Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer
- - Datum Bijlage(n) 16 mei 2008 - Ons kenmerk Uw kenmerk VenW/DGP/2008-4178 2070817350 Onderwerp
Kamervragen

Geachte voorzitter,

Naar aanleiding van vragen van het lid Van der Staaij over onkies lespakket van ProRail kan ik u als volgt informeren.


1. Hebt u kennisgenomen van het door Prorail op scholen verspreide lespakket over de gevaren van het spelen langs het spoor 1?


1. Ja.


2. In hoeverre heeft Prorail hiervoor rijkssubsidie of iets dergelijks ontvangen? Is er enige betrokkenheid van het ministerie van V&W bij het uitvoeren of bevorderen van dergelijke projecten?


2. Er zijn geen subsidies hiervoor ontvangen. ProRail geeft met deze campagne invulling aan een van de speerpunten uit de Kadernota Railveiligheid (Tweede Kamer, Vergaderjaar 2004-2005, 29 893, nr.1), te weten het verbeteren van de overwegveiligheid (hoofdstuk 5.4.3 ) en het terugdringen van het aantal personen dat onbevoegd het spoor betreedt (hoofdstuk 5.4.4.). Gezien de ongevalcijfers in 2007 en betrokkenheid van jongeren daarbij (19 doden waarvan 11 onder de 20 jaar) was ProRail terecht van oordeel dat er iets moest gebeuren. In 2007 betrof een groot aantal van de dodelijke slachtoffers gevallen waarin mensen nog snel even onder de


1 Reformatorisch Dagblad, 9 april 2008
Postadres Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 351 61 71

Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 351 78 95 bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

VenW/DGP/2008-4178

overwegbomen door kropen of eromheen zigzagden. Het ging hier voornamelijk om jongeren. De aanpak van basisschoolleerlingen is vanwege hun leeftijd effectief en voorkomt later mogelijk een hoop narigheid voor alle betrokkenen. Daarnaast is V&W ook niet betrokken bij de ontwikkeling van het Ding Ding Ding lied.


3. Hoe beoordeelt u de inhoud van de CD, waarbij over aangereden kinderen wordt gesproken in termen van "steak tartaar, roerei, vieze brij, bakbeslag" en dergelijke? Acht u dit voorlichtingsmateriaal pedagogisch verantwoord en passend binnen de gewenste waarden en normen die het kabinet voor staat?

3. ProRail is zelf verantwoordelijk voor het opstellen van haar voorlichtingsmateriaal. Ik heb uw vragen daarom aan ProRail voorgelegd. ProRail meldt mij dat uit onderzoek is gebleken dat kinderen rond de 10 jaar juist goed te bereiken zijn met een beetje ondeugende en absurdistische teksten. ProRail heeft voor de tekst van het Ding Ding Ding lied een speciale kindertekstschrijver ingehuurd die gespecialiseerd is in pedagogische communicatie. Ook meldde ProRail mij dat de tekst vooraf is getest onder de 10-jarige doelgroep en positief en effectief bevonden. Dit betreft dus een eigenstandige verantwoordelijkheid van ProRail. De uit te dragen boodschap moet immers aanspreken, doordringen en duidelijk zijn: spelen in de nabijheid van het spoor is heel gevaarlijk. Belerende teksten blijken, volgens ProRail, niet te werken.


4. Kunt u zich voorstellen dat een aantal scholen weigert om deze cd-rom te presenteren aan basisscholieren? Erkent u dat op deze wijze een aanzienlijk deel van de doelgroep niet wordt bereikt met deze waarschuwing omtrent spelen rond het spoor? Dient dergelijke informatie niet zódanig vorm te worden gegeven, dat deze voor iedereen acceptabel is?

4. ProRail heeft mij bericht dat tot nu toe door 1672 scholen/schoolbesturen 2300 pakketten zijn besteld en dat ProRail slechts van een enkele school een negatieve reactie heeft ontvangen. Uiteraard blijft het maatwerk en is het aan de school om het pakket daadwerkelijk te gebruiken, rekening houdend met eventuele nare gebeurtenissen rond het spoor op school. ProRail kan in overleg met de school een aangepaste gastles aanbieden. ProRail heeft de Groen van Prinstererschool in Kampen ook in deze zin geantwoord en heeft de school het aanbod gedaan om, zonder gebruik te maken van het bewuste Ding Ding Ding lespakket, een les te verzorgen in het kader van de spoorveiligheid over de gevaren rond de spoorwegovergangen.


5. Bent u bereid om hierover overleg met Prorail te plegen en te bevorderen dat in de toekomst vergelijkbare voorlichting voor een ieder acceptabel is?

5. Ik zal ProRail vragen altijd alert te blijven op de mogelijke impact die gekozen uitingsvormen kunnen hebben voor bepaalde groepen van mensen. ProRail heeft in het kader van het terugdringen van het aantal (dodelijke) slachtoffers
---

VenW/DGP/2008-4178

om en nabij het spoor zijn verantwoordelijkheid genomen en heeft voor deze doelgroep een effectief lespakket willen maken met het ultieme doel de veiligheid van deze kwetsbare groep te borgen.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

Camiel Eurlings


---