Nederlands Vaccinatie Instituut


NVI onderzoekt bijwerkingen DTP- en BMR-vaccin

vrijdag, 16 mei 2008

Het NVI doet wetenschappelijk onderzoek naar de 'gewone' bijwerkingen van het eigen DTP- en BMR-vaccin, zoals bijvoorbeeld roodheid van de prikplek of koorts na het prikken. Met de uitkomsten kan de informatie in de bijsluiters aangepast worden. Daarnaast kan het NVI ouders, artsen en verpleegkundigen bij de GGD en op het consultatiebureau beter voorlichten over de mogelijke bijwerkingen van deze vaccins.

In Nederland wordt al tientallen jaren BMR-vaccin gebruikt ter voorkoming van bof, mazelen en rode hond. Jaarlijks worden ongeveer 400.000 kinderen en een kleine groep volwassenen gevaccineerd met BMR-vaccin. Het DTP-vaccin wordt sinds 1965 gegeven en beschermt tegen difterie, tetanus en polio. Jaarlijks worden ongeveer 200.000 negenjarigen en 250.000 volwassenen met DTP vaccin van het Nederlands Vaccin Instituut gevaccineerd.

Van DTP- en BMR vaccin zijn alleen bijwerkingen bekend die mensen zelf gemeld hebben bij hun (consultatiebureau)-arts of -verpleegkundige. Dat zijn meestal de weinig voorkomende en wat ernstiger bijwerkingen. Het is ook belangrijk om een goed inzicht te krijgen in de vaak voorkomende bijwerkingen. Die zijn niet gevaarlijk, maar bezorgen soms wel last. Als ook de veel voorkomende bijwerkingen goed in kaart worden gebracht, is het NVI in staat ouders, artsen en verpleegkundigen bij de GGD en op het consultatiebureau beter voor te lichten.

Het onderzoek, ook wel 'post marketingonderzoek' genoemd, vindt plaats bij kinderen van 14 maanden en 9 jaar die de vaccins krijgen in het Rijksvaccinatieprogramma , maar ook onder volwassenen en militairen die een of beide vaccins krijgen als voorbereiding op werk of een reis. Het NVI werkt in dit onderzoek samen met het RIVM/CIb, thuiszorgorganisaties, GGD'en en Travel Clinics. De deelnemers van het onderzoek zullen digitale dagboekjes bijhouden waarin zij (of hun ouders) mogelijke verschijnselen noteren nadat zij de vaccinatie(s) hebben gekregen. De deelnemers wordt onder andere gevraagd naar verschijnselen op de prikplaats zoals zwelling en pijn en algemene verschijnselen, bijvoorbeeld koorts en huiduitslag op het lichaam.

Voor het onderzoek worden ruim 17.000 mensen benaderd. De verwachting is dat de rapportage van het onderzoek halverwege 2009 klaar is.

Foto: onderzoekers Ilja Rodermans (links) en Riet Jongerius (rechts) van het NVI