Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Jacht op verwilderde duiven

07 mei 2008 - kamerstuk

Kamerbrief met antwoorden op Kamervragen over het afschieten van duiven. De verwilderde is duif geen beschermde diersoort. De verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet zijn hierop niet van toepassing.

Meer informatie

* Jacht op verwilderde duiven
Kamerstuk | 07-05-2008 | PDF-Document, 53 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden: Zie het origineel


Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen van het lid Thieme (PvdD) over jacht op verwilderde duiven.

1
Kent u het bericht 'Ophokgebod postduiven'? 1)
Ja.

2
Hoeveel verwilderde duiven gaan er in de periode van vrijdag 21 maart tot en met vrijdag 9 mei 2008 in dit gebied afgeschoten worden?
De lokale wildbeheereenheid schat dat in de genoemde periode er naar schatting circa
100 duiven worden geschoten in dit gebied.

3
Hoe vaak vinden dergelijke 'opruimacties' per jaar gemiddeld plaats in Nederland? Het ophokgebod is één keer per jaar tijdens de zaaiperiode, als de landbouw kwetsbaar is voor schade door duivenvraat. Duiven mogen het jaar rond geschoten worden, maar de acties concentreren zich in de periode van het ophokgebod. Dit ter voorkoming dat gehouden duiven ook worden geschoten.

4
Bent u van mening dat gemeenten voldoende maatregelen treffen om overlast van duiven op een diervriendelijke manier op te lossen? Zo ja, wat zijn in uw ogen diervriendelijke maatregelen? Zo neen, deelt u de mening dat (verwilderde) duiven niet afgeschoten mogen worden totdat voldoende diervriendelijke methoden zijn onderzocht?

Ik heb geen aanwijzingen dat gemeenten onvoldoende maatregelen treffen om overlast van duiven op een diervriendelijke manier op te lossen. Diervriendelijke maatregelen om overlast te voorkomen, kunnen het eenvoudigst worden toegepast in de bebouwde kom, bijvoorbeeld door niet te voederen en het nestelen tegen te gaan. Verder kan de overlast geconcentreerd en beperkt worden door duiventillen op hoge plekken te plaatsen en in de duiventil de eieren door kunsteieren te vervangen. In het buitengebied is het lastig om bovengeschreven methoden toe te passen, vandaar dat er wordt overgegaan tot afschot. Wat de beste oplossing is voor overlast veroorzakende verwilderde duiven is sterk afhankelijk van de lokale omstandigheden en vergt maatwerk. Ik vertrouw erop dat gemeentes hier zelf een goede afweging in maken.
5
Deelt u de mening dat de aanwezigheid van straatvuil en het bijvoeren van duiven, gecombineerd met de hoge vruchtbaarheid van deze dieren de oorzaken zijn van grote populaties in steden? Zo ja, kunt u aangeven of en op welke wijze uw beleid erop gericht is om een sterke populatiegroei te voorkomen? Zo neen, kunt u dit toelichten? De aanwezigheid van straatvuil en het bijvoeren van duiven, gecombineerd met de hoge vruchtbaarheid van deze dieren zijn inderdaad de belangrijkste oorzaken van grote populaties in steden. Het voorkomen van overlast door verwilderde duiven is de verantwoordelijkheid van de gemeentes. Het Kenniscentrum Dierplagen kan gemeentes hierin adviseren. Zie ook het antwoord op vraag 4.

6
Deelt u de mening dat het wegvangen en/of doden van verwilderde duiven geen duurzame, langetermijnoplossing vormt om overlast van grote populaties duiven tegen te gaan? Zo ja, bent u bereid om landelijk beleid te ontwikkelen voor diervriendelijk populatiebeheer van verwilderde duiven? Zo neen, kunt u dit toelichten? Het wegvangen en/of doden van verwilderde duiven zal altijd gecombineerd moeten worden met andere maatregelen, die voorkomen dat er nieuwe, grote populaties duiven ontstaan. Ik vind dat de nota Dierenwelzijn gemeentes een goed kader geeft voor het ontwikkelen van zo diervriendelijk mogelijk plaagdierbeleid. Op dit moment vind ik het niet nodig om specifieker, landelijk beleid te ontwikkelen.
7
Bent u bereid lering te trekken uit de verschillende beschikbare goede alternatieven, zoals het plaatsen van tillen op hoge daken en het vervangen van duiveneieren door kunsteitjes? Zo neen, waarom niet?
Zie het antwoord op vragen 4 en 6.


8
Bent u bereid de verleende ontheffingen te heroverwegen, dan wel in te trekken en gemeenten aan te sporen andere maatregelen te treffen, waarbij verwilderde duiven niet gedood hoeven worden? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?
De verwilderde duif is geen beschermde soort en dit betekent dat de verbodsbepalingen1 van de Flora- en faunawet (Ff-wet) niet van toepassing zijn. Voor afschot van verwilderde duiven is dan ook geen ontheffing nodig.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


1) Blik op het Nieuws, 4 maart 2008; http://www.blikopnieuws.nl/bericht/70589
1 In de Flora- en faunawet is bepaald dat het verboden is planten en dieren, die tot een beschermde soort