Gemeente Utrecht

Toelichting op besluiten van het college van burgemeester en wethouders Utrecht


1. Vier nieuwe scholen voor primair onderwijs
In het Plan van scholen primair onderwijs 2009-2011 staan vier nieuwe scholen opgenomen: OBS Parkwijck (Stichting Primair Onderwijs Utrecht), OBS Vleuterweide (Stichting Primair Onderwijs Utrecht), PC-school in 't Zand (Protestants Christelijk Onderwijs Utrecht) en Islamitische school in Kanaleneiland (Stichting Islamitische School). Het college stelt aan de gemeenteraad voor in te stemmen met de aanvragen van de schoolbesturen. Het Plan van scholen wordt ieder jaar voor 1 augustus door de raad vastgesteld en aan het ministerie gezonden. Op basis hiervan neemt het Rijk een besluit over de bekostiging van nieuwe basisscholen. Het Plan van scholen is een advies van de gemeente aan het Rijk.

Schoolbesturen dienen aanvragen in voor plaatsing op een Plan van scholen. Deze aanvragen moeten zij onderbouwen met een prognose, die aannemelijk maakt dat de school zal voldoen aan de stichtingsnorm voor basisscholen. Deze houdt in dat de school binnen vijf jaar en gedurende minstens vijftien jaar daarna wordt bezocht door tenminste driehonderd leerlingen. De gemeente laat hiervoor sinds dit jaar als extra toets zelf ook een prognose maken. OBS Parkwijck, OBS Vleuterweide en PC-school in 't Zand voldoen volgens de prognoses aan de stichtingsnorm. De besturen van deze nieuwe scholen hebben aangegeven dat zij zich er zeker ook in Leidsche Rijn voor in willen spannen dat leerlingen op scholen een afspiegeling zijn van de bevolking in de wijk.

De Islamitische school in Kanaleneiland voldoet volgens de gemeentelijke prognose niet aan de stichtingsnorm. Deze school heeft echter eerder op het Plan van scholen (2007-2009) gestaan en toen ook toestemming van het ministerie gekregen. De school is destijds niet gestart, omdat het bestuur het gemeentelijke aanbod voor huisvesting heeft afgewezen. Het college wil nu niet terugkomen op het eerder genomen raadsbesluit over deze school. De groei van de school zal wel nauwgezet gevolgd worden.

Het college stelt voor om de aanvraag voor een Islamitische school in Overvecht (Stichting Islamitisch Onderwijs) af te wijzen. Volgens de gemeentelijke prognose zal deze school niet aan de stichtingsnorm voldoen.

Meer informatie: Sylvia Borgman, 030 - 286 10 55


2. Regionalisering Brandweer
Het college is voorstander van regionalisering van de brandweer, de brandweer wordt dan onderdeel van de VRU (Veiligheidsregio Utrecht). Het college legt de regionalisering voor aan de Utrechtse gemeenteraad, die daarover moet besluiten. Voorwaarden voor Utrecht zijn dat de kwaliteit van de brandweerzorg niet minder wordt en dat de kosten voor de gemeente gelijk blijven. De lokale verantwoordelijkheid voor de brandweer blijft bij de gemeente liggen, VRU en gemeente maken prestatieafspraken over de diensten die de brandweer levert. Ook de andere 28 gemeenteraden in de regio zullen in de komende periode een besluit nemen over regionalisering van de brandweer. Volgens planning neemt vervolgens (het Algemeen Bestuur van de) VRU op 9 juli 2008 een definitief besluit over de ontwikkeling van één geregionaliseerde brandweerorganisatie.

De regionalisering van de brandweerorganisatie is bedoeld om de kwaliteit van de brandweerzorg en de rampenbestrijding/crisisbeheersing in de regio te verbeteren. De brandweer wordt door deze schaalvergroting effectiever, efficiënter en minder kwetsbaar. Ook ontstaat eenzelfde kwaliteitsniveau in de hele regio. Bij de reorganisatie wordt uitgegaan van het huidige aantal brandweerposten, inclusief het daar aanwezige uitrukpersoneel. Vrijwilligers blijven de basis van de brandweer, hun positie wordt versterkt. Meer informatie: Pluup Bataille, 030 - 286 111 40


3. Aanbestedingen in 2007
De gemeente Utrecht heeft in 2007 584 aanbestedingen gedaan die samen een waarde van ¤ 209 miljoen vertegenwoordigen. Door aan te bestedeen kunnen meerdere partijen offerte uitbrengen voor een opdracht. De marktwerking die hieruit volgt levert de gemeente een voordeel op. Vorig jaar was het verschil tussen de verwachte uitgaven en de gegunde aanbesteding ¤¬ 22,1 miljoen.

87% van alle aanbestedingen waren openbaar én Europees. Toch is er een goede verhouding in regionale leveranciers (stad Utrecht en omgeving) en hierbuiten. In totaal zijn er 288 opdrachten regionaal gegund aan in totaal 158 ondernemers. Buiten de regio zijn er 308 opdrachten gegund aan 206 ondernemers. De gemeente Utrecht is er trots op dat zij haar opdrachten interessant kan maken voor haar lokale ondernemers.

De afgelopen jaren heeft de gemeente Utrecht meer mantelcontracten afgesloten. Dit levert veel schaalvoordeel op. Er worden steeds meer diensten gebundeld waardoor er voor minder geld hetzelfde aantal of zelfs meer producten gekocht kunnen worden. De samenwerking tussen de verschillende diensten van de gemeente op dit gebied maakt dit mogelijk.

De gemeente Utrecht heeft behoefte aan goed opgeleide en ervaren aanbestedingsjuristen en overheidsinkopers. Om op termijn voor de overheid een beter aanbod te creëren van gekwalificeerd personeel is met de Universiteit Utrecht en de Hogeschool Utrecht gewerkt aan opleidingen. Met de universiteit gaat Bureau Aanbestedingen samen met andere overheden en commerciële bureaus in 2008 voor de tweede keer de Masterclass Europees Recht geven. Met de Hogeschool Utrecht is de gemeente Utrecht gestart met het opzetten van een keuzevak Inkopen en Europees Aanbesteden. Deze minor is gericht op het opleiden van HBO studenten in het vak van overheidsinkoper.

Meer informatie: Erlijn Mulder, 030 - 286 11 48


4. Onderzoek naar mogelijkheid Rietveldmuseum in Utrecht van start De gemeente Utrecht start een haalbaarheidsstudie naar mogelijke vestiging van een Rietveldmuseum in Utrecht. Het college heeft vandaag de opzet van het plan van aanpak voor deze studie vastgesteld. De studie moet uiterlijk eind december 2008 gereed zijn. Uitgangspunt is dat het Rietveldmuseum, naar voorbeeld van het Dick Brunahuis, onderdeel is van het Centraal Museum.

In het haalbaarheidsonderzoek wordt onderzocht hoe de Rietveld collectie het best kan worden gehuisvest in Utrecht en hoe een link kan worden gelegd naar werken in de openbare ruimte. Ook wordt gekeken of dit eventueel kan worden gecombineerd met andere activiteiten. Mevrouw Terreehorst, voormalig directeur van het Centraal Museum, voert de haalbaarheidsstudie uit.

Meer informatie: Anita van Wijnbergen, 030 - 286 10 44