Ministerie van Financiën

Geannoteerde agenda Informele Eurogroep en Ecofin 4 en 5 april 2008

Economische situatie
Tijdens de informele Eurogroep en de Ecofin Raad zullen de ministers spreken over de economische situatie. Recente cijfers uit de VS laten een verdere daling van de werkgelegenheid zien evenals van de huizenprijzen aldaar. De uitgangssituatie voor het Eurogebied is, in het licht van internationale ontwikkelingen, nog steeds goed te noemen. Wel is de groeiverwachting voor het eurogebied neerwaarts bijgesteld en wordt inmiddels een hogere inflatie verwacht. De Commissie gaat voor het eurogebied uit van een groei van 1,8% voor dit jaar, waar in november 2007 een groei van 2,2% voor 2008 werd verwacht. De Commissie verwacht dat de inflatie dit jaar in het eurogebied op 2,6% uitkomt, 0,5%-punt hoger dan de raming uit november 2007. Wel is de verwachting dat de inflatie in de tweede helft van 2008 wat zal afnemen. Door aanhoudende onzekerheden op de financiële markten gaan de ramingen gepaard met neerwaartse risico's. Inmiddels worden wel de directe gevolgen van de subprime crisis voor banken steeds duidelijker. De Federal Reserve is onlangs, samen met enkele andere centrale banken, de financiële markten te hulp geschoten door het tijdelijk uitbreiden van de leenfaciliteiten. Dergelijke maatregelen zijn bedoeld om de liquiditeitsproblemen in de markt te verzachten.

Financiële Stabiliteit
De informele Ecofin Raad zal, mede omdat Nederland hierom heeft gevraagd, spreken over de financiële onrust en de te trekken beleidslessen en maatregelen. De Ecofin heeft in oktober 2007 vier terreinen geïdentificeerd voor mogelijke beleidsmaatregelen: het raamwerk voor prudentieel toezicht (Basel II en liquiditeitsrisicobeheer), het functioneren van de markt (onder meer de rol credit rating agencies), transparantie en waarderingsstandaarden (van illiquide activa). Naast deze vier terreinen benadrukt de onrust het belang van convergentie in het financieel toezicht. Ook hier zal de Ecofin over spreken. En tot slot heeft de financiële onrust de noodzaak bevestigd van het verbeteren van regelingen voor crisismanagement in de EU. Hiertoe is de afgelopen periode gewerkt aan uitbreiding van de bestaande EU-brede afspraken inzake informatie-uitwisseling en crisismanagement. Deze uitbreiding krijgt tijdens de bijeenkomst op 4 en 5 april zijn beslag. Ten aanzien van mogelijke lessen uit de turbulentie en daaraan gekoppelde acties vindt Nederland het van belang dat ook marktpartijen hun verantwoordelijkheid nemen. Dit laat onverlet dat, daar waar nodig, de autoriteiten acties zullen ondernemen.

Infrastructuur van financiële markten
Tijdens de informele Raad zal worden gesproken over twee ontwikkelingen die kunnen bijdragen aan veilige en efficiënte afwikkeling van grensoverschrijdende effectentransacties. Clearing en settlement is het proces van afwikkelen van effectentransacties waarbij enerzijds de effecten aan de koper worden geleverd en anderzijds de verkoper zijn geld krijgt. Clearing en settlement binnen nationale grenzen is efficiënt georganiseerd. Voor grensoverschrijdende effectentransacties is dit echter niet het geval. Hoge kosten voor afwikkeling van grensoverschrijdende effectentransacties kunnen de vervolmaking van een interne Europese kapitaalmarkt hinderen. Tijdens de informele Ecofin zal

worden gesproken over twee ontwikkelingen die kunnen bijdragen aan veilige en efficiënte afwikkeling

van grensoverschrijdende effectentransacties.

De eerste ontwikkeling met als doel hierin verbetering aan te brengen betreft een gedragscode die door clearing- en settlementinstellingen in samenwerking met de Europese Commissie is opgesteld en welke beoogt de concurrentie tussen afwikkelinstellingen te bevorderen door het stellen van normen ten aanzien van prijstransparantie, ontkoppeling van diensten en non-discriminatoire toegangsrechten. De Europese Commissie heeft een monitoringsgroep opgericht die naleving van de Code controleert. Tot nu toe kan de naleving positief worden beoordeeld.

Ten tweede werken het comité van Europese effecten toezichthouders (CESR) samen met de Europese Centrale Bank aan aanbevelingen ten aanzien van het toezicht op afwikkelinstellingen. Deze aanbevelingen leiden tot een meer geharmoniseerde aanpak van toezicht op clearing en settlement instellingen in de EU. Dit is van belang bij meer grensoverschrijdende afwikkeling van transacties.

Nederland steunt de lopende initiatieven; het is belangrijk dat de efficiëntie van clearing en settlement in de EU wordt verbeterd.

Kwaliteit van publieke financiën
De informele Ecofin zal spreken over de uitgaven die vallen onder de noemer 'sociale uitgaven'. Aan de orde komt het meten van de 'effecten van sociaal beleid' die hiermee behaald worden en ook hoe meer efficiëntie in besteding van de uitgaven bereikt kan worden. Het efficiënter inrichten van sociale uitgaven is al jaren actief beleid in Nederland. Ook dit kabinet heeft zowel het doel van het bereiken van een evenwichtige inkomensverdeling ('sterkste schouders dragen de zwaarste lasten') als bevordering van arbeidsparticipatie als belangrijk aandachtspunt gekenschetst. Nederland zal tijdens de informele Ecofin een actieve bijdrage leveren aan de discussie. Nederland is ook gaarne bereid om mee te werken aan de uitwisseling van best practices.

Europees toezicht (Supervisory arrangements and Lamfalussy review) In December 2007 heeft de Ecofin Raad conclusies en een roadmap aangenomen over de evaluatie van de Lamfalussy structuur, die de regelgeving op de financiële markten bepaalt. De Lamfalussy structuur bestaat uit 4 niveaus: i) algemene politieke richtlijnen op ministerieel niveau (kaderrichtlijnen), ii) technische uitwerking door de Commissie, iii) samenwerking door zogenaamde niveau 3 comités bestaande uit de nationale toezichthouders: CESR (Committee of European Securities Regulators), CEBS (Committee of European Banking Supervisors) en CEIOPS (Committee of European Insurance and Occupational Pensions Supervisors) en, iv) handhaving door de Commissie (beoordeling van implementatie in nationale wetgeving).


---

De informele Ecofin zal de follow-up van de Ecofin conclusies en de roadmap over de Lamfalussy

structuur bespreken. Hierbij zal naar verwachting met name worden ingegaan op de volgende onderwerpen: i) het opnemen van de verplichting om op Europees niveau samen te werken en rekening te houden met Europese belangen in de mandaten van de nationale toezichthouders, ii) het verduidelijken en versterken van de rol van de niveau 3 comités, iii) het versterken van zogenaamde colleges of supervisors, samenwerkingsverbanden tussen toezichthouders voor internationaal opererende financiële instellingen.

Nederland wil graag voortgang op deze onderwerpen boeken, omdat het belangrijk is dat het toezicht op de financiële markten in de pas blijft lopen met de marktrealiteit van toenemende internationalisering en cross-sectorale financiële activiteiten. De financiële onrust heeft het belang van adequaat toezicht in het voorkomen en managen van crises nog eens onderstreept.

Voorbereiding van de voorjaarsvergadering van IMF en Wereldbank: hervormingen bij het IMF In het weekend van 12 en 13 april zal de voorjaarsvergadering van IMF en Wereldbank plaatsvinden. Tijdens het International Monetary and Financial Committee (IMFC) zal zoals gebruikelijk gesproken worden over de economische ontwikkelingen. Daarnaast zal de vergadering zich focussen op het op orde brengen van de financiën, waarbij zowel aandacht zal zijn voor het creëren van nieuwe inkomensstromen als voor uitgavenreductie, en de quotaverdeling. Het Development Committee (DC) zal ingaan op de nieuwe Wereldbankstrategie, de vooruitgang met betrekking tot het behalen van de millenniumdoelstellingen, economische groeistrategieën, de gevolgen van de hoge grondstof-, energie- en voedselprijzen en de activiteiten van de Wereldbank in fragiele staten. Ook zal er aandacht besteed worden aan de vertegenwoordigingsdiscussie bij de Wereldbank en aan klimaatverandering.

De subtitel "IMF reform" suggereert dat er uitgebreid gesproken zal worden over de hervormingen bij het IMF. Het ligt voor de hand dat men daarbij vooral zal ingaan op de quotahervorming. Sinds de jaarvergadering van 2006 lopen er onderhandelingen over een nieuwe quotaformule volgens welke bepaald zal worden welke landen een quotaverhoging zullen krijgen. Dit zijn lastige onderhandelingen omdat de quotaverdeling ook de stemverdeling binnen het Fonds bepaalt. Er is echter gestaag vooruitgang geboekt en er bestaat een goede kans dat men ten tijde van de voorjaarsvergadering tot een compromis kan komen dat op een meerderheid van 85% van de stemmen kan rekenen, waar Nederland mogelijk ook mee kan instemmen.

Uitgangspunten voor Nederland zijn dat het stemaandeel van de kiesgroep niet te sterk verwatert, en dat het stemaandeel van opkomende markten en lage-inkomenslanden verbetert.
---


---- --