Gemeente Utrecht

Utrechtse wijken met elkaar vergeleken

Utrecht kent een gunstige economische ontwikkeling en een daling van de criminaliteit. De effecten daarvan zien we terug in de afzonderlijke wijken van de stad. Maar waar de ene wijk garen spint bij die gunstige ontwikkelingen, profiteert de andere wijk daar veel minder van. De extra aandacht die uitgaat naar de Utrechtse Vogelaarwijken is terecht, zo blijkt uit de nieuwste cijfers in de Wijkenmonitor 2008. Ook blijkt de extra aandacht bewoners meer vertrouwen in de toekomst van de eigen wijk te geven.

Aandacht werkt
In het afgelopen jaar is er met het programma Doe Mee in Overvecht veel aandacht geweest voor de leefbaarheid in die wijk. Hoewel de veranderingsprocessen langzaam gaan, geeft de extra aandacht weer vertrouwen bij de bewoners. In 2004 voorzag nog bijna de helft van de bewoners dat de buurt er op achteruit zou gaan. Nu is het aandeel dat de toekomst van de buurt negatief tegemoet ziet gedaald naar 34%. Ook de gebiedsaanpakken van De Gagel en de Spoorzone geven concreet uitzicht op verbeteringen in de wijk, waardoor het vertrouwen bij bewoners weer toeneemt. De Wijkenmonitor maakt ook duidelijk dat er nog een lange weg te gaan is. Het gevoel van onveiligheid is er nog hoog (43% van de bewoners voelt zich wel eens onveilig in de eigen buurt; voor de stad is dat 35%) en de ervaren overlast van jongeren is er gestegen naar 34% in 2007 (stedelijk 19%). In de andere Vogelaarwijken tekent zich globaal eenzelfde beeld af. Ondanks verbeteringen op een aantal punten zoals jongerenoverlast, zijn er nog steeds relatief veel bewoners die zich wel eens onveilig voelen in de eigen woonomgeving. Toch ziet men de toekomst positiever tegemoet dan een paar jaar geleden.

Verbetering sociaal-economische situatie
In alle wijken van Utrecht zijn de effecten van het gunstig economisch tij te zien. Overal zijn er minder mensen werkzoekend en minder mensen voor hun inkomen afhankelijk van een uitkering. Wijken die binnen meer dan gemiddeld wisten te profiteren van de economische ontwikkelingen zijn Lombok, Oud Hoograven en Pijlsweerd. Ook in Zuilen en Ondiep, twee Vogelaarwijken is het sociaal-economisch meer dan gemiddeld beter gegaan. De andere krachtwijken profiteerden in gelijke mate mee. In Rivierenwijk en Lunetten is wat minder geprofiteerd van de gunstige economische ontwikkelingen.

Vleuten-De Meern meer gemiddeld Utrechts
De Wijkenmonitor 2008 laat zien dat het gezegde 'oost, west thuis best' in grote lijnen van toepassing is op de Utrechtse situatie. In het oosten van de stad liggen de populaire wijken Oost en Noordoost waar de bewoners doorgaans hun buurt erg waarderen met respectievelijk een 7,6 en 7,9. In heel Utrecht is het een 7. De nieuwbouwwijk Leidsche Rijn wordt meer en meer een gemiddelde Utrechtse wijk. Dit komt overeen met haar ambitie: een 'gewone' wijk die een afspiegeling is van de stad waar het een steeds groter deel van uitmaakt. Uit een totaalbeeld van de cijfers blijkt ook Vleuten-De Meern steeds meer een gemiddelde Utrechtse wijk te worden. Vooral de subwijken Vleuten/Haarzuilens en Veldhuizen/Vleuterweide hebben in verhouding tot de rest van de stad iets van hun gunstige positie moeten prijsgeven. In de wijk is sprake van een toenemende aantal meldingen van (jongeren)overlast en vandalisme bij de politie. De sociale cohesie wordt met het cijfer 5,9 een stuk beoordeeld dan in 2004 toen het nog een 6,6 kreeg.

De Wijkenmonitor bevat gedetailleerde gegevens over de 29 Utrechtse subwijken. Deze gegevens worden gebruikt om maatregelen te nemen, die aansluiten bij de specifieke situatie. Dat investeren en extra aandacht loont blijkt uit de verbetering van het vertrouwen in de toekomst van de buurt bij de bewoners.

Meer informatie
Dit is slechts een selectie uit de uitkomsten uit de Wijkenmonitor. Meer informatie vindt u op www.onderzoek.utrecht.nl. Op deze site vindt u ook de digitale database van Bestuursinformatie met gegevens over de wijken en buurten van Utrecht onder de naam WistUdata.

Noot voor de media
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met gemeente Utrecht, Bestuurscommunicatie, Erlijn Mulder, 030 ­ 286 11 48.