Senternovem
Nieuws
08-04-2008 | Woonbron, Natuur en Milieu en de Woonbond: grote ambities met
duurzaam wonen
Woningcorporatie Woonbron, de Stichting Natuur en Milieu en de
Woonbond gaan zich gezamenlijk inzetten voor duurzaam wonen. Op 25
maart 2008 ondertekenden zij in aanwezigheid van minister Vogelaar
(WWI) een samenwerkingsovereenkomst op het gebied van milieu,
gezondheid, woonlasten en bewonersparticipatie. Met de samenwerking
willen de drie partijen de duurzaamheid in de woningsector bevorderen.
Zo legt Woonbron zich vast op een energiebesparingsdoelstelling van 3%
voor het totale energieverbruik voor het wonen. Voor het
woninggebonden energieverbruik, waarop de wooncorporatie rechtstreeks
invloed heeft, betekent dat een besparingsdoelstelling van 4,7%.
Daarmee is de ambitie van Woonbron meer dan twee keer zo hoog als de
energiebesparingsdoelstellingen die het Rijk heeft geformuleerd voor
de woningcorporaties. De ambitie is zelfs 3,5 keer hoger dan de
toezegging over energiebesparing die Brancheorganisatie Aedes heeft
gedaan in haar 'Bod aan de samenleving'. Bijzonder is eveneens de
garantie van de wooncorporatie dat bij de energiebesparingsmaatregelen
die zij uitvoert, de woonlasten van de huurders gemiddeld omlaag gaan.
De afspraken in de overeenkomst (download, 181 kB) zijn gegroepeerd
rond vier thema's:
* Vermindering broeikaseffect: In tegenstelling tot de landelijke
plannen, willen Woonbron, Natuur en Milieu en de Woonbond niet
alleen de eenvoudige en zeer rendabele besparingsmaatregelen
uitvoeren, maar ook meewerken aan innovatie. Dit vanuit de
overtuiging dat vergaande vermindering nodig is en dat na
uitvoeren van de eenvoudige maatregelen, het in een later stadium
nog eens uitvoeren van een besparingsplan, niet meer mogelijk is.
De woningen die in dit kader worden aangepakt gaan in één keer
goed aangepakt worden. Om kennis te ontwikkelen enom ervaring op
te doen, streven partijen ook naar pilotprojecten. Dit zijn
projecten waarnieuwe technieken of bestaande technieken op een
hoger niveau worden gerealiseerd, of waar de aanpak innovatief is.
Opgedane kennis en ervaring wordt zowel binnen Woonbron als
daarbuiten verspreid, om vertaald te worden naar beleid en
navolging te vinden in andere projecten.
* Gebruik duurzame materialen: Tijdens de bouw en het in stand
houden van woningen gaan jaarlijks zeer grotehoeveelheden
producten om. Gedurende de gehele levensloop (van grondstofwinning
totafvalverwerking) zorgen deze producten voor milieueffecten. De
sloop van woningen genereert een afvalstroom waarbij, voor zover
er hergebruikt wordt, hergebruik op een laagwaardig niveau
plaatsvindt. Partijen komen overeen dat ze zich inzetten om de
milieueffecten van materialen in de bouw terug te dringen. Hierbij
moet aandacht komen voor de principes van 'cradle to cradle'.
* Verbetering gezondheid: In woningen staat de kwaliteit van het
binnenmilieu onder druk. Dit heeft te maken met aanpassingen die
in de loop der jaren aan de woningen zijn uitgevoerd, maar ook met
nieuwe inzichten. Daar komt bij dat uitvoering van de huidige
regelgeving geen garantie vormt voor een gezond binnenmilieu.
Naast de gunstige (technische) randvoorwaarden voor een gezond
binnenmilieu, is het nodig dat bewoners de beschikbare
voorzieningen ook willen en kunnen benutten.
* Bewoners: Uitgangspunt voor dit thema zijn vier standpunten die de
Woonbond in juni met zijn leden heeft vastgesteld. Hierbij zijn
woonlastenbeheersing, inspraak en een actieve rol in het proces
belangrijke uitgangspunten.
De overeenkomst bevat een groot aantal concrete afspraken. Woonbron
wil dat in 2025 de CO2-uitstoot van haar woningen is gereduceerd met
50%. Verder wil de woningcorporatie de energielabels verbeteren, zoals
die nu aan de woningen zijn toegekend. Daarnaast geeft Woonbron haar
huurders het recht van initiatief, waarmee ze zelf voorstellen kunnen
doen om energiemaatregelen te treffen.