Rijksuniversiteit Groningen


Rijksuniversiteit
Groningen

/ nummer 52 / 15
april 2008

Cijfers vergelijken kan leiden tot betere
schoolprestaties

Je eigen
proefwerkcijfers vergelijken met die van medeleerlingen kun je beter niet doen. Tenminste, dat is de gangbare opvatting. In werkelijkheid hoeft het vergelijken van cijfers in het middelbaar onderwijs niet noodzakelijkerwijs nadelig te zijn. Het kán zelfs positieve gevolgen hebben voor nieuwe leerprestaties. Vooral leerlingen die hun resultaten vergelijken met die van beter presterende klasgenoten doen het op de lange termijn beter op school. Zij moeten daarbij dan wel in hun eigen kunnen geloven. Dit blijkt uit onderzoek van drs. Maike Wehrens. Ze promoveert 28 april 2008 bij de Rijksuniversiteit
Groningen.

Wehrens' promotieonderzoek is onderdeel van een overkoepelend project, het Voortgezet Onderwijs Cohort Leerlingen 1999 (VOCL '99). In dat project worden 20.000 leerlingen van alle niveaus in het voortgezet onderwijs onderzocht die in 1999 in de brugklas kwamen. De leerlingen vergeleken hun toetscijfers met elkaar en werden gevolgd tijdens hun hele schoolloopbaan. Op basis van de verzamelde gegevens concludeert Wehrens dat de manier waarop leerlingen hun cijfers met elkaar vergeleken, invloed had op hun eigen prestaties. Leerlingen die een positief beeld hadden van zichzelf en hun resultaten vergeleken met hogere scores presteerden twee jaar later beter dan leerlingen die hun resultaten vergeleken met die van slechter presterende klasgenoten.

Negatieve
reactie

Het vergelijken van schoolcijfers leidde in het VOCL '99 onderzoek tot drie mogelijke reacties. Leerlingen die negatief, ofwel 'destructief', reageerden op de resultaten van anderen behaalden zelf slechtere resultaten. Zij waren bijvoorbeeld jaloers op een beter scorende medeleerling. Uit eerder onderzoek is gebleken dat jongens vaker destructief reageren dan meisjes. Wanneer leerlingen deze negatieve houding combineerden met een constructieve gedachte, haalden zij minder lage cijfers dan leerlingen die alleen maar destructief reageerden.

Realistisch of
positief

Een constructieve reactie is niet negatief en ook niet positief, eerder neutraal of realistisch. Scholieren die op deze manier reageerden, namen het cijfer bijvoorbeeld voor kennisgeving aan of namen zich voor het de volgende keer net zo of beter te doen. Een constructieve reactie op zich leverde geen verband op met schoolresultaten. In het derde geval reageerden leerlingen met empathie op de resultaten van klasgenoten. Zij leefden bijvoorbeeld op een positieve manier mee met het falen of met het succes van medeleerlingen. Meisjes toonden vaker empathie ten opzichte van medescholieren dan jongens, zo blijkt uit eerder
onderzoek.

Overschatten of
onderschatten

Sommige leerlingen overschatten hun eigen prestaties, terwijl andere die juist onderschatten. Leerlingen die hun prestaties ten opzichte van medescholieren overschatten hadden een soepelere schoolloopbaan en gingen minder vaak voortijdig van school dan leerlingen die hun scores realistischer hadden ingeschat. Scholieren die zichzelf onderschatten kwamen juist moeilijker door de jaren heen en stopten eerder vroegtijdig met hun schoolloopbaan dan leerlingen die dichter bij de werkelijkheid bleven. Scholieren van niet-Nederlandse afkomst, met name Turken en Marokkanen, hadden vaker de illusie dat zij beter presteerden dan hun klasgenoten.

Curriculum
Vitae

Maike Wehrens (Schimmert, 1981) studeerde sociale en organisatie psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Haar promotieonderzoek is onderdeel van een overkoepelend project, het Voortgezet Onderwijs Cohort Leerlingen 1999 (VOCL '99), van het aan de RUG verbonden Gronings Instituut voor Onderzoek van onderwijs (

GION). Wehrens promoveert bij prof.dr.

A.P. Buunk en prof.dr.

M.P.C. van der Werf. Haar
co-promotor is dr.

H. Kuyper. Sinds september 2007 werkt
Wehrens deels als coördinator van de Graduate School van de faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen en deels als docent Psychologie. De titel van haar proefschrift luidt: 'How did YOU do? Social comparison in secondary education'. /JR

Noot voor de pers:



Rijksuniversiteit Groningen