Universiteit van Tilburg

Universiteit van Tilburg 9 juli 2008

Bea Van den Bergh benoemd tot hoogleraar pediatrische psychologie

Benoeming Universiteit van Tilburg per 1 juli 2008

De Universiteit van Tilburg heeft Bea Van den Bergh met ingang van 1 juli benoemd tot hoogleraar Developmental origins of behaviour, health and disease. De leerstoel is gevestigd bij het departement Ontwikkelingspsychologie, klinische psychologie en crossculturele psychologie van de Faculteit Sociale Wetenschappen. Van den Bergh richt haar onderzoek op stress bij de moeder tijdens de zwangerschap en de gevolgen daarvan op de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling van het kind.

Bea Van den Bergh werkt sinds september 2007 als universitair hoofddocent op het terrein van de ontwikkelingspsychologie. Haar onderzoek sluit aan bij de theorie dat omgevingsfactoren die in de prenatale levensperiode negatief inwerken, de optimale aanleg en ontwikkeling van de organen kunnen belemmeren. Dit maakt de nakomeling kwetsbaar en verhoogt de kans dat zich later in het leven gedrags- en gezondheidsproblemen zullen voordoen.

De belangrijkste studie van Van den Bergh betreft de gevolgen voor het kind van grote angst en stress bij de moeder tijdens de zwangerschap. Bij angst en stress wordt onder meer het hormoon cortisol in de bloedbaan afgescheiden. Dat kan via de navelstreng het ongeboren kind bereiken en met name de hersenontwikkeling negatief beïnvloeden. Dit verhoogt de kans dat zich in de kindertijd of adolescentie gedragsproblemen voordoen, zo bleek onder meer uit eerder onderzoek van Van den Bergh en collegas. Het gaat dan om bijvoorbeeld impulsiviteit en gebrekkige cognitieve controle (zoals vastgesteld bij kinderen met ADHD), depressiviteit of het minder optimaal functioneren van het stress-systeem.

Van den Bergh is projectleider van een European Science Foundation project, waarin in een studie naar de gevolgen van angst en stress in de zwangerschap voor de nakomeling, tevens de genetische kwetsbaarheid van moeder en nakomeling zal worden bestudeerd. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in Tilburg, Leuven en Londen. In ander internationaal onderzoek is al vastgesteld dat er een verhoogde kans is op welvaartsziektes als zwaarlijvigheid en diabetes wanneer de prenatale ontwikkeling niet optimaal verloopt.

De resultaten van het onderzoek van Van den Bergh kunnen uiteindelijk een bijdrage leveren aan het voorkomen van genoemde gedrags- en gezondheidsproblemen, bijvoorbeeld door aan zwangere vrouwen die veel angst of stress ervaren optimale prenatale zorg aan te bieden.

Prof. dr. B.R.H.M. (Bea) Van Den Bergh (1958) studeerde Klinische Psychologie en Filosofie aan de KU Leuven. Ze werkte er tot 1988 als PhD student en promoveerde er in 1989. Vanaf 1988 werkte ze achtereenvolgens als klinisch psycholoog in een revalidatiecentrum voor kinderen en als onderzoeker bij het Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudie, een Vlaamse Wetenschappelijke Instelling. Vanaf 1994 werkte ze opnieuw als onderzoeker, aan de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen van de KU Leuven en sinds 2003 als gastdocent en docent. Sinds eind 2006 werkt ze deeltijds als senior researcher bij het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin van de Vlaamse Overheid. Sinds 2007 is ze universitair hoofddocent bij het Departement Ontwikkelingspsychologie, Klinische Psychologie en Crossculturele Psychologie van de Universiteit van Tilburg.