Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Antwoord op Kamervragen over de dood van een damhert


14 maart 2008 - kamerstuk

Directie Natuur

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

28 februari 2008 2070812980 DN. 2008/778
14 maart 2008

onderwerp bijlagen Kamervragen over de dood van een 1 damhert met schrikdraad om zijn bek en hals
Geachte Voorzitter, Hierbij stuur ik u de antwoorden op de vragen van het lid Thieme (PvdD) over de dood van een damhert met schrikdraad om zijn bek en hals (Ingezonden 28 februari 2008).
1
Kent u het bericht `Hert doodgehongerd in duinen Renesse'? Ja.

2 en 3
Hoe lang was Staatsbosbeheer al op de hoogte van het feit dat het damhert verstrikt was geraakt in schrikdraad? Hoe vaak en op welke wijze is geprobeerd het dier te bevrijden uit deze benarde en levensbedreigende positie? Ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit Staatsbosbeheer heeft aangegeven dat het in december 2007 een melding heeft gekregen Directie Natuur dat er een damhert met schrikdraad in het gewei was gezien. Staatsbosbeheer is naar het Willem Witsenplein 6
Postadres: Postbus 20401 hert op zoek gegaan, maar het bleek onvindbaar. 2500 EK 's-Gravenhage In januari 2008 kwam er opnieuw een melding van een recreant bij Staatsbosbeheer Telefoon: 070 - 3786868 binnen. Er is toen een poging ondernomen om het hert te vangen en om het schrikdraad Fax: 070 - 3786100 te verwijderen. Dit is niet gelukt. Het hert vluchtte en werd niet meer gevonden. Uiteindelijk is het hert op 18 februari van dit jaar door recreanten aangetroffen bij het Watergat. Staatsbosbeheer betreurt dat het damhert, dat deels op de terreinen van Staatsbosbeheer en deels daarbuiten verbleef, niet gelokaliseerd kon worden, zodat er iets gedaan had kunnen worden aan de penibele situatie. 4
Op welke wijze gaat u voorkomen dat een dergelijke situatie van langdurig lijden met dodelijke afloop zich in de toekomst opnieuw voordoet?

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
14 maart 2008 DN. 2008/778 2 Het is niet altijd mogelijk zoiets te voorkomen. Gewonde of zieke dieren hebben de neiging zich af te zonderen en te verbergen. Zeker in een ontoegankelijk terrein zijn ze dan vaak niet meer te vinden. Staatsbosbeheer heeft mij verzekerd dat een beheerder altijd alles zal proberen, als er een melding binnenkomt van een gewond of ziek dier, het dier op enige wijze uit zijn lijden te verlossen.
5
Acht u het toezicht in het veld toereikend om situaties als deze te voorkomen? Zo ja, waar baseert u dit op? Zo neen, op welke wijze en op welke termijn gaat u hier verandering in brengen?
Ook met meer toezicht is het, door het natuurlijke gedag van gewonde of zieke dieren, niet mogelijk om altijd te voorkomen dat een dier zichzelf onvindbaar maakt. Staatsbosbeheer meldt mij dat het dankbaar gebruikmaakt van de meldingen die het van recreanten en van omwonenden krijgt. Daarmee heeft het veel `ogen en oren' in het veld. Toch is het ook van belang voor álle dieren in een gebied dat de rust gewaarborgd wordt en er dus ook gebieden zijn waar mensen minder frequent komen. Gewonde of zieke dieren die daar de rust opzoeken, zullen mogelijk niet gesignaleerd worden. 6
Deelt u de mening dat het verjagen van een dier uit een natuurgebied om dit elders af te kunnen schieten een kwalijke omzeiling is van landelijke wetgeving en dat dit regelrecht indruist tegen de bescherming die dieren in natuurgebieden horen te genieten? Zo ja, op welke wijze wordt er op toegezien dat dit niet gebeurt? Zo neen, kunt u dit toelichten? Het bewust verjagen van een dier uit een natuurgebied om het elders te kunnen afschieten kan nooit de bedoeling zijn en is ook niet nodig. De Flora- en faunawet biedt de provincies voldoende mogelijkheden om in noodgevallen ontheffing voor eenmalig afschot te verlenen.
7
Deelt u de mening dat het verdoven van dieren die lijden door een zichtbare oorzaak een sterke voorkeur geniet boven afschot, in ieder geval wanneer deze oorzaak eenvoudig verholpen kan worden zoals in genoemd incident? Zo ja, op welke wijze krijgt de mogelijkheid tot verdoving prioriteit in uw beleid? Zo neen, kunt dit toelichten? Daar waar verdoven een snelle en effectieve methode is om een zichtbare oorzaak van het lijden, zoals draden of plastic, weg te nemen, is deze zeker het overwegen waard. Aan verdoven hangt echter ook een aantal praktische bezwaren, zoals de tijdsduur voordat de verdoving werkt (het dier kan in die tijd vluchten en onvindbaar worden) en de geringere beschikbaarheid van deskundige `hanteerders' van het verdovingsgeweer. In deze gevallen is het bovendien belangrijk om af te wegen of alle stress en onrust van pogingen om het dier te vangen en verdoven opwegen tegen de kans op herstel van het dier.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
14 maart 2008 DN. 2008/778 3 8
Bent u bereid afspraken te maken met Staatsbosbeheer en andere terreineigenaren omtrent het verdoven van dieren die zichtbaar lijden en het inschakelen van dierenartsen hiervoor? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet? Staatsbosbeheer hanteert al enkele jaren - in opdracht van Staatsbosbeheer zelf opgestelde en door het ministerie van LNV goedgekeurde - ethische richtlijnen en handelt daar naar vermogen naar. Toch is het niet mogelijk alle dierenleed te voorkomen, hoezeer ook de lijdensweg van zo'n dier te betreuren is. De ethische richtlijnen voeg ik ter informatie toe. DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg


---- --