31 jul 2008

Onde rdeel: Wageningen Universiteit
Nummer: P048

Wageningen Universiteit heeft onlangs drie onderzoekers benoemd tot hoogleraar. Het betreft Jaap Keijer (Fysiologie van Mens en Dier), Paul van den Brink (Chemische stress ecologie) en Adriaan Rijnsdorp (Duurzaam visserijbeheer in Noordoost Atlantische marine ecosystemen).

Dr.ir. Jaap Keijer is benoemd tot gewoon hoogleraar Fysiologie van mens en dier aan Wageningen Universiteit. Deze leerstoelpositie was enige tijd vacant. De benoeming geldt per 15 mei. Prof. Keijer gaat zich in zijn onderzoek concentreren op de fysiologie van het energiemetabolisme: Hoe gaan mens en dier met hun energie om; welke rol speelt dit bij het functioneren en hoe kunnen we dit beïnvloeden door (stoffen in de) voeding?

Jaap Keijer (Laren (NH), 1959) studeerde Plantenwetenschappen aan Wageningen Universiteit en promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam bij prof. Hans Pannekoek en prof. Piet Borst op onderzoek naar de relatie tussen de structuur en de functie van een eiwit dat betrokken is bij de bloedstolling. Jaap Keijer werkt sinds 1991 bij Wageningen UR. Bij het RIKILT-Instituut voor de voedselveiligheid - leidde hij eerst de Moleculaire Biologie-groep en daarna de Bioactieve Stoffen-groep. Zijn onderzoek richtte zich op moleculaire processen die ten grondslag liggen aan de fysiologische effecten van bioactieve voedingsstoffen. Hij was sinds 2006 part time verbonden aan Wageningen Universiteit als universitair hoofddocent bij Humane voeding. Sinds 1999 is hij part time verbonden aan Technologisch Topinstituut Food and Nutrition. Prof Keijer was een van de initiatiefnemers van het Nederlandse Nutrigenomics onderzoek en is op dat vlak internationaal erkend met een actieve rol in nationale en Europese onderzoeksprojecten. Prof Keijer coördineert het internationale onderzoeksnetwerk Mitofood (over bioactieve stoffen, mitochondria en gezondheid).

Dr.ir. Paul van den Brink, onderzoeker bij Alterra van Wageningen UR, is per 1 mei benoemd tot buitengewoon hoogleraar Chemische stressecologie. In zijn onderzoek gaat Van den Brink zich richten op het vergaren van kennis over de ecologische risicoâs van chemische stoffen voor het aquatisch milieu en de extrapolatie van deze risicoâs in ruimte en tijd. Hierbij wordt het ecosysteem als uitgangspunt genomen en het wetenschapsgebied is daarom samengevat als chemische stressecologie.
Paul van den Brink (Oss, 1968) rondde in 1992 zijn opleiding Milieuhygiëne in Wageningen af. Hierna deed hij zeven jaar onderzoek naar de ecologische risicoâs van pesticiden. In 1999 promoveerde hij op dit onderwerp aan Wageningen Universiteit. Tegenwoordig is hij onderzoeker aan het onderzoeksinstituut Alterra, onderdeel van Wageningen UR, en aan de leerstoelgroep Aquatische ecologie en waterkwaliteitsbeheer van Wageningen Universiteit. Hier doet hij onderzoek naar de ecologische gevolgen van chemische stress, bijvoorbeeld door pesticiden, op zoetwater ecosystemen.

Sinds 1994 heeft Van den Brink 75 artikelen gepubliceerd, met twee daarvan won hij een internationale prijs. De LRI-SETAC Innovative Science Award leverde hem 100.000 euro aan onderzoeksgeld op. Dr. Van den Brink is een internationaal erkend innovatief wetenschapper met een hoge productiviteit en aanzienlijke impact en is tevens president van de Europese tak van de Society of Environmental Toxicology and Chemistry (www.setac.org). De leerstoel wordt gefinancierd uit een consortium met onder andere Syngenta, Bayer en Wageningen UR.

Prof.dr. Adriaan Rijnsdorp, onderzoeker bij Wageningen IMARES, is benoemd tot buitengewoon hoogleraar Duurzaam visserijbeheer in Noordoost Atlantische marine ecosystemen. De leerstoel wordt ingebed bij de leerstoelgroep Aquacultuur en visserij van prof. Verreth. De benoeming geldt per 1 januari van dit jaar. In zijn onderzoek gaat prof. Rijnsdorp zich richten op de 'ecosysteembenadering' in het visserijbeheer. Hierbij staat de interactie centraal tussen de natuurlijke dynamiek van het ecosysteem, de dynamiek van de visserij en de rol van de beheerder.

Adriaan Rijnsdorp (Rotterdam, 1952) studeerde in 1980 af aan de Rijksuniversiteit Groningen en werd als platvisbioloog aangesteld bij het Rijksinstituut voor Visserijbeheer (RIVO, nu Wageningen IMARES). Zijn onderzoek richtte zich op de populatiedynamica van geëxploiteerde vissoorten en de effecten van de visserij op het ecosysteem. In 1992 promoveerde hij cum laude aan de Universiteit van Amsterdam op de evolutionaire effecten van visserij in de Noordzee. Na zijn promotie richtte hij zich o.a. op de dynamiek van de visserij, de genetische en ecologische effecten van visserij en de effecten van klimaatverandering op vis en visserij. Ook was hij hoofd van de afdeling Biologie en Ecologie van Wageningen IMARES. Vanaf 2003 is hij bijzonder hoogleraar Visserijwetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Prof. Rijnsdorp is actief binnen diverse wetenschappelijke commissies en de International Council for the Exploration of the Sea. Ook begeleidde hij diverse promovendi.