Briefrapport 630310002/2008
R. van Poll | O. Breugelmans | L. Dreijerink
Samenvatting
Belevingsonderzoek vliegbasis
Geilenkirchen
RIVM Briefrapport 630310002/2008
Samenvatting
Belevingsonderzoek Vliegbasis Geilenkirchen
R. van Poll (Projectleider), RIVM
O. Breugelmans (Onderzoeker), RIVM
L. Dreijerink (Onderzoeker), RIVM
Contact:
Ric van Poll
Centrum voor Milieu Gezondheid Onderzoek
mgo@rivm.nl
Dit onderzoek werd verricht in opdracht van VROM, in het kader van het `Belevingsonderzoek
Vliegbasis Geilenkirchen'.
© RIVM 2008
Delen uit deze publicatie mogen worden overgenomen op voorwaarde van bronvermelding: 'Rijksinstituut voor Volksgezondheid en
Milieu (RIVM), de titel van de publicatie en het jaar van uitgave'.
2 RIVM Briefrapport 630310002
Voorwoord
Dit briefrapport bevat de samenvatting van een belevingsonderzoek uitgevoerd in de Nederlandse
regio rond de vliegbasis Geilenkirchen. Het onderzoek is gehouden in augustus en september 2007
onder 2500 inwoners van de gemeenten Onderbanken, Brunssum, Schinnen, Heerlen, Kerkrade,
Landgraaf, Nuth, Simpelveld en Voerendaal. Het onderzoek is uitgevoerd door het Centrum voor
Milieu Gezondheid Onderzoek (MGO) van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
(RIVM) in opdracht van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer (VROM).
In het briefrapport worden in het kort de aanleiding, de uitvoering, de belangrijkste resultaten, de
conclusies en de aanbevelingen van het onderzoek beschreven. De volledige rapportage van het
onderzoek is beschreven in het RIVM-rapport `Belevingsonderzoek Vliegbasis Geilenkirchen.
Percepties van inwoners in Nederland'. Het rapport is in te zien via de RIVM website
(http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/630310001.pdf).
RIVM Briefrapport 630310002 3
Briefrapport in het kort
Belevingsonderzoek vliegbasis Geilenkirchen
Ongeveer 20% (naar schatting 41.000) van de inwoners in de Nederlandse regio rond de NAVO-
vliegbasis Geilenkirchen ervaart ernstig geluidshinder van militair vliegverkeer (AWACS).
Bovendien zijn veel mensen bezorgd over mogelijke gezondheids- en veiligheidsrisico's van het
militaire vliegverkeer. De verschillen in de regio zijn groot, met het grootste aandeel gehinderden
en bezorgden in de gemeenten Onderbanken, Brunssum en Schinnen. Echter, ook in de gemeenten
die verder van de vliegbasis afliggen blijken mensen ernstige geluidshinder te ervaren. De ervaren
hinder wordt (niet uitsluitend) door de geluidsniveaus verklaard maar ook niet-akoestische
factoren spelen een rol zoals een negatieve verwachting van de geluidssituatie in de toekomst en
bezorgdheid. De inwoners geven ook aan last te hebben van slaapverstoring. Ook hier springen de
gemeente Onderbanken, Brunssum en Schinnen in het oog. De woontevredenheid onder de
inwoners is vergelijkbaar met die van de Nederlandse bevolking. Het aandeel inwoners met een
goede ervaren gezondheid (67%) is lager dan in de totale Nederlandse bevolking (80%). Er is
grote behoefte aan informatie, vooral over vliegtijden en standpunten van de Nederlandse overheid
met betrekking tot de vliegbasis. Bij 60% van de bevolking bestaat draagvlak voor compensatie
van de nadelen van de basis.
Dit zijn de belangrijkste resultaten uit een belevingsonderzoek gehouden onder 2500 inwoners in
de Nederlandse regio rond de vliegbasis Geilenkirchen. In augustus en september 2007 verstuurde
het RIVM 5000 vragenlijsten waarin inwoners van de gemeenten Onderbanken, Brunssum,
Schinnen, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Simpelveld en Voerendaal werd gevraagd naar
onder andere hun ervaren hinder door geluid, geur en trillingen van de AWACS-vliegtuigen, hun
ervaren gezondheid, de woontevredenheid, hun bezorgdheid over gezondheids- en
veiligheidsrisico's door AWACS en hun behoefte aan informatie over de vliegbasis.
De belangrijkste aanbevelingen zijn beperking van de blootstelling aan geluid en het verbeteren
van de relatie tussen overheid en inwoners. Aangrijpingspunten hiervoor zijn het intensiveren van
ingezet beleid ten behoeve van vervanging van de huidige AWACS-motoren en het isoleren van
woningen. Voor het verbeteren van de relatie met de inwoners zijn verbeteren van de
informatievoorziening, de inwoners serieus nemen en het nakomen van afspraken door de
overheid belangrijke aangrijpingspunten.
4 RIVM Briefrapport 630310002
1 Samenvatting
1.1 Aanleiding
In juni 2005 richt het College van burgemeester en wethouders (B&W) van de gemeente
Onderbanken zich met een brief namens de gemeenteraad tot de Ministers van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport (VWS) en Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). In
deze brief brengt het College van B&W zijn bezorgdheid tot uiting over de gezondheid van de
inwoners van Onderbanken als gevolg van blootstelling aan activiteiten op de vliegbasis
Geilenkirchen en het militaire vliegverkeer van de basis, met name de AWACS-vliegtuigen. Het
College vraagt beide ministers een gezondheidsonderzoek uit te voeren of dit mogelijk te maken.
In een advies ontraadt het RIVM de overheid een individueel gezondheidskundig onderzoek onder
de inwoners van Onderbanken te laten uitvoeren. Wel geeft het RIVM aan dat een
`belevingsonderzoek' onder de bewoners mogelijk is. In oktober 2006 krijgt het RIVM opdracht
dit belevingsonderzoek uit te voeren.
Het algemene doel van het belevingsonderzoek is:
Inzicht geven in de ervaren gezondheid, de woontevredenheid en de ervaren
leef(omgevings)kwaliteit van de inwoners rond de vliegbasis Geilenkirchen.
1.2 Werkwijze
Voor de uitwerking van de doelstelling is een vragenlijst gebruikt. De vragenlijst is in de periode
van augustus tot en met september 2007 aan 5000 van de ongeveer 222.000 volwassenen in de
onderzoeksregio rond de vliegbasis gestuurd. Het betrof een representatieve steekproef. De
vragenlijst is verstuurd aan inwoners van de gemeenten Onderbanken, Brunssum, Schinnen,
Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Simpelveld en Voerendaal. In de gemeenten Onderbanken,
Brunssum en Schinnen zijn meer vragenlijsten uitgezet. Hier zijn per 4-cijferig postcodegebied
(16 in totaal) ongeveer 200 vragenlijsten verstuurd. In de andere gemeenten zijn tussen de 240 en
325 vragenlijsten per gemeente verstuurd.
Ongeveer 2500 mensen hebben de vragenlijst ingevuld, dat is een respons van ongeveer 50%. De
vragenlijst bevatte vragen over de ervaren hinder en slaapverstoring van de vliegbasis en de
AWACS, de woontevredenheid, de ervaren gezondheid, bezorgdheid over mogelijke gezondheids-
en veiligheidsrisico's, vertrouwen in instanties en houding ten opzichte van de vliegbasis,
draagvlak voor compensatie en mogelijke oplossingen, behoefte aan informatie over de vliegbasis
en verwachtingen over toekomstige ontwikkelingen.
Het onderzoek is onder bewoners van het Nederlands grondgebied rond de vliegbasis uitgevoerd,
niet onder bewoners van Duits grondgebied. Het onderzoek is bovendien uitsluitend gericht op een
aantal belevingsaspecten. Gezondheid in striktere zin (bijvoorbeeld: medicijngebruik of hart- en
vaatziekten) komt niet aan bod.
RIVM Briefrapport 630310002 5
1.3 Resultaten Vragenlijstonderzoek
HINDER
Hinder is beleving. Hinder kan door verschillende factoren (onder andere geluid of geur) en door
verschillende bronnen (bijvoorbeeld: verkeer of buren) ontstaan. In de onderzoeksregio is vooral
hinder van geluid, geur en trillingen van belang als gevolg van het militair vliegverkeer en van
grondactiviteiten van de vliegbasis Geilenkirchen. Hinder wordt overigens niet uitsluitend bepaald
door blootstelling aan geluid, geur of trillingen maar ook door andere factoren zoals
persoonskenmerken, gevoeligheid voor geluiden of ervaren controle over de hinderbron.
Geluidshinder
Naast wegverkeer is militair vliegverkeer veruit de belangrijkste bron van ervaren ernstige
geluidshinder in de regio (18,6%). In Brunssum, Schinnen en Onderbanken (zie Figuur 1)
overheerst vooral het militaire vliegverkeer. Het aandeel dat hiervan ernstige hinder ervaart
varieert van 6,2% in Landgraaf tot 71,9% in Schinveld (Onderbanken). Ter vergelijking, voor heel
Nederland geeft 6% van de bevolking aan ernstige hinder van militair vliegverkeer te ervaren.
Grondactiviteiten van de vliegbasis leiden ook tot veel ernstige geluidshinder, vooral in Schinveld
(Onderbanken) en Brunssum Noord-Oost. Het geschatte aantal mensen in de onderzoeksregio dat
ernstige hinder door geluid van militair vliegverkeer ervaart is ongeveer 41.000. De ruimtelijke
spreiding van het aandeel ernstig gehinderden over het onderzoeksgebied is weergegeven in
Figuur 1. Andere bronnen van geluidshinder (brommers, wegverkeer, buren en
bouwwerkzaamheden) in de regio leiden tot een vergelijkbaar aandeel ernstig gehinderden als in
eerder onderzoek voor heel Nederland gevonden is.
De mate van ervaren geluidshinder door militair vliegverkeer wordt verklaard door verschillende
factoren. Allereerst is de blootstelling aan geluid van invloed op de mate van hinder; als bewoners
zijn blootgesteld aan meer geluid dan geven zij aan meer hinder te ervaren. Daarnaast ervaren
bewoners echter ook meer hinder, wanneer zij verwachten dat er meer lawaai zal zijn in de
toekomst dan wanneer zij dit niet verwachten. Ook zijn gevoelens die mensen ervaren bij de
gedachte aan AWACS en de mate waarin mensen gevoelig zijn voor geluid van invloed op mate
van ervaren hinder. Mensen die bezorgd zijn over effecten van militaire vliegtuigen op hun
gezondheid, geven aan meer hinder te ervaren. Ten slotte wordt de mate van hinder mede bepaald
door het horen van vliegtuiggeluid tijdens de dagelijkse bezigheden. Mensen die geluid horen
tijdens hun dagelijkse bezigheden ervaren meer hinder.
6 RIVM Briefrapport 630310002
6454
6456 6451
6439Onderbanken
6174 6155 6447
6438 6441 6442
6443
6365 6436 6444
Schinnen 6446 6445Brunssum
Nuth Landgraaf
Heerlen
Voerendaal Kerkrade
Ernstige geluidhinder militair vliegverkeer
6% - 15%
15% - 30% Simpelveld
30% - 45%
45% - 60%
60% - 72%
Figuur 1 Aandeel inwoners dat ernstige geluidshinder ervaart door militair vliegverkeer per gemeente en
postcodegebied
Slaapverstoring
Militair vliegverkeer vormt de belangrijkste bron van ernstige slaapverstoring in de regio (5,7%).
Vooral bij inwoners in Onderbanken, Brunssum, en Schinnen. Het aandeel inwoners dat ernstige
slaapverstoring rapporteert varieert van 1,6% in Landgraaf tot 34,3% in Schinveld. Het aantal
personen dat ernstige slaapverstoring ervaart als gevolg van militair vliegverkeer in de regio is
naar schatting ongeveer 12.500. Een gedeelte van deze groep slaapverstoorden bestaat uit mensen
die overdag slapen. In delen van het onderzoeksgebied kan slaapverstoring door
burgervliegverkeer veroorzaakt worden waar dit, wellicht ten onrechte, aan militair vliegverkeer
wordt toegeschreven.
Andere bekende bronnen van slaapverstoring, vooral wegverkeer en buren, leiden tot iets minder
slaapverstoring dan landelijk gezien. Militaire luchtvaart leidt in Nederland bij 1% van de
bevolking tot ernstige slaapverstoring.
Geurhinder
Wegverkeer is de belangrijkste bron van ernstige geurhinder (7,2%). Het aandeel inwoners dat
ernstige geurhinder ervaart door militaire vliegtuigen bedraagt 5,2%. Dit aandeel is vooral hoog in
Brunssum, Onderbanken en Schinnen. In de rest van het gebied is dit lager dan 5%. In Simpelveld
is ernstige geurhinder het laagst (1,2%), in Schinveld is deze met 45,4% het hoogst. In totaal
ervaren naar schatting ongeveer 11.500 inwoners ernstige geurhinder van militaire vliegtuigen. In
Nederland bedraagt de ernstige geurhinder door (burger)luchtvaart 1%.
Trillingshinder
In het onderzoeksgebied ervaart 7,2% van de bevolking ernstige trillingshinder door militair
vliegverkeer. Het is meteen ook de belangrijkste bron van trillingshinder. Trillingen van
vliegtuigen hangen samen met het geluid dat een vliegtuig produceert. Vooral het laagfrequente
deel in het geluidspectrum veroorzaakt trillingen die tot hinder kunnen leiden.
RIVM Briefrapport 630310002 7
Ernstige trillingshinder wordt vooral gemeld in Schinveld, Merkelbeek en de noordkant van
Brunssum. Trillingshinder varieert van 1,1% in Landgraaf tot 49,8% in Schinveld. Het geschatte
aantal inwoners dat ernstige hinder ervaart door trillingen is ongeveer 16.000. In Nederland
ervaart 3% van de bevolking ernstige trillingshinder door vliegverkeer. Vooral in de gebieden
Schinveld (22,9%) en Brunssum-Noord (13,4%) ervaren inwoners ernstige trillingshinder door
grondactiviteiten van de vliegbasis.
WOONTEVREDENHEID
Bijna 90% van de inwoners is (zeer) tevreden met de woning. Dit komt overeen met landelijke
cijfers. Ook hoog maar iets minder is het aandeel tevredenen met de woonomgeving (84%),
eveneens vergelijkbaar met landelijke cijfers. In tegenstelling tot tevredenheid met de woning zijn
hier grote verschillen tussen gemeenten (zie Figuur 2): in Schinveld is 67,6% tevreden, in Nuth
93%. Tevredenheid met geluid in de woonomgeving varieert ook sterk, van 30,7% in
Onderbanken tot 75,5% in Nuth. In beide gevallen hangt de tevredenheid sterk samen met
blootstelling aan geluid van militair vliegverkeer en hinder door wegverkeer.
6454
6456 6451
6439Onderbanken
6174 6155 6447
6438 6441 6442
6443
6365 6436 6444
Schinnen 6446 6445Brunssum
Nuth Landgraaf
Heerlen
Voerendaal Kerkrade
(zeer) tevreden met woonomgeving
75% - 80% Simpelveld
80% - 85%
85% - 90%
> 95%
Figuur 2 Aandeel inwoners dat (zeer) tevreden is met de woonomgeving per gemeente en postcodegebied
ZELFGERAPPORTEERDE GEZONDHEID
Zelfgerapporteerde gezondheid is het oordeel dat mensen zelf over hun eigen gezondheid geven.
Hier gaat het om ervaren gezondheid.
Ervaren Gezondheid
Waar in Nederland ongeveer 80% van de mensen zijn of haar gezondheid als (zeer) goed ervaart,
is dit in de regio rond de vliegbasis 66,8%. Uit eerder onderzoek komt naar voren dat de ervaren
gezondheid in Oostelijk Zuid-Limburg (met 75% goed tot zeer goed) lager is dan in de rest van
Nederland. Dit aandeel is het laagst van alle GGD-regio's in Nederland. Dit onderzoek laat zien
dat ervaren gezondheid in sommige gemeenten binnen het onderzoeksgebied lager is dan verwacht
zou worden. De ervaren gezondheid is het laagst in Schinveld (48,7%) en het hoogst in Nuth
(79,0%) (zie Figuur 3).
8 RIVM Briefrapport 630310002
6454
6456 6451
6439Onderbanken
6174 6155 6447
6438 6441 6442
6443
6365 6436 6444
Schinnen 6446 6445Brunssum
Nuth Landgraaf
Heerlen
Voerendaal Kerkrade
Ervaren gezondheid
gaat wel/slecht/zeer slecht
21% - 25%
25% - 30% Simpelveld
30% - 35%
35% - 40%
40% - 51%
Figuur 3 Aandeel van de inwoners dat zijn of haar eigen gezondheid als minder goed ( `gaat wel, slecht, tot
zeer slecht') ervaart per gemeente en postcodegebied
BEZORGDHEID
Bezorgdheid over woonsituatie
Ruim eenderde van de inwoners (naar schatting 77.000) geeft aan dat wonen onder de
aanvliegroute van vliegtuigen op hun woonsituatie van toepassing is. Van hen is 47% ernstig
bezorgd over deze situatie. In Nederland bedraagt de ernstige bezorgdheid over het wonen onder
een aanvliegroute van een groot vliegveld 24%. Eveneens ruim eenderde van de inwoners (naar
schatting 82.000) geeft aan in de buurt van de militaire vliegbasis te wonen. Van hen is 42%
ernstig bezorgd over deze situatie (zie Figuur 4) Voor heel Nederland geldt dat 19% hier bezorgd
over is. Ongeveer 16% van de inwoners geeft aan ernstig bezorgd te zijn over het wonen in de
buurt van een militaire vliegbasis.
RIVM Briefrapport 630310002 9
6454
6456 6451
6439Onderbanken
6174 6155 6447
6438 6441 6442
6443
6365 6436 6444
Schinnen 6446 6445Brunssum
Nuth Landgraaf
Heerlen
Voerendaal Kerkrade
Ernstig bezorgd over veiligheid door vliegbasis Simpelveld
29 - 40
41 - 49
50 - 59
60 - 72
Figuur 4 Aandeel van de inwoners dat ernstig bezorgd is over de veiligheid door het wonen in de buurt
van de vliegbasis (van degenen die aangeven in de buurt van de vliegbasis te wonen) per gemeente en
postcodegebied
Gevoelens bij AWACS
Ongeveer 16% van de inwoners heeft sterke tot heel sterke negatieve gevoelens bij de gedachte
aan AWACS. Ongeveer 3% van de bewoners geeft aan sterke tot heel sterke positieve gevoelens
te ervaren bij de gedachte aan AWACS.
Bezorgdheid over uitstoot, geluid en ongeval
De bezorgdheid van de inwoners richt zich vooral op de uitstoot en het geluid van de vliegtuigen
en de mogelijkheid van een ongeval met een vliegtuig. De meeste mensen zijn bezorgd over een
ongeval met een militair vliegtuig (51,6%). Van alle gemeenten zijn in Nuth de minste mensen
bezorgd (38,8%), en in Schinveld de meeste (82,4%). Iets minder dan de helft (48,5%) is bezorgd
over gezondheidsklachten door het geluid (laagst: 29,2%, hoogst: 86,7%). Tot slot is 38,3%
bezorgd over gezondheidsklachten door uitstoot (laagst: 24.0%, hoogst: 73,6%).
Bezorgdheid over de drie risico's (uitstoot, geluid, een ongeval) wordt verklaard door
verschillende factoren. Allereerst worden de risico's voorspeld door de perceptie van dit risico.
Als bewoners het risico als risicovoller ervaren (grotere kans, groot aantal blootgestelden, geringe
beheersbaarheid (zelf), ernstige gevolgen, weinig genomen maatregelen, korte termijn effecten en
meer angstaanjagend), zijn zij bezorgder dan wanneer zij het risico als minder risicovol ervaren.
Ook blijkt dat als mensen negatieve gevoelens hebben bij gedachten aan AWACS, zij bezorgder
zijn over de drie risico's. Ten slotte blijkt leeftijd van belang; oudere bewoners zijn meer bezorgd
dan jongere.
VERTROUWEN EN HOUDING
Vertrouwen
Diverse instanties zijn betrokken bij (de informatievoorziening over) de vliegbasis Geilenkirchen:
gemeenten, de Provincie, de Rijksoverheid, de basis/NAVO, de GGD en de Duitse overheid.
Vertrouwen in instanties is onderzocht met betrekking tot hun informatievoorziening over de
vliegbasis.
10 RIVM Briefrapport 630310002
Het merendeel van de inwoners (minstens 60%) heeft geen vertrouwen of staat neutraal tegenover
deze instanties wanneer het de vliegbasis aangaat. De GGD geniet het meeste vertrouwen (39,8%).
De mate van vertrouwen in de informatie van de gemeente, de vliegbasis, het Ministerie van
VROM en het Ministerie van Defensie, wordt bepaald door verschillende aspecten. Het blijkt dat
naarmate een instantie als eerlijker wordt beoordeeld het vertrouwen toeneemt. Daarnaast blijkt
dat als een instantie begaan is en meeleeft, mensen meer vertrouwen in de informatie hebben.
Houding
De meeste mensen hebben een neutrale houding ten opzichte van de vliegbasis (52,1%). Ongeveer
één kwart heeft een positieve houding, éénvijfde heeft een negatieve houding. In Schinnen,
Brunssum en Onderbanken hebben meer mensen een negatieve houding.
COMPENSATIE EN OPLOSSINGEN
Compensatie
Compensatie is een tegemoetkoming in de vorm van geld of goederen om iets positiefs tegenover
de negatieve gevolgen van, in dit geval, de vliegbasis te zetten. Ruim 60% van de inwoners staat
open voor een vorm van compensatie. Ook hier zijn er grote verschillen tussen gemeenten. In
Schinnen, Onderbanken en Voerendaal is dit aandeel lager, rond de 50%. Voor hen die openstaan
voor compensatie zijn geluidsisolatie (74,9%) en korting op gemeentelijke belasting (69,2%) de
meest geschikte compensatievormen. De minst genoemde oplossing is een verhuisregeling
(21,9%).
Bijna 40% van de inwoners staat dus niet open voor compensatie. Zij zijn van mening dat
compensatie het probleem niet oplost (62,7%) of dat gezondheid niet te koop is (46,2%).
Daarnaast ziet een deel compensatie als omkoping (40,3%).
Oplossingsrichtingen
Stillere motoren voor de militaire vliegtuigen is de meest genoemde oplossing (73,2%). Andere
genoemde oplossingen hebben betrekking op de relatie tussen de overheid en burger: de overheid
moet de inwoners serieus nemen (48,5%) en haar beloftes nakomen (35,4%). Ongeveer één op de
negen inwoners (11,8%) geeft aan dat de vliegbasis gesloten moet worden; 5,7% geeft aan dat er
niets hoeft te gebeuren.
INFORMATIE
Ongeveer 70% van de inwoners wil informatie ontvangen over de vliegbasis. Diverse bronnen van
informatie worden genoemd. De belangrijkste informatiebron is de provincie (50%). Echter ook
van de gemeente, organisaties, de GGD, een vertrouwenspersoon of ministeries wil men
informatie ontvangen.
De meeste inwoners (52,0%) ontvangen informatie over de vliegbasis via de `media'(huis-aan-
huis-bladen, kranten, radio en TV).
Ongeveer éénderde van de inwoners is tevreden over de informatie die zij van verschillende
bronnen ontvangen. Wel zijn er grote verschillen in tevredenheid tussen bronnen en gemeenten.
De meeste inwoners willen informatie via een huis-aan-huis blad ontvangen (54%).
Informatiebijeenkomsten lijken een minder geschikt middel om informatie over te brengen.
De informatie die men dan graag wil ontvangen betreft aankondiging van drukke vliegperiodes
(48,2%), standpunt van de Nederlandse overheid over de vliegbasis (44,4%) en informatie over
het niveau van het vliegtuiggeluid (permanente metingen) (44,2%).
RIVM Briefrapport 630310002 11
VERWACHTINGEN
Verwachtingen over de ontwikkeling van de woonomgeving in de toekomst bepalen voor een deel
de ervaren hinder van militair vliegverkeer en de tevredenheid met de woonomgeving. Het
merendeel van de inwoners is neutraal in hun verwachting over de woonomgeving in de toekomst
(tussen de 55% en 80%). De overigen zijn voor het merendeel negatief: zij verwachten een
achteruitgang. Een uitzondering hierop vormt de waarde van de woning: hierover zijn meer
mensen positief dan negatief. Men is over het algemeen negatief over de ontwikkeling van het
lawaai door wegverkeer en de luchtkwaliteit (stof, roet en/of rook). In Schinveld, Brunssum en
Onderbanken is men het meest pessimistisch over de ontwikkeling van het vliegtuiglawaai
(achteruitgang: 32,8%-50,9%) en de luchtkwaliteit (achteruitgang: 24,4%- 35,0%).
12 RIVM Briefrapport 630310002
2 Conclusies en aanbevelingen
2.1 Conclusies
Op basis van de resultaten van het belevingsonderzoek worden de volgende conclusies getrokken:
· Ongeveer 20% van de inwoners in de Nederlandse regio rond de vliegbasis Geilenkirchen geeft
aan ernstige geluidhinder te ervaren door militair vliegverkeer. Dit zijn naar schatting 41.000
inwoners. In Nederland ervaart 6% van de mensen ernstige hinder van militair vliegverkeer.
· Naast de geluidblootstelling (in Lden) wordt ernstige hinder bepaald door andere, zogeheten niet-
akoestische, factoren. Een negatieve verwachting over de geluidssituatie in de toekomst,
negatieve en positieve gevoelens bij de gedachte aan AWACS, geluidgevoeligheid en
bezorgdheid zijn van invloed op de mate van hinder die bewoners ervaren. Een aantal van deze
factoren (verwachting, geluidgevoeligheid, bezorgdheid) spelen ook een rol in de relatie tussen
vliegtuiggeluid en hinder rond Schiphol.
· Ongeveer 16% van de bevolking geeft aan ernstig bezorgd te zijn over het wonen in de buurt
van een militaire vliegbasis.
· De hinder en bezorgdheid is het grootst in de gemeenten Onderbanken (aandeel ervaren ernstige
hinder geluid militair vliegverkeer: 64%, ernstig bezorgden: 58%), Brunssum (29%
respectievelijk 32%) en Schinnen (39% respectievelijk 25%), maar is in de overige gemeenten
in het onderzoeksgebied ook duidelijk aanwezig.
· Geur en trillingen leiden eveneens tot ernstige hinder. Vooral in Onderbanken (36%
respectievelijk 41%), Brunssum (10% respectievelijk 17%) en Schinnen (9% respectievelijk
18%) geven mensen aan ernstige hinder te ervaren.
· Het aandeel inwoners dat zijn of haar gezondheid als goed ervaart (67%), is lager dan in de
Nederlandse bevolking (80%). In de hele GGD-regio Oostelijk Zuid-Limburg ervaart 75% van
de mensen zijn of haar gezondheid als goed; dit is de laagste score van heel Nederland.
· Ongeveer 6% van de inwoners geeft aan ernstige slaapverstoring van militair vliegverkeer te
ervaren. Een deel van deze slaapverstoring vindt overdag plaats, omdat sommige mensen
overdag slapen. In delen van het onderzoeksgebied kan slaapverstoring door burgerluchtvaart
veroorzaakt worden waar dit, wellicht ten onrechte, aan militair vliegverkeer wordt
toegeschreven. Voor heel Nederland geeft 1% van de bevolking aan ernstige slaapverstoring als
gevolg van militair vliegverkeer te ervaren.
· De informatiebehoefte onder de inwoners is groot. Vooral informatie van de vliegbasis over
bijvoorbeeld (drukke) vliegperioden is gewenst. Daarnaast bestaat er behoefte aan informatie
van de Nederlandse overheid over standpunten ten aanzien van de basis en het militair
vliegverkeer.
· Er bestaat draagvlak voor compensatie, ongeveer 60% van de inwoners geeft aan open te staan
voor een tegemoetkomingcompensatie. In sommige kernen is het draagvlak echter lager; daar
staat iets minder dan de helft van de bewoners open voor compensatie.
· Ongeveer 40% geeft aan niet open te staan voor compensatie omdat dit het probleem niet
oplost, gezondheid niet te koop is of dit voelt als omkoping.
· Oplossingsrichtingen die door de inwoners worden aangegeven betreffen zowel technische
maatregelen (stillere motoren en isolatie) als relationele maatregelen (beloften nakomen,
inwoners serieus nemen).
RIVM Briefrapport 630310002 13
· Het aandeel inwoners dat (veel) vertrouwen heeft in de rijksoverheid als informatiebron over de
vliegbasis is ongeveer 20%. Dit komt overeenkomt met de mate van vertrouwen in informatie
van de rijksoverheid wanneer het over specifieke onderwerpen gaat
· Eerlijkheid en empathie zijn twee factoren die het meest het vertrouwen van de inwoners in de
overheid bepalen.
2.2 Aanbevelingen
Tot slot volgt hier een aantal aanbevelingen voor beleid.
Geluid, geur en trillingen
Reduceer de blootstelling aan de emissies van de vliegbasis en de militaire vliegtuigen
Er is een duidelijke samenhang tussen de blootstelling aan vliegtuiggeluid en mate waarin hinder
ervaren wordt. Aan de basis van de ervaren hinder ligt de blootstelling aan geluid, geur en
trillingen als gevolg van grondactiviteiten op de basis en het militair vliegverkeer. De blootstelling
(aan geluid) verklaart weliswaar slechts een deel van de ervaren hinder, maar bij vermindering van
de blootstelling zal de ervaren hinder afnemen. Eén aangrijpingspunt hiervoor is het intensiveren
van het ingezette beleid op vervanging van de huidige motoren. Voor veel inwoners is de
vervanging van huidige motoren van de AWACS-vliegtuigen een belangrijke
oplossingsmogelijkheid. Een tweede aangrijpingspunt is het reduceren van emissies als gevolg van
grondactiviteiten op de vliegbasis. Een derde aangrijpingspunt is het toepassen van geluidsisolatie
van woningen. Een vierde aangrijpingspunt is het terugbrengen van het aantal (oefen)vluchten.
Een vijfde aangrijpingspunt is het aanpassen van vliegpaden en/of vliegtijden, waar een
mitigerende werking van uit zou kunnen gaan.
Relatie met de inwoners in de regio
Verbeter de informatievoorziening naar de inwoners
De informatiebehoefte is groot en de suggesties zijn concreet. Een gedeelte van de inwoners wil
graag aankondigingen van drukke (vlieg) periodes. Daarnaast willen bewoners informatie over het
standpunt van de Nederlandse overheid wat betreft de vliegbasis, over veranderingen op de basis
en over het vliegtuiggeluid, zoals bepaald met permanente metingen. In december 2007 is de
overheid met dit laatste gestart. Ook wil men terugkoppeling over afspraken en informatie over
actuele vluchtschema's.
Wees duidelijk over wat de inwoners in de toekomst kunnen verwachten
De inwoners verwachten serieus te worden genomen en dat beloftes worden nagekomen.
Bijvoorbeeld, wat kunnen de inwoners wel of niet verwachten naar aanleiding van de resultaten
van dit onderzoek?
Bezorgdheid
Bevorder de voorspelbaarheid van het geluid
De mate waarin men zelf denkt iets te kunnen doen aan de overlast is van invloed op de ervaren
bezorgdheid. Een individueel persoon kan de overlast niet wegnemen. Maar voorspelbaarheid of
de aanwezigheid van een vast patroon kan de overlast beheersbaarder maken. Met informatie over
14 RIVM Briefrapport 630310002
bijvoorbeeld hoe vaak en wanneer de militaire vliegtuigen vliegen (vandaag zoveel, zo laat) weten
inwoners wat ze kunnen verwachten en kunnen daarop hun activiteiten aanpassen.
Vertrouwen
Herwin het vertrouwen van de bevolking
Het vertrouwen in met name de overheid en de vliegbasis is laag. Een groot deel van de inwoners
heeft geen tot weinig vertrouwen in deze instanties. Er is een aantal aspecten dat van invloed kan
zijn op het vertrouwen. Eerlijkheid en empathie zijn aspecten die voor de inwoners in de
onderzoeksregio een rol spelen met betrekking tot het vertrouwen in de instanties. Door eerlijk te
zijn over wat plaatsvindt en mee te leven met de ervaringen van bewoners, zou wellicht
vertrouwen herwonnen kunnen worden.
Blijf de beleving volgen in de tijd (monitoring)
Met monitoring van de beleving kan de overheid een vinger aan de pols houden. Het kan een
indicatie geven of ingezet beleid ter vermindering van de blootstelling en de overlast het beoogde
resultaat heeft en of er bijstelling van beleid dient plaats te vinden.
Verdeling lusten en lasten
Onderzoek de mogelijkheid voor een gepaste compensatie
Er bestaat draagvlak voor compensatie onder een deel van de bevolking. Het is echter nog niet
duidelijk welke vorm, omvang of duur een vorm van compensatie zou moeten hebben. Voordat
overgegaan wordt tot compensatie zou de wijze waarop wordt gecompenseerd, wie wordt
gecompenseerd en voor hoe lang moeten worden onderzocht.
Overweeg de inzet van geluidsisolatie als compensatiemaatregel
Geluidsisolatie is genoemd als een van de oplossingsmogelijkheden maar ook als een mogelijke
vorm van compensatie.
RIVM Briefrapport 630310002 15
RIVM
Rijksinstituut
voor Volksgezondheid
en Milieu
Postbus 1
3720 BA Bilthoven
www.rivm.nl
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer