KNMG

De KNMG steunt standpunt Bussemaker pre-implantatie genetische diagnostiek

De KNMG steunt het standpunt van staatssecretaris Bussemaker over pre-implantatie genetische diagnostiek (PGD). De staatssecretaris stelt voor om de indicatie voor PGD te verruimen naar erfelijke kanker, zoals sommige vormen van borstkanker. Vrouwen met een dergelijke erfelijke aandoening krijgen hiermee de mogelijkheid te voorkomen dat hun kind deze ziekte zal krijgen.

Volgens de KNMG kan PGD een waardevolle mogelijkheid zijn om ernstig lijden en een voortijdige dood te voorkomen. Deze vorm van diagnostiek kan mogelijk ook voorkomen dat vrouwen in een later stadium abortus plegen als na prenatale diagnostiek blijkt dat de foetus met de erfelijke ziekte belast is.

Momenteel is PGD alleen toegestaan voor ernstige monogenetische aandoeningen, zoals de ziekte van Huntington en myotone dystrofie. Deze ziektes kennen echter een variabele expressie: niet iedereen krijgt de ziekte op dezelfde leeftijd en in dezelfde mate. De staatssecretaris constateert terecht dat het onrechtvaardig zou zijn patiënten met erfelijke kanker uit te sluiten van PGD als de kans om deze ziekte te krijgen vergelijkbaar is met die van aandoeningen die momenteel al wel in aanmerking komen voor PGD, zoals de ziekte van Huntington. De KNMG steunt haar in deze visie.

Publicatie datum: 30-05-2008