FNV

31-3-2008 Privaat toezicht op asbestverwijderaars schiet tekort

Instellingen die certificaten verlenen (cki's) aan asbestverwijderbedrijven durven die niet in te trekken uit angst klanten te verliezen. Daardoor kunnen die bedrijven ongestraft regels voor asbestverwijdering overtreden. De risico's voor de gezondheid van werknemers en andere mensen in de omgeving zijn groot.

Dat concludeert de Inspectie Werk en Inkomen (IWI). Veel bedrijven die gecertificeerd zijn om asbest te verwijderen, werken niet volgens de wettelijke regels. De cki's zijn vaak terughoudend in hun optreden tegenover bedrijven die al eerder in de fout zijn gegaan. IWI vindt dat de certificerende instellingen meer aan handhaving moeten doen. Op de onderzochte locaties constateerden cki's minder overtredingen dan de Arbeidsinspectie. In het algemeen leggen cki's bij overtredingen ook minder sancties op en zijn de sancties minder zwaar. Cki's beschikken over een aantal lichte sanctiemiddelen, maar ook over enige vrij zware. Ze kunnen bijvoorbeeld een certificaat van een asbestverwijderbedrijf intrekken. Cki's zijn commerciële bedrijven die een publieke taak uitvoeren. Concurrentiedruk kan ertoe bijdragen dat een cki eerder zachte dwang hanteert dan strikt handhaaft en bestraft. Minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gaat de regels voor het werken met asbest verscherpen. Bedrijven die asbest verwijderen, kunnen eerder hun certificaat kwijtraken als ze zich niet aan de regels houden. Dit schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer. De strengere regels gaan op 1 juni 2008 in. Bedrijven zonder certificaat mogen niet met asbest werken, met uitzondering van werk dat weinig risico met zich meebrengt. De cki's moeten straks meer en eerder actie ondernemen als blijkt dat een bedrijf zich niet aan de voorwaarden voor het verwijderen van asbest houdt. Naast de cki's houdt de Arbeidsinspectie ook toezicht op de bedrijven. De scherpere regels leiden ertoe dat bedrijven die door de Arbeidsinspectie worden stilgelegd of een andere zware maatregel krijgen, meteen ook hun certificaat kwijtraken. Alleen als de cki beargumenteert dat het verliezen van het certificaat (nog) niet gerechtvaardigd is, gebeurt dat niet. Certificerende instellingen gaan daarnaast vaker controleren. Als zij zelf zich niet aan de regels houden, raken zij sneller hun aanwijzing kwijt. IWI houdt hier toezicht op.

Ook de Algemene Rekenkamer acht het toezicht op asbestsanering onder de maat. Daarbij zijn onder meer de VROM-Inspectie, de Arbeidsinspectie en de provincies betrokken, maar ze stemmen hun werk niet op elkaar af. Gemeenten laten asbestverwijdering te veel links liggen. Transport van asbest naar de stortplaats blijkt lastig te controleren. Jaarlijks gaan vierhonderd tot zevenhonderd mensen dood door asbest. Asbest in schoolgebouwen heeft de afgelopen jaren zeker tien slachtoffers geëist. Vaak gaat het om conciërges en klussende leerkrachten, die onderhoudswerk hebben verricht in gebouwen.

De FNV constateert al jaren dat de Arbeidsinspectie onvoldoende capaciteit heeft om goed te controleren. Zo heeft deze dienst slechts acht mensen voor toezicht op asbestverwijdering. Maar jaarlijks komen er alleen al vanuit het legale circuit 30.000 meldingen binnen.

Voor het rapport van IWI: klik hier. Voor de reactie van Donner: klik hier. Voor het rapport van de Algemene Rekenkamer: klik hier.