Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Ons kenmerk ARBO/KON/2008/12196 Doorkiesnummer Datum 6 mei 2008 Faxnummer

Onderwerp Aanbieding Nationale Enquête
Arbeidsomstandigheden 2007

Hierbij bied ik u het door TNO vervaardigde basisrapport aan over de Nationale (werknemers)Enquête Arbeidsomstandigheden 2007 (NEA 2007).

Samen met de Werkgeversenquête Arbeidsomstandigheden (WEA) en monitoring door de Arbeidsinspectie vormt de NEA de kern van het stelsel van systematische arbomonitoring waarmee ik op nationale schaal de stand van en de ontwikkelingen in de arbeidsomstandigheden in Nederland en de gevolgen daarvan in termen van risico's en verzuim, alsmede van het terzake door arbeidsorganisaties gevoerde beleid, volg. Ook voor beroepsgroepen, sectororganisaties en afzonderlijke bedrijven bieden deze monitors belangrijk referentiemateriaal. Eerdere NEA-metingen vonden plaats in 2003, 2005 en 2006. Na metingen in 2004 en 2006 wordt de volgende WEA komend najaar weer uitgevoerd.

Een belangrijk resultaat uit de onder bijna 23.000 werknemers gehouden NEA 2007 acht ik de toegenomen bereidheid dóór te blijven werken tot het 65e levensjaar. Die is gegroeid van 21% in 2005 via 26% in 2006 tot 34% afgelopen najaar. Binnen alle leeftijdsgroepen is sprake van een toename. De animo om dóór te werken is bij de jongste groep werknemers het hoogst. De verschillen tussen de overige leeftijdsgroepen zijn relatief klein. De verschillen tussen sectoren zijn vrij groot: terwijl in de bouw nog geen kwart van de werknemers wil doorwerken, ligt de animo in de agrarische sectoren boven de 40% en in de cultuursector en het onderwijs daar net onder. De resultaten bevestigen de naar aanleiding van de NEA 2006 getrokken conclusie dat de door het kabinet geëntameerde discussie over dit onderwerp effect sorteert.

In de komend najaar aan uw Kamer aan te bieden Arbobalans 2007 zal uitgebreid worden gerapporteerd over de resultaten van de NEA. Voor een zorgvuldige onderbouwing en beoordeling van beleid en uitvoering is monitoring-informatie zoals die in voorliggend basisrapport te vinden is, noodzakelijk maar vaak niet voldoende. In de Arbobalans vindt daarom ook een verdieping plaats waarin verbanden worden gelegd tussen variabelen en monitors onderling, trends worden beschreven aan de hand van eerder uitgevoerde metingen,

Ons kenmerk ARBO/KON/2008/12196

en relaties worden gelegd met gegevens uit ander onderzoek en andere monitors. Bij die verdieping worden, behalve arbeidsomstandigheden, ook andere hoofdelementen van de arbeidssituatie van werknemers betrokken, namelijk arbeidsinhoud, arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)

Bijlage(n):
Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2007: methodologie en globale resultaten


---