Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief 8 april 2008 Doorkiesnummer Ons kenmerk AV/CAM/08/10605 Datum 15 april 2008 Onderwerp Kamervraag/vragen van het lid

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van de leden De Roon, Fristma en Tony van Dijck (allen PVV) over een uitspraak van het Europees Hof.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)

Ons kenmerk AV/CAM/08/10605

Nr. 22070816820
Vragen van de leden De Roon, Fritsma en Van Dijck (allen PVV) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over een uitspraak van het Europees Hof (Ingezonden 7 april 2008).

Vraag 1
Kent u het bericht "EU's highest court rejects local minimum-wage law"?1

Antwoord op vraag 1
Ja

Vraag 2
Bent u het met ons eens, dat de uitspraak2 van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, leidt tot de uitkomst, dat lidstaten, ter bescherming van de eigen werknemers, geen effectieve barrières mogen opwerpen tegen de toevloed van goedkope arbeidskrachten uit Oost-Europa?

Vraag 3
Bent u met ons van mening, dat het de taak van de Nederlandse overheid is, om de Nederlandse werknemers wèl effectief te beschermen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat u doen om de onwenselijke gevolgen van de uitspraak van het Hof van Justitie op te vangen, om te voorkomen dat Nederlandse arbeiders hun banen gaan verliezen?

Antwoord op vragen 2 en 3
De bescherming van werknemers vindt in Nederland plaats via sociale wetgeving en het algemeen verbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (cao's). De wetgeving geldt als regel ten aanzien van alle arbeid die door werknemers op Nederlands grondgebied wordt verricht. De `harde kern'3 van de arbeidsvoorwaarden in de algemeen verbindend verklaarde cao-bepalingen gelden ook ten aanzien van tijdelijk in Nederland werkzame werknemers met een arbeidscontact onder buitenlands recht, conform de Detacheringsrichtlijn 96/71/EG op grond van artikel 2, zesde lid, van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van collectieve arbeidsovereenkomsten. Op grond van de Detacheringsrichtlijn wordt het de lidstaten toegestaan om minimumbeloningsvoorschriften ook ten aanzien van tijdelijk in het land werkzame werknemers toe te passen, doch in principe alleen voor zover deze bij wet zijn vastgesteld, of algemeen verbindend zijn verklaard. Aldus is in Nederland een effectieve bescherming van


1 The Wall Street Journal, 4 april 2008

2 http://curia.europa.eu/nl/actu/communiques/cp08/aff/cp080020nl.pdf
3 Het gaat daarbij om het minimumloon, vakantiedagen, werk- en rusttijden, regels en voowaarden voor uitzendwerk, veiligheidsmaatregelen, maatregelen voor jongeren en zwangere werknemers en gelijke behandeling.

---

Ons kenmerk AV/CAM/08/10605

werknemers gerealiseerd. De uitspraak van het Hof van Justitie van 3 april 2008 brengt daarin overigens geen verandering.

De zaak waarover het Europese Hof van Justitie uitspraak heeft gedaan betrof Duitse wetgeving, die inhield dat overheidsaanbestedingen in de Duitse deelstaat Nedersaksen uitsluitend mochten worden geplaatst bij ondernemingen die een loon betalen overeenkomstig de op de plaats van uitvoering geldende cao. Deze regeling werd door het Hof als een met het EG-verdrag strijdige belemmering van het grensoverschrijdende dienstenverkeer beschouwd omdat het door de betreffende cao vastgestelde loonpeil niet was vastgesteld op een van de wijzen genoemd in de Detacheringsrichtlijn, dat wil zeggen bij wet, of bij algemeen verbindend verklaarde cao-bepaling. Voor Nederland heeft deze uitspraak geen gevolgen.


---