Partij van de Arbeid

Den Haag, 29 mei 2008

Vragen van de leden Boelhouwer en Depla (beiden PvdA) aan de minister van Verkeer en Waterstaat

over de sanering van een voormalig gasfabriekterrein in Hellevoetsluis


1. Kent u de brief van de gemeente Hellevoetsluis van 26 maart 2008 over de sanering van het voormalig gasfabrieksterrein, in eigendom van Rijkswaterstaat?


2. Is het juist dat u weigert financiële medewerking te verlenen aan duurzame sanering van het voormalig gasfabrieksterrein?


3. Is het niet zo dat dit op termijn zal leiden tot het maken van extra kosten omdat alsnog tot sanering moet worden overgegaan en dit derhalve financieel onverstandig is?


4. Onderschrijft u de opvatting dat dit leidt tot maatschappelijk onaanvaardbare effecten aangezien daarmee gedurende jaren een binnenstedelijke bouwlocatie niet gerealiseerd kan worden?


5. Bent u het eens met de constatering dat hiermee ernstig afbreuk wordt gedaan aan de voorbeeldrol van de rijksoverheid daar waar het gaat om het aanpakken van bodemverontreiniging?


6. Is dit niet strijdig met de vastgestelde gedragsregels voor het omgaan met bodemverontreiniging bij staatseigendommen?


7. Bent u bereid om op korte termijn vervolgoverleg met de gemeente Hellevoetsluis te entameren op basis van het aanbod van de gemeente{1}?


8. Bent u bereid de Kamer te informeren over de resultaten van dit vervolgoverleg?

{1} De gemeente Hellevoetsluis heeft aangegeven dat zij bereid is de forse extra kosten via planontwikkeling voor haar rekening te willen cq kunnen nemen die nodig zijn voor een toekomstige woonbestemming, mits het ministerie bereid is de kosten te dragen die noodzakelijk zijn voor een sanering voor gebruik als bedrijfsbestemming.

Persvoorlichting Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid Plein 2
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
T 070 318 2694
E s.boting@tweedekamer.nl

{1} De gemeente Hellevoetsluis heeft aangegeven dat zij bereid is de forse extra kosten via planontwikkeling voor haar rekening te willen cq kunnen nemen die nodig zijn voor een toekomstige woonbestemming, mits het ministerie bereid is de kosten te dragen die noodzakelijk zijn voor een sanering voor gebruik als bedrijfsbestemming.