UWV mag niet zomaar prestatietoeslag uit ww weglaten
21/05/2008 09:43
FNV Bouw
FNV Bouw heeft voor een metselaar een hoger beroep tegen uitkeringsinstantie UWV gewonnen. Na het faillissement van het bedrijf waar de man werkte, nam UWV alleen betaling van het kale loon over. De prestatietoeslag liet UWV buiten beschouwing, hoewel de curator van het faillissement deze toeslag tot de voorlopige preferente vorderingen rekende. Bezwaar bij UWV zelf en vervolgens beroep bij de rechtbank tegen de veel te lage ww-uitkering leverden aanvankelijk niets op. Nu heeft de Centrale Raad van Beroep in Utrecht echter in hoger beroep uitgesproken dat UWV een nieuwe beslissing moet nemen. Zonder deugdelijk onderzoek had UWV de prestatietoeslag niet mogen weglaten, aldus de rechtbank. John Kerstens van FNV Bouw & Infra, eerste onderhandelaar voor de bouw-cao, is blij met de uitspraak: "Prestatietoeslag maakt in de bouw vaak een belangrijk deel van het inkomen uit. Dat erkent nu ook de Centrale Raad van Beroep. Daarom is deze uitspraak belangrijk." Alleen al over de laatste weken voor het faillissement en de daarop volgende opzegtermijn liep de metselaar zo'n 1200 euro mis.
De kwestie loopt al ruim twee jaar. Eind januari 2006 ging het bedrijf failliet. Ruim een jaar daarvoor had het bedrijf al te kampen met een zorgelijke financiële situatie. Daarop besloot de bedrijfsleiding de prestatietoeslag afhankelijk te stellen van het functioneren van de werknemer. Bij goed functioneren zou de prestatietoeslag, voor de metselaar op dat moment ruim 20%, in stand blijven. Bij voldoende, matig of slecht functioneren werd de toeslag verlaagd of ingetrokken. De metselaar protesteerde daartegen herhaaldelijk, aangezien dit in strijd is met de cao. Vervolgens ging het bedrijf failliet. De curator plaatste de prestatietoeslag, inclusief de achterstallige bedragen van de periode daarvoor, op de voorlopige lijst van preferente vorderingen. Desondanks kreeg de metselaar van UWV slechts een ww-uitkering op basis van zijn kale loon.
Beroep tegen deze beslissing van UWV leverde niets op. In hoger beroep herhaalde UWV dat niet vaststaat dat de werkgever prestatietoeslag moest betalen. En dat nu veegt de rechter in hoger beroep van tafel. Volgens de arbeidsovereenkomst was de werkgever dat wél verplicht. Bovendien had UWV serieus moeten nemen dat de curator de vordering had erkend. Het UWV moet nu een nieuwe beslissing nemen op het bezwaar van de metselaar, zo zegt de Centrale Raad van Beroep. Daarbij zal UWV 'tevens het verzoek tot schadevergoeding en om vergoeding van de kosten in bezwaar moeten betrekken', aldus de uitspraak. UWV moet ook de proceskosten van de metselaar vergoeden.
Noot voor de redactie:
VOOR DE REDACTIE,