Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2070817770
Vragen van de leden Van Vroonhoven-Kok en Koppejan (beiden CDA) aan de ministers van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over controles van de
Arbeidsinspectie in de muziek- en theaterwereld (Ingezonden 15 april 2008)
1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat de Arbeidsinspectie de komende tijd extra
controles uit gaat oefenen in de muziek- en theaterwereld? Waar is deze urgentie op
gebaseerd? 1)
2
Betekent dit dat onder meer wordt gecontroleerd of de blazers in een orkest niet direct achter
de strijkers zitten? Zo ja, acht u het reëel om dergelijke algemene regels op zo een specifieke
sector te projecteren? Acht u het reëel om van de orkesten te verlangen dat de strijkers áchter
de blazers gaan zitten?
3
Bent u bereid om de arbeidsomstandigheden-regels die in algemene zin gelden, voor de
muziek- en theatersector te differentiëren en te nuanceren?
4
Beseft u dat de muziek- en theatersector het werk met minimale middelen moet doen? Beseft
u dat dergelijke fijnmazige regels de kosten voor deze instellingen opdrijft? Bent u bereid
indien u vasthoudt aan deze strakke regels inzake de arbeidsomstandigheden de meerkosten
voor de sector te dragen? Zo neen, hoe denkt u dat dergelijke meerkosten opgebracht kunnen
worden, zonder dat dat ten koste gaat van de kwaliteit van de voorstellingen?
5
Ziet u mogelijkheden om op een andere wijze tegemoet te komen aan de fysieke klachten van
musici, zonder dat dit extra administratieve lasten met zich meebrengt of het werken in de
sector onmogelijk maakt.
1) Zie persbericht
http://arbeidsinspectie.szw.nl/index.cfm?fuseaction=dsp_document&link_id=141128