antwoord op Kamervragen
Uitbraken van runder-TBC in Nederland
11 augustus 2008 - kamerstuk
Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
28 juli 2008
2070826440
VD. 2008/1618
11 augustus 2008
onderwerp bijlagen
Kamervragen over uitbraken van runder-
TBC in Nederland
Geachte Voorzitter,
In antwoord op de Kamervragen, gesteld door het lid Thieme (PvdD) over uitbraken van
runder-TBC in Nederland, bericht ik u het volgende:
1
Kent u de berichten `Import van Dieren is spelen met vuur'' en '32 dieren besmet met
runder-TBC'?²
Ja.
2
Kunt u uiteenzetten wat er met de besmette runderen is gebeurd?
Op de zes bedrijven waar de twaalf besmette kalveren hebben gestaan, zijn alle dieren
Ministerie van Landbouw, onderzocht op runder-TBC middels tuberculinatie. Na een positieve of dubieuze uitslag op
Natuur en Voedselkwaliteit de tuberculinatie zijn die dieren afgevoerd naar het Centraal Veterinair Instituut (CVI)
Directie Voedselkwaliteit alwaar de dieren geëuthanaseerd zijn voor nader onderzoek. Na het aanvullende
en Diergezondheid
Bezuidenhoutseweg 73 onderzoek zijn de kadavers ter destructie afgevoerd.
Postadres: Postbus 20401
2500 EK 's-Gravenhage 3
Telefoon: 070 - 3786868 Kunt u uiteenzetten of de niet besmette runderen op de zes bedrijven kunnen blijven
Fax: 070 - 3786100 leven?
Alle runderen op besmette bedrijven worden onderzocht middels tuberculinatie. De
dieren met een positieve of dubieuze uitslag worden voor sectie afgevoerd naar het CVI.
Uit sectie moet vervolgens blijken welke dieren daadwerkelijk besmet waren met runder-
TBC. De dieren die negatief reageren op tuberculinatie blijven leven totdat ze de leeftijd
hebben bereikt om geslacht te worden.
') Nieuwe Oogst/LTO Noord, 19 juli 2008
²) Agrarisch Dagblad, 22 juli 2008
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
11 augustus 2008 VD. 2008/1618 2
4.
Is het waar dat er al een half jaar sprake is van runder-TBC in Nederland? Zo ja, waarom is
dit niet eerder gemeld en welke organisatie(s) zijn daar verantwoordelijk voor? Zo neen,
hoe is dat vastgesteld?
De twaalf besmette kalveren zijn in januari en februari vanuit het Verenigd Koninkrijk naar
Nederland vervoerd. Op 16 juni jl. kreeg ik van het Verenigd Koninkrijk de melding dat het
bedrijf van herkomst achteraf besmet bleek te zijn met runder-TBC. Ik ben met het
Verenigd Koninkrijk in overleg over hoe we deze situatie in de toekomst kunnen
voorkomen. Het Verenigd Koninkrijk heeft in elk geval toegezegd om de periode tussen de
ontdekking van runder-TBC op een bedrijf en de melding aan andere lidstaten over
verzonden dieren te verkorten.
5
Waarom heeft u pas in een zeer laat stadium naar buiten gebracht dat er sprake was van
een verhoogde kans op runder-TBC in Nederland en de sector hier niet actief van op de
hoogte gebracht.
Op 16 juni jl. ontving ik de melding van het Verenigd Koninkrijk over besmette dieren. Op
7 juli waren de uitslagen bekend van de twaalf besmette dieren. Op 11 juli jl. heb ik
middels een persbericht het nieuws naar buiten gebracht.
Elk jaar ontvang ik vele verdenkingen van verschillende dierziekten, meestal blijkt er
uiteindelijk na onderzoek niets aan de hand te zijn. Mijn beleid is om pas iets te melden
over een dierziekte als er daadwerkelijk is aangetoond dat er sprake is van een
besmetting.
6
Kunt u uiteenzetten op welke wijze runder-TBC zich verspreidt en of na de besmetting van
32 runderen op 6 bedrijven er een risico is dat de besmetting zich verder zal verspreiden?
Dieren raken besmet door zieke dieren die hoesten wanneer de bacterie circuleert in de
luchtwegen. De bacterie komt via ingeademde lucht of via het voer in een lymfeklier
terecht en kan daar tijdelijk blijven zitten zonder dat verschijnselen optreden. Op enig
moment kan de kiem zich in de lymfeklier vermeerderen en een tuberkel, knobbel,
vormen. Van daaruit zijn uitzaaiingen naar een of meerdere organen mogelijk. De
verschijnselen die optreden, verschillen al naar gelang de organen die zijn aangetast. Bij
runderen zijn dat vooral de longen en de uier. Als een open verbinding ontstaat van zo'n
tuberkel met de buitenwereld is er sprake van open tuberculose. Bij open longtuberculose
kan het dier door hoesten zijn omgeving besmetten. Bij uier-TBC kan een koe via de melk
de besmetting op kalveren overbrengen.
De uitbraak van runder-TBC is beperkt gebleven tot de zes bedrijven waar besmette dieren
uit het Verenigd Koninkrijk zijn aangevoerd. Alle contactbedrijven zijn negatief bevonden.
De besmette bedrijven worden na twee negatieve tuberculinatieronden pas vrijgegeven.
De kans dat de besmetting zich verder zal verspreiden, is zeer gering.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
11 augustus 2008 VD. 2008/1618 3
7
Kunt u uiteenzetten op welke wijze verdere verspreiding van runder-TBC kan worden
voorkomen en of achteraf bezien al eerder actie had moeten worden ondernomen?
Nadat alle besmette dieren gedood zijn, worden alle dieren op de besmette bedrijven nog
tweemaal onderzocht (respectievelijk 60 dagen en 4 maanden na afvoer van de besmette
dieren). Pas als na twee tuberculinatierondes blijkt dat geen van de dieren besmet is met
runder-TBC, dan wordt het bedrijf vrijgegeven. Op deze manier wordt verdere verspreiding
van runder-TBC voorkomen. Er is adequaat gereageerd op de melding van het Verenigd
Koninkrijk.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --