Ingezonden persbericht


museum
HENRIETTE
POLAK

Zaadmarkt 88
7201 DE Zutphen

PERSBERICHT

1 maart 2008

De wereld van Gerrit Veenuizen

Van 15 maart tot en met 15 juni 2008 is in het Museum Henriette Polak te Zutphen de tentoonstelling De wereld van Gerrit Veenhuizen te zien. Gerrit Veenhuizen (1925) is meer dan vijftig jaar als vrij kunstenaar werkzaam. Zijn oeuvre is overzichtelijk, maar uiterst divers. Op de tentoonstelling zijn schilderijen, gestileerde houten planken, metalen beeldjes en textielwerken te zien. Hoewel de uitingsvormen van zijn kunstwerken sterk verschillen, is de vertelling te herleiden tot één onderwerp: de wereld van Gerrit Veenhuizen.

Achtergrond
Gerrit Veenhuizen wordt in 1925 in Almelo geboren. Hij heeft al jong veel plezier in tekenen en schilderen. Direct na de oorlog verhuist hij naar Amsterdam om zich in te schrijven op de Rijksakademie. Van 1946 tot 1951 volgt Veenhuizen de lessen monumentale kunst van Heinrich Campendonk. Maar al tijdens zijn opleiding heeft hij meer interesse voor de vrije kunst. Direct na zijn academietijd verkiest hij het vrije kunstenaarschap.

Een persoonlijke beeldtaal
In de jaren die volgen ontwikkelt hij een persoonlijke beeldtaal, waarbij hij verbinding zoekt met iconen en andere rituele beelden van de volkskunst en tegelijk de mogelijkheden van de beeldende middelen vlak, lijn en kleur, onderzoekt. In zijn manier van werken is het selecteren vrijwel even belangrijk als het creëren. Vaak vernietigt Veenhuizen gerealiseerde kunstwerken of overschildert hij eerder gemaakte schilderijen. Telkens opnieuw brengt hij zijn oeuvre terug tot de essentie van zijn kunstenaarschap. Zijn vaste onderwerpen Palmpasen, imkers, moeders en kinderen abstraheert hij daarbij tot een tekensysteem dat uitdrukking geeft aan de raadselachtige en existentiële facetten van het menselijk bestaan.

Universele betekenis
Rond 1960 vindt Veenhuizen zijn eigen stijl. Hij tekent niet meer naar de werkelijkheid, maar uit zijn geheugen. Hij stileert zijn onderwerpen tot lijnmatig opgezette figuren en plaats deze op een doorwerkte abstracte achtergrond. Op het schilderij 'Meisje met diabolo-Kind in kinderstoel' heeft Veenhuizen de kinderstoel als een huis of kapel om het kind heen gezet, waarmee het kind beschermd is tegen de buitenwereld of hier juist hermetisch van wordt afgesloten. De betekenis van het kunstwerk is niet direct af te lezen. Het is Veenhuizen immers niet te doen om een realistische weergave van een meisje met een diabolo en een kind in een kinderstoel. Maar door de verhouding van de gestileerde figuren ten opzichte van elkaar en ten opzichte van hun achtergrond, weet Veenhuizen existentiële dimensies, zoals de verhouding tussen open en gesloten en de spanning tussen vrijheid en gebondenheid, krachtig te verbeelden.

Ruimtelijk werk
In de jaren zestig gaat Veenhuizen zich meer concentreren op één figuur en wordt de omgeving van de figuur van minder belang. Als consequentie hiervan begint Veenhuizen met het in was boetseren van kleine beeldjes, die vervolgens in metaal worden gegoten. In deze tijd werkt Veenhuizen als docent aan de Academie voor Beeldende Vorming en experimenteert hij verder met zijn beeldtaal. Hij maakt een reeks gestileerde planken. Tevens begint Veenhuizen in deze periode met het teken en schilderen op kaasdoek. Hij spant deze doeken op karton en presenteert ze in perspex dozen, waardoor het doek als lapje met rafels zichtbaar blijft. Al deze verschillende uitingsvormen, metalen beeldjes, houten planken en tekeningen op kaasdoek hebben één overeenkomst: de drager van het kunstwerk bepaalt mede de betekenis van het kunstwerk.

Het latere oeuvre
In 1988 belandt hij op een nieuw spoor. Hij schildert een soort iconen in felle kleuren. Deze kleurrijke periode brengt Veenhuizen in de jaren negentig naar een nieuwe balans in zijn werk. In witte kleurschakering schildert hij de oude thema's uit zijn oeuvre. Hij maakt een groot aantal witte doeken waarop hij de gestileerde vormentaal heeft losgelaten en vervangen door een geheel vrij experiment met lijn, vlak en materiaal. Aanknopingspunt bij deze schilderijen blijven zijn telkens terugkerende thema's en figuren: plankfiguren, bijenstallen en elementen van het Palmpasenfeest. Hoewel de schilderijen en tekeningen zijn ontstaan vanuit de persoonlijke behoefte van Gerrit Veenhuizen, hebben ze mede door de doorwrochte beeldtaal een universele betekenis en kracht.

Gegevens expositie
De wereld van Gerrit Veenhuizen
15 maart tot en met 15 juni 2008

Publicatie
Gedurende de expositie is de publicatie Gerrit Veenhuizen, Werk uit de periode 1975-1995 voor E 15,00 verkrijgbaar bij de balie van het museum.

Openingstijden

Dinsdag t/m zondag: 11.00 - 17.00 uur
Eerste en tweede Paasdag en eerste en tweede Pinksterdag is het museum gesloten. Op Goede vrijdag sluit het museum om 16.00 uur.

Digitaal beeldmateriaal
aan te vragen bij het secretariaat van het museum: 0575-516878


- HVB5753
Zonder titel, 2007, diverse materialen op doek, 40 x 40 cm, collectie kunstenaar, foto Henni van Beek (Amsterdam)
- 20080130 005
Meisje met diabolo-kind in kinderstoel, 1963, olieverf op doek, 128 x 108 cm, collectie mevrouw A.M.P. Weegels
- HVB5755
Zonder titel, 2007, diverse materialen op doek, 45 x 40 cm, collectie kunstenaar, foto Henni van Beek (Amsterdam)
- HVB5867
Portret Gerrit Veenhuizen, februari 2008, foto Henni van Beek (Amsterdam)

Voor meer informatie over de tentoonstelling en/of digitaal beeldmateriaal kunt u contact opnemen met Lies Netel, conservator van het Museum Henriette Polak (0575-439470, l.netel@zutphen.nl) of Frederieke Jeletich, projectmedewerker pr (06-21632067, post@cultuurproject.nl).