Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

Bird & Bird
t.a.v. de heer mr. W. Pors
Postbus 30311
2500 GH DEN HAAG

De Brauw, Blackstone, Westbroek
t.a.v. de heer mr. E. Pijnacker Hordijk
Postbus 90851
2509 LW DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer
- - Datum Bijlage(n) 14 mei 2008 div. Ons kenmerk Uw kenmerk RWSCD BJV 2008/1545 - Onderwerp
Beslissing op bezwaar

Geachte heren Pors en Pijnacker Hordijk,

Hiermee beslis ik op het

- namens Koninklijke TNT Post B.V. (hierna "TNT Post") en Cendris Dataconsulting B.V. (hierna "Cendris") ingediende bezwaarschrift van 3 juli 2007, ontvangen 5 juli 2007 en binnen de daartoe gestelde termijn aangevuld bij brief van 18 september 2007;
- namens Falkplan-Andes BV (hierna "Falkplan-Andes") ingediende bezwaarschrift van 5 juni 2007, ontvangen 7 juni 2007 en binnen de daartoe gestelde termijn aangevuld bij brief van 4 juli 2007.


1. Inleiding

1. Proces
Beide bezwaarschriften richtten zich tegen de twee inhoudelijk identieke besluiten van de minister van Verkeer en Waterstaat (hierna "de minister') van 24 mei 2007 met kenmerk RWSCD BJV 2007/12143 en 14585 (hierna "de bestreden besluiten"), die inhielden openbaarmaking van het Nationaal Wegenbestand (hierna "het NWB") en het toestaan van hergebruik van het NWB per 1 januari 2009 onder de voorwaarde van aanpassing van de ministeriële regeling Besluit toegestane marktactiviteiten Rijkswaterstaat. Met de bestreden besluiten werd gereageerd op twee verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) om openbaarmaking en toestaan van hergebruik van het NWB.
De bezwaargronden zijn toegelicht op de hoorzitting gehouden op 15 oktober 2007, waarvan het verslag is aangehecht.


2. Typering NWB
Het NWB(-Wegen) is een digitaal geografisch bestand waarin nagenoeg alle wegen in

Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171 Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895

bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

RWSCD BJV 2008/1545

Nederland opgenomen zijn die worden beheerd door wegbeheerders als het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen.
Het NWB (-Wegen) beperkt zich tot wegen voorzover deze zijn voorzien van een straatnaam of nummer; dus ook losliggende voet- en fietspaden en onverharde wegen zijn in het NWB opgenomen als ze een straatnaam hebben. Indien een weg gescheiden rijbanen heeft, worden deze als aparte wegvakken in het bestand verwerkt.
De geometrie van het NWB is gelijk aan de hartlijnen van het Top10Wegenbestand van de Topografische Dienst Nederland.
De geometrische nauwkeurigheid komt daarom overeen met kaarten met een schaal van
1:10.000.
In totaal beslaat het NWB-Wegen ongeveer 825.000 wegen met een totale lengte van 145.000 kilometer.
Het hebben en bijhouden van het NWB is noodzakelijk voor de goede vervulling van wegbeheerstaken;.
Het NWB wordt in dit verband bijvoorbeeld gekoppeld aan applicaties waarin data inzake kunstwerken en verkeersongevallen zijn vastgelegd, die op hun beurt weer de basis zijn voor het uitvoeren van onderhoud en maatregelen ter bevordering van de verkeers- veiligheid.


2. Bezwaargronden TNT Post en Cendris

1. De Staat heeft het NWB ontwikkeld met behulp van het Postcodebestand/de Postcodetabel en stelt het NWB ter beschikking door openbaarmaking en toestaan van hergebruik.
Dit is in strijd met door de Staat van Cendris verkregen eindlicenties ­die alleen het intern gebruik toestaan- en maakt inbreuk op het databankenrecht van TNT Post en op de Databankenrichtlijn en de Vaststellingswet Databankenwet.


2. Bij de voorbereiding van de bestreden besluiten zijn TNT Post (als databanken- gerechtigde op het Postcodebestand/de Postcodetabel) en Cendris (als hoofd- licentiehouder van TNT Post en sublicentieverstrekker van het Postcodebestand/de Postcodetabel) ten onrechte niet is gehoord.


3. Heroverweging naar aanleiding van bezwaargronden TNT Post en Cendris Ad 2.1 De postcodetabel die in licentie van Cendris wordt verkregen wordt niet (voor een substantieel deel) hergebruikt in het NWB en in het NWB is de postcodetabel niet opgenomen; daarmee kunnen derden geen postcodes (of huisnummerreeksen) ontlenen aan het NWB.
De postcodetabel wordt door de Staat intern gebruikt om nieuwe wegen te signaleren (waaraan immers nieuwe postcodes worden toegekend) en voor het actualiseren en controleren van het NWB voor gemeentenamen, woonplaatsnamen, straatnamen en huisnummerreeksen.
Het NWB bevat straatnamen die ook in de postcodetabel voorkomen; deze straatnamen worden echter van gemeenten verkregen en de postcodetabel wordt in dat verband slechts gebruikt om de spelling van de straatnamen te controleren. Er worden derhalve geen straatnaamgegevens uit de postcodetabel ingevoerd in het NWB, zodat er ook geen (substantieel) hergebruik van straatnamen plaatsvindt. Van het door derden kunnen uitlezen, hergebruiken of herhaald en systematisch kunnen opvragen van delen van het Postcode-bestand/de Postcodetabel is dan ook geen sprake. Er wordt dan ook noch in strijd gehandeld met art. 11 van de licentieovereenkomst met
---

RWSCD BJV 2008/1545

Cendris, noch inbreuk gemaakt op het databankenrecht van TNT Post.

Bij verdere openbaarmaking (en ook bij eventueel later toestaan van hergebruik) zal het NWB geen postcodes presenteren omdat dan, net zoals nu het geval is, het NWB geen postcodes bevat; teneinde elke twijfel hierover weg te nemen, zal in het NWB niet op postcode gezocht kunnen worden.

Ad. 2.2 TNT Post en Cendris zijn bij de voorbereiding van de bestreden besluiten niet gehoord omdat, gezien hetgeen in het voorgaande is aangegeven, niet verwacht werd dat zij bedenkingen zouden hebben.
Overigens heeft men in bezwaar alsnog belangen en standpunten kunnen toelichten. Deze zijn bij deze heroverweging betrokken, zodat één en ander in bezwaar geacht mag worden te zijn hersteld.


4. Bezwaargronden Falkplan-Andes

1. De bestreden besluiten impliceren, voor wat betreft het hergebruik van het NWB, dat daartoe wordt overgegaan op voorwaarde dat ministeriële regelgeving (bedoeld is kennelijk het Besluit toegestane marktactiviteiten Rijkswaterstaat) daarin gaat voorzien, zodat dit onderdeel van de bestreden besluiten thans ook openstaat voor bezwaar.


2. Bij de voorbereiding van de bestreden besluiten is niet onderzocht in hoeverre hetgeen het NWB de minister biedt ook door marktpartijen verzorgd kan worden.


3. Niet is onderkend dat gratis terbeschikkingstelling van het NWB de verdien- capaciteit in de toekomst van Falkplan-Anders ernstig ondergraaft en voor de minister een onnodige en schadelijke monopoliepositie doet ontstaan. Het wegenbestand van Falkplan-Andes is superieur aan het NWB en het toestaan van hergebruik van het NWB zal de vraag naar producten van Falkplan Andes doen afnemen omdat nieuwe toetreders hun goedkopere producten makkelijker kunnen afzetten aan afnemers die met mindere kwaliteit genoegen nemen. Hierdoor is de maatschappelijke schade groter dan die van Falkplan-Andes, een punt dat, naast de toetsing op doelmatigheid, bij de heroverweging in bezwaarfase aan de orde moet komen.
Dit is van belang nu aan het NWB nieuwe attributen worden toegevoegd. Het hanteren van een overgangstermijn tot 1 januari 2009 biedt geen soelaas omdat dan, net zoals nu, van marktbederf sprake zal zijn.
Overigens heeft de minister geen aandacht gegeven aan het tegengaan van hergebruik van het op de website van Rijkswaterstaat openbaar gemaakte NWB.


4. Dat Falkplan-Andes in de voorbereidingsfase van de bestreden besluiten haar schade onvoldoende onderbouwd zou hebben, is geen deugdelijk onderdeel van de motivering van de bestreden besluiten.
Dit omdat Falkplan-Andes in dat stadium de precieze inhoud van het NWB niet kende. Ten onrechte is pas bij bekendmaking van de bestreden besluiten het advies dat sprak van onvoldoende onderbouwing naar buiten gebracht, zodat Falkplan-Andes daar niet eerder op kon reageren; thans doet zij dat wel door de bij brief van 4 juli 2007 ingediende nadere bezwaargronden.


---

RWSCD BJV 2008/1545

Daarnaast is van de zijde van Rijkswaterstaat in een bespreking in april 2007, zoals vastgelegd in een besprekingsverslag van Falkplan-Andes, toegezegd dat pas tot honorering van Wob-verzoeken overgegaan zou worden nadat Falkplan-Andes in de gelegenheid zou zijn bedenkingen kenbaar te maken. Nu is echter het NWB openbaar gemaakt zonder marktpartijen te consulteren.


5. Heroverweging naar aanleiding van bezwaargronden Falkplan-Andes Ad 4.1 In de bestreden besluiten is de beslissing inzake toestaan hergebruik aangehouden tot 1 januari 2009 onder de voorwaarde dat het Besluit toegestane marktactiviteiten Rijkswaterstaat alsdan zal zijn aangepast.
Het rechtsgevolg van de bestreden besluiten is dus dat het verzochte hergebruik voorshands niet zal worden toegestaan.

Ad 4.2 Ongegrond is het bezwaar van Falkplan-Andes voorzover dat kennelijk rust op de stelling dat de overheid beter en goedkoper NWB-achtige data bij Falkplan-Andes (of anderen) zou kunnen inkopen en dit niet bij de voorbereiding van de bestreden besluiten is onderzocht.
Beslissingen inzake openbaarheid en hergebruik van overheidsinformatie hebben als vertrekpunt het bezit van overheidsinformatie en vormen niet het kader waarin op bedoeld bezwaar gereageerd moet worden.
Falkplan-Andes verliest hier uit het oog dat de overheid zich voor de vervulling van essentiële taken niet zonder meer van één marktpartij afhankelijk kan maken. Maakt de overheid zich van één marktparij afhankelijk, dan bestaat het risico dat deze, bijvoorbeeld in situaties waarin rendementen onder druk staan, het bestand laat verouderen of de overheid op enig moment zelfs confronteert met de noodzaak een gehele nieuw bestand op te bouwen ter vervanging van een uit kostenoverwegingen verwaarloosd bestand.
Ook heeft Falkplan-Andes geen oog voor de omstandigheid dat NWB-data aan verschillende typische wegbeheerdersapplicaties zijn gekoppeld ­ bijvoorbeeld applicaties die data inzake kunstwerken en verkeersongevallen bevatten ­ die de overheid nodig heeft voor de uitvoering van haar taken op het gebied van onderhoud aan infrastructuur en het bevorderen van verkeersveiligheid; een dergelijike koppeling kan evenwel slechts met (kostbare) aanpassingen van dataformats met data van Falkplan-Andes (of anderen) gerealiseerd worden.

Ad. 4.3 en 4.4
Voorzover Falkplan-Andes meent dat enkele openbaarmaking van het NWB zou moeten afstuiten op onevenredige benadeling van Falkplan-Andes, wordt het bezwaar verworpen. Bij de onderhavige openbaarmaking is het databankrecht voorbehouden. Er zijn geen aanwijzingen ­ ook Falkplan-Andes heeft dienaangaande volstaan met blote stellingen ­ dat dergelijke inbreuken zich op commercieel relevante schaal zullen gaan voordoen; het NWB is overigens na openbaarmaking "niet-downloadable" gemaakt. De stelling dat bij de voorbereiding van de bestreden besluiten niet zou zijn onderkend dat de verdiencapaciteit een relevante factor zou kunnen zijn bij beslissingen als deze, is onjuist en gaat voorbij aan het uitgebreide onderzoek dat aan de bestreden besluiten is vooraf gegaan.
Tijdens de voorbereidingsprocedure is Falkplan-Andes meerdere malen verzocht om een cijfermatige onderbouwing van haar beweerdelijke nadeel. In de bestreden besluiten is zelfs uitdrukkelijk aangegeven dat rekening moet worden gehouden met te verwachten nadeel voor Falkplan-Andes.
---

RWSCD BJV 2008/1545

Dat met concrete cijfers van Falkplan-Andes geen rekening kon worden gehouden komt voort uit de omstandigheid dat eerst bij aanvullend bezwaar concrete cijfers door Falkplan- Andes zijn gepresenteerd.
Ook onjuist is de stelling dat Falkplan-Andes geen cijfermatige onderbouwing kon geven omdat zij niet wist wat het NWB zou omvatten.
Bij de uitnodiging voor de mondelinge consultatie in november 2006, die volgde op een schriftelijke consultatieronde, is aan Falkplan-Andes een uitsnede van het NWB op CD- ROM gezonden om zich te kunnen oriënteren op de inhoud van het het NWB. Tijdens de mondelinge consultatie heeft Falkplan-Andes op gerichte vragen van de adviescommissie naar de omvang en aard van haar financiële nadeel, alleen een globaal beeld daarvan geschetst.

PWC-rapport
Omtrent die cijfers heeft de minister PriceWaterhouseCoopers (hierna: PWC) geraadpleegd.
PWC komt in haar rapportage onder meer tot de volgende constatering:: "Cruciaal is dat Falkplan zelf met een onderbouwing komt waarin men kan aantonen dat door vrijgave van het NWB de concurrenten voordeel hebben en Falkplan nadeel en wat de omvang is van de schade. Een nadere analyse zal dienen uit te wijzen in hoeverre de vrijgave van het NWB de verdiencapaciteit van Falkplan schaadt; en waar mogelijk zullen vergelijkingen dienen te worden gemaakt met vergelijkbare casuïstiek en zal een beoordeling dienen te worden gemaakt van de schadebeperkende maatregelen die partijen (i.c. Falkplan) zelf hebben getroffen.
In het kader van dit onderzoek kunnen wij op dit moment op basis van de huidige werkzaamheden en beschikbare documentatie en informatie geen uitsluitsel geven ten aanzien van de omvang van de voordelen van de vrijgave van het NWB voor nieuwe aanbieders c.q. in de omvang van de nadelen voor bestaande marktpartijen."

Reactie Falkplan-Andes
Gevraagd om een reactie op de PWC-rapportage, heeft Falkplan-Andes ­ kort samengevat ­ het volgende gezegd:

1. dat de minister PWC niet om advies heeft gevraagd maar vooringenomen was en PWC heeft geïnstrueerd argumenten tot verwerping van het bezwaar aan te reiken;
2. dat PWC had moeten onderzoeken of het NWB überhaupt gemaakt en vrijgegeven had moeten worden en of in welke mate van oneerlijke concurrentie sprake zou zijn;

3. PWC heeft de nadelen die toestaan van hergebruik met zich mee zal brengen onvoldoende gekwantificeerd waardoor geen besluit kan worden genomen (bedoeld zal zijn: geen besluit om hergebruik toe te staan);

4. ten onrechte heeft de minister PWC laten weten dat het NWB een kaal bestand is en in de gehele waardeketen een factor van beperkte waarde is.
---

RWSCD BJV 2008/1545

Die aanpak is onjuist en gaat voorbij aan het feit dat de minister voornemens zou zijn ook andere databestanden voor hergebruik beschikbaar te stellen. PWC heeft in dit verband tevens onvoldoende onderbouwd waarom Falkplan-Andes door marktontwikkelingen gedwongen zou kunnen worden tot commerciële aanpassingen en is zonder adequate motivering voorbijgegaan aan het feit dat een overgangstermijn tot
1 januari a.s. geen volledige compensatie oplevert.

Naar aanleiding van reactie Falkplan-Andes
PWC is een deskundige organisatie, juist ook op het onderhavige terrein. De keuze voor PWC onderstreept de beoogde zorgvuldigheid van besluitvorming in bezwaar.
Van (geïnstrueerde) vooringenomenheid is geen sprake geweest. Ook het rapport zelf ­ waarin verder onderzoek wordt aanbevolen ­ illustreert onafhankelijkheid en zorgvuldigheid, ook name waar het met juistheid verslag doet van de opdracht aan PWC: wat is de aard en de omvang van het beweerdelijke nadeel van Falkplan Andes; dat was ook, zoals Falkplan-Andes zelf memoreert, aan haar mede- gedeeld.
Voor een ruimere scope van het onderzoek bestond geen noodzaak omdat er immers ook onderwerpen zijn waarop bestuursorganen zonder adviezen van derden kunnen beslissen. De vraag of het NWB gemaakt had moeten worden, is in deze procedure niet aan de orde; verwezen wordt naar hetgeen onder Ad 4.2 is overwogen. Ook op meer structureel niveau gaan de naar aanleiding van het PWC-rapport nader uitgewerkte en herhaalde bezwaren voorbij aan de welvaartsbevorderende doelen die aan de EU-richtlijn hergebruik en hoofdstuk V-A WOB ten grondslag liggen. Richtlijn en wet beogen te stimuleren dat de overheid bijdraagt aan de kennisinfra- structuur door hergebruik van overheidsinformatie toe te staan. Het ruimhartig verstrekken van overheidsinformatie is dan ook vigerend nationaal beleid. (Zie bijvoorbeeld ook de afspraken tussen de Staat en het Interprovinciaal Overleg inzake geo-informatie).
De overheid treedt bij zaken als deze ook niet in concurrentie met ondernemingen, maar treedt op als overheid, als investeerder in infrastructuur. Dat hergebruik effecten op de markt zou kunnen hebben, is op zich zelf genomen niet toereikend om hergebruik te weigeren; zo zal bijvoorbeeld politiesurveillance ook effect op de markt voor beveiligingsdiensten kunnen hebben, maar dat effect is evenmin een zelfstandige reden om van politieoptreden af te zien. De omstandigheid dat overheidsoptreden effecten op de markt kan hebben betekent aldus ook niet dat dit optreden als economisch handelen zou hebben te gelden. Investeringen in kennisinfrastructuur en maatschappelijke beschikbaarstelling daarvan behoren in beginsel tot normaal overheidsoptreden en de effecten daarvan behoren tot normale ondernemersrisico's.
Over de (meer)waarde van NWB spreekt Falkplan-Andes niet zeer consistent. Enerzijds zegt zij zelf dat haar data van (veel) hogere kwaliteit zijn, anderzijds betwist zij de bevindingen in primo en van PWC dat NWB een kaal bestand is. Wat daarvan ook zij, het NWB is een zeer kaal bestand dat bijvoorbeeld geen zogeheten points of interest weergeeft.
Concurrenten, ook zij die geen navigatiesoftware of ­kaarten willen leveren maar upstream werkzaam zijn, zullen dergelijke points of interest moeten toevoegen en daarvoor de initiële investeringen moeten maken die Falkplan-Andes reeds gemaakt heeft voordat Falkplan-Andes klanten kan verliezen.


---

RWSCD BJV 2008/1545

Deze concurrenten zullen dergelijke points of interest niet, zoals Falkplan-Andes lijkt te willen suggereren, kunnen putten uit andere voor hergebruik beschikbaar te stellen databestanden, aangezien de overheid dergelijke bestanden niet heeft. Falkplan-Andes noemt ook geen indicaties die erop wijzen dat de overheid overheidstaken zal gaan vervullen die het aanleggen van dergelijke bestanden met commercieel relevante points of interest mee zullen brengen.
De bezwaren van Falkplan-Andes tegen het rapport van PWC zijn dan ook ongegrond. De minister onderschrijft de hierboven aangehaalde constateringen van PWC.

De contstateringen van PWC brengen nu mee dat eerst toegekomen zou kunnen worden aan afwijzing van bezwaar en aan toestaan van hergebruik na verder onderzoek naar de stellingen van Falkplan-Andes inzake substitutie van haar bestanden door NWB en naar haar stellingen omtrent de verdiencapaciteit die daarvan het gevolg zou zijn. Daarmee zal andermaal geruime tijd gemoeid zijn en op de uitkomst kan thans niet worden vooruitgelopen.
In het licht hiervan en in het licht van de omstandigheid dat het Besluit toegestane marktactiviteiten Rijkswaterstaat nog niet is gewijzigd, zal niet begunstigend kunnen worden besloten op hergebruikverzoeken.
De minister zal in de komende maanden nader onderzoek laten uitvoeren naar in elk geval de door Falkplan-Andes aangereikte cijfers, aannemende dat Falkplan-Andes bereid is hieraan medewerking te verlenen.
Uiteraard zal het beweerdelijke nadeel van Falkpan-Andes daarbij nog nader bezien moeten worden, maar in algemene zin zij nog eens opgemerkt dat de regelgeving en het beleid inzake hergebruik van overheidsinformatie veronderstellen dat de overheid bijdraagt aan de kennisinfrastructuur door hergebruik toe te staan. Hierdoor kunnen de (eind)gebruikers, tevens belastingbetalers, profiteren van door de overheid in het kader van haar werkzaamheden gegenereerde informatie en de waardetoevoeging van de zijde van de markt.


6 Beslissing

1. Op grond van hetgeen hiervoor onder 3. is overwogen, worden de bezwaren van TNT Post en Cendris ongegrond verklaard.
In het NWB zal niet op postcode gezocht kunnen worden.


2. Op grond van hetgeen hiervoor onder 5. is overwogen, worden de bezwaren van Falkplan-Andes gehonoreerd, voorzover berustend op de door haar in de bezwaarfase ingediende cijfers, waarover de minister zich niet binnen redelijke termijn een gefundeerd oordeel kan vormen.
Gelet hierop zal in overleg met Falkplan-Andes nader onderzoek worden verricht overeenkomstig de door PWC geadviseerde aanpak.
Hergebruik wordt dan ook vooralsnog niet toegestaan.

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

Camiel Eurlings

---

RWSCD BJV 2008/1545

Beroep

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt een beroepschrift worden ingediend bij de sector bestuursrecht van de rechtbank in wier ressort de geadresseerde van de beslissing op bezwaar gevestigd is.
Het beroepschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten: a. naam en adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het beroepschrift zich richt;
d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Zo mogelijk dient bij het beroepschrift een fotokopie te worden gevoegd van het besluit, waarop het geschil betrekking heeft.


---


---

RWSCD BJV 2008/1545

Verslag van de hoorzitting gehouden op maandag 15 oktober 2007 om 10.30 uur op het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Koningskade 4 te 's-Gravenhage, naar aanleiding van de bezwaarschriften van Koninklijke TNT Post B.V en Cendris Dataconsulting B.V. van 3 juli 2007 en het bezwaarschrift van Falkplan-Andes B.V. van
5 juni 2007
tegen de twee inhoudelijk identieke besluiten van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 24 mei 2007 (kenmerk RWSCD BJV 2007/12143 en RWSCD BJV 2007/14585), strekkende tot openbaarmaking van het Nationaal Wegenbestand (NWB) en aanhouding van de beslissing op het verzoek tot hergebruik daarvan.

Aanwezigen:

mr. D.B.G. van Duren Ministerie van VenW, voorzitter mr. T. Ponte Ministerie van VenW, lid commissie mr. J.M. Weststeijn Ministerie van VenW, lid commissie mr. H.J. P. van Douwe Ministerie van VenW, toehoorder ir. H. Nobbe Ministerie van VenW, toehoorder
------
mevrouw M.K.A. Kanhai verslaglegging namens Ministerie van VenW
------
mr. W. Pors advocaat Bird & Bird, namens Koninklijke TNT Post B.V. en Cendris Dataconsulting B.V. mevrouw mr. E. Dornseiffen Koninklijke TNT Post B.V. mr. C.W.D. Bom Koninklijke TNT Post B.V. P. Bezuijen manager projects, Cendris Dataconsulting B.V.
------
mr. E.H. Pijnacker Hordijk advocaat De Brauw, Blackstone, Westbroek, namens Falkplan Andes B.V. mr. drs. S.F.M. Vollering advocaat De Brauw, Blackstone, Westbroek, namens Falkplan Andes B.V., mevrouw S. Francisco stagiaire De Brauw, Blackstone, Westbroek, namens Falkplan Andes B.V.
------
R. Bieling Directeur Falkplan Andes B.V. P. Nientker Directeur Falkplan Andes B.V. A. Douma adviseur Falkplan Andes B.V.
------
ir. J. ten Siethof Stichting Bedrijvenplatform Geo-informatie mevrouw Y. Pluimers Stichting Bedrijvenplatform Geo-informatie
------
L. Quoidbach NAVTEQ NV/SA

Opening voorzitter
De voorzitter opent de hoorzitting om 10.30 uur en heet de aanwezigen welkom. Hij geeft de aanwezigen de gelegenheid zich voor te stellen. De voorzitter stelt de leden van de commissie voor en geeft aan dat de leden van de commissie niet betrokken zijn geweest bij de totstandkoming van de bestreden besluiten. Van de zijde van het Ministerie van VenW zijn twee toehoorders aanwezig.
---

RWSCD BJV 2008/1545

De voorzitter licht toe dat de hoorzitting tot doel heeft de belanghebbenden in de gelegenheid te stellen een toelichting te geven zodat de Minister over de juiste feiten en relevante informatie beschikt ten behoeve van de te nemen beslissingen op bezwaar. Het is de taak van de commissie om hiervan aan de Minister verslag uit te brengen. De voorzitter geeft aan dat van de hoorzitting een verslag wordt gemaakt dat tegelijk met de beslissingen op bezwaar aan de belanghebbenden zal worden toegezonden. De voorzitter zet uiteen wat het verloop van de hoorzitting zal zijn. Eerst zullen de belanghebbenden in de gelegenheid worden gesteld hun bezwaarschriften toe te lichten.
Daarna zal de hoorcommissie enkele vragen stellen en bestaat ruimte voor gedachtewisseling.
Tot slot krijgen de belanghebbenden de gelegenheid op elkaars standpunten te reageren en afsluitende opmerkingen te maken.

Standpunten van bezwaarmakers
Koninklijke TNT Post B.V en Cendris Dataconsulting B.V. De voorzitter geeft als eerste het woord aan de heer Pors die aan de hand van een schriftelijke toelichting (6 pagina's) de bezwaarschriften en de standpunten toelicht. De schriftelijke toelichting wordt als hier herhaald en ingelast beschouwd en maakt deel uit van het verslag (bijlage 1).
Aanvullend merkt de heer Pors het volgende op:
TNT is producent van het Postcodebestand en heeft zowel in de productie als ook in de controle en presentatie daarvan veel menskracht geïnvesteerd. Het Postcodebestand dient dan ook te worden aangemerkt als een databank in de zin van de Databankenwet en de Databankenrichtlijn.
De Staat erkent uitdrukkelijk dat het Postcodebestand een databank is. Uiteraard kan de staat niet op deze erkenning terugkomen. Uit de bestreden besluiten blijkt niet dat bij de voorgenomen openbaarmaking is getoetst aan de Databankenwet en aan de Databankenrichtlijn. De bestreden besluiten berusten dan ook op een onvolledig onderzoek naar de relevante feiten en de af te wegen belangen.
De Staat heeft nimmer rechtstreeks van TNT Post een licentie gekregen voor gebruikmaking van het Postcodebestand.
Wel heeft de Staat van Cendris verschillende eindgebruikerslicenties verkregen voor de postcodetabel.
Deze licenties staan de Staat echter alleen toe de Postcodetabel te gebruiken ten behoeve van strikt intern gebruik in haar eigen bedrijf.
De Staat is dus niet gerechtigd om het Postcodebestand of de Postcodetabel, dan wel de gegevens daaruit, te verwerken in een eigen product op een wijze die in de Databankenwet is voorbehouden aan de producent van een databank. Zoeken op postcodes in het NWB en het herhaaldelijk en systematisch uit het Postcode- bestand opvragen van postcodes zijn handelingen voorbehouden aan TNT Post. Via het internet levert de ter beschikkingstelling van het NWB in huidige vorm een verboden inbreuk op het databankrecht van TNT Post op. De Minister heeft beslist om het NWB aan derden ter beschikking te stellen wat een inbreuk betekent op het Databankenrecht van TNT Post. Omdat dit een beslissing van een orgaan van de Staat is, schendt de Staat artikel 6 lid 2 van de Databanken Richtlijn.
TNT Post overweegt over deze kwestie een klacht in te dienen bij de Europese Commissie. Het bestreden besluit kan dan ook niet in stand blijven en dient teruggenomen te worden.
10

RWSCD BJV 2008/1545

Falkplan-Andes BV.
De voorzitter geeft nu het woord aan de heer Vollering voor een toelichting op het bezwaar.
Er volgt een presentatie waarin een uiteenzetting wordt gegeven van de huidige kaarten- markt en de mogelijk negatieve gevolgen van eventuele overheidsbemoeienis daarin de presentatie wordt als hier herhaald en ingelast beschouwd en maakt deel uit van het verslag (bijlage 2).
Hierna geeft de voorzitter het woord aan de heer Bieling. De heer Bieling geeft uitleg over de opbouw van het wegenbestand; schriftelijke informatie (handout) wordt aan de leden van de commissie uitgedeeld. De schriftelijke informatie wordt als hier herhaald en ingelast beschouwd en maakt deel uit van het verslag (bijlage 3).
Vervolgens krijgt de heer Pijnacker Hordijk het woord die aan de hand van een schriftelijke toelichting het bezwaarschrift en de daarin vervatte standpunten toelicht. De schriftelijke toelichting wordt als hier herhaald en ingelast beschouwd en maakt deel uit van het verslag (bijlage 4).
Allereerst wordt toegelicht waarom in de optiek van Falkplan Andes B.V. sprake is van appellabele besluiten. Vervolgens volgt een inhoudelijke beoordeling van de bestreden besluiten.
Tenslotte wordt toegelicht waarom het hanteren van een "redelijke" overgangstermijn de onrechtmatigheid van de bestreden besluiten niet wegneemt.

NAVTEQ NV/SA
De heer Quoidbach wil zijn zorgen uitspreken.
Wat is de overheid van plan?
Er zijn met deze activiteiten grote investeringen gemoeid. Is de overheid werkelijk van plan zich als concurrent op deze markt te begeven?

Stichting Bedrijvenplatform Geo-informatie
De heer Ten Siethof geeft aan dat het bedrijvenplatform voor vrijgeven is tenzij de markt zoiets ook kan of vrijgave tot marktverstoring leidt.

Aanvullende vragen van de voorzitter.
De voorzitter vraagt de heer Pors nader in te gaan op de relatie tussen Postcodetabel, het NWB en het databankenrecht.
De voorzitter heeft de indruk dat de postcodetabel als zodanig niet in het NWB is verwerkt. Het databankenrecht kan toch niet ieder verband tussen de postcodetabel en andere gegevens of activiteiten uitsluiten?

De heer Pors stelt dat alleen voor intern gebruik van de postcodetabel toestemming is verleend.
Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat derden gebruik maken van de postcodetabel. Toch is gebleken dat substantiële delen van de postcodetabel door derden via toegang tot het NWB wordt gebruikt.
Dit blijkt uit het feit dat fouten in de postcodetabel door anderen overgenomen zijn. Het is op dit moment mogelijk om te zoeken op postcodes in het NWB en om dit herhaaldelijk en systematisch te doen.
Dat zijn handelingen die voorbehouden zijn aan de TNT Post.
---

RWSCD BJV 2008/1545

Via het internet levert de ter beschikkingstelling van het NWB in huidige vorm een verboden inbreuk op het databankrecht van TNT Post op.

De voorzitter vraagt vervolgens of aan RWS een licentie is verstrekt voor gebruikmaking van de Postcodetabel en hoe dat is vormgegeven.
De heer Pors antwoordt daarop dat RWS alleen toegang heeft tot het bestand en dit niet mag bewerken zonder toestemming van TNT.
Voor de aan RWS toegestane voorwaarden verwijst de heer Pors naar de bij RWS bekende algemene voorwaarden.

De voorzitter wil vervolgens weten of er een licentie is verstrekt aan Falkplan; de voorzitter is benieuwd of het aan Falkplan toegestaan gebruik anders is geformuleerd dan het aan RWS toegestaan gebruik.
De heer Pors merkt op dat TNT een commerciële marktpartij is en dat hij niet van plan is hier mededelingen over te doen.

Vervolgens richt de voorzitter zich tot de heer Pijnacker Hordijk met de vraag waarom het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening, gericht tegen de openbaarmaking van het NWB, is ingetrokken.

De heer Pijnacker Hordijk antwoordt hierop dat de aanvankelijke wijze van openbaarmaking gelijk stond aan toestemming tot hergebruik nu het bestand eenvoudigweg was te downloaden via de internetsite van RWS. Nu er niet langer een "downloadable" versie wordt aangeboden is de spoedeisendheid van het verzoek komen te ontvallen.

De voorzitter vraagt, of met het inwerkingtreden van het hergebruik-hoofdstuk in de Wob, de belangen die omtrent hergebruik een rol spelen, nog aan de orde kunnen zijn bij het besluit tot openbaarmaking op zichzelf, zeker nu RWS ook het auteursrecht zich daarbij voorbehoudt?
De heer Pijnacker Hordijk geeft aan dat het bezwaar feitelijk vooral betrekking heeft op iedere vorm van kopiëren via internet die door RWS mogelijk gemaakt wordt.

De voorzitter merkt richting de heer Pijnacker Hordijk op dat er op de overheid bij te verwachte schade, al dan niet ten gevolge van een onrechtmatige overheidsdaad, in het kader van het evenredigheidsbeginsel een afwegingsplicht ligt, waarbij zeker gewicht wordt toegekend aan de te verwachten schade.
Bij de belangenafweging, waarbij uiteraard ook gewicht is toegekend aan het te verwachten nadeel, heeft nu juist de overgangstermijn een rol gespeeld om aan belangen tegemoet te komen.
De heer Pijnacker Hordijk herhaalt daarop het standpunt dat de overheid niet zou moeten doen wat de markt doet: het gratis ter beschikking stellen van overheidsinformatie aan de marktpartijen.

De voorzitter vraagt, veronderstellend dat de Minister voorstander is van het toestaan van hergebruik, welke termijn daarvoor dan zou moeten gelden? De heer Pijnacker Hordijk antwoordt dat ook later toegestaan hergebruik de bodem onder het voortbestaan van Falkplan-Andes BV zal wegslaan, zeker als nieuwe zaken aan het NWB worden toegevoegd en ook weer gratis als alternatief aangeboden gaan worden; er is geen acceptabele termijn.

12

RWSCD BJV 2008/1545

De heer Pors voegt hieraan toe dat met een overgangstermijn niet kan worden volgehouden dat er niet dient te worden getoetst aan de Databankenwet.

De voorzitter vraagt de heer Bieling specifieker in te gaan op de te verwachte schade. De heer Bieling reageert door te stellen dat het onduidelijke overheidsbeleid - dat met de dag verandert, denk aan maatregelen met effect op de huizenmarkt - het niet goed mogelijk is om nader aan te geven wat de te verwachten schade is. De heer Nientker geeft aan dat de werkelijke schade veel groter is dan we ons kunnen voorstellen.
Afgezien van de moeilijk vast te stellen omzetdaling kosten de vijf man personeel die buiten lopen veel geld.
De heer Pijnacker Hordijk benadrukt dat er nu géén schadevergoeding gevorderd wordt, hij vraagt alleen het besluit te herzien c.q. in te trekken. Mocht dit onverhoopt niet gebeuren dan zal Falkplan-Andes BV zich genoodzaakt zien de civiele rechter in te schakelen; dit zou kunnen leiden tot een claim van tientallen miljoenen.
De heer Pors vult aan en zegt dat TNT zich op haar databankenrecht beroept en geen vordering tot schadevergoeding voor ogen heeft met het instellen van het bezwaar.

De overige leden van de commissie hebben verder geen vragen.

Slotopmerkingen
De heer Pors stelt voor dat de Minister zich wendt tot TNT om een licentie te verwerven.

De heer Pijnacker Hordijk merkt op dat de huidige exploitatie géén problemen oplevert; zodra dat wel het geval is, zal schadevergoeding gevorderd worden.

De heer Douma weet te melden dat het vrijgeven van het NWB medio november 2007 in de vaste commissie VenW van de Tweede Kamer besproken zal worden.

De voorzitter merkt op dat de minister zal trachten binnen 6 weken te beslissen, en vraagt belanghebbende in te stemmen met enig uitstel van de beslistermijn. De aanwezigen stemmen daarmee in.

De voorzitter bedankt een ieder voor diens aanwezigheid en sluit om 12.50 uur de hoorzitting.


13