Ministerie van Algemene Zaken

NOS, Met het oog op morgen, Radio 1

Radio / TV-interview | 09-05-2008

Vice-minister-president Bos, na afloop van de wekelijkse ministerraad, over de komende weken en de opiniepeilingen

SLOTBOOM:
Waar verheugt u zich op de komende weken?

BOS:
Ik geniet van dit vak. Ik ga elke dag fluitend naar mijn werk. Je mag je als minister van Financiën ook met alles bemoeien. Dus er komt elke dag ook wel wat interessants voorbij. Volgende week heb ik een discussie in Brussel waar we voor het eerst in de geschiedenis van de Europese Unie over de topinkomens gaan praten, maar dan in Europees verband. Omdat Nederland dat belangrijk vindt. Daar ben ik trots op en daar geniet ik van, dat je zoiets toch voor elkaar krijgt. En ook gewoon hier in Nederland komen er denk ik de komende weken en maanden nog talloze belangrijke dingen voorbij. Hoe gaan we met de kilometerbeprijzing om? Hoe maken we de begrotingen voor volgend jaar kloppend op een manier dat de mensen zien dat zij én Nederland er beter van worden. Dat zijn mooie dingen om mee bezig te zijn.

SLOTBOOM:
Wat is het belangrijkste besluit dat nog voor de zomer moet worden genomen?

BOS:
Ik denk dat de precieze manier waarop we met de kilometerbeprijzing omgaan, hoe we de motorrijtuigenbelasting afschaffen, wat de toekomst van de BPM wordt, hoe duur het wordt die kilometerbeprijzing. Al dat soort zaken, ik denk dat een van de allerbelangrijkste besluiten is.

SLOTBOOM:
Rare vraag. Als je kijkt naar de opiniepeilingen, dan is er toch wat raars aan de hand. Je ziet dat de grote partijen CDA, PvdA en VVD hun steun lijken te verliezen. Nieuwe partijen als Verdonk doen het goed. Je ziet ook dat Pechtold het goed doet. Praat u daar eigenlijk in het kabinet wel eens over?

BOS:
Niet tijdens de Ministerraad. Maar als we samen zitten te lunchen of koffiedrinken dan praten we er wel over.

SLOTBOOM:
Maar wat is de analyse? Hoe kan dat nou?

BOS:
We maken ons wel zorgen omdat het erop lijkt alsof een heleboel kiezers zich van teleurstelling naar teleurstelling aan het bewegen zijn. Ze zijn teleurgesteld in wat ze van de politiek meemaken, gaan dan kiezen voor iemand die nog nooit iet heeft moeten laten zien, worden vervolgens ook die persoon teleurgesteld en gaan weer op zoek naar iemand anders. Zo hebben we in 2002 gezien dat een heleboel kiezers bij Pim Fortuyn terecht kwamen. In 2003 kwamen een heleboel kiezers bij Wouter Bos, in 2006 een heleboel bij Jan Marijnissen, en als je de peilingen nu bekijkt bij Rita Verdonk. Dus eerst voor iemand die nog onbevlekt was, die nog in zekere zin een illusie hoog kon houden dat onder hem of haar alles anders zou zijn, vervolgens is er de teleurstelling en gaan ze weer naar iemand anders toe. Terwijl de partijen die dus van jaar op jaar verantwoordelijkheid nemen, laten zien - hoe moeizaam het soms ook is - toch dingen voor elkaar te krijgen, dat die daarin gewantrouwd worden en ieder geval niet beloond worden. Dat vind ik best zorgelijk omdat het soms er ook op lijkt alsof juist de partijen die niet de makkelijke keuze maken om in de oppositie te blijven zitten - want dan hoef je nooit iets uit te leggen aan je achterban, dan hoef je nooit een compromis te sluiten - daarvoor niet beloond worden.

SLOTBOOM:
Hoe kan dat nou? In een onderzoek van Maurice de Hond zie je dat de LPF-aanhangers van 2002 nu bij Verdonk en PVV zitten, die zitten niet of nauwelijks bij de bestaande partijen. Ik zie zelfs de PvdA op nul procent staan. Hebben de bestaande partijen niet geleerd dan van wat er gebeurd is?

BOS:
Dat hebben ze wel maar het heeft kennelijk niet alle kiezers overtuigd. Toen wij in 2002 heel veel verloren, binnen een jaar waren er verkiezingen in 2003 en haalden we ook heel veel terug. Het kan dus ook geweldig heftig op en neer gaan. Ik vind het vooral een teken van enorme onzekerheid bij heel veel mensen in Nederland. Ik denk dat mensen door de globalisering van de economie, de vraag van wat dat nou betekent voor je baan en je inkomen. Maar ook de eenwording van Europa, wat betekent dat nou voor waar je zelf nog over gaat of waar straks bij wijze van spreken de Turken over beslissen. Of de opkomst van het terrorisme. Dat zijn zaken waar mensen zo onzeker van worden dat ze zoeken naar houvast. En houvast wordt kennelijk niet gevonden bij partijen die een traditie hebben van genuanceerde en ingewikkelde verhalen. Maar dat wordt wel gevonden bij partijen die een relatief simpel verhaal hebben. Verhalen als 'het ligt allemaal aan de islam' of een verhaal als 'het ligt allemaal aan het grootkapitaal' of een verhaal als 'het ligt allemaal aan dé regenten'. Dat zijn kennelijk de verhalen die dan aanspreken. Dat betekent alleen maar dat voor partijen als de onze - of dat PvdA is, of CDA of andere partijen die zich meer in het midden bewegen - er een enorme uitdaging ligt om te laten zien dat in een ingewikkelde wereld je er met een simpel verhaal niet komt.

SLOTBOOM:
Dat is een taak voor die partijen, maar waarom lukt het dan niet? Het is niet voor het eerst dat de partijen dat constateren. Ik kan me nog goed herinneren een paar jaar geleden, toen sprak ik onder andere minister Zalm en die zei: we leggen het beleid niet goed uit. Dat hoor je nu ook.

BOS:
Dat hoort u mij niet zeggen. Ik onderschat mensen niet. Ik denk dat mensen dondersgoed weten wat er gebeurt. Alleen, het is kennelijk niet genoeg om zeg maar een overtuigend antwoord te zijn op hun onzekerheden. Daar zullen we dan dus nog harder aan moeten werken gewoon. Maar we moeten ook wel eerlijk zijn. Waar ik dus niet in geloof, is mensen sprookjes vertellen. Het idee dat je Nederland kunt afschermen voor de boze buitenwereld zodat je nooit meer iets te maken hebt met globaliserende economieën en de opkomst van China en India en alles kan blijven zoals het is. Dat is een sprookje. En dat geeft op korte termijn mensen houvast omdat ze denken: ah gelukkig, er hoeft niks te veranderen, alles kan blijven zoals het is. Een paar jaar later zullen ze alleen nog gefrustreerder zijn omdat ze het gevoel hebben door politici te zijn voorgelogen. Dus je moet daarin ook wel eerlijk durven te zijn.

SLOTBOOM:
Heeft het ook met het woordje 'vertrouwen' te maken? Want zo'n 10 jaar geleden leek er een soort automatisch vertrouwen te zijn in mensen die de leiding geven aan het land totdat het tegendeel bewezen was. Misschien is het tegenwoordig gewoon omgekeerd, dat ze denken van: de premier, de vice-premier die vertrouwen we niet totdat ze laten zien dat we hun kunnen vertrouwen?

BOS:
Misschien is dat zo. Dat wordt ook regelmatig gemeten. Dus ik ben ook benieuwd wat de meer recente onderzoeken op dat punt zullen laten zien. Maar ik denk wel dat naarmate burgers mondiger worden, naarmate burgers meer het idee hebben dat het ook wel zelf kunnen, naarmate burgers vaker zien hoe goede bedoelingen van de politiek vastlopen in de bureaucratie, naarmate burgers vaker zien dat dingen in samenlevingen zich voltrekken waarbij ongeacht wat de politiek ervan vindt dat je dan als politicus steeds meer te bewijzen hebt, wil je het vertrouwen van mensen kunnen winnen.

SLOTBOOM:
Kunt u ook iets leren van mensen als Marijnissen, Verdonk?

BOS:
Marijnissen staat op dit moment natuurlijk zelf op zwaar verlies. Dus of hij nou een goed voorbeeld is van iemand die het vertrouwen wel wint, dat weet ik niet. Verdonk straalt uit dat zij effe alle problemen van Nederland zal oplossen. Ik geloof er helemaal niks van. Maar het betekent wel dat ze daar dus kennelijk iets te pakken heeft waar veel mensen mee zitten. En ik vind dat je dan dus ook als politicus van een meer gevestigde partij daar wel wat aan gelegen moet laten liggen.

SLOTBOOM:
U ziet een paar jaar geleden eens: populisme kan je ook leren.

BOS:
Ja, je hoeft geen populist te worden maar de kern van populisme is dat mensen over wie macht wordt uitgeoefend het gevoel hebben dat de degenen die die macht uitoefenen zich eigenlijk niks aan hen gelegen laten liggen. Dat vind ik ook als democraat en als sociaaldemocraat een onaanvaardbaar sentiment dat nooit groot mag worden in de samenleving. Mensen moeten het gevoel hebben dat de politiek over hun gaat, dat we met hun problemen bezig zijn. En ik denk dat als ze dat begrijpen, van: het gaat misschien allemaal langzaam, het zijn misschien maar allemaal kleine stapjes, maar er wordt wel oprecht geprobeerd mijn leven beter te maken, dan denk ik dat je met dat vertrouwen nog weer een kans maakt. (Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, GB)