Erasmus MC
---
Hoger risico op aangeboren hartafwijking
Een variatie in het NNMT-gen (Nicotinamide N-methyltransferase) in
combinatie met het gebruik van voorgeschreven medicijnen en een lage
inname van vitamine B3 tijdens de vroege zwangerschap, leidt tot een
hogere kans op een aangeboren hartafwijking bij het kind.
Onderzoekers van het Erasmus MC publiceren deze bevinding in het
mei-nummer van het wetenschappelijke tijdschrift European Heart
Journal.
Aangeboren
Onlangs is een variatie in het NNMT-gen ontdekt, die ervoor kan zorgen
dat het bijbehorend enzym minder goed werkt. Uit gegevens verzameld
binnen de HAVEN-studie, een grootschalig epidemiologisch onderzoek
naar risicofactoren van aangeboren hartafwijkingen, blijkt nu dat deze
genetische variatie bij moeders of kinderen op zichzelf geen verhoogde
kans geeft op een aangeboren hartafwijking.
Blootgesteld
Anders is het als moeders met deze genetische variatie tijdens de
vroege zwangerschap voorgeschreven medicijnen hebben gebruikt of met
de voeding weinig vitamine B3 hebben binnengekregen. In beide gevallen
is de kans op een aangeboren hartafwijking anderhalf keer groter dan
normaal. Kinderen met de genetische variatie, die in het begin van de
zwangerschap waren blootgesteld aan zowel de medicatie van hun moeder
als een lage inname van vitamine B3 in de voeding van hun moeder,
lopen bijna negen keer meer risico op een aangeboren hartafwijking.
Combinatie
Dit onderzoek toont aan dat een kleine (genetische) factor het risico
op aangeboren hartafwijkingen niet hoeft te vergroten, maar dat een
combinatie met voeding, leefstijl en gezondheidsfactoren van de moeder
juist wel kan leiden tot een hoger risico. Daarnaast benadrukken de
onderzoeksresultaten het belang van goede, gebalanceerde voeding en
een gezonde leefstijl zowel vóór als tijdens de zwangerschap.
Publicatiedatum :20-05-2008