar maken van toezichtarrangementen, het jaarplan en het maatregelenbeleid van de VWA alsmede resultaten van het toezicht, en een gefaseerde openbaarmaking van individuele controlegegevens.
· Het invullen van een blijvende en stevige verbinding met haar doelgroepen en stakeholders. Een goede communicatie over risico's en de Warenklachtenlijn maken hiervan deel uit.
1.2 Speerpunten voor 2007
In 2007 zet de VWA de eerste stappen in het werken met de bonus-malusaanpak. Dit is onder andere terug te vinden in de toezichtarrangementen 'Diervoeder', 'Samengestelde producten (industrieel)', en 'Horeca en ambachtelijke productie, distributie'.
Het toezicht wordt meer gericht op de controle van de systemen van bedrijven en importeurs. Met name binnen de productveiligheid probeert de VWA een slag te maken. Dit is terug te vinden in de toezichtarrangementen, 'huishoudchemicaliën en biociden', 'consumentenproducten met CE-markering' en 'algemene productveiligheid'.
De komende twee jaar wil de VWA het systeemtoezicht (HACCP) in alle levensmiddelenproductiebedrijven én diervoederbedrijven harmoniseren. Het nalevingsniveau van de basisvoorwaarden en van het HACCPsysteem dient in de industrie, bij import en bij de inkoop op een hoger niveau te komen. Het toezicht op de zuivelbedrijven en eiersector is teruggebracht tot het toezicht op de controlesystemen van de branche.
Met betrekking tot het welzijn van landbouwhuisdieren let de VWA onder meer op de voertuigen en dieren bij export. In de slachthuizen is het correct bedwelmen en doden van dieren een controlepunt. In 2007 zal er speciale aandacht zijn voor het bestrijden van illegale drankverstrekking in de bij de jeugd populaire hokken en keten, en voor de gang van zaken in de gesubsidieerde sportkantines. Het terugdringen van het aantal ongevallen met attractie- en speeltoestellen is eveneens een speerpunt in het VWS-beleid.

1.3 Onafhankelijke Risicobeoordeling
Onafhankelijke risicobeoordeling vloeit voort uit de beginselen van risicoanalyse zoals die internationaal zijn vastgelegd. Risico-evaluatie moet onafhankelijk zijn van het risicomanagement. Alleen zo kan de consument verwachten dat zijn belangen (bescherming van zijn gezondheid en veiligheid) zijn gewaarborgd en een goed onderbouwde beoordeling en inschatting van mogelijke risico's voor de volksgezondheid van voedsel en consumentenproducten mogelijk is. De uitvoering hiervan is geregeld in de Wet onafhankelijke risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit die in 2006 door het parlement is aangenomen. Adviezen in het kader van de wet worden uitgebracht aan de ministers van LNV en VWS. Het daarvoor opgerichte Bureau heeft als taken:

· het (doen) uitvoeren van wetenschappelijke risicobeoordelingen en het gevraagd en ongevraagd adviseren op basis hiervan
Jaarplan VWA 2007

8

· het (doen) verrichten van noodzakelijk wetenschappelijk onderzoek en het coördineren van het integrale onderzoeksprogramma voedsel- en consumentenproductveiligheid De activiteiten van het Bureau zijn signalering, coördinatie risicobeoordeling, advisering, onderzoekscoördinatie, onderzoeksformulering en begeleiding alsmede internationale activiteiten op dit terrein. Speerpunten zijn de ongevraagde adviezen en het onderzoek dat ter onderbouwing daarvan wordt uitgezet. Het merendeel van de risicobeoordelingen en de uitgebrachte adviezen zal gevraagd zijn door de VWA. Operationele doelen voor 2007 zijn:

- het werkproces over risicobeoordeling en advisering is duidelijk beschreven en toegankelijk, en de daarmee samenhangende positie en onafhankelijkheid van BuR is helder
- het gebruik door de risicomanager van risicobeoordelingadviezen neemt toe
- de coördinatie van een VWA-brede wetenschappelijke risicobeoordeling heeft vorm gekregen
- de coördinatie van een integraal onderzoeksprogramma is opgepakt
- concrete internationale samenwerking heeft geleid tot gemeenschappelijke onderzoeksprojecten
- er is een aantal proactieve activiteiten, gericht op het verkennen/signaleren van nieuwe risico's
1.4 Toezicht met effect
De maatschappij verwacht een overheid die toezicht houdt op zaken die voor de maatschappij van belang zijn en die maatschappelijke sectoren niet zelf kunnen regelen. Veilig en gezond voedsel en veilige producten zijn zaken die belangrijk gevonden worden. Daarbij geldt dat als dieren gehouden worden voor productie, of om onderzoek te doen, het welzijn van die dieren op een zo hoog mogelijk niveau ligt. Daarom zet de VWA bij uitbraken van dierziekten in op andere maatregelen dan grootschalige ruimingen. De VWA speelt een belangrijke rol om de genoemde maatschappelijke wensen gerealiseerd te krijgen, door toezicht op de naleving te houden en deze naleving ook te bevorderen. De last die dat toezicht oplevert moet echter wel zo beperkt mogelijk zijn. Dat kan als het toezicht effectief en samenhangend is ingericht, als samenwerking gezocht wordt met andere toezichthouders en als gebruikgemaakt kan worden van de kwaliteitsborging die al bij een bedrijf aanwezig is. Om dit te bereiken voert de VWA zelf een aantal verbeterslagen uit en neemt ze deel aan een aantal verbeterprogramma's die rijksbreed worden uitgevoerd.
Effectief
Toezicht dient effectief te zijn. Dat wil zeggen dat het toezicht gericht wordt op díé situaties waar risico's voor de gezondheid van consument en dier het grootst zijn en de naleving tekortschiet. Dat kan bereikt worden door hard op te treden als de wet overtreden wordt. Maar dat hoeft niet de meest effectieve wijze te zijn. Mogelijk dat ondernemers de relevantie van wetgeving niet begrijpen of onbekend zijn met nieuwe wetgeving. Alleen maar hard optreden is dan weinig effectief. Mogelijk dat een ondernemer al goede en geborgde kwaliteitssystemen heeft waarmee ook de risico's voor de voedselveiligheid en diergezondheid worden afgedekt en waarop het toezicht van de VWA kan aansluiten. De VWA zoekt naar methodes om naleving zo effectief mogelijk te stimuleren. Communicatie, voorlichting, en toezicht op de controlesystemen van de bedrijven zijn daarbij sleutelbegrippen. Jaarplan VWA 2007

9
Samenwerkende inspecties en eenduidig toezicht
Toezicht op verschillende beleidsterreinen wordt door verschillende toezichthouders uitgevoerd. De doelgroepbenadering wordt daarbij versterkt en de verkokering verminderd, zodat de ondernemers lagere toezichtlasten ervaren. Mogelijk dat een herverdeling van toezichttaken efficiënter en/of effectiever is. Daarom zoekt de VWA het overleg en de samenwerking met andere toezichthouders. Het inspectieberaad i.o. heeft een werkplan opgesteld waarbij aan de volgende onderdelen extra aandacht besteed zal worden:
- ontwerpen en uitvoeren van een gezamenlijke communicatiestrategie
- voor de informatie-uitwisseling tussen (inspectie)diensten is het beschikbaar hebben van een bedrijfsidentificatienummer rijksbreed in ontwikkeling. De VWA wil het bedrijfsID zo spoedig mogelijk in gebruik nemen voor een efficiënte informatie-uitwisseling tussen de diensten en met de onder toezicht staande bedrijven

- voor 2007 is voor het domein Horeca met de Arbeidsinspectie en de VROM-inspectie een gezamenlijk jaarplan voor het toezicht in deze sector opgesteld. Er is één front office ingericht. In 2007 is een reductie van toezichtlast van 15% voorgenomen. Verdergaande samenwerking tussen de inspecties inclusief mogelijke taakoverdracht wordt onderzocht en bij positief resultaat geëffectueerd. Ook het gemeentelijk toezicht zal daarbij als belangrijke speler worden betrokken
- in het domein Vleesketen worden de mogelijkheden van lastenvermindering en van effectiever en efficiënter toezicht verder ontwikkeld en geïmplementeerd
- samenwerking met VROM-inspectie, Arbeidsinspectie, provincies en gemeenten moet via effectief en efficiënt toezicht leiden tot veiliger attractieparken voor de gebruikers en tot minder toezichtlast voor de beheerders

- op andere toezichtdomeinen zullen soortgelijke initiatieven worden genomen
- de rol van de VWA bij de im- en export van dier en goederen en bij de bestrijding van dierziekten op Schiphol wordt ingepast in het geheel van het aanwezige toezicht
- de IGZ1 vervult de rol van front office voor het toezicht in de ziekenhuizen. In 2007 wordt de inbreng vanuit de VWA op het gebied van maaltijdbereiding, roken en speelgelegenheden ingepast in het geheel aan toezicht bij de ziekenhuizen

- in 2007 zal de samenwerking tussen AID2, PD3 en VWA verder worden uitgebouwd Transparantie
Een goede toezichthouder legt uit waarom hij toezicht houdt en maakt de keuzes in het toezicht inzichtelijk. De toezichthouder maakt zijn bevindingen zoveel mogelijk actief openbaar. De transparante toezichthouder verantwoordt zich achteraf voor de keuzes en de behaalde resultaten aan partijen - inclusief de consument
- binnen de (voedsel)productieketen, zodat zij hierop hun keuze kunnen baseren. De belangrijkste doelstellingen voor de VWA zijn:

- de samenleving krijgt inzicht wat zij van de VWA kan verwachten
- aan bedrijven en consumenten wordt een handelingsperspectief geboden De VWA is in 2006 voor twee pilots (residuen van bestrijdingsmiddelen in groenten en fruit, en signaleringsonderzoek transvetzuren) tot actieve openbaarmaking overgegaan en start in 2007 met openbaarma-
_______________________________________

1 Inspectie Gezondheidszorg

2 Algemene InspectieDienst

3 Plantenziektekundige Dienst
Jaarplan VWA 2007

10
king van de resultaten van de HACCP-pilot in slachthuizen. Deze pilots worden in 2007 geëvalueerd. In
2007 worden voorbereidingen getroffen voor de actieve openbaarmaking van gegevens over de hygiëne en voedselveiligheid in de ambachtelijke sector en veiligheid van doe-het-zelfproducten. Op basis van de genoemde evaluatie wordt in de tweede helft van 2007 beslist hoe de controlegegevens van de VWA structureel openbaar gemaakt zullen worden. Zeker is dat actieve openbaarmaking uitvoeringspraktijk wordt van de VWA. Ook het maatregelenbeleid zal worden gepubliceerd.
1.5 Terugtreden van de overheid
De VWA is in 2002 gevormd uit de voormalige Keuringsdienst van Waren en Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees. Beide onderdelen samen hadden een omzet van ¤ 195 mln. en in totaal bijna 2600 fte in dienst. Sinds de fusie en reorganisatie is het budget en de daaraan gekoppelde formatie stapsgewijs gedaald. In 2007 zullen de reguliere inkomsten van de VWA dalen tot ¤ 136 mln. en de formatie tot circa
1700 fte. Dat is een daling van bijna 30% in budget en 40 % in personeel ten opzichte van 2002. Een reductie van een dergelijke omvang en de ontwikkeling naar de nieuwe situatie brengt frictiekosten met zich mee. Tevens nemen door uitbesteden of gebruikmaken van eigen controlesystemen meestal de voor de VWA goedkoopste inspecties of onderzoeken in aantal af, en de complexere, duurdere resteren. Hierdoor stijgen de kostprijzen per inspectie en keuringen. Op sommige terreinen belandt de VWA op het aanvaardbare minimumniveau van toezicht:
· Op het gebied van 'diervoeders' worden geregistreerde bedrijven minder geïnspecteerd.
· Voor 'dierlijke bijproducten' is de inspectiefrequentie voor een aantal bedrijven de afgelopen jaren met meer dan 50% afgenomen. De keuzes die daarbij gemaakt zijn, zijn gebaseerd op risico's en naleving van de bedrijven (passend in het bonus-malussysteem).
· De wettelijke taak voor 'levende dieren' vraagt de nodige aandacht. Bij onverhoopte uitbraken van dierziekte dient de tracering op orde te zijn.

· Op het gebied van 'Samengestelde levensmiddelen (industrieel)' wordt het systeemtoezicht in de geregistreerde bedrijven verminderd.

· Op het terrein van etikettering en samenstelling van levensmiddelen - voor de consument belangrijke zaken - ontplooit de VWA minder activiteiten.
De VWA zal voortdurend monitoren of beperkter toezicht niet leidt tot een afname van de naleving en daarmee mogelijk gepaard gaande onacceptabele risico's voor de volksgezondheid en zal de minister daarover adviseren.
De VWA heeft dus ook op dit onderdeel de beweging van een terugtredend en kleiner wordende overheid, conform de wens van de politiek, al in gang gezet. Wat niet betekent dat de VWA nu achteroverleunt: we blijven zoeken naar verdere verbeteringen en optimalisatie van het werk. Daarvoor werkt de VWA aan een meerjarenvisie. De uitvoering hiervan levert een ontwikkelagenda die de vernieuwing in de inhoudelijke wijze van toezicht en de bedrijfsvoering alsmede een reorganisatie bevat. De VWA zal deze drie aspecten gaan uitvoeren met als motto: vernieuwend, met minder naar méér effect. Om deze ontwikkelagenda in goede samenhang en met daadkracht uit te voeren is voor een periode van twee jaar een programmabureau ingesteld: Programma Bureau Ontwikkelagenda (PBO).. Jaarplan VWA 2007

11

2. TOEZICHTARRANGEMENTEN
Een toezichtarrangement is een pakket aan waarnemings- en interventie-instrumenten die ingrijpen op de oorzaken of motieven van niet-naleving. Deze instrumenten worden volgens een vooraf bepaalde strategie ingezet. Een toezichtarrangement speelt een cruciale rol in de verbinding van het beleid met het toezicht, in de relatie met de bedrijven waarop toezicht wordt gehouden en in de opbouw van het programma van de VWA in 2007 en verder. Ook onderdeel van het toezichtarrangement vormt het handhavingsinstrumentarium dat in samenwerking met andere rijks- of lokale inspecties wordt opgezet. Monitoring, evaluatie en (interne en externe) communicatie maken deel uit van het toezichtarrangement. Toezichtarrangementen hebben veelal een meerjarig karakter. Om naleving te kunnen verbeteren zullen eerst het huidige niveau van naleving en de oorzaak van niet-naleving bekend moeten zijn. Vervolgens wordt met de inzet van de meest gepaste instrumenten de naleving verbeterd.
2.1 Effectief Toezicht in de praktijk
Bij het opstellen van de toezichtarrangementen wordt de methode van Effectief Toezicht toegepast. Volgens die methode wordt per sector eerst vastgesteld óf er risico's zijn. Dan wordt per sector een 'foto' gemaakt om de huidige stand van zaken - het nalevingsniveau - te bepalen. Dat gebeurt met het instrument 'methode effectmeting', een nulmeting (of als deze gegevens nog niet voorhanden zijn aan de hand van een expertinschatting of op basis van historische gegevens). Aan de hand van de nulmeting kunnen bedrijven, formulebedrijven (hoofdkantoor met filialen) en hele sectoren worden ingedeeld in de toezichtpiramide. In de categorieën 'permanent risico' en 'beperkt risico' is het nodig het nalevingsniveau te verhogen. Daar waar een permanent risico bestaat dient via de harde handhavingsinstrumenten, ondersteund met compliance assistance (nalevingshulp) een resultaatgerichte aanpak te gelden. Bij een beperkt risico zullen instrumenten worden ingezet als de steekproefmethode, handhavingscommunicatie en op maat gesneden compliance assistance, de schriftelijke afhandeling door de ondernemer, maar ook de betaalde herinspectie. Indien actie nodig is de sector op een hoger nalevingsniveau te brengen, treden de volgende stappen van Effectief Toezicht in werking: bepalen operationele doelstelling voor die sector, onderzoek naar oorzaken en motieven, ontwikkelen interventiemix en uitvoeren van de interventies. Na de interventies wordt Nagenoeg geen risico
Beperkt risico
Permanent risico
Harde handhavingsinstrumenten ondersteund met
nalevingshulp.
Steekproefmethode, handhavingscommunicatie
en op maat gesneden nalevingshulp
en herinspectie.
Vinger aan de pols houden met de
toezichtmonitor; in principe vindt
geen handhaving meer plaatsGroen .
Oranje
Rood
Jaarplan VWA 2007

12
opnieuw het nalevingsniveau bepaald. Het verschil heet dan effectmeting, waarmee kan worden vastgesteld of de inzet van de VWA tot het beoogde resultaat heeft geleid. In de categorie 'geen risico' zal kunnen worden volstaan met het 'vinger aan de pols houden' met de toezichtmonitor; er vindt dan in die sector in principe geen handhaving meer plaats. De VWA zal steekproefsgewijs de sector bekijken en beoordelen of het nalevingsniveau nog voldoende is en of het vertrouwen nog gerechtvaardigd is. Bij de toezichtmonitor kunnen verschillende instrumenten en signalen (zoals steekproef, monstername zowel chemisch als microbiologisch, consumentenklachten) gebruikt worden. Indien bedrijven afwijken ten opzichte van het gemiddelde van de sector is het mogelijk deze bedrijven hoger of lager in de piramide te plaatsen. Op grond van bijvoorbeeld consumentenklachten zullen bedrijven bezocht worden, ook als ze zich in de groene zone bevinden. Aan de hand van dergelijke signalen kunnen individuele bedrijven alsnog in een andere zone worden geplaatst, maar het kan ook een reden zijn om de sector aan een nader onderzoek te onderwerpen.

2.2 Jaararrangementen
Een toezichtarrangement heeft veelal een meerjarig karakter. Een aantal onderdelen hiervan heeft een meer uniform karakter, wat wil zeggen dat ze de komende jaren niet veel zullen veranderen. Deze onderdelen zijn als separate documenten beschreven en vastgesteld. Per jaar kan vastgesteld worden welke onderdelen dat jaar uitgewerkt zullen worden, beschreven als jaararrangement. Hieronder worden alle jaararrangementen kort beschreven.
Diergezondheid en dierziekte
Om het huidige niveau van diergezondheid te handhaven is een crisisorganisatie die 7 x 24 uur paraat staat om verdenkingen, incidenten en crises af te handelen essentieel. De VWA steekt de nodige energie in het paraat houden van die crisisorganisatie. Met partijen die participeren in de crisisbestrijding wordt afgestemd, geïnformeerd, voorgelicht, en worden contracten afgesloten. Met aangrenzende landen en buitenlandse delegaties wordt overlegd. De draaiboeken worden opgesteld of geactualiseerd, en oefeningen worden georganiseerd en uitgevoerd.
Ook in 2007 gaat de aandacht uit naar de aviaire influenza (vaccinatiecampagne en monitoring dode vogels) en de uitbraak van blauwtong. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de Afrikaanse paardepest of Equine Infectious Anemia (EIA), welke verwant is aan de ziekte blauwtong bij herkauwers. De VWA adviseert over de door LNV te ontwikkelen beleidsstrategie ten aanzien van de dierziektebestrijding. Welzijn van dieren
Het is verboden zonder een vergunning van de minister van LNV biotechnologische handelingen uit te voeren bij dieren. In deze vergunningen is een aantal voorschriften en beperkingen opgenomen. De VWA ziet toe op naleving van deze voorschriften en beperkingen. De VWA verleent en onderhoudt vergunningen voor de laboratoria die met proefdieren werken. Daarbij wordt onder meer gelet op de deskundigheid van personen, de huisvesting, verzorging, identificatie en registratie van dieren.
Met betrekking tot het welzijn van landbouwhuisdieren let de VWA onder meer op de voertuigen en dieren bij export. In de slachthuizen is het correct bedwelmen en doden van dieren een controlepunt voor het welzijnsbeleid van dieren.
Jaarplan VWA 2007

13
Diervoeder
Diervoeders staan aan het begin van de voedselketen. Schadelijke diervoeders kunnen daardoor schadelijke effecten hebben op de gehele voedselketen. De aandacht ligt bij de versterking van de garanties voor voedselveiligheid. Controle op de naleving van wet- en regelgeving die de voedselveiligheid als doel heeft, is één van de hoofdtaken. De als risico aangemerkte onderwerpen reststromen en import, blijven van belang. Doordat de regelgeving en het register van diervoedertoevoegingsmiddelen op orde zijn, kan het toezicht op het gebruik van niet-toegelaten toevoegingsmiddelen worden verstevigd. Het consumentenvertrouwen zal door een daadkrachtige aanpak van incidenten en een duidelijke communicatie over de inspectiebevindingen verbeterd worden.
Tot voor kort werden bij erkende bedrijven minimaal vier inspecties per jaar uitgevoerd. Bij erkende bedrijven zal de vuistregel van minimaal vier inspecties per jaar worden vervangen door de bonus-malusregel. Dit houdt in dat bedrijven die het aantoonbaar goed op orde hebben minder vaak bezocht zullen worden. Bedrijven die het niet op orde hebben, zullen vaker bezocht worden en als blijkt dat ze geen progressie maken in het naleven van de regelgeving, is de intentie van de VWA deze bedrijven te sluiten. Naast een verandering van de frequentie zal zowel bij erkende als geregistreerde bedrijven de inspectie meer risicogebaseerd/-gericht plaatsvinden. Concreet betekent dit dat tijdens inspecties niet de gehele lijst van erkenningsvoorwaarden wordt gecontroleerd, maar de controle op specifieke risico's plaatsvindt. Deze risico's worden aan de hand van kennis over de sector, of deelsector, opgesteld. Inspecties worden hierdoor beperkter van omvang, maar krijgen meer diepgang.
Een gedegen onderzoek naar oorzaken en motieven van niet-naleving in de diervoedersector is nog niet uitgevoerd. Het beeld daarover is tot nu toe gevormd door de incidenten van de afgelopen vijf jaar en dit beeld is mogelijk vertekend. Onderzoek in de diervoedersector zal duidelijker moeten maken wat, naast de mate van naleving, de achterliggende oorzaken en motieven van niet-naleving zijn. Dierlijke bijproducten
Het toezicht op de bedrijven die dierlijke bijproducten verwerken richt zich op de erkende bedrijven. Voor de ketens vis en zuivel wordt een nieuwe toezichtstrategie ontwikkeld. Levende dieren, levende producten
De VWA wil een verbetering van de kwaliteit van de exportcertificering realiseren. Daarvoor wordt de bonus- malusbenadering in de rundveesector geïmplementeerd en in de varkenssector aangescherpt. Een belangrijke indicatie voor het nalevingsniveau wordt verkregen uit de ontvangen klachten uit het buitenland. Streefdoel is het aantal klachten met 25% te reduceren ten opzichte van 2006. Vlees
De VWA wil het huidige niveau van de ante- en postmortemkeuring en het toezicht op de uitvoering van de postmortemkeuring door KDS (roodvlees) en bedrijfskeurders (pluimveevlees) handhaven. Met de introductie van de hygiëneverordeningen is een op risico gebaseerde aanpak geïntroduceerd. Te verwachten is dat de ketenkeuring bij varkens verder wordt geïntroduceerd en geoptimaliseerd. Ook een op risico gebaseerde aanpak van Trichinella zal waarschijnlijk zijn opwachting gaan maken. Jaarplan VWA 2007

14
Importcontroles
De wettelijk opgedragen taken met betrekking tot de importcontroles worden zo efficiënt mogelijk uitgevoerd. Daarbij wordt rekening gehouden met de opmerkingen die gemaakt zijn tijdens de gehouden FVOinspecties. De controle op ziekteverwekkers zal aangepast worden teneinde een beter inzicht te krijgen in de aanwezigheid van ziekteverwekkers, de kwaliteit van het productieproces elders en een verbetering van de veiligheid van de aangeboden veterinaire levensmiddelen. Samengestelde producten (industrieel)
De komende twee jaar wil de VWA het systeemtoezicht (HACCP) in alle levensmiddelenproductiebedrijven én diervoederbedrijven harmoniseren. Het nalevingsniveau van de basisvoorwaarden en van het HACCPsysteem dient in de industrie, bij import en bij inkoop op een hoger niveau te komen. Op bedrijven die reeds op een aanvaardbaar niveau zitten vermindert het toezicht, op de zwakke schakels in de keten neemt het toezicht toe. Om de toezichtlast te verminderen wordt onderzocht of de VWA private certificaten kan vertrouwen (toezicht op controle).
Visserijproducten, slakken en kikkerbillen
De VWA ziet toe op de implementatie van de hygiëneverordeningen en communiceert over de resultaten. Daarnaast worden visserijproducten op verschillende stoffen en micro-organismen die een potentieel risico vormen onderzocht.
Zuivel en eieren
Het toezicht op de zuivelbedrijven en eiersector is teruggebracht tot het toezicht op de controlesystemen van de branche. Zodoende is de belangrijkste doelstelling het formeel accorderen van het jaarplan van het COKZ en het CPE. In de zuivel- en eiersector wordt ervaring opgedaan met de waarde van bedrijfseigen (al dan niet gecertificeerde) kwaliteitssystemen. In een later stadium kan vervolgens bepaald worden op welke wijze het overheidstoezicht hier rekening mee kan houden (toezicht op controle). Horeca en ambachtelijke productie, distributie
Het doel is de voedselveiligheid (de inrichting, de hygiëne, de beheersing van processen en een adequate opleiding van personeel) in de ambachtelijke sector, horeca en detailhandel op een hoger nalevingsniveau te brengen. Er zal minder op details gelet gaan worden, maar meer of bedrijven de doelstellingen van voedselveiligheid behalen. Bedrijven of sectoren die reeds op een aanvaardbaar niveau zitten óf waar weinig of geen risico's zijn, krijgen minder aandacht. Met andere inspectiediensten wordt samengewerkt als de efficiency en/of de effectiviteit daarmee gebaat is, óf als het bedrijfsleven minder toezichtlast gaat ervaren. De VWA zal over de resultaten communiceren.
De criteria voor de indeling in de toezichtpiramide worden ontwikkeld. Als vertrekpunt wordt op basis van huidige gegevens de piramide al gevuld. Zo kunnen cafés zonder voedselbereiding al in de groene zone geplaatst worden. Binnen sectoren vinden vergelijkende onderzoeken plaats die een rol kunnen spelen bij de indeling. Door het toepassen van de methode van effectmeting worden feitelijke nalevingsniveaus zichtbaar. Gewenste nalevingsniveaus dienen te worden vastgesteld. Het toezichtbeleid (incl. het maatregelenbeleid, maatregelgrenzen, herinspecties, schriftelijke verantwoording door ondernemer) wordt per zone in de piramide uitgewerkt en vastgesteld. Vastgesteld wordt in welke situaties daarvan afgeweken kan worden. Vormen van nalevingshulp (compliance assistance) worden per Jaarplan VWA 2007

15
project ontwikkeld en beschikbaar gesteld aan de controleur. Een bijzondere vorm van nalevingshulp is de eerste beoordeling van een bedrijf na de registratie: het starbezoek. Hierbij wordt het bedrijf en de bedrijfsvoering beoordeeld door een controleur van de VWA, zodat de startende ondernemer weet waar hij aan toe is.
De VWA zal vaststellen op welke wijze rekening gehouden kan worden met zelfcontrolesystemen. Weten wat je koopt
De bewuste consument, die wil weten wat hij/zij koopt, moet op het etiket kunnen zien wat hij/zij koopt. Daarom wordt de samenstelling van levensmiddelen gecontroleerd. Daarbij is extra aandacht voor het etiketteren van allergenen en additieven (inclusief dranken). Om de naleving te verbeteren, zal in een pilot het eenvoudig etiketteren in de ambachtelijke sector gevolgd worden. Contaminanten en residuen in levensmiddelen, genetisch gemodificeerde organismen (GGO's) en Verpakkingen
De VWA onderzoekt jaarlijks residuen in producten van dierlijke en plantaardige oorsprong. Dit onderzoek wordt in een plan beschreven en aan Brussel aangeboden, en over de bevindingen in het voorafgaande jaar wordt gerapporteerd.
De VWA verricht onderzoek naar stoffen en producten die niet routinematig worden onderzocht in samenwerking met het RIVM. De informatie-uitwisseling daarover tussen de opsporende instanties wordt verbeterd. In dit kader zullen de werkzaamheden van de VWA in het kader van de Diergeneesmiddelenwetgeving worden geïnventariseerd.
Voor het komend jaar staan onder meer acties gepland waar het gaat om:
- dioxine in eieren van kippen met vrije uitloop
- Residuen (bestrijdingsmiddelen) in groente, fruit en bewerkte producten
- GGO-onderzoek op monsters genomen in het winkelkanaal
- Nitraat in groente

- Keramische materialen op de afgifte van cadmium en lood Pathogene micro-organismen in levensmiddelen, voedselinfecties en zoönosen De VWA onderzoekt de besmettingsniveaus met bepaalde pathogenen bij dieren (primaire fase, slachtlijn, productfase) en gesneden groente en fruit (ondersteuning RIVM-onderzoek). Speerpunt is het adequaat onderzoeken en afhandelen van alle meldingen van voedselinfecties en zoönosen. Daarbij wordt samengewerkt met GGD en RIVM, en worden de resultaten vastgelegd in een gemeenschappelijk systeem (Osiris). Voeding en gezondheid
Met betrekking tot obesitas volgt de VWA de ontwikkelingen in de markt om inzicht te houden in de aanwezigheid van producten op de markt en de verschuivingen die daarin plaatsvinden. Speciale aandacht is er voor de reclame en marketing die is gericht op kinderen, de portiegroottes, en de trends ten opzichte van voorgaande jaren.
Naast de reguliere handhaving ligt bij bijzondere eet- en drinkwaar het accent op het verder ontwikkelen van de handhavingsstrategieën zoals beschreven in het rapport 'Handhaven met verstand en gevoel'. Zo wordt het nieuwe toezichtbeleid (maatregelenbeleid, maatregelgrenzen, herinspecties en schriftelijke verJaarplan VWA 2007

16
antwoording door de ondernemer) ingevuld. Ook worden vormen van nalevingshulp ontwikkeld. De toezichtpiramide (zie 'horeca, ambachtelijke productie en distributie') wordt ingevoerd. Alcohol en tabak
Het terugdringen van schadelijk alcoholgebruik is één van de speerpunten van het beleid van VWS. De inzet van de VWA is erop gericht hieraan door middel van toezicht een betekenisvolle bijdrage te leveren. De distributie van alcoholhoudende drank onder het publiek valt onder het toezicht van de VWA. Er wordt zoveel mogelijk gewerkt volgens de methode van effectief handhaven; na het uitvoeren van een nulmeting wordt vastgesteld welke impact gestuurde handhavingsacties hebben. Met deze methode is bijvoorbeeld het afwijkingspercentage voor wat betreft de verboden verkoop van alcoholhoudende drank bij benzinestations met tientallen percenten teruggebracht tot 2%. Wat betreft het toezicht op de uitvoering van de Dranken Horecawet door gemeenten, maken gemeenten naar aanleiding van geconstateerde tekortkomingen plannen van aanpak.
Aan de handhaving van de leeftijdsgrens van 16 jaar bij de verkoop van tabak wordt evenzeer belang gehecht als ten aanzien van de handhaving van de leeftijdsgrenzen van 16 en 18 jaar voor alcohol. We hebben bij tabak gelukkig wel met veel minder potentiële jeugdige kopers te maken. De verkoop van tabaksproducten is echter meer diffuus. Het is moeilijk speciale 'hot spots' te selecteren. Voor wat betreft rookverboden, verkoopverboden, reclame- en sponsoringverboden, etiketteringsbepalingen en de normering van teer, nicotine en koolmonoxide is het zeker mogelijk zeer hoge nalevingpercentages te bereiken; 90% of meer.
Onderzoek biedt ondersteuning om te bepalen welke bedrijfstakken en maatschappelijke sectoren speciale aandacht behoeven ter bevordering van de naleven van het rookverbod. Last but not least zal er speciale aandacht zijn voor het bestrijden van illegale drankverstrekking in de bij de jeugd populaire hokken en keten, en voor de gang van zaken in de gesubsidieerde sportkantines. Cosmetische producten en lichaamsverzorging
Het toezicht op de cosmetica wordt systeemgericht opgebouwd. Met name de veilige productiemethode (Good Manufacturing Practice, GMP), de veiligheidsbeoordeling door het bedrijf, de ingrediëntendeclaratie, zuiverheid van grondstoffen en claims zijn onderdelen waar de aandacht naar uitgaat. De markt van de 'Wellness' is in ontwikkeling. De VWA inventariseert deze markt op mogelijke gezondheidsrisico's en mogelijke toezichthiaten. Indien deze aangetroffen, worden heeft de beheersing daarvan prioriteit.
Nog altijd worden cosmetische producten aangetroffen die ingrediënten bevatten die in de EU verboden zijn of pathogene micro-organismen bevatten en daarmee een gevaar voor de gezondheid vormen. De VWA treedt hiertegen op, in samenwerking met Douane en IGZ. Huishoudchemicaliën en biociden
De VWA levert een bijdrage aan de effectieve implementatie van EU- en nationale regelgeving op het gebied van chemische en microbiologische productveiligheid vanuit de optiek van effectief toezicht, zoals:
- de implementatietrajecten van Registration, Evaluation and Authorisation of Chemicals (REACH), Globally Harmonized System (GHS) en Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (WGB)
- samen met andere rijksinspecties, met name de VROM-inspectie en Arbeidsinspectie, ontwikkelen van handhavingsprogramma's voor de REACH-verordening en de WGB
- advisering van VWS over vigerende regelgeving en ontwikkelingen Jaarplan VWA 2007

17
De VWA streeft ernaar dat in 2010 alle doelgroepen zich voldoende bewust zijn van hun verantwoordelijkheden en verplichtingen met betrekking tot de chemische en microbiologische veiligheid van consumentenproducten. Daarvoor dient het bedrijfsleven te weten wat zijn verplichtingen zijn op het terrein van REACH en GHS voor consumentenproducten. Ook consumenten dienen te weten hoe zij veilig kunnen omgaan met gevaarlijke huishoudchemicaliën en biociden. Daarvoor wordt de voorlichting aan consumenten voorbereid. De nalevingsniveaus op het gebied van huishoudchemicaliën en biociden moeten ten minste gelijk blijven en waar mogelijk verbeteren.
De VWA streeft ernaar dat in 2010 een belangrijk deel van de activiteiten bestaat uit systeemtoezicht. Daarvoor:

- wordt een begin gemaakt met de transformatie naar systeemgericht toezicht
- wordt de kennis van de markt en naleving van huishoudchemicaliën en biociden vergroot Attractie- en speeltoestellen
Het terugdringen van het aantal ongevallen met attractie- en speeltoestellen is eveneens een speerpunt in het VWS-beleid. Het streven is een ongevalreductie te bereiken van 25% binnen tien jaar na in werking treden van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen in 1997. Om dat te bereiken wordt:

- de naleving van de eisen met betrekking tot essentiële veiligheidsproblemen zoals valdemping/ valzones bij speeltoestellen resp. constructie cakewalks, aanwezigheid veiligheidsbeugels, brandveiligheid en de veiligheid elektrische installaties bij fabrikanten en beheerders verbeterd
- gewerkt aan de bewustwording van ouders en gebruikers van de risico's van speel- en attractietoestellen alsmede de rol en verantwoordelijkheden die zij daarin zelf hebben
- intensieve samenwerking gezocht met toezichthouders in binnen- en buitenland als het gaat om veiligheid speel- en attractietoestellen

- het toezicht in het domein Recreatie, waaronder attractie- en dierenparken, vernieuwd Veiligheid en hygiëne tatoeages en piercings
Tatoeëren met schadelijke (verboden) kleurstoffen of onder slechte hygiënische omstandigheden kan een gevaar voor de gezondheid opleveren. Daarvoor wordt de effectmeting tatoeagekleurstoffen gecontinueerd. Het toezicht op producenten en importeurs van tatoeage- en PMU4-kleurstoffen wordt meer systeemgericht. Om de hygiëne te bevorderen voldoen tatoeage- en piercingshops aan de hygiënerichtlijnen en werken ze uitsluitend met een vergunning. Tegen ondernemers die zonder vergunning werken treedt de VWA handhavend op.
Consumentenproducten met CE-markering
VWS streeft een vermindering van het aantal ongevallen in de privésfeer na. Dit kan onder meer bereikt worden door te voorkomen dat consumenten worden blootgesteld aan onveilige consumentenproducten. Daartoe dient op termijn 90% van de producenten en EU-importeurs hun (veiligheids)dossiers maximaal op orde te hebben. Het productdossier dient aanwezig te zijn en er dient een systeem te zijn dat waarborgt dat onveilige producten tijdig worden gedetecteerd en getraceerd. Hiervoor wordt een toezichtmethodiek ont-
_______________________________________
4 Permanente Make-up kleurstoffen
Jaarplan VWA 2007

18
wikkeld voor het toezicht op productveiligheidssystemen, waarbij nader gedefinieerd wordt aan welke eisen een productveiligheidssysteem dient te voldoen. In 2007 zal een brede nulmeting worden uitgevoerd naar de mate waarin producenten en EU-importeurs in 2007 handelen volgens een productveiligheidssysteem. Algemene productveiligheid
Doelstellingen en activiteiten binnen dit toezichtarrangement vallen uiteen in twee delen:
- Toezicht op de veiligheid van producten waarvoor geen specifieke communautaire wetgeving voorhanden is:
o hoge en/of blijvend hoge naleving van de eisen met betrekking tot voor de veiligheid essentiële productkenmerken van kinderbedden en -boxen, en draagbaar klimmaterieel bij producenten en distributeurs
o bedrijven staan aantoonbaar en systematisch borg voor de veiligheid van de producten die ze verhandelen
o van de markt weren door de VWA van consumentenproducten waarbij sprake is van een ernstig risico
o hoge naleving van de eisen ter voorkoming van legionellabesmetting bij consumenten door watervernevelende systemen bij met name horecaondernemers en bij tuincentra
- Activiteiten van algemene aard ten behoeve van de modernisering van het toezicht productveiligheid: o systeemtoezicht: in 2007 is de algemene werkwijze systeemtoezicht productveiligheid uitgewerkt en zijn algemene werkvoorschriften beschikbaar. Controleurs worden opgeleid en uitvoeringsteams systeemtoezicht worden opgezet o invoering handhavingsprincipes 'Handhaven met verstand en gevoel': eind 2007 zijn het maatregelbeleid productveiligheid en de daartoe behorende werkvoorschriften aangepast. Controleurs worden opgeleid en zijn in staat nalevingshulp te bieden waar dat aan de orde is
o er worden criteria ontwikkeld om te kunnen oordelen over de noodzakelijkheid van een publiekswaarschuwing en/of een terugroepactie
Jaarplan VWA 2007

19

2.3 Bijzondere arrangementen
Naast de jaararrangementen die betrekking hebben op de toezichtactiviteiten van de VWA wordt nog een aantal andere activiteiten of onderzoeken uitgevoerd. Deze activiteiten zijn beschreven in 'bijzondere arrangementen'. Hieronder zijn de belangrijkste hiervan weergegeven. Nationaal Controle Plan
In 2007 dient overeenstemming met de opdrachtgevers en met FVO bereikt te worden over de aard en het format van de rapportage, zoals die op 1 juli 2008 moet worden aangeleverd. Aan het eind van 2007 wordt het NCP aangepast op basis van de aanpassingen in de toezichtarrangementen en eventuele andere ontwikkelingen.
In 2007 wordt de zogenaamde General Audit uitgevoerd, waarbij de VWA een coördinerende rol heeft voor de Nederlandse toezichthouders.
Incidentenmanagement/klachtenorganisatie
De doelstellingen van de klachtenorganisatie zijn:
- reageren op meldingen/klachten, signaleren en verhelpen van concrete misstanden (incidentmanagement)
- input voor signalering en risicoanalyses; antenne van de organisatie en verschaffen informatie voor het niveau van naleving

- verkleinen van de kloof tussen burgers en overheid enerzijds en bedrijven en overheid anderzijds door een grotere transparantie van het overheidsoptreden. VWA Andere Overheid
Het domein Luchthavens, onderdeel Schiphol, wordt getrokken door de Inspectie Verkeer & Waterstaat. De VWA participeert daar hoofdzakelijk vanuit dienst Zwijndrecht in de dagelijkse werkzaamheden van de afdeling Import, en is vooralsnog relatief beperkt in omvang. Het domein Ziekenhuizen wordt getrokken door de Inspectie Gezondheidszorg. De VWA participeert daarin. Nadat de jaarplannen 2006 zijn verschenen, worden de nodige vervolgstappen gezet voor de planning 2007 en de realisatie daarvan.
Voor het domein Vleesketen is een raming opgenomen die de inzet vanuit de VWA voor 2006 en gedeeltelijk 2007 voorschrijft. Voor de ontwikkeling van het implementatieplan en de daadwerkelijke implementatie is nog geen begroting besproken. Per regio zal een beperkt aantal medewerkers opgeleid worden om taken van andere inspecties over te kunnen nemen, zoals van de AI en VI. De daarbij behorende 'checklijsten' worden ontwikkeld en ingevoerd.
De eerste fase in het domein Horeca is afgerond met het verschijnen van het rapport 'Naar vernieuwd toezicht in de horeca'. In het plan van aanpak voor de volgende fase is een begroting voor 2007 opgenomen voor zes te bereiken doelen.
Internationale samenwerking
De komende jaren zal de relevantie van Azië en met name China voor het werkterrein van de VWA toenemen. Bij de Chinese autoriteiten bestaat behoefte aan kennis over de VWA en het starten van kennisuitwisseling op het gebied van voedselveiligheid. Daarnaast is China een groot exporteur van consumentenproJaarplan VWA 2007
20
ducten en in toenemende mate van levensmiddelen naar de EU. Regelmatige bilaterale contacten met de directe buurlanden maken het mogelijk zoveel mogelijk één lijn te trekken in de handhaving en elkaar snel te informeren en te reageren in geval van crises.
De VWA zal blijven inzetten op een goede samenwerking met belangrijke niet-Europese partners zoals de VS en Japan.
De VWA streeft ernaar de samenwerking met de OIE te intensiveren en de banden te versterken. De VWA participeert in een drietal vrijwillige samenwerkingsverbanden: Food Law Enforcement Practitioners (FLEP), Prosafe en het forum van Hoofden van Nationale Autoriteiten. In 2007 vervult Nederland het voorzitterschap en het secretariaat van Prosafe. Prosafe heeft een voorstel voor een project 'best practice techniques' ingediend bij de Commissie waarin 18 landen zullen participeren. Participatie in internationale projecten kan de VWA helpen invulling te geven aan haar missie door onze visie op toezicht, risicocommunicatie en risicobeoordeling uit te dragen en tevens het internationale netwerk uit te breiden of te versterken. Participatie in projecten biedt VWA-medewerkers de gelegenheid internationale ervaring op te doen en hun blik te verbreden.
Zoönose en expertisecentrum
Aan de volgende onderwerpen wordt aandacht besteed:
- diagnostiek, surveillance, datacollectie en -rapportage
- signalering, bron-/contactonderzoek en outbreakmanagement
- coördinatie en prioritering onderzoek

- protocollen en draaiboeken

- risicocommunicatie en voorlichting
Bestuurlijke Boetes
Bij overtredingen van de Warenwet, de Tabakswet en de Drank- en Horecawet worden boetes opgelegd. De binnen de VWA opgenomen afdeling Bestuurlijke Boetes (aBB) is daarbij verantwoordelijk voor een consistente toepassing van dit toezichtinstrument. ABB verzorgt tevens het opstellen van de boetebeschikkingen als gevolg van de opgemaakte boeterapporten door de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ) van het ministerie van VWS en door de Stichting ControleBureau voor Eieren en Eiproducten (CPE).
Optimalisering methodeontwikkeling laboratoria
In de laboratoria worden, naast de uitvoering van een handhavingsproject, werkzaamheden uitgevoerd voor de optimalisering van methodes. Het betreft hier bijvoorbeeld harmonisatie van analysemethoden en participatie in Europese netwerken die ten doel hebben onderzoekstechnisch een vergelijkbare standaard te ontwikkelen binnen alle EU-lidstaten. Daarnaast wordt ingezet op de ontwikkeling van onderzoeksconcepten die horizontaal inzetbaar zijn voor de verschillende domeinen van de VWA-laboratoria, levensmiddelen en productveiligheid. De ontwikkelde kennis is de basis voor een flexibele inzet van het onderzoeksinstrumentarium ten tijde van crises en terreurdreiging op het gebied van voedsel- en productveiligheid. Good Laboratory Practice (GLP)
Doel is het uitoefenen van toezicht op de implementatie van de OESO GLP Principes bij het uitvoeren van veiligheidsonderzoek aan geneesmiddelen, diergeneesmiddelen, industriële chemicaliën, bestrijdingsmiddelen, voedsel- en voederadditieven en biociden.
Jaarplan VWA 2007
21

3. FINANCIEEL OVERZICHT
Overzicht van begrote baten en lasten van de VWA in 2007 NB: prognose is overgenomen uit de 2e MCS 2006 VWA Toelichting
De ¤ 136 mln. opbrengsten die worden gegenereerd door de werkzaamheden dekken de kosten die daarvoor gemaakt worden niet. De verwachte kosten liggen ca. ¤ 28,6 mln. hoger. Dit tekort aan opbrengsten wordt door de departementen gecompenseerd wat is terug te vinden onder 'buitengewone baten'. Bedragen x ¤ 1 000*
2005
Prognose
2006
Jaarplan 2007
Baten
Opbrengst LNV 33.372 35.524 19.463
Opbrengst VWS 80.700 76.823 74.919
Opbrengsten DGF 300 3.500 0
Opbrengst derden 73.381 40.400 41.175
Rentebaten 217 0 0
Overige baten 956 775 1.050
Buitengewone baten 1.508 0 28.620
Exploitatiebijdrage 3.175 0
Totaal baten 193.609 157.022 165.227
Lasten
Apparaatskosten 187.776 157.826 154.500

- personele kosten 114.587 102.421 101.376

- materiële kosten 73.189 55.405 53.124
Rentelasten 1.506 650 1.150
Afschrijvingskosten 6.158 5.818 8.300

- materieel 5.484 5.818 8.300

- immaterieel 674 0 0
Dotaties voorzieningen 1.074 1.000 800
Buitengewone lasten 61 950 500
Totaal lasten 196.575 166.244 165.250
Saldo van baten en lasten -2.965 -9.222 -23

* De baten en kosten zijn exclusief de BTW op inhuur practitioners en ass. KDS. Deze kosten zijn immers volledig voor rekening en risico van LNV. Jaarplan VWA 2007
22

3.1 Opbrengsten
Toelichting opbrengsten LNV
De totale opbrengsten LNV zijn gebaseerd op de beschikbare budgetten op de begroting van diverse beleidsafdelingen van LNV. Ze zijn als volgt opgebouwd:
opbrengsten LNV (*¤ 1.000)
bijdrage jaarplan LNV/VD 18.300
dierenwelzijn LNV/DL 210
aquacultuur LNV/Vis 46
waterkippen LNV/IH 7
loon- en prijscompensatie 2007 900
totaal opbrengsten LNV ex buitengewone baten 19.463 Toelichting opbrengsten VWS
De totale opbrengsten VWS zijn gebaseerd op de beschikbare budgetten op de begroting van de beleidsdirectie VGP, inclusief volledige loon- en prijsbijstelling, en is als volgt opgebouwd: opbrengsten VWS (*¤ 1.000)
structurele bijdrage VWS 66.992
BuR 303
RIVM 6.774
SOMS 50
loon- en prijscompensatie 2007 800
totaal opbrengsten VWS ex buitengewone baten 74.919 Opbrengsten derden
De opbrengsten derden zijn op grond van de TLP-analyse geraamd op een bedrag ad ¤ 40 mln. Daarnaast worden in verband met loon- en prijsbijstelling de tarieven voor 2006 met 1,93% geïndexeerd. Inclusief de indexering wordt ruim ¤ 41 mln. aan veterinaire opbrengsten van derden verwacht. Deze opbrengsten dekken de kosten echter niet. De bijzondere baten vullen grotendeels het verschil tussen kosten en opbrengsten van de markt voor derden aan.
Overige baten
De overige baten worden net zoals vorig jaar geraamd op een bedrag ad ¤ 1,05 mln. Dit betreft opbrengsten van derden voor het verstrekken van certificaten, pre-accessie, et cetera. Jaarplan VWA 2007
23
Buitengewone baten
De ministeries van LNV en VWS betalen deze ¤ 28,7 mln. Het bedrag is opgebouwd uit de volgende componenten:
· ¤ 2,1 mln. aanvulling door de eigenaar voor bovenmatige DICTU-kosten
· ¤ 2,3 mln. frictiekosten voor afbouw VWS-werkzaamheden door VWS
· ¤ 2,85 mln. voor het verschil tussen de geheven tarieven en de gemaakte kosten door LNV
· ¤ 0,07 mln. voor het verschil tussen de geheven tarieven en de gemaakte kosten door VWS
· ¤ 4,2 mln. frictiekosten voor afbouw veterinaire werkzaamheden voor derden door LNV
· ¤ 1,8 mln. frictiekosten voor afbouw veterinaire werkzaamheden voor derden door VWS
· ¤ 1,9 mln. voor tijdelijke formatie (administratief personeel e.d.) door LNV
· ¤ 1 mln. voor de kostprijsverhoging voor veterinaire werkzaamheden voor LNV
· ¤ 1 mln. voor de kostprijsverhoging voor veterinaire werkzaamheden voor VWS
· ¤ 5 mln. voor de kostprijsverhoging voor veterinaire werkzaamheden voor derden, door LNV
· ¤ 2,7 mln. verschil kosten en opbrengsten roodvlees (maximering roodvlees), door LNV
· ¤ 3,7 mln. transitiekosten roodvlees, uit transitiegelden, door LNV De totale bijdrage voor de buitengewone baten voor LNV is ¤ 23,5 mln. De totale bijdrage voor de buitengewone baten voor VWS is ¤ 5,2 mln. Nog niet opgenomen in het financieel overzicht zijn de financiële gevolgen van de volgende claims en activiteiten:
· Voor het programma van BuR is een budget van circa ¤ 11,5 mln. nodig. De benodigde financiën voor de onderzoeksprojecten worden gedekt uit verschillende bronnen: MAP RIVM 9, het vrije budget, via reguliere onderzoeksprogrammering van LNV en eventueel via inkomsten van EU/EFSA voor specifieke projecten. Het onderzoek voor de ongevraagde advisering zal vooral uit de vrije onderzoeksmiddelen gefinancierd moeten worden. De extra bijdrage ad ¤ 2,15 mln. voor BuR is geclaimd in het jaarplan 2005. Door elke opdrachtgever ¤ 300.000 gehonoreerd, en ¤ 250.000 wordt bijgedragen door de VWA zelf, in totaal dus ¤ 0,85 mln. Hierdoor blijft over ¤ 2,15 mln. Het bedrag BuR wordt gedekt door hetzij een extra toekenning, hetzij uit de gerealiseerde taakstelling van de VWA. In het laatste geval is deze bijdrage pas te benutten als die taakstelling behaald is.
· VWA Andere Overheid. Voor dit programma staat een aantal activiteiten gepland in de reguliere handhaving, die om extra coördinatie en begeleiding vragen. Die extra begeleiding wordt geschat op ¤ 1,0 mln. De bedoeling is dat dit ten laste komt van gelden van BZK dan wel van het IG-beraad. Er zijn budgetten beschikbaar zowel bij BZK als het IG-beraad, maar die zijn vrijwel zeker niet toereikend en het is nog onduidelijk welk deel wel gehonoreerd wordt. Het programma zal daarom gedekt worden door in de uitvoering alle toezichtarrangementen voor een deel met dit programma te belasten. Met andere woorden, de uitvoering van het PAO zal deels ten koste gaan van een deel van de uitvoering van de toezichtarrangementen.

· Project client 2007 pro memorie.
Jaarplan VWA 2007
24
3.2 Kosten
Personeelskosten
In de personeelskosten is rekening gehouden met de CAO-stijging van zowel 2006 (2,8%) als 2007 (aanname
2%). Het percentage voor de CAO 2007 is aan de lage kant. De kosten van personeel zijn gebaseerd op het aangepaste Organisatie Besluit. Tevens is rekening gehouden met kosten voor tijdelijke formatie ad ¤ 1,9 mln. Verder is mede op grond van de TLP-analyse rekening gehouden met inzet van practitioners (ca. ¤ 6 mln.) om het tekort aan dierenartsen op te vangen. Materiële kosten
De materiële kosten bedragen in totaal ¤ 53 mln. In deze kosten is rekening gehouden met een bedrag van ca. ¤ 8 mln. voor automatiseringskosten. Daarnaast omvat deze post voor ca. ¤ 7 mln. aan uitbesteed onderzoek bij het RIVM, ¤ 8 mln. voor materiële labkosten en ¤ 9 mln. reis- en verblijfkosten. Voor huisvesting is ¤ 13 mln. opgenomen. De overige kosten bestaan o.a. uit bureau- en overige bedrijfskosten. Rentekosten
De rentekosten zijn gebaseerd op de uitstaande leningen en de verwachte investeringen gespecificeerd naar looptijd. De leningen sluiten vanwege de stelselwijziging van vorig jaar niet aan op de looptijd van de activa. Er zijn geen middelen binnen de VWA aanwezig om vervroegd af te lossen. Afschrijvingskosten
De materiële en immateriële afschrijvingskosten zijn gebaseerd op de huidige boekwaarde van de activa en de verwachte investeringen in 2006 en 2007.
Dotaties voorzieningen
De dotaties voor voorzieningen is geraamd op ¤ 0,8 mln. in verband met de reorganisatie. Buitengewone lasten
De buitengewone lasten zijn geraamd op ¤ 0,5 mln. voor de afhandeling van tijdelijk personeel. Jaarplan VWA 2007
25

4. ORGANOGRAM
Het organogram van de VWA ziet er in 2007 als volgt uit: Jaarplan VWA 2007
26

5. AUDITJAARPLAN 2007-2008
Het auditprogramma 2007-2008 is opgesteld in samenhang met de directorale implementatieplannen en het vijfjarig EU-controleplan. Het beschrijft onder meer de interne audits en bijzondere onderzoeken. Daarnaast worden ook projecten in het kader van verbetering van de interne beheersing opgenomen. In het auditprogramma zijn auditobjecten gerangschikt op basis van een VWA-brede inventarisatie van risicofactoren, van processen, projecten, structuren en systemen. Daarnaast zijn onderwerpen opgenomen die voortkomen uit wettelijke en internationale verplichtingen.
Hoofdthema's en daarop aansluitende audits
Management control
Binnen de kaders van het management control-systeem vindt de sturing en beheersing plaats die nodig zijn om de doelstellingen zoals geformuleerd in het jaarplan te realiseren. Audits binnen dit thema zijn erop gericht een actueel en objectief beeld te geven van informatie met betrekking tot de control-status van de VWA. Dit is inclusief risicobeheersing en verslaglegging. In het bijzonder aanvullende zekerheid met betrekking tot de onderbouwing voor de managementverklaring van de inspecteur-generaal. Binnen dit thema zijn de volgende audits voor 2007 gepland:
- Financiële kaderstelling/planningcyclus;

- Managementrapportages;

- Integraal management;

- Toetsing borging concern risico's
Toezichtarrangementen en bijzondere arrangementen
Een toezichtarrangement bestaat uit een pakket aan waarnemings- en interventie-instrumenten die ingrijpen op de oorzaken of motieven van niet-naleving. Kritisch hierbij is dat er sprake is van een strategie en een optimale combinatie, gekoppeld aan doelgroepen. Binnen dit thema komen de navolgende onderzoeken in 2007 aan de orde die zich richten op het management van toezichtarrangementen:
- de totstandkoming van het jaarplan en toezichtarrangementen
- uitvoering van arrangementen
Conformiteit en accreditatie
De conformiteitsaudit is een audit met name gericht op controle van de naleving van wetten, reglementen, beleidslijnen, normen, procedures en interne richtlijnen. De geaccrediteerde onderdelen van de dienst dienen jaarlijks geaudit te worden om ervoor te zorgen dat het niveau van de accreditatie gewaarborgd blijft. Het betreft de accreditaties voor de laboratoria en de Buitengrens Inspectie Post (BIP). HRM
Medewerkers en hun specifieke kennis over VWA-bedrijfsprocessen en aandachtsgebieden zijn een keyfactor voor de VWA. Binnen dit thema worden onderzoeken uitgevoerd gericht op:
- opleiding, vorming en kennismanagement

- aansluiting kennis en vaardigheden bij taken Jaarplan VWA 2007
27
Verbeteren en vernieuwen
Van belang is dat de organisatie adequaat reageert op resultaten en aanbevelingen uit onderzoeksrapporten. Zodanig dat effectieve en efficiënte verbeteracties gekozen worden die door een tijdige invoering ook tot structurele verbeteringen leiden. Aan de orde komt het proces vanaf de ontvangst van de rapporten door de verantwoordelijke manager, tot aan de verdere interne communicatie, verwerking en terugmelding, zoals interne en externe communicatie van klachten naar de verantwoordelijke en naar de klager. Hiernaast is voor de interne auditafdelingen zelf inrichting en beheersing van de eigen werkprocessen van belang. Borging hiervan vindt plaats door middel van onderlinge toetsing (review). Aan de orde kunnen komen audits naar de totstandkoming van interne auditrapporten, de follow-up van interne auditrapporten, de follow-up van onderzoeksrapporten door derden, met name rapporten van FVOmissies, van de Departementale Auditdienst en van de Algemene Rekenkamer. Communicatie
Effectieve communicatie intern en extern draagt bij aan de betrokkenheid en motivatie van werknemers, aan realisatie van de doelstellingen en aan het versterken van de relatie met burgers en bedrijfsleven. Voor 2008 staan audits gepland inzake de Communicatie Strategie, Beeld van de VWA in de buitenwereld en Effectiviteit van de klachtafhandelings- en post- en archiefprocedures. Primaire taken DU en vijfjarenplan Verordening 882/2004 (FVO) Audits zijn gepland voor 2007 en 2008 onder andere inzake:
- Practitioners;

- Uitvoering maatregelenbeleid TCP teams in de verschillende regio's;
- Erkenningenprocedure (BREIN).
Betrokkenheid bij accountantonderzoek
Door de afdeling KIC wordt meegewerkt aan de onderzoeken van de Auditdienst van LNV in verband met de jaarrekening van de VWA.
Overige onderwerpen
Naast bovengenoemde thema's en onderzoeksobjecten staan onder andere de volgende audits en onderzoeken gepland voor 2007 dan wel 2008.

- Risicoadvisering en onderzoeksprogrammering BUR;
- Operational audit hoe en op welke wijze de ICT-afdeling de doelstellingen van de VWA faciliteert;
- Programma Ontwikkel Agenda.