Rabobank Nederland

RABOBANK GROEP:
2007 GOED JAAR IN TURBULENTE MARKT

* Nettowinst stijgt met 14% tot 2,7 miljard euro
* Tier 1-ratio komt uit op 10,7

* Rendement eigen vermogen 10,1%

* Negatief resultaat op indirecte subprime-exposure 284 miljoen euro
* Kredieten aan private cliënten stijgen met 10% tot 356 miljard euro
* Toevertrouwde middelen nemen toe met 6% tot 250 miljard euro
* Particuliere en zakelijke spaargelden stijgen met 20 miljard euro tot 156 miljard euro
* Eigen vermogen stijgt met 2,0 miljard euro tot 31,4 miljard euro
* Baten stijgen met 14% tot 11,5 miljard euro
* Bedrijfslasten nemen toe met 12% tot 7,7 miljard euro
* Efficiencyratio verbetert met 1,5%-punt tot 67,0%
* Risk Adjusted Return On Capital (RAROC) bedraagt 13,0% 'De Rabobank Groep heeft een goed maar turbulent jaar achter de rug. Ik heb in mijn 38-jarige carrière nog nooit een jaar meegemaakt waarin zoveel kwesties speelden als in 2007. Meest in het oog springend voor onze sector was natuurlijk de kredietcrisis die de financiële wereld in beroering bracht. Desondanks wisten we wederom te voldoen aan onze eigen financiële doelstellingen, en steeg de nettowinst met 14% tot 2,7 miljard, vergeleken met 2,3 miljard in 2006. Nagenoeg alle groepsonderdelen droegen bij aan deze winststijging, wat niet alleen het nut reflecteert van een goede spreiding van onze activiteiten, maar ook de kracht van een bescheiden risicoprofiel. We hebben niet voor niets een Triple A-rating. In 2007 is grote vooruitgang geboekt bij de realisatie van een aantal strategische doelen. In enkele voor de Rabobank Groep belangrijke markten in Nederland, waaronder de hypotheekmarkt, konden we onze positie verstevigen. Daarnaast hebben we volop geïnvesteerd in nieuwe distributiekanalen om de klant van vandaag en morgen nog beter te kunnen bedienen. Verder hebben we onze internationale retailbankactiviteiten flink uitgebreid. Ook onze dochters konden in 2007 conform de strategische uitgangspunten hun activiteiten en marktposities verstevigen. Bij ons handelen staat duurzaamheid centraal. Wat dit betreft, maakte de Rabobank Groep in 2007 een grote sprong voorwaarts en hebben we ook ons imago als dé duurzame bank wereldwijd versterkt'. Aldus Bert Heemkerk, voorzitter van de raad van bestuur.

Rabobank Groep
De nettowinst nam bij de Rabobank Groep in 2007 toe met 14% tot 2.662 miljoen euro. De boekwinst op de verkoop van Alex is niet in dit resultaat begrepen, maar zal in 2008 worden verantwoord. Het binnenlands retailbankbedrijf - lokale Rabobanken, Obvion en Bizner -- leverde een grote bijdrage aan de nettowinststijging.

Door de turbulentie op de financiële markten daalde de nettowinst bij Rabobank International. De Rabobank Groep overtrof in 2007 haar financiële doelstellingen: de nettowinstgroei bedroeg 14%, de tier 1-ratio 10,7 en het rendement eigen vermogen 10,1%. De Rabobank Groep realiseerde een Risk Adjusted Return On Capital van 13,0%.
De groei van de hypotheekportefeuille in Nederland droeg in belangrijke mate bij aan de toename van de kredietverlening. De kredieten aan private cliënten stegen met 10% tot 356 miljard euro. Het grote aantal nieuwe spaarklanten bij de lokale Rabobanken droeg bij aan de groei van de spaargelden met 13% tot 101 miljard euro. Ondanks druk op de rentemarge en een geringe daling van de inkomsten bij Rabobank International stegen de baten met 14% tot 11,5 miljard euro dankzij de groei van de activiteiten. Door groei op eigen kracht en door overnames

namen de bedrijfslasten toe met 12% tot 7,7 miljard euro. Het brutoresultaat steeg met 20% tot 3,8 miljard euro en de efficiencyratio verbeterde met 1,5 procentpunt tot 67,0%. De waardeveranderingen namen toe tot 742 miljoen euro. Dit komt overeen met 22 basispunten van de gemiddelde kredietverlening en is daarmee in lijn met het vijfjaarsgemiddelde van 23 basispunten.

Binnenlands retailbankbedrijf
Het binnenlands retailbankbedrijf -- de lokale Rabobanken, Obvion en Bizner -- kende zowel financieel als commercieel een uitstekend jaar. De nettowinst steeg met 24% tot 1.349 (1.091) miljoen euro. Doordat de baten toenamen en de lasten daalden, verbeterde de efficiencyratio met 3,6 procentpunt tot 66,2%. In de hypotheekmarkt en in de spaarmarkt wist de Rabobank Groep haar positie in 2007 te versterken. Op de hypotheekmarkt, waar de concurrentie nog steeds hevig is, zijn de lokale Rabobanken en Obvion met een marktaandeel van 28% (26%) veruit marktleider. Het aandeel van de Rabobank Groep in de Nederlandse spaarmarkt nam toe van 39% tot 41% en in de MKB-markt bleef het aandeel met 38% stabiel. In de startersmarkt wist de Rabobank Groep haar marktaandeel met 5 procentpunt te verhogen tot 38%. Ook groeide de kredietverlening aan de food & agrisector. De lokale Rabobanken verkochten meer Alles in één Polissen en meer Bedrijven Compact Polissen. Tevreden klanten hebben en behouden, staat bij de Rabobank voorop. Veranderende klantbehoeften zorgen ervoor dat de lokale Rabobanken hun zakelijke en particuliere klanten in de toekomst anders moeten gaan bedienen. Met het project Rabobank 2010, waarmee in 2007 is gestart, spelen de lokale Rabobanken in op de zich wijzigende omstandigheden.

Wholesalebankbedrijf en internationaal retailbankbedrijf Bij Rabobank International -- het wholesalebankbedrijf en het internationaal retailbankbedrijf van de Rabobank Groep -- daalde de nettowinst met 43%. Het nettoresultaat in 2007 bedroeg 394 (687) miljoen euro. De resultaten van Rabobank International werden negatief beïnvloed door de kredietcrisis. Doordat de handel op diverse professionele markten nagenoeg stilviel, namen de resultaten bij Global Financial Markets af. Deze daling van het resultaat kon deels worden gecompenseerd door de goede resultaten van Participaties en door de lagere belastingen.
Het internationale retailbanknetwerk werd uitgebreid met de acquisitie van Mid-State Bank & Trust in de Verenigde Staten, Hagabank en Bank Hagakita in Indonesië en HNS Banco in Chili. Daarnaast vergrootte Rabobank International haar Direct Banking-activiteiten door in Australië haar vierde buitenlandse internetbank te openen.

Krediet- en liquiditeitscrisis
De kredietcrisis heeft de afgelopen maanden diepe sporen nagelaten op de financiële markten. Evenals andere financiële instellingen ondervindt de Rabobank hier negatieve gevolgen van. Directe aanleiding voor de crisis waren de toenemende betalingsproblemen van minder kredietwaardige hypotheekgevers in de Verenigde Staten als gevolg van de gestegen rente en de dalende huizenprijzen. Omdat veel van deze zogeheten subprime hypotheken de laatste jaren werden gesecuritiseerd, gebundeld en doorverkocht aan andere partijen, was het onduidelijk waar precies de risico's lagen. Het gevolg was een gebrek aan vertrouwen waardoor banken aan elkaar geen geld meer durfden uit te lenen en er zodoende een acuut liquiditeitstekort optrad in de geldmarkt. Al snel breidde de crisis zich uit tot de gehele kredietmarkt. Ook producten die niets met Amerikaanse subprime hypotheken te maken hadden, werden hier door getroffen. De liquiditeit in veel tot voor kort liquide markten verdween. Dat had grote gevolgen voor de waardering van posities. Als er immers weinig of in het geheel niet meer wordt gehandeld in bepaalde financiële activa, is het moeilijk de werkelijke waarde (fair value) vast te stellen. De prijsvorming in de markt werd meer dan alleen een afspiegeling van het kredietrisico van de posities, ook het gebrek aan liquiditeit komt sterk tot uitdrukking in de prijzen.

De onrust op de financiële markten heeft gevolgen voor de balans en de winst-en-verliesrekening van de Rabobank Groep. Daarbij is onderscheid te maken naar effecten uit hoofde van 'indirect subprime-exposure' en 'overige resultaat- en vermogenseffecten':

Indirect subprime-exposure
De Rabobank heeft geen rechtstreekse uitzettingen op subprime hypotheken. Wel is er in de beleggingsportefeuilles van Rabobank International een beperkte indirecte positie in de vorm van Residential Mortgage Backed Securities (RMBS-sen) en Collateralized Debt Obligations (CDO's). Op deze posities hebben herwaarderingen plaatsgevonden waarvan 284 miljoen euro onder de post waardeveranderingen ten laste van het resultaat is verwerkt en 127 miljoen euro ten laste van het vermogen. Ultimo 2007 bedroeg de omvang van deze positie 318 miljoen euro

Overige resultaat- en vermogenseffecten
Naast de hiervoor genoemde indirecte subprime-effecten is er in ruimere zin ook nog sprake van effecten van de onrust op de financiële markten in de vorm van waardemutaties van de op marktwaarde gewaardeerde financiële activa en passiva. Deze komen deels tot uiting in het resultaat en deels in het vermogen en zijn onder meer een gevolg van opgelopen creditspreads. Mede als gevolg hiervan is in 2007 de post 'resultaat uit financiële activa en verplichtingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening' met 284 miljoen euro gedaald tot 38 (246) miljoen euro. Op de totale beleggingsportefeuille is een herwaardering ten laste van het vermogen van 697 miljoen euro doorgevoerd.

De kredietcrisis zorgde er ook voor dat veel met geldmarktpapier gefinancierde structuren zoals Asset Backed Commercial Paper (ABCP conduits) -- geldmarkt beleggingsvehikels met onderpand -- en Structured Investment Vehicles (SIV's) -- buitenbalans beleggingsvehikels -- zich moeilijk konden financieren. In de afgelopen maanden is er een tweedeling in de ABCP markt ontstaan, waarbij kwalitatief goede programma's zich kunnen blijven financieren, maar de mindere programma's, waaronder de SIV's, uit de markt verdwijnen. Dankzij de kwalitatief goede programma's is de Rabobank er ondanks de crisis steeds in geslaagd haar aflopende commercial paper te herfinancieren. De Rabobank Groep had ultimo 2007 voor 23 miljard euro aan ABCP uitstaan, grotendeels ter financiering van eigen leningen en vorderingen van klanten. Een relatief klein deel betreft zogenaamde securities arbitrage programma's. Doordat als gevolg van de in 2008 ingaande Basel II-regelgeving de voordelen van deze programma's grotendeels wegvallen, overweegt de Rabobank Groep afbouw van deze structuren.

De Rabobank was sponsor van een SIV genaamd 'Tango', waarin het een 10% aandelenbelang heeft. Doordat er op korte termijn geen uitzicht is op verbetering van de situatie met betrekking tot de SIV's is ook deze positie afgebouwd. Nadat de overige investeerders voor ruim 5 miljard euro aan activa hebben uitgekocht, zijn in januari 2008 resterende activa van Tango, met een omvang van 4,8 miljard euro, zonder resultaatconsequenties op de balans genomen.

Na een uitstekend eerste halfjaar bleef het resultaat in de tweede helft van 2007 vooral bij de afdeling Global Financial Markets achter.

Vermogensbeheer en beleggen
De vermogensbeheeractiviteiten -- Robeco, Sarasin, Schretlen & Co en Alex -- realiseerden in 2007 een stijging van de nettowinst met 62% tot 362 (223) miljoen euro. Deze positieve ontwikkeling was het resultaat van de uitbreiding van de belangen in Sarasin en Transtrend in combinatie met de desinvesteringen bij Sarasin en de goede beleggingsperformance van het Transtrend Diversified Trend Program. Naast de uitbreiding van haar belang in Transtrend tot 100% nam Robeco een 64%-belang in de Zwitserse Sustainable Asset Management Groep, een andere vooraanstaande wereldspeler op het gebied van duurzaam beleggen naast Sarasin. Alex is verkocht aan BinckBank en behoort vanaf 2008 niet meer tot de Rabobank Groep. In 2007 droegen de instroom van vermogen bij Sarasin en de positieve beleggingsresultaten in belangrijke mate bij aan de groei van het beheerd en bewaard vermogen van klanten met 6% tot 232 (219) miljard euro.

Leasing
De Lage Landen, de leasedochter van de Rabobank Groep, zag haar nettowinst in 2007 stijgen met 14% tot 234 (206) miljoen euro. De onderdelen Car Leasing en Financial Institutions maakten in 2007 een sterke groei door. Om wereldwijd opererende klanten beter van dienst te kunnen zijn, besteedde De Lage Landen in het verslagjaar veel tijd aan de verdere standaardisatie van haar bedrijfsprocessen. Het in 2006 overgenomen Athlon werd verder met Translease geïntegreerd. De tevredenheid onder autoleaseklanten over de dienstverlening nam verder toe. Vanaf augustus 2007 verkoopt De Lage Landen ook consumptieve kredieten via het nieuwe merk Freo.

Vastgoed
Voor Rabo Bouwfonds, de vastgoeddochter van de Rabobank Groep, was 2007 een uitstekend jaar. In het eerste volledige jaar na de overname van onderdelen van Bouwfonds in 2006 nam de nettowinst toe met 97 miljoen euro tot 246 (149) miljoen euro. Rabo Bouwfonds besteedde in het verslagjaar veel aandacht aan de samenvoeging van de verschillende vastgoedonderdelen. Doordat de klant centraal blijft staan tijdens de integratie, slaagde Rabo Bouwfonds erin haar positie in de vastgoedmarkt in 2007 te vergroten. In Nederland bleef de combinatie Bouwfonds Property Development en Rabo Vastgoed onbetwist de grootste ontwikkelaar van woningen. FGH Bank verstevigde in Nederland haar positie in de markt voor vastgoedfinancieringen. Het beheerd vermogen van Bouwfonds Asset Management bereikte in 2007 de grens van 5 miljard euro.

Vooruitblik
De economische ontwikkelingen in 2008 tonen een gemengd beeld. Er is sprake van sterke groeivertraging in de Verenigde Staten en in mindere mate in Azië en Europa. Als gevolg van de inflatoire druk blijft de korte rente in Europa relatief hoog. Rabobank zal ook in 2008, vanwege haar sterke positie op de thuismarkt, blijven profiteren van een relatief gunstige ontwikkeling van de Nederlandse economie. Hoewel ook hier de groei iets afvlakt door de internationale groeivertraging en omdat de turbulentie op de financiële markten nog niet uitgewerkt is. De raad van bestuur verwacht dat de lange termijn winstdoelstelling in 2008 wederom zal worden behaald, tenzij de financiële markten aanzienlijk verder verslechteren.



Rabobank Nederland