Varkenshouders die pleiten voor het einde van een ggo-verbod
07 mei 2008 - kamerstuk
Kamerbrief met antwoorden op Kamervragen waarin de minister meldt dat
er voor genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) die niet in de
Europese Unie zijn toegelaten, een absolute nultolerantie geldt.
Meer informatie
* Varkenshouders die pleiten voor het einde van een ggo-verbod
Kamerstuk | 07-05-2008 | PDF-Document, 47 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
Geachte Voorzitter,
Hierbij bied ik u mede namens de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer (VROM) het antwoord aan op vragen van het lid Thieme over varkenshouders
die pleiten voor het einde van een ggo-verbod.
1
Kent u het bericht 'Europese varkenshouders roepen om einde GGO-verbod'?1
Ja.
2
Kunt u uiteenzetten of concurrentieoverwegingen, lage opbrengstprijzen en een hoge
kostprijs voor u argumenten zijn om het beleid inzake de genetisch gemodificeerde
organismen (GGO-beleid) te versoepelen? Zo ja, hoe verhoudt zich dit tot het voorzorgsprincipe
en het feit dat een overgrote meerderheid van de Nederlandse en Europese
bevolking geen GGO-producten wil? Zo neen, op welke wijze voorkomt u dat de varkenslobby
met deze economische argumenten het politieke besluitvormingsproces beïnvloedt?
Er is geen sprake van een "ggo-verbod". Op grond van Verordening (EG) 1829/2003 inzake
genetische gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders kunnen genetisch gemodificeerde
gewassen, diervoeders en levensmiddelen tot de EU-markt worden toegelaten,
nadat ze door de EFSA (European Food Safety Authority) veilig zijn bevonden. Bij deze
markttoelatingsprocedure spelen concurrentieoverwegingen geen rol.
Tot nu toe zijn 24 genetische gemodificeerde maïs-, soja-, katoen- en raapzaadvariëteiten
toegelaten tot de EU-markt voor gebruik in diervoeders.
Uit het artikel maak ik op dat Europese vertegenwoordigers van de varkenshouderijsector
zich zorgen maken over de mogelijke gevolgen van de lange EU-procedures voor toelating
van ggo's. Deze procedures vergen in de Europese Unie (EU) aanzienlijk meer tijd dan bij
onze handelspartners (Canada, VS, Brazilië, Argentinië) die ggo's exporteren.
1 Agrarisch Dagblad, 28 maart 2008
Hierdoor ontstaat de situatie dat nieuwe ggo-variëteiten bij de handelspartners geteeld
worden, terwijl die in de EU (nog) niet zijn toegelaten. Voor niet in de EU toegelaten ggo's
geldt een absolute nultolerantie. Deze mogen niet in de EU voorkomen. De
handelspartners kunnen niet in alle gevallen aan deze nultolerantienorm voldoen, omdat
de aanwezigheid van sporen van nog niet in de EU toegelaten ggo-variëteiten in
handelsstromen technisch vaak niet kan worden voorkomen. Als vanwege de nultolerantie
zulke handelsstromen voor de EU worden afgesloten, kan dat leiden tot hogere
inkoopprijzen voor de EU- importeurs van maïs, soja en (diervoeder)grondstoffen die zijn
afgeleid van deze gewassen. De problematiek beperkt zich dus niet tot de varkenshouderij.
Ook importeurs van conventionele grondstoffen en de levensmiddelenindustrie
hebben met deze problematiek te maken.
Ik heb de Kamer bij brief van 25 september 20072 en 20 februari3 2008 ingelicht over deze
problematiek en de voorgestane oplossingsrichtingen. Kortheidshalve wil ik u voor meer
informatie naar deze naar deze brieven verwijzen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit