GVB
Persverklaring
12 april 2008
In reactie op het onderzoeksrapport "Amsterdam Systems Analysis Final
Report" van Booz Allen Hamilton van 4 oktober 2007 en een publicatie
op zaterdag 12 april in dagblad Parool hierover, meldt GVB het
volgende: GVB bestrijdt dat het bedrijf niet in staat zou zijn het
benodigde onderhoud van metro en tram goed te doen.
In 2005 stelde het gemeentebestuur vast dat sinds 2001, toen er een
duidelijke rolverdeling is gemaakt in opdrachtgever (gemeente) en
opdrachtnemer (GVB), er een sterke vooruitgang is geboekt in het
beheer en onderhoud van de infrastructuur. De rolverdeling en de
daarbij behorende taakverdeling is uitgangspunt geweest bij het
aangaan van een nieuw contract voor de periode 2006 - 2011. Ook na
2005 is het verbeteringsproces verder doorgezet.
De conditie van de rails wordt op peil gehouden in een Meerjaren
Onderhoudsprogramma. Dit programma is contractueel vastgesteld en
controleerbaar voor de opdrachtgever aan de hand van benoemde
kritische indicatoren. Daarnaast is de lange-termijn-conditie van de
rails geregeld in een Meerjaren Vervangingsprogramma. Ten aanzien van
beide programma's stelt GVB vast dat deze conform contract worden
uitgevoerd.
GVB betreurt het dat zij aan de onderzoekers niet heeft kunnen
aantonen dat het bedrijf weldegelijk over het vermogen beschikt om de
rails effectief te onderhouden voor de lange termijn.
Naast het hierboven gemelde, stelt GVB vast dat de ontwikkeling van
een ambachtelijke aanpak (kennis in de hoofden) naar een gestuurde
aanpak (kennis gedocumenteerd als basis voor planning en logistiek)
binnen het bedrijf aantoonbare vorderingen heeft gemaakt.
Op grond van de huidige contractuele verhoudingen, de controleerbare
kwaliteit van de uitvoering van de onderhouds- en
vervangingsprogramma's van de rails en de ontwikkelingen binnen de
GVB-organisatie, is GVB van mening dat er van risico's van sterke
achteruitgang van het Amsterdamse railnetwerk geen sprake is.
GVB heeft voor de uitvoering van het openbaar vervoer en voor het
beheer en onderhoud aan de infrastructuur een contract tot en met
2011. De ambitie en het beleid van het bedrijf zijn er in al hun
facetten op gericht om ook na 2011 de Amsterdamse openbaar
vervoerconcessie te behouden. GVB ziet het als een voordeel voor de
reizigers als alle contracten - het vervoerscontract, het contract
beheer en onderhoud infrastructuur en het contract sociale veiligheid
- in één concessie worden gegund.