Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
T.a.v. De staatssecretaris mevrouw
M. van Bijsterveldt
Postbus 16375
2500 BJ DEN HAAG

Datum 18 januari 2008 Contactpersoon M. Veldhoven/ H. van Nieuwkerk Onze referentie 7305 / MBO 2010 Doorkiesnummer (0318) 648 568 Advies examinering talen en
Onderwerp Bijlage(n) 1 rekenen/wiskunde in het MBO

Geachte mevrouw Van Bijsterveldt,

Langs deze weg doe ik u het advies toekomen over examinering in het MBO onder de titel "Toekomst Examinering Talen en Rekenen/Wiskunde in het MBO". In uw bestuurlijk overleg met de voorzitter van de MBO raad de heer Jan van Zijl en de heer Ben Roodink is reeds aangekondigd dat dit rapport er aan zat te komen en het belang ervan.

Het rapport is geschreven door vier topdeskundigen op het gebied van examinering. Deze zijn bij elkaar gebracht door het Procesmanagement MBO 2010 naar aanleiding van de gebeurtenissen in het Algemeen Overleg van de Tweede Kamer op 7 november 2007.
In dat overleg heeft u aan de kamer toegezegd dat u in februari 2008 met een brief over de examinering in het MBO zou komen.

Als Procesmanagement MBO 2010 is er ons veel aan gelegen dat u in deze brief goed onderbouwde beleidsvoornemens kunt geven.
Bovendien was ons bekend, dat er een beleidsreactie in voorbereiding was van de gezamenlijke bewindslieden van OC&W op het rapport van de Commissie Meijerink aangaande Taal, Rekenen en Wiskunde onderwijs voor 12 tot 18 jarigen (titel "Over de drempels met Taal en Rekenen").
Bijgevoegd rapport geeft voor het MBO de richtingen aan, waarin de conclusies uit het rapport Meijerink zouden kunnen worden uitgewerkt.

Conform het Plan van Aanpak "MBO2010, Onderwijs dat werkt!" heeft het Procesmanagement draagvlak gezocht voor dit rapport bij de leden van de MBO Raad en AOC Raad. Zij kunnen zich vinden in dit rapport. De verwachting mag zijn dat de MBO- sector, afhankelijk van de precieze invulling en constructies, zal meewerken aan de gekozen oplossingsrichtingen voor examinering in Taal, Rekenen en Wiskunde.

De kern van het advies van het Procesmanagement MBO2010 bestaat uit de volgende punten:


1. Bedrijfsleven en politiek maken zich terecht de nodige zorgen over het niveau van het taal, rekenen/wiskunde onderwijs voor 12 tot 18 jarigen in Nederland. Doelen en niveaus zijn onvoldoende beschreven. Gestandaardiseerde meetlatten en eenduidige normen van beheersing ontbreken in het huidige onderwijs.


2. In het MBO kende de op eindtermen gebaseerde Kwalificatiestructuur zo goed als geen eindtermen voor Taal, Rekenen en Wiskunde, met uitzondering van de eindtermen voor doorstroom naar het HBO en de eindtermen voor de Technische sector.


3. In de competentiegerichte Kwalificatiestructuur zijn er wel competentiebeschrijvingen en beheersingsniveaus opgenomen voor Nederlands, Moderne Vreemde Talen en Rekenen /Wiskunde. Zowel bij de beschrijving van de Beroepscompetenties, als de beschrijving van de Leer-, Loopbaan- en Burgerschapscompetenties. Er zijn zelfs Raamwerken ontwikkeld voor Nederlands, MVT's en Rekenen /Wiskunde.


4. De experts adviseren om Hybride Examinering voor Nederlands, MVT's en Rekenen/Wiskunde in te voeren voor het gehele MBO. Voor Nederlands en Engels gaat het om Centrale Examinering van Lezen en Luisteren en Gestandaardiseerde Decentrale Examinering voor Spreken en Schrijven.
Voor Rekenen/ Wiskunde gaat het om Centrale Examinering van Rekenen/Wiskunde (Burgerschap) en Rekenen/Wiskunde(Doorstroom). De Rekenen/Wiskunde Doorstroom wordt hierbij bij voorkeur (per sector) gekoppeld aan het HAVO eindexamen (opgesteld door het CEVO) en 3 maal per jaar op school afgenomen. Overigens adviseren de experts om alle centrale examinering flexibel op school te laten plaatsvinden.


5. De drievoudige kwalificatie van het MBO is als uitgangspunt genomen volgens het advies. Een deelnemer behaalt het diploma als voldaan is aan de Beroepscompetenties, de Leer-, Loopbaan- en Burgerschapscompetenties en de doorstoomcompetenties. Indien een deelnemer alleen de Beroepscompetenties behaalt, maar na voldoende inspanning, niet in staat is om de vereiste niveaus van Taal en Rekenen/Wiskunde te behalen dan kan deze deelnemer in aanmerking komen voor een overeenkomstig Certificaat. Dit om tegemoet te komen aan deelnemers met leerproblemen (dyslexie bijv.), taalachterstand (allochtonen) of lichamelijke beperkingen (visueel, auditief gehandicapten). Het Certificaat geeft geen recht op doorstroom. Voor Taal moet bovendien altijd het minimum taalniveau A2 (MBO niveau 1 ­ 2) of B1 (MBO niveau 3 ­ 4) gehaald worden. In dat geval is remedial teaching aangewezen.


6. Examenprofielen worden momenteel door de KBB's ontwikkeld voor de beroepscompetenties om examinering in authentieke taaksituaties mogelijk te maken. Een geïntegreerd praktijkexamen op basis van bewijsdossiers kan zo op controleerbare wijze worden afgenomen. Genoemde examenprofielen dienen te worden afgestemd met dit advies.

Pagina 2 van 3

Zoals u ziet biedt het bijgevoegde rapport duidelijke oplossingsrichtingen aan. Er wordt duidelijk gekozen voor kwaliteit van examinering van Talen, Rekenen en Wiskunde. Centrale examinering waar dit, wetenschappelijk onderbouwd, kan en gestandaardiseerd binnen de beroepscontext waar dit alleen op deze wijze leidt tot betrouwbare en valide examinering.

Het advies is geschreven door de beste deskundigen die Nederland op dit terrein te bieden heeft. Zij zijn ongetwijfeld bereid om hun keuzes verder te onderbouwen.

Het Procesmanagement is natuurlijk ook te allen tijde bereid u verder van advies te dienen.

Met vriendelijke groet namens
het Procesmanagement MBO 2010,

Marc Veldhoven,
Procesmanager domein Inhoud

cc. Procesmangement MBO 2010
Mevrouw Jeanette Noordijk
De heer Paul Oomens
De heer Hugo Hopstaken
Mevrouw Ellemiek Etman
Pagina 3 van 3