Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

2070819120

Vragen van het lid Ouwehand (PvdD) aan de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over centrale coördinatie van de ontwikkeling en toepassing van alternatieven voor dierproeven. (Ingezonden 28 april 2008)


1
Bent u bekend met het 3V-Research Centre van het Centraal Dierenlaboratorium (CDL) in Nijmegen?


2
Wat is uw mening over het 3V-Reseach Centre?


3
Hoe beoordeelt u het onderzoek naar de inspanningen die onderzoekers binnen het CDL verrichten naar het zoeken naar 3V-alternatieven voor hun dierproeven? 1)


4
Wat is uw mening over de conclusie van genoemd onderzoek dat dierexperimenteel onderzoekers binnen het CDL weinig tijd besteedden aan het zoeken naar 3V-alternatieven voor hun dierproeven, hoewel ze het belang van dat zoekwerk wel onderkenden? Welke conclusies verbindt u aan deze uitkomst met betrekking tot de inspanningen op het gebied van de 3V's in het dierexperimenteel onderzoek in Nederland?


5
Deelt u de mening dat de activiteiten van het 3V-Research Centre kunnen bijdragen aan de vervanging, verfijning en vermindering van dierproeven binnen het CDL? Zo ja, op welke wijze gaat u er zorg voor dragen dat deze activiteiten kunnen worden blijven uitgevoerd? Zo neen, kunt u dit toelichten?


6
Deelt u de mening dat de activiteiten van het 3V-Research Centre nationaal geïmplementeerd zouden moeten worden in het kader van het streven naar vervanging, verfijning en vermindering van dierproeven in Nederland? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn gaat u deze implementatie vormgeven? Zo neen, welke werkwijze wenst u in plaats daarvan te hanteren om te komen tot een daadwerkelijke vermindering, verfijning en vervanging van dierproeven in Nederland?


7
Bent u bekend met het National Centre for the Replacement, Refinement and Reduction of Animals in Research (National Centre for the 3R's) in het Verenigd Koninkrijk? Zo ja, wat is uw oordeel over de bijdrage die dit centrum levert aan de ontwikkeling en toepassing van alternatieven voor dierproeven? Zo neen, bent u bereid kennis te nemen van werkwijze en financiering van het National Centre for the 3R's met het oog op het Nederlandse beleid voor alternatieven voor dierproeven?


8
Bent u bereid op korte termijn duidelijkheid te verschaffen over de toekomst van het Nationaal Centrum Alternatieven voor Dierproeven (NCA), in de wetenschap dat de financiering van het NCA vooralsnog aan het einde van dit jaar afloopt en de kabinetsvisie

alternatieven voor dierproeven nog altijd niet verschenen is?


9
Kunt u aangeven of, en zo ja op welke wijze, u de ervaringen en werkwijzen van het Nederlandse 3V-Research Centre en het Britse National Centre for the 3R's betrekt bij uw visie op de rol van het Nationaal Centrum Alternatieven voor Dierproeven?


10
Kunt u aangeven wat de huidige rol is van het Platform Alternatieven voor Dierproeven? Wat is uw visie op de rol van het Platform in relatie tot de activiteiten van het NCA en de Programmacommissie Alternatieven voor Dierproeven van ZonMw?


1) Boxel, M. van en B. Savenije, 3V's zoeken en vinden. Jaarverslag van het 3V-Research Centre over het jaar 2007, p.5. Nijmegen, Universitair Medisch Centrum St Radboud 2008