Gemeente Utrecht

2008 SCHRIFTELIJKE VRAGEN 09 Vragen van de heer V. Oldenborg (ingekomen 6 februari 2008
en antwoorden door het college verzonden op 4 maart 2008)

Eind 2007 heeft het college bekend gemaakt dat er eindelijk extra ruimte gecreëerd wordt voor autodate-plekken, zoals wordt aangeboden door Greenwheels en Connectcar. Initiatieven die het voor inwoners van Utrecht mogelijk maken een auto te delen. Op deze manier wordt er een bijdrage geleverd aan het verminderen van 'het blik' op straat en dat is - naast alle ander voordelen - in de ogen van Leefbaar Utrecht een goede zaak.

Een andere constructie die het blik op straat verminderd, is de particuliere autodeling. Twee of meer gezinnen delen één auto, en die stemmen onderling af wie de auto wanneer gebruikt. In de ogen van Leefbaar Utrecht is dit een constructie die - net als de autodate-plekken - een warme omarming door de gemeente verdienen.

Met het oprukken van de betaaldparkeerzones in de stad Utrecht, worden de particuliere autodelers die niet in één parkeerrayon wonen echter op aanzienlijke extra kosten gejaagd. Allereerst moet voor elk parkeerrayon afzonderlijk het volle bedrag betaald worden, daarnaast verplicht de gemeente de eigenaars elk jaar een verklaring aan te vragen bij de vereniging gedeeld autogebruik. Deze verklaring kost 20 euro, per autodeler.

Zodoende kost een lovenswaardig initiatief als particuliere autodeling voor twee gezinnen, die wonen in twee verschillende parkeerrayons (gebied 2), maar liefst 2,67 maal méér aan parkeerkosten (160 euro per jaar) dan een gezin dat één eigen auto voor de deur heeft staan (60 euro per jaar). Omdat één deelauto toch echt maar één parkeerplek tegelijk kan innemen, is het in de ogen van Leefbaar Utrecht onbegrijpelijk dat dit zoveel duurder uitvalt voor de autodelers.

Daarom de volgende vragen:


1. Hoe staat het college van b&w tegenover particuliere autodeling? Het college van b&w is van mening dat particulier autodelen, evenals het concept dat wordt aangeboden door commerciële autodate-organisaties, bijdraagt aan de doelstellingen van het parkeerbeleid, namelijk het verbeteren van bereikbaarheid en luchtkwaliteit


2. Is het college het met Leefbaar Utrecht eens, dat de kostenstructuur van de gemeente particuliere autodeling niet aantrekkelijk maakt? Zo nee, waarom niet? Nee. De kosten voor een parkeervergunning zijn, als onderdeel van het parkeertarievenbeleid, laag. Op de inschrijvingskosten die de Vereniging voor gedeeld autogebruik jaarlijks in rekening brengt, kan de gemeente geen invloed uitoefenen.


3. Is het college bereid de kostenstructuur voor particuliere autodeling zo aan te passen (bijvoorbeeld door twee rayons op één parkeervergunning te zetten), dat het voor de inwoners van Utrecht aantrekkelijker wordt een auto te delen en zo een bijdrage te leveren aan het verminderen van 'het blik' op straat? Zo nee, waarom niet? Zie antwoord op vraag 2. De uitgifte van een parkeervergunning per parkeerrayon is noodzakelijk voor een goed beheer van de parkeerbezetting in het rayon. De uitgifte van één parkeervergunning voor verschillende parkeerrayons geeft geen volledig beeld van de vergunninguitgifte per parkeerrayon. Met het oog op een optimale regulering van parkeren zijn exacte en actuele gegevens nodig.


4. Is het mogelijk de verplichting voor het overleggen van de verklaring van de vereniging gedeeld autogebruik te versoepelen, zodat ook op dit vlak mogelijk kosten bespaard kunnen worden?

De afdeling Parkeren van de gemeente Utrecht krijgt zowel van de inschrijving bij de Vereniging voor gedeeld autogebruik als van de uitschrijving schriftelijk bericht van de Verenging zelf. Van het jaarlijks overleggen van (een kopie van) het inschrijvingsbewijs door de aanvrager en houder van de parkeervergunning is geen sprake. Het verplicht stellen van het overleggen van een verklaring van de Vereniging Gedeeld Autogebruik is overigens ingesteld omdat daarvóór helaas misbruik werd gemaakt van de autodeelregeling.